N°. 1082. Donderdag 30 DecemberA°. 1897.
Binnenland.
BERICHT.
LJ
Evenals vorige jaren wordt ook thans weder
de gelegenheid geboden om door middel van
ons blad, aan familie, vrienden, begunstigers
enz., zijn NIEUWJAARSGROET te brengen.
Advertentiën daarvoor worden geplaatst voor
20 cents contant, mits niet meer ruimte
beslaande dan 5 regels.
Eene spoedige inzending er van is ten zeerste
gewenscht door de uitgevers
LANGEVELD DE ROOIJ.
INSCHRIJVING NATIONALE MILITIE.
TEXEL, 29 Deeember 1897.
Zooals door velen werd verwaeht, was het
aantal van hen, die op den lsten Kerstdag
getuigen wilden zijn van de feestviering der
kinderen van de Zondagschool groot, zoo
groot zelfs, dat het ruime kerkgebouw ter
nauwernood allen kon bevatten en sommigen
zich met een staanplaats moesten vergenoegen.
Na het zingen van een psalm door de talrijke
schare, werd door den Weleerw. ZeerGel. Heer
Schröier het feest geopend met gebed en een
kort woord van welkom tot allen, terwijl de
zangvereenigirg Advendo op schoone wijze de
bekende Kerstzang „Eere zij God enz." ten
beste gaf en de kinderen werden onthaald op
chocolade en koekjes. De hoofdschotel van
den avond werd geboden door den heer Keijzer,
evangelist te Amsterdam, die door ztjn talrijke
voorstellingen gegeven met zijn sciopticon
zoowel als door zijne min of meer nitvoerige
verklaringen er van, de aandacht der vele
opgekomenen van het begin tot het einde
wist te boeien.
Na de vertooning en behandeling van een
vrij groote serie platen, betrekking hebbende
op verhalen uit het oude en nieuwe testament,
werden ook voorstellingen gegeven meer uit
het dagelQksch leven genomen welke moesten
dienen om een aanschouwelijk beeld te geven
van de verhalen, welke door den heer K.
werden gedaan. Gedurende de pauze werd
door de talrijke kinderschaar een lied ten beste
gegeven, een gezang, dat zeker vooral bij de
ouders en ware kindervrienden, zeer in den
smaak viel en met genoegen werd aangehoord,
evengoed als het gezang der zangvereeniging
Advendo, die zich ook thans weder liet kooren.
De lichtbeelden, na de pauze ten beste gegeven,
hadden in hoofdzaak betrekking op de werk
kring welke de heer K. zich in Amsterdam
had gekozen. Ze gaven een gezicht op hetgeen
er in die groote stad met zjjn talrijke bewoners
plaats heeft in hoofdzaak onder de mindere
klasse, ofschoon ook de rijkere niet werden
vergeten.
Aanschouwelijk werd o. a. voorgesteld de
vreeselijke gevolgen van het gebruik of misbruik
van sterken drank zoowel voor de dronkaards
zelf als voor vrouw en kinderen, terwijl ten
slotte nog enkele portretten werden gegeven
o. a. van H. M. de Koningin, H. M. de
Koningin-Regentes en van ds. Adema van
Scheltema, enz.
Het „Tot Weerziens" dat ten slotte op het
doek verscheen werd blijkbaar door allen met
blijdschap begroet en zeker gaarne zal men
alhier weder de keer K. zien optreden met
zijn flink instrument.
Het daverend applaus, al moge het velen
vreemd hebben geklonken in een kerkgebouw,
was ongetwijfeld een klaar bewijs, dat zijn
optreden zeer op prjjs werd gesteld en de
algemeene goedkeuring had kunnen verwerven.
Na afloop werd eene collecte gehouden ten
voordeele van hetgeen door den heer K. in
Amsterdam wordt verricht. Nadat Advendo
zich nog eens had laten hooren, werd het
feest gesloten met het zingen van een gezang
en dankgebed, uitgesproken door ds. Sehröder,
terwijl ook door Z.Eerwfeen woord tot afscheid
en dank werd gebracht aan 't onderwijzend
personeel der Zondagschool, de ouders der
kinderen en niet 't minst aan den heer K.
Nadat ieder kind hierna nog een prijsje was
verëerd, togen allen verheugd naar hunne
respectievelijke woningen,ongetwijfeld dankbaar
voor het genotene dat zeker nog lang bij hen
;n herinnering zal blijven.
Tot diaken bij de Doopsgezinde gemeente
Burg, Waal Oosterend werden gekozen de
heeren S. Djjksen en D. Pz. Bakken voor den
Burg, A. Eelman voor de Weal en P. Dekker
voor Oosterend.
Zondag gaf de rederijkerskamer „Onder
ling Genoegen" alhier hare eerste uitvoering
in dezen winter. Zooals bij vorige gelegen
heden viel ook thans niet over gebrek nan
belangstelling te klagen, ook thans wns de
zaal van hötel „Texel" flink bezet, toen door
den Voorzitter der vereeniging een woord tot
opening der bijeenkomst werd gesproken tot
de aanwezigen. Wij vernamen daaruit, dat
de kamer eenige werkende leden had moeten
verliezen, zoodat daardoor aan sommigen der
overblijvenden rollen moesten worden opge
dragen, die misschien anders niet aan hen
zonden zijn toevertrouwd en waarom dan ook
een zacht oordeel werd verzocht.
Ten tooneele werd daarna gebracht het
blijspel „Een dolle streek", hetwelk vrij Alge
meen goed in den smaak viel, zoodat het zeker
geen dolle streek der kamer was met dat
blijspel het winterseizoen te openen. Evenals
bij vroegere gelegenheden, bleek ook thans
weder, dat de kamer over waarlijk goede
krachten kan beschikken. Zoowel de dames
als heeren vervulden hunne rollen zeer goed
en het luid applaus na afloop van elk bedrijf
was een voldoend bewijs voor de opvoerenden,
dat hun spel door de aanwezigen gunstig werd
beoordeeld en dat men zich waarlijk amuseerde.
Het stuk zelf vooral in de S laatste bedrijven,
is vol van aardige scènes en boeit van 't begin
tot het einde, zoodat zeker niemand, zooals
bij andere gelegenheden wei eens plaats had,
naar het einde zal hebben verlangd, om met
het bal te kunnen beginnen.
Nadat door den Voorzitter de vergadering
was gesloten, met een woord van dank voor
de genoten steun aan allen en in 't bijzonder
aan de leden der adviseereude commissie, die
zich zooveel moeite hadden getroost voor de
kamer, werd een aanvang gemaakt met het
bal, dat zeer gezellig bleek te zijn en daardoor
een groot deel der opgekomenen nog gedu
rende eenigen tijd in het kOtel „Texel" deed
vertoeven.
Van de gelegenheid, welke in hotel
Texel werd geboden om de pkonogrnaf te
hooren, werd gedurende beide Kerstdagen door
velen gebruik gemaakt, ofschoon niet in die
mate, als wel had mogen worden verwacht,
het aangebodene genot in aanmerking genomen.
De kosten er aan verbonden toch, die zeer
gering ztjn (slechts 5 cents per nnmmer of
10 cents voor 3 nummers) behoefden zeker
niemand af te schrikken en bovendien komt
de opbrengst nog ten goede aan een weldadig
doel, hetwelk nog een reden te meer kon zijn
en ook voor sommigen was, om naar hotel
Texel te gaan. Wel waren gednrende de
laatste jaren op de kermis ook een of meer
pkonografen te vinden, waarvan men kon
proflteeren, doch de omstandigheid dat men
daarbij op den openbaren weg moest staan,
TBTTiï.'OTn! mTTBAWT.
-w1
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Ge
meente Texel;
Brengen ter openbare kennis, dat de mannelijke
ingezetenen, geboren in het jaar 1879, zich ter
inschrijving voor de Nationale Militie behooren
aan te melden ter Gemeente-Secretarie tusschen
den lsten en 31sten Januari 1898, met overlegging
van een kosteloos verkrijgbaar uittreksel uit hunne
geboorte-acte, indien z(J elders z(jn geboren.
Voor die inschrijving zal meer bepaald zitting
worden gehouden ten Raadhuize, op Donderdag
den 6 Januari 1898, des voormiddags te 10 ure,
zoodat men verzocht wordt zich zooveel mogelijk
op dat tijdstip aan te melden.
Verder wordt de aandacht gevestigd op onder
staande artikelen der wet van den 19den Augus
tus 1861 (Staatsblad No. 72), welke betrekking
hebben op de inschrijving voor de Militie
Art. 15 Jaarlijks worden voor de Militie ingeschre
ven alle mannelijke ingezetenen, die op den lsten
Jannari van het jaar hun 191e j'aar waren ingetreden.
Voor ingezeten wordt gehouden
lo. hi), wiens vader, of is deze overleden, wiens
moeder, of, zijn beiden overleden, wiens voogd incre-
zeten is volgens de wet van den 28sten Juli 1850
(Staatsblad No. 44);
So. hij, die, geen ouders of voogd hebbende, gedu
rende de laatste, aan het in de eerste zinsnede van
dit artikel vermelde tijdstip voorafgaande, achttien
maanden in Nederland verblijf hield;
So. h|j, van wiens ouders de laugst levende inge
zeten was, al is zijn voogd geen ingezeten, mits h(j
binnen het Rtjk verblijf houdt.
Voor ingezeten wordt niet gehouden de vreemdeling
behoorende tot eenen staat, waar de Nederlander
niet aan den verplichten krijgsdienst is onderworpen,
of waar ten aanzien der dienstplichtigheid het beginsel
van wederkeerigheid is aangenomen.
Art 16. De inschrijving geschiedt
lo. van een ongehuwde in de Gemeente, waar de
vader, of, is deze overleden, de moeder, of zijn beiden
overleden de voogd woont;
2o* van een gehuwde en van een weduwnaar in
de Gemeente waar hij woont;
3o. van hem, die geen vader, mosder of voogd
heeft of door dezen is achtergelaten, of wiens voogd
buiten 's lands gevestigd is, in de Gemeente waar
hij woont;
4o. van den buiten 's lands wonenden zoon van
een Nederlander, die ter zake van 's lande dienst
in een vreemd land woont, in de Gemeente, waar
z(]n vader of voogd het laatst in Nederland gewoond
heeft.
Art. 17. Voor de militie wordt niet ingeschreven:
lo. de in een vreemd R|jk achtergebleven zoon
van een ingezetenen, die geen Nederlander is
2o. de in een vreemd R|Jk verblijf houdende ouder-
looze zoon van een vreemdeling, al is zQn voogd
ingezeten
8o. de zoon van een Nederlander, die ter zake
van 's lands dienst in 's Rflks overzeesche bezittingen
of koloniën woont, t
Art. 18, 1ste en 2de lid. Elk, die volgens art. 15
behoort te worden ingeschreven, is verplicht zich
daartoe b(j Burgemeester en Wethouders aan te geven
tusschen den lsten en den 31sten Januari.
Bfl ongesteldheid, afwezigheid ot ontstentenis is
ztjn vader, of, is deze overleden, zijne moeder, of
zijn beiden overleden, ztjn voogd tot het doen van
die aangifte verplicht.
Art. 20. Hij, die eerBt na het intreden van z(jn
19de jaar, door vóór het volbrengen ven zijn 20ste
ingezeten wordt, is verplicht, zich zoodra dit plaats
heeft, ter inschrijving aan te geven bij Burgemeester
en Wethouders der Gemeente, waar de inschrijving,
volgens art. 16 moet geschieden.
Daarbij gelden de bepalingen der 2de zinsnede van
art. 18.
ZtJne inschrijving geschiedt in het register van
het jaar, waartoe hij volgens ztjn leeftijd behoort.
Tbxbi,, den 6 December 1897.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
STRICR VAN LINSCHOTEN.
De Secretaris,
J. A. WESSTRA,