TEI E J- 'l 11 EBEi IMI J een nefliilEM, NflJAAfiMBËMABKï7 varen van Texel naar Purmerend. Opnieuw in voorraad Rookworst, Boterhammenworst, Leverworst. garnalen en verdere Vischwaren. Tevens een partij wateriMt wert 2 eerste prijzen vae f 10.-, 2 tweede prijzen van f S.-. Feuilleton. In het duin bedolven. wintermailen en pantoffels IAÜGEVELD 8 DE ROÜIJ, Dames- Wintermantels Ph. VLESSING NAJAAKS-KÖEMARKT. Afvaart HALF TWEE. C. C. KUIJPER. H. HAAKMAN. zjjn tegen concurreerenden prijs voorhanden ter drukkerij van LANGLVELD DE ROOIJ. een zeer uitgebreide collectie bestaande in: Jaquets, Keepmantcls, Pellerines en Hindermantels. De prtyzen zjjn benedon alle concurrentie. B(j al de laag genoteerde prijzen nog 5°/o korting. Ruime voorraad HansJongens* en fiinder- Wlnterjassen in alle maten voorhanden. Hoogachtend, Aanbevelend, UEd. Dw. D. WINKELS RABAT. C. VISSER. «A Gevestigd sedert 1848. Bljjft zich voortdurend minzaam aanbevelen voor de doorzending van De or.deigeteekende baricht de ontvangst van een groote sorteering fijne en goedkoope in diverse soorten. Overtuigt U van de groote voorraad en lage prijzen in de Noord-Brabantsche Schoenwinkel van MARKTPLEIN. JOH. EIKKEET. in een klein gezin als hulp In de huishouding. Adres: C. J. ROEPER, Weverstraat, Burg. Burgemeester en Wethouders der gemeente HELDER brengen ter kennis van belangheb benden, dat alhier op WOENSDAG, den 86 OC TOBER a. 8., zal gehouden worden, een Deze markt zal aanvangen des morgens ten 8 uur en gehouden worden in de MOLENSTRAAT, van de Biersteeg tot de Oostslootstraat. Er zullen geen marktgelden geheven worden. BIJ gelegenheid der Voorjaars-Koemarkt zal door de Afdeeling Heider der Hollsndsche Maat schappij van Landbouw eene STIERENREURING worden gehouden, waarvoor zjj uitlooft: Helder, den 9 October 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, VAN STEIJN, Burgemeester. UÜRBANUS, Secretaris. ftlAfÜ uitgevers van de blijven zich beleefd aanbevelen voor de levering van alle soorten als: Verloving-en Ondertrouw- res, Visitekaartjes, Iiploma's, Programma's, Nota's, Kwitan ties, Facturen, Reglementen, Bestekken, Registers, Tekst boekjes, Aanplak- en Strooi biljetten, enz. enz. enz. Nette Bewerking. Spoedige aflevering. Billijken prijs ■-.'A 14 Hoofdstuk Hl. - Komasu, moedartjo sprak hö mst den zuiver- sten Gascognische tongval, breng wat te eten, vlug/ Ik heb nog veel te loopen vóór het nacht is. Eu daar de waardin hem steeds nog met open mond aanstaarde, begon de eenoogige zön voorhoofd te fronsen. - Sapristi, bromde bt), verstaat gjj mij niet? Waartoe hebt gö mö zoo aan te gapen? Doe uw oogen maar goed opeD, moedertje, en gö zult een echt edelman zien; ja, dat ben ik, ofschoon ik uit een land kom, waar men er niet veel om scheen t® bekommeren. Maar let wel, vrouwtje, daar tegen over sjjn de diamanten en pastrien er zoo algemeen, dat men ze aan de kinderen geeft om er mee te knikkeren; de gouden geldstukken vallen zcomaar in de zakken van den eerste do besteen Maar voor den drommel, zult ge mij maar niet haast Dedisnen, oude tooverkol? De waardin bekwam eindelijk van den indruk, dien deze vreemdsoortige gestalte op haar gemaakt h&d. - Helaas, mijnheer, antwoordde zö verlegeD, wö hebben niets, dat bet aanbieden waard is. Kaas, eieren, dat is alles De onbekende vestigde den blik uit ztln eenig oog op den kapoen aan het spit, dat door een kleinen jjDgeD, die in het hoekje van den haard gezeten was, werd rondgedraaid. Het gebraad begon reeds een fraaie kleur aan te nemen en verspreide een heerlijken g&ur. - Hm, hm/ kuchte h(J, terwijl hij over zijn afhaDgende snorrebaarden streek, en voor wien is dan dat smakelijk beestje? - Met uw verlof, mijn goede heer, die vogel behoort aan een reiziger, die op de bovenkamer ie; hij beeft hem vooruit betaald, - Zoo, en wat is dat voor een reiziger - Hij heeft de houding van een krijgsman. - Heel goed/ Ga mijn groeten aan dien soldaat overbrengen, en zeg hem, dat een edelman, een oud seeoifleier van Z. M. den Koning, hem om de eer verzoekt in zijn gezelschap den maaltfjd te gebruiken. - Maar mijnheer - Ga dan, drommeleche praatal Ik duld niet, dat men tegenspreekt, wanneer ik een bevel geef En hö duwde de arme waardin b(j da Behouders naar de krakende trap, welke naar de bovenver dieping voerde. De oude beklom al tegenpruttelende de trap, en haar slecht humeur waa ongetwijfeld van invloed op da wijze, waarop si) de boodschap overbracht, want zij kwim weldra met een weigerend antwoord terug. Da reiziger boven, zeide zt), verzekerde, dat h(J mijnheer den zeeofficier niet lang gezelschap zou kunnen houden, daar h|j zelf veel haast had om te vertrekken, hij verzocht hem biJgevoig zjjn veront schuldigingen te aanvaarden. Daarop begon zö weer het avondmaal van haar eersten gast verder te bereiden. Zön gezelschap/ herhaalde de eenoogige woedend, voor den duivel, ik zou zjjn gezelschap best kunnen missen, als de kapoen mjj maar gezelschap hield. Hs, behandelt men mjj aldus Ik zend een boodschap aan dien landloopsr van een soldaat, en hjj antwoordt mjj met een weigering I Een weigering aan mi) Duizend bommen/ Dat zullen wjj eens zien Vrouwtje, ging hjj op ruwen toon voort, gjj zetmö dadelijk den kapoen, die mij nu wel gaar toeschijnt, hier op deze talel voor, en wel oogenblikkeltjk, zoo niet Maar als de andere reiziger hem nu vooruit betaald heeft? Hier hebt ga wat om ham terug te geven, zei de verschrikkelijke oauoog, een kroon op tafel tsfcl werpende, en nu me et men mij met dat gezeur niet meer aan het hrofd malen, want het is niet geraden mjj op te winden. De waardin verzette zich luidkeels tegen deze geweldpleging, zonder er naar te luistereD, liep de zeeman op den jongen aan het spit toe, die zich doodeljjk ontsteld uit de voeten maakte, en hjj begon zich deu betwisten vogel voor te zetten. De arme vrouw wrong zich van wanhoop de handen en riep uit alle macht om den wettigen eigenaar van het gebraad. Laat hjj zelf komen om het te verdedigen riep do éénoogige op woesten tooD, terwijl hjj het nog rockende spit in het rond zwaaide. Op dit oogenblik verscheen de reiziger van de eerste verdieping, door dit verschrikkelijk leven aangelokt, boven aan de trap. Het was een man van een lange gestalte, die inderdaad het voorkomen van een krijgsman had. H(j was ook van lange knevels voorzien, doch, in plaats vsn tot op de borst af te daleD, zooals die van den eenoogige, waren zij krjjg haftig tot aan de ooren opgedraaid. Verder droeg hij ook oen degen, die hem echter van geen groot nut kon zjjn, want zjjn bezitter was van één arm bsroofd, en de ledige mouw hing slap langs zön jas. Een enkele blik was voldoende, om hem op de hoogte van de zaak te brengen. Zön gelaat ont vlamde in toorn en hö snelde de trap af. Onbeschaamde, riep hö uit, den maaltöd van een edelman als ik rooven Gö zult mö rekenschap geven van die beleedigiDg. Onbeschaamd zöt gö zelf, dis een edelman van mjjn slag zön maal zoudt laten houden met een paar eieren en wat kaas. Ik ben tot uw beschik king na het eten. Neon, op het oogenblik. Maar gö zöt vaneen oog beroofd. Dat, hetwelk mö overblöft, is goeden gö, gjj zjjt van een arm beroofd. Die, welke mö overblöft, kan mön degen voeren. Val aan, mönheer. Val zelf aan. Zjj kruisten het staal, ondanks de smeekbeden der waardin. De eenoogige had het braadspit, het voorwerp van den ströd, niet laten varen, hetgeen het belachelöke van het tooneel nog zou verhoogd hebben, ale niet die twee potsierlijke gestalten zelf voor het belschelöke gezorgd hadden. Het tooneel kon evenwel spoedig een meer droevige wending nemen, zoozeer waren de twee tegenstanders op elkaar verbitterdmaar nauwelijks barenden xö zich vlak tegenover elkaar en hadden zö elkaar goed aangezien, of er vertoonde zich een zekere aarzeling in hun bewegingen. Geen hunner dacht er over aan te vallen en sö beschouwden elkander meteen soort van verbazing en ontsteltenis. Broeder Jean, zei eindelök de eenarmige, zjjt gö het? Mönheer De Castilhac, riep ds eenoog uit. Mot een klaterend gedruisch vielen de degene op den grondcok het braadspit zon in de asch gerold zön, als ds waardin het niet op het juiste oogenblik in de vlucht had gegrepen. Daarop omhelsden di beide kampvechters elkander onstuimig, tot groots verbazing van (le goede vrouw, die niet wist, wat zö van dien plotselingen omkeer denken moest. Eindelök lieten xö elkaar los en bsgonnen elkander opnieuw te beköken. {Wordt vervolgd.) E g. b< w< Gedrukt fcfi LANGST?ELD ft DE BOOU, Texel hjj kei ■g I 8 KAARTEN, OvERLIJDENSCIRCULAI- jï'. E WC Ijjl OUC len noi iicb roe lar et erk Ze toi •on

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1899 | | pagina 4