PUBLIEKE VERKOOPING. I Publieke Yerkooping.
HMliËffil
OlïIlEIHB.
groots sa klsiss
ÖKLDSQMMEH,
m
J. H, I0QJEN, Makelaar.
C. 0£ WIJI, Deurwaarder te Texel,
VRIJDAG 10 SEPTEMBER 1897,
E. D. KIKKERT.
Een grnote partij gaaf eiken Sloophout,
Feuilleton.
j es.
10,000 Gulden
ROBERT HOLTZ, Nijmegen.
op hypotheek, voor langen ter
mijn, of, op handteekening met
en zonder borgtocht, op korten
termijn.
publiek verkoopen:
publiek verkoopen
llli
196 battings, 238 ribben, 92 schroten, 15
Noorsclie batken, 179 spoorbalbjes, plm, 1710
duigen, 11 grenen balken, 7 eiken balkjes,
31 platen, 22 riggels, 12 dekbalken, een partij
planken, 3 stengen, 1 ra, 1 spier, 1 mast van
een vischsloep, 2 vaten, 2 balies, 1 boot (ge
broken), 1 reddingboei, eenig wrakhout, 1 stuk
jnchtleer en 2 fuiken.
De goederen liggen op verschillende plaatsen
bjj de strandvonders en in het pakhuis aan den
Burg en zullen met uitzondering van laatst
bedoelde, van af 3 September a. s. behoorlek ver
kaveld zijn.
Catalogussen zijn te bekomen ter Secretarie
van af Maandag 6 September a. s. tegen betaling
van f 0.25 per stuk.
Texel, den 28 Augustus 1897.
De Burgemeester voornoemd,
STRICK VAN LINSCHOTEN.
Gravenstraat, Goud- en Zilversmid.
Zeer dnideljjken photografiën ter bezichtigen.
Wettig Gedeponeerd.
By het gebruik daarvan geschiedt
het tanden krijgen der Kinderen
ZONDER DE MINSTE PIJN.
Weder verkoopers gevraagd.
Ten kantore van ondergeteekende
zyn direct beschikbaar:
Snelpersdruk - LAN6IVXLD D« ROOIJ - Tenl
MAZAWATTEE THEE.
IMPORT COMPAGNIE ROTTERDAM.
De BURGEMEESTER der Gemeente TEXEL
zal op
's voormiddags 10 uur,
in het logement „de Zwaan" te den Burg>
als Armbanden, Colliers, Dames- en Heeren-
Horlogekettingen, Broches, Oorknoppen. Das
spelden, Kapspelden, Manchetknoopen en Ringen,
alsmede Graftombes, Treurboomen, Bloemen-
stukken, Kramen, Portretversieringen, Kruisen,
Veeren, enz. worden geleverd door
zal, ten verzoeke van de Heeren C. KOOPMAN
en C. M. ZEGEL, op DONDERDAG 9 SEPTEM
BER 1897, 's morgens 10 ure, op den Havendyk
te Oudeschild op Texel,
bestaande inEiken Huidplanken laDg van 10
tot 10 voet, dik 1 '/2 dm., breed 8 dm.; zware
Eiken Balken lang van 15 tot 30 voet; Eiken
Palen lang van 6 tot 8 voet.
Voorts een party licht Schotwerk, Luiken, 1
Boef en Brandhout.
Afkomstig van de Engelsche Vischkotter uLissi".
wordt betaald aan hem, die bewijzen
kan dat de bjj mjj ter inzage liggende
getuigschriften, der uitstekende resul
taten van de
Electromotorische Tandhalsbandjes,
niet echt zjjn. g®?* Men lette op den
naam van den Fabrikant ROBERT
HOLTZ. «ffif
Wordt franco toegezonden alleen na
ontvangst van postwissel ad 95 cent
door
Roman van E. A. K.
61 Hoofdstuk XV.
Wie heeft u dat verteld vroeg de huismeester
misnoegd het voorhoofd fronsende.
Ik mag het niet verraden en wat ik u verteld
heb, moet geheim blijven, ik kan niet voor de waar
heid instaan en de familie zal alles beproeven om
de zaak verborgen te houden. Lieve hemel, het is
toch heel treurig, dat.
Is uw man thuis
Jal Maar met hem kan men er niet over
spreken, hö gelooft het niet. Maar als hö het
hoort, dat de dokter bfl het lijk is gegaan, zal hg
wel tot andere gedachten komen. Al heeft die
jonkman zijn graad nog niet gehaald, hö heeft toch
geneeskunde gestudeerd, en zoo'n arme slokker wil
gaarne iets verdienen. H(J zal nu raad moeten
geven om de zaak het beste te verbloemen.
Ik kom bö u, zei Bugier, terwijl hö het raam
sloot, eenige oogenblikken daarna trad h(j de kamer
binnen, waar de agent Brinkmann en diens vrouw
hem verwachtten.
Ik kom u de huur opzeggen, zei hö stug. Ik
kan niet langer dulden, dat de booze tong van uw
vrouw hier in huis onrust stookt en de lieden tegen
elkander in het harnas jaagt.
De booze tong van mön vrouw stoof Brink
mann op. Bedenk wel, wat ge zegt, mönheer!
Als ge denkt, dat ik u beleedigd heb, kunt ge
vrö een aanklacht tegen mö indienen, zei Bugier,
terwöl hö zün pruik terechtschoof. Maar het zou
beter xön, als uw vrouw voortaan voorzichtiger was
met haar woorden.
Wat hebt ge nu weer gezegd? vroeg Brinkmann
aan zön vrouw, die den huismeester zeer toornig
aankeek.
Niets anders, dan dat de geheimraad misschien
geen natuurlöken dood is gestorven, antwoordde
zö boos. Dat is mön vaste overtuiging, die mönheer
Bugier beströdt, omdat hg zal medehelpen om de
zaak geheim te houden.
Gauw, maak dat ge eruit komtl schreeuwde
de agent. Ge hebt het recht mö de huur op te
zeggen, maar niet om mön vrouw te beleedigen.
Ik kan overal een woning vinden en ik ben recht
blö, dat ik van uwe bespieding ontslagen word. Ge
zit als een kettinghond voor het venster en loert
naar alles, wat hier in- en uitgaat/ Maak, dat ge
weg komt; zoolang ik hier nog wood, ben ik heer
en meester hier.
Heel goed, antwoordde Bugier. Ik heb u de
huur opgezegd, en dat is alles, wat ik verlang. En
u, juffrouw, verzoek ik voortaan geen hatelökheden
bö mö te komen vertellen/
Zonder antwoord af te wachten, ging hö heen en
keerde met een tevreden ladbje in zöne woning
terug,
Hoofdstuk XVI.
De zoons van de generaalsweduwe hadden den
geheimraad de laatste eer bewezen en waren in
ernstige stemming van het kerkhof teruggekeerd.
De oude knecht vertelde hun, dat de weduwe een
half unr geleden zich had laten aandienen bö hun
mama, maar dat zö niet was toegelaten'
Dat gaat toch te. ver zei Frits geërgerd, toen
zö het atelier waren binnengetreeen, ik begröp
mama niet.
Zö vreest, dat zö toestemming tot mön ver
loving zal moeten gevea, als zö de hand der verzoe
ning aanneemt, zei Bernard verbitterd.
En zö bedenkt niet, dat haar eigenzinnigheid
den vrede en het geluk voor altüd uit ons gezin
zal verjagen, voegde Adolf er bö-
De kapitein, die helm en degen had afgelegd, liep
eenige malen heen en weer en bleef toen voor het
portret van Anna staan.
Wat u betreft, Adolf, gö hebt zelf den ströd
uitgelokt, zei hö zacht verwötend. Ge hadt dien
kunnen vermijden.
Z .udt ge er voor teruggedeinsd zön, als dat
lieve meisje u bemind had? viel Adolf in. De nei
ging des harten is de stem van het noodlot, zegt
de dichter, en hö heeft gelök, mön noodlot moet
dan ook maar in vervulling komen. Ik zal mama
nog eens vragen om haar toestemming en weigert
zö die, dan sla ik mgn atelier elders op, om het
woord gestand te doen dat ik mön geliefde gegeven
heb.
Maar dan zult ge den zegen van uw moeder
mosten ontberen, zei de kapitein ernstig. Ik weet
niet, of ik onder zulke omstandigheden wel.
En heeft de zegen van mama u wat geholpen?
vroeg Adolf spottend.
Ik beklaag mö niet/
Dat weet ik, maar ik weet ook, dat ge het
begeerde geluk niet hebt gevonden.
Spreek gö eens met mama, Frits, verzocht de
assessor, die uit zön overpeinzing ontwaakte. Ik
ga naar Gorarda en haar mama. Zooals Adolf er
over denkt denk ik er ook over. Mjjn aanstelling
als rechter heb ik in den zak, ik ben vast besloten:
ovér een half jaar wordt Gerarda mön vrouw.
Hö ging heen, de kapitein keek eenige oogenblikken
nadenkend voor zicb, trad toen voor den spiegel en
begon met een zakborstel zön haar en baard in orde
te brengen.
Ik wil het beproeven, zei hö tot Adolf, die in
gedachten voor het portret van Anna stond. Het
moet hier in hnis anders worden of ik blöf voortaan
hier vandaan.
Met betrokken gelaat verliet hö het atelier en
trad na eenige seconden het boudoir van zön mama
binnen.
Hö was altöd haar lieveling geweest, ware het
alleen, omdat hö de uniform droeg, die zön broeders
versmaad hadden. In den familieraad luisterde zö
gaarne naar zöne woorden, zelfs als zö het niet.
eens was met haar zoon, oefende hö invloed op hare
besluiten uit. Bö zön binnentreden legde zö het
boek neer, waarin zö gelezen had en beantwoordde
zön groet met een vriendelök knikje
Mevrouw Berndorff heeft verzocht u te mogen
spreken, begon hö zonder omwegen, nadat hö in
een leunstoel had plaats genomen.
Dat is zoo, maar ik was niet gestemd om haar
te ontvangen.
Niet gestemd om haar te ontvangen, lieve
mama? Als iemand mö beleedigd heeft en hö komt
bö mö om vergiffenis te vragen, dan mag ik de hand
niet terugstooten, die hö mö reikt. O, dat zou papa
nooit gedaan hebben, hoe streng hö ook aan zön
grondbeginselen vasthield. Den vöand moet men
een gouden brug bouwen, placht hö te zeggen en
den overwonnenne die pardon vraagt moet men als
een broeder behandelen.
Ik geloof dat ge mö verwöten wilt doen zej
de dame wrevelig.
Ik kan u die niet besparen lieve mama. I k heb uw
partö gekozen toen u verstoord waart over die be-
leediging. Mevrouw Berndorff had die woorden niet
mogen zeggen, hoewel de drift van het oogenblik
veel verontschuldigt. Nu echter ziet zö haar ongelök
in, de plotselinge dood van haar echtgenoot doetbü
haar den wensch ontstaan om vrede te sluiten: zö
Iaat u om vergiffenis vragen, ja, zö komt persoonlök
om het te doen, en u hebt geen medelöden met den
kommer, die haar terneer drukt
Wcrdt vervêlgd.)