r Haast u! Haast u Doet spoedig uw bestelling m VISITEKAARTJES. w W to m to H ÖC UI H C'Q Hl m H c_ op de plek, waar nog voor weinige uren 't hart rustig sloeg. Een korte wijle slechts luistert zij en dan, een hoopvol gevoel komt even haar gemoed verwarmen. Zij meent het hart nog zwak te liooren slaan. Een bijna onhoorbaar gesteun versterkt hare hoop. Haar kind leeft nog. Zij vouwt de handen en bidt dan, zooals zij daar geknield ligt, zoo innig als ooit eene moeder voor haar kind heeft gebeden„God ontferm U over ons en spaar zijn jeugdig leven." Dan wendt zij zich tot de jeugdige dochter, die zwijgend naast de moeder ligt neerge knield en roept haar toe: „roep gauw de buren en haal dan zoo vlug je loopen kunt dokter Hendriks." Het meisje snelt voort om het bevel der moeder uit te voeren. Een kwartier later wordt Frans op een matras, die op een ladder was gelegd, door een paar hulpvaardige buren naar huis ge dragen. Zwijgend en als 't ware slechts vaag be seffend wat er voorvalt, zit de dronkaard bij de tafel en ziet min of meer onthutst het jammerlijke tooneel aan. Een half uur later verschijnt de dokter met Rika. Met betraand gelaat ziet de arme moeder angstig op naar den zoo vurig verbeidden dokter. Hij is niet alleen de geneesheer, maar ook de vriend der armen. Lang, heel lang duurt zijn onderzoek, na dat hij den gekwetsten jongen voorzichtig van de schamele kleeding had ontdaan. Eindelijk kan de ongeruste moeder zich niet langer bedwingen en voegt zij den dokter toe „och, u zult hem toch immers wel weer tot het leven terugroepen, niet waar Ik hoop 't moedertje, herneemt mijn heer Hendriks langzaam, terwijl hij het onder zoek voortzet. Als de hersenen door de schok nu maar niet te veel geleden hebben, t Is trouwens al erg genoeg met den jongen gesteld't rechter-schouderblad is stuk, de rechterarm gebroken met twee ribben. De hoofdwond veroorzaakt de sterkste bloeding, wel is waar, doch zou spoedig genezen zijn, zoo maar geen edeler deelen gekwetst waren. Maar wat zie ik, de hand bloedr ook't is of er een glasscherf ingedrongen is. Ja waarlijk Kom, laat ik dat allereerst zien te verhelpen." Aanstonds toog de goede dokter aan het werk en nadat deze operatie was afgeloopen, ving hij aan met alle kwetsuren zorgvuldig te verbinden. Terwijl hij daarmee bezig was, zei de geneesheer „ik zou haast vragen hoe kwam de knaap op zulk een laat uur nog op de spoorbaan De ongelukkige moeder zuchtte, maar ant woordde niets. Zij kon toch geen aanklacht doen tegen haar eigen man, hoe onwaardig en afschuwelijk hij zich ook jegens haar en de kinderen had gedragen. „Wacht eens," vervolgde de dokter„ik meen het raadsel te hebben opgelost: die glasscherf in Frans' rechterhand en de klee ding, die zoo naar jenever rook. Je man had zeker je zoon nog uitgestuurd om jenever te halen door zulk een hondenweer, niet waar De arme vrouw wischte hare tranen, die nog steeds vloeiden af, zuchtte diep en knikte verdrietig. „Nu moedertje," ging de dokter voort; „wij zullen trachten hier meer dan een patient te genezen." j Nog drie malen kwam de edele man naai den gekwetsten zien, voor de lange nacht voorbij was. Het bewustzijn was bij den knaap weer- j gekeerd en toen kreunde en jammerde hij van hevige pijnen. „Zoo gaat het goed," sprak de arts, toen hij .s mergens den patient bezocht. „Waar voor ik het meest bevreesd was, schijnt ge lukkig te zullen afloopen: de hersens van den knaap schijnen niet te hebben geleden." Gijs had zijn roes uitgeslapen en durfde de oogen niet naar den dokter of zijne vrouw op te slaan. Zij was den geheelen nacht niet van het bed van haar kind geweken. Rika lag gerust te slapen. „Nn, moedertje," sprak de arts weer„nu moet je man eens 'n uur of wat op de jongen passen en kommandeer ik U een uur of wat naar bed; je bent ook de sterkste niet en hebt voor alles absolute rnst noodig. Je man zal met de stipste zorg op zijn zoon passen. Van goede zorg en trouwe verpleging toch, hangt voor een groot deel het behoud van dit jonge leven af." Een diepe zucht van den man bewees, dat hij niet alleen alles verstaan had, maar in wendig ten prooi was aan de vreeselijkste wroeging. Ileete tranen vloten hem langs het gelaat, dat hij met beide handen bedekte. Toen de dokter een paar uren later weer kwam kijken, vond hij de vader naast de gekwetste. De vrouw sliep rustig, uitgeput als zij was van 't waken en al het verdriet der- laatste dagen. Ook Frans was in een lichte sluimering verzonken. Gijs wendde zich met neergeslagen oogen tot den dokter en steunde op deemoedigen toon„beste dokter, ik ben de grootste el lendeling, die hier rondloopt Dat behoeft gij niet langer te zijn, dan ge zelf wilt, was 't antwoord. „Zou mijn jongen weer herstellenvroeg Gijs en sloeg angstig de oogen in de richting van den deerlijk gekwetsten knaap. Hij is jong; ik heb dus alle hoopmits de jongen trouw wordt verzorgd, hernam de dokter weer. „Daar zal ik voor zorgen," liet de vader er op volgen en nooit, nooit drink ik meer een druppel drank: Ik hoop dat gij bij uw besluit blijft, maar beloof niets. Van mijn kant wil ik je echter beloven, dat ik je aan werk zal helpen, als gij uw woord houdt. Zonder U iets te verwijten, meen ik je toch wel te mogen herinneren, dat gij alleen de oorzaak er van zijt, dat je kind hier in zulk een zorgelijken toestand neerligt. Een diepe zucht op dit gezegde, bevestigde hoe Gijs de waarheid dier woorden gevoelde. Op liefderijken, ernstigen toon ging de dokter voort met den diep gezonken man over zijn vieeselijke ondeugd te onderhouden. Hij wekte hem op om telkens, als de drankzucht weer bij hem opkwam, terstond aan zijn bijna vermoord kind te denken en zich dan te herinneren, wat hij aan vrouw en kinderen verplicht was. Toen de kerstklokken luidden en de Chris-- tenen zich naar .de kerken spoedden, om daar de blijde boodschap te vernemen, ging ook Gijs uit. Niet naarde herberg, maar naar de kerk toog hij. Dat was reeds in vele jaren niet gebeurd. Het bloed van zijn jongen had niet voor niet gevloeid. De vader scheep een ander mensch te zijn geworden. Frans kwam weldra het gevaar te boven. De dokter had de geschiedenis van den dronkaard en diens gezin aan eenige vrienden verteld, die er nu voor zorgden, dat ook in de woning van deze armen een fraaie kerst boom, vlak voor Frans' bed, werd opgericht. De fraaiste geschenken, aan dien boom waren voor den ongelukkigen knaap bestemd. Toen een jaar later weer de kerstlichtjes glansten».en het heerlijk „vrede op aarde" van duizenden lippen vloeide, kon het gezin van Gijs mede jubelen. De drankduivel was voor goed verbannen; Er was vrede na strijd gekomen en allen gevoelden de hooge waarde der liefelijke profetie, die telkens opnieuw predikt: „Een zij God in den Hoogevrede op aardeit menschen een welbehagen." UI -3 De ondergeteekenden blijven zich voortdurend beleefd aanbevelen voor de levering van Visitekaartjes. Vele modellen zijn voorhanden. Billijken prijs. Spoedige aflevering. Nette bediening. LAXGEVELD DE ROOIJ. •U.; J_etterpf;oef ter inzage.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1899 | | pagina 2