TEGEN ZONDAG. R. K. DIENSTBODE. 0V* GOEOKOOPE BAZAR, Warmoesstraat, JONGEN kan ter opleiding geplaatst worden. Kootteer, Bruine Teer Wagensmeer. LIJNZA A I) KOER. Beschikbaar: W. F. STOEL ZOON, ALKMAAR. Feuilleton» Gevraagd Amerikaamche puike PAARDEBOONEN. MARTIN Dekgeld f 10.- WOUTER RUITER. BURG—TEXEL, Loon f 1,per week. Langeveld Sf de Rooij. Doe vandaag uwe boodschappen. Toon dat ge tenminste aan anderen in alle opzichten de ZONDAGSRUST gunt! Ze is immers tegenwoor dig een algemeen erkend maatschappelijk of sociaal belang. Jan is niet kerksch. Dat spreekt van zelf. Jan denkt zoo heel verheven! Zjjn tempel is het blauw gewelf. Z|jn godsdienst is dit leven! Zie morgen niet naar Jan, Licht hebt g' er winste van! T. V. B. in een klein burgergezin te ZAANDAM een van goede getuigen voorzien. Wasch buitenshuis. Br. fr. onder lett. G. Bureau tZaanlandsche Courant Zaandam. UIT DE HAND TE KOOP: 1 X 5, 1 X 6, 1 X 8 en 2 X 9. Aan hetzelfde adres P. J. BRUIN. Dageiyksch verkrijgbaar aan de maalderij te Oudeschild en met bereke ning van den wagenvracht aan het pakhuis te den Burg. Volgens rapport aan het Rijks-landbouw proefstation te Hoorn bivat het door mij verkocht wordende merkde volgende analyse: gemiddeld 36%> eiwit, 7% vet, 97 a 98% zuiverheid. Prys aan de maalderU te Oudeschild t 8 50 per 100 E.G. Dit gehalte en deze prijs in aanmerking nemende, kan deze kwaliteit Amerik. Lynzaadkoek als een der goedkoopste veevoedersoorten aanbe volen worden. Pnike mnrwe lijnzaadkoek, 33% eiwit, 10 h 12% vet en 95% zuiverheid, uit het pakhuis te Oudeschild f 9,75 per 101 stuks (101 E.G.) OOK VOORHANDEN op alle werkdagen, de donkerbruine Volbloed Oldenburger Dekhengst toegekend de Rijksbijdrage van 250 gulden om op Texel te worden gestationeerd; door den Weledel Gestrengen Heer K. D. Punt, Kapitein der Artillerie te 's Gravenhage, een man van veelzijdige paardenkennis, uitgezocht en aange wezen voor de zoo zeer noodige verbetering van Texelsch paardenras, is van wege de afdeeling Texel der Hollandsche Maatschappij van Land bouw alhier geplaatst in de schuur van den Heer P. G. EOORN aan den Burg. waarvan f 5 te voldoen by den eersten sprong. Gelde paarden half geld. Hen gelieve voor goed geleide der paarden te zorgen. Het BESTUUR der Afdeeling .Texel" v. d. M. v. Landbouw roept alle paardenfokkers van Texel in allen ernst toe, wilt gij verbetering van Uw paardenras en daarmede groote geldelijke voordeelen voor U zeiven behalenSteunt dan het belangloos streven van het Bestuur, dat zoo ten volle ter Uwer belangen wil optreden, getuige de goede uitkomsten, met de Hengsten „Kaptein" verkregen en van met „Hunnibold's" afstamme lingen, aan de veulens reeds duidelijk zichtbaar, te verkrijgen, terwijl van den Hengst „Hartin" noch grootere verwachting gemaakt mag worden, aangezien het een feit is, dat van dezen Hengst, die twee jaren in Noord-Braband met Rijksbijdrage gestationeerd is geweest, één, noch geen jaar oud zynde enterpaard 700 gulden verkocht werd, met bestemming naar Frankrijk. Eet Bestuur genoemd, C. KEUSER Pz., Voorzitter. Jb, S. DIJT, Secretaris. In DE BAZAR daar moet men wezen, in DE BAZAR daar moet men zijn, Daar staat op het bord geschreven: VRIJE TOEGANG voor groot en klein. Zeer geachte Dames, Heeren, ik kom U even laten zien, Wat wij nu alzoo verkoopen en U ten geschenke biên. Iedereen die vyftig centen in DE BAZAR besteden gaat, Krijgt een BON op een naaimachine, dat reeds voor de glazen staat, 't Is een prachtvol naaimachine met een net gebogen kast, Als ge 't ziet dan zegt ge zeker: vjjftig cent besteed ik vast. Maar nu zegt ge Dames, Heeren, zijn de prijzen dan verhoogd? Neen, volstrekt niet, want geloof niet, WOUTER RUITER dit gedoogt. Maar hij wil eens kennis maken met het Texelsche publiek, En eer de prijzen te verhoogen, gaf hy 't liever nog voor niet. Let eens even op de prijzen, waarvoor wQ verkoopen gaan, Sport flanel voor twintig centen, waar wel water op kan staan. Geel katoen van zeven centen, flinke breedte, beste maat, Dameslaken achttien centen, wat voor meisjes prachtig staat. Luiergoed van af tien centen, twintig centen zwanendons, En sajetten groote knotten, drie en twintig cent een ons; Ook wel knotten van tien centen, even kleiner, maar toch puik, Dit is juist 't gewenscht artikel voor het dagelijks gebruik. Engelschleer, 't is onbegrijpelijk, vijf en dertig cent een el, Witte keper vijftien centen, drlestreep voor een bagatel. Zware pllow twintig centen, echte molton dezelfde prijs, Wie nu in DE BAZAR komt koopen, doet voorzeker toch heel wjjs. En verbeeld U beste vrienden, men koopt een weinig en komt zien, Ea na tien of twaalf dagen, krijgt men een prachtig aaalmachlen. Wat een vreugde zou dat geven en het was toch heusch niet kwaad, Ja, dan zou men blijde wezen, dat er een BAZAR bestaat. Later kom ik U vertellen, wat men verders koopen kan, Broches, portemonuale's en messen, ja, cadeaux voor vrouw en man. 'k Wil nog even op doen merken, dat 't is alles spotgoedkoop, De kwaliteit laat niets te wenschen, daarom is het dat ik hoop Dat U in DE BAZAR komt koopen, loopt vrij in en kom eens zien, Wees gelukkig met Uw BONNEN en win dan een naaimachten. UEd. Dw. Dienaar 48 Hoofdstuk XIV. God s|j gedankt/ riep Bertha. Eén greep, en het kistje van den ouden man was in hare handen. Krampachtig hield het vast. Nu wilde zQ Frits met zich voortsleuren, de roode vlammen lekten reeds aan het venster, waarvan de ruiten rinkelend op den grond vielen, het vuur drong teeds door alle naden rondom en boven haar, en bedreigde zelfs den uitgang. Maar Frits bleef rustig staan en zag met een stompzinnigen lach het vreeselfjke schouwspel aan. Bertha, reeds half bedwelmd door rook en hitte, terwijl hare oagen schenen te branden, trok Frits met zich mede naar den uitgang. Plotseling liet zich een vreeselQk gekraak hooren, geweldige vlammen braken van alle kanten uit, een dikke zwarte walm drong naar binnen, en nu eerst kwam Frits tot het besef van het doodsgevaar waarin beiden zich bevonden Zonder zich nog een oogenblik langer te bedenken> tilde hQ het meisje van den grond en droeg haar in allerijl door rook en vlammen naar de deurachter hen sloegen krakend de brandende balken tegen den grond en een vlammenzee verhief zich ten hemel. Plotseling weergalmde een gillende kreet, als de noodkreet ven een stervende, en Bertha zonk lang zaam uit de armen van den zinnelooze op den grond neder, doch krampachtig hield zQ nog het geheim zinnige, bruine kistje onder den rechterarm Hoofdstuk XV. Bertha's kreet „Brand in het park/ In de hut van den oude/" had het geheele dienstpersoneel op de been gebracht. En toen was het alarm ook spoedig doorgedrongen tot de vertrekken van mevrouw Von Elsbach1 Z(j vroeg naar juffrouw Bertha, en toen vertelde men haar van den brand. De zenuwachtige oude dame was buiten zich zelve. Goede hemel, brand/ als wij hier maar geen gevaar hebben Ach. ik heb altijd wel gezegd, dat men dien idioot toch moest wegbrengen. HQ zal ons nog ongeluk aanbrengenjammerde z(j. Toen ging zij naar de kamer van haren zoon. - De hut van den oude staat in brand, men zegt mi), dat juffrouw Hendriks er heen is - Bertha/ riep hg ontsteld, zonder te letten op den verbaasden blik van zijne moeder. HQ vloog de trappen af. Waar is juffrouw Hendriks! riep h|j beneden eenen lakei toe. Ik weet het niet, genadige heer... Ik heb de juffrouw vandaag nog niet gezien. En Elsbach snelde voort, het donkere park in en het helle schijnsel van den brand wees hem den weg. Toen hij naderbij kwam, klonken hem verwarde stemmen in de ooren. Het was zijn dienstpersoneel, dat ijverig pogingen deed om den brand te blusschen, Hm, daar is niets meer aan te doen, laat de oude barak maar uitbranden. Het is beter te zorgen dat het park niet wordt aangetast, zeide een der mannen. Maar waar is de gek gebleven? Och die, ik heb gehoord dat hQ in zijne hut in slaap is gevallen, terwijl boven hem alles brandde. En Op dit oogenblik werd het gesprek gestoord door een dienstmeisje, dat in allerijl kwam aanloopen. Groote God/ riep zij, welk een ongeluk, Zooeven is het dak ingestort en daarbinnen is Frits met onze juffrouw. Dat arme, lieve schepsel. Zulk een dood - Elsbach hoorde niets meer. HQ was als zinneloos door angst voor Bertha. En nu vergat hQ alles, wat nog véér weinige uren een onoverkomelQke scheiding tusschen hen scheen te zullen maken; hQ vergat het verledene en de toekomst in zQn verbeelding zag hQ slechts de vrouw vóór zich, die hQ liefhad. En nu schaamde hQ zich, dat hQ zoo laf was geweest en zoo wreed. Indien zQ eens een rampzaligen dood in de vlammen had gevonden? De haren rezen hem te berge, zQn hart dreigde stil te staan. En nu, vooral, voort. Ach, hQ moest zich aan een boom vastgrQpen om niet te vallen, welk een tafereel aanschouwde hQ daar. Als een reusachtige vuurhaard, waarvan de vlam mengloed opstQgt ten hemel, en het park, het bosch en de rotsen kleurt met een bloedroode tint, stond daar de hut van den oude.' En een ruwe stem achter hem zeide: HQ zal wel dood zQn, en ten slotte is het nog maar een geluk voor den stakker Maar zQ Wie zal wel dood zQn? riep Elsbach onstuimig, terwQl hQ zich omwendde en den man in de oogen zag. De vlammen verlichtten zQn gelaat, het was ver wrongen van angst en ontzetting. (Wordt vervolgd,) Snelpersdruk - LANGEVELD DE ROOU - Texel

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1898 | | pagina 4