SPEELKAARTEN^
BRILLEN
Scheurkalenders
Broodbakkerij
„DE VOLHARDING"
GEBRS. BRUIN.
Uit de hand te huur
Wintermuilen en Pantoffels,
Feuilleton.
VERKOCHT.
Zuivere
onvervalschte MELK.
De Hederlandsche
Hypotheekbank te Yeendam,
Grootste voorraad, Laagste prijzen
Joh. Kikkert.
Verkrijgbaar
Noord-Hollandsch GRONDCREDIET
den Boekhandel Parkstraat.
te HELDER,
de levering van zuivere onvervalschte
MELK, ten behoeve van bovengenoemde
bakkerij, geraamd op 40.000 liter, ge
durende een jaar te leveren in dage-
lijksche gelijke hoeveelheden.
J. P. N00RDIJK.
Pandoerkaarten 8 cent.
Hombre12
WhistI2
Pandoerkaarten I2 cent.
ÏVhistkaarten I5
LANGE VELD DE R00IJ.
Solide Naaimachines op afbetaling,
zonder prijsverhooging.
J. E. WINKLER.
G. D. KIKKERT,
en ALMANAKKE E".
is voornemens den 8 Januari 1901 publiek
aan te besteden
Onder de volgende voorwaarden:
1. De Melk staat onder controle van een ver
trouwd scheikundige, voor onze rekening.
2. Het soortelijk gewicht van 1 L. Melk mag
variëeren van 1.028 tot 1.032 Kg.
Verdere inlichtingen omtrent de voorwaar
den te bekomen aan de bakkerij.
neemt in behandeling hvpotheekaanvragen tot
alle bedragen
Rente-vergoeding 43/,"/o.
Geeft pandbrieven uit:
4% a 997»37,% a 937,7-.
De agent voor Texel,
2 Akkers BOUWLAND bij de Waal, gebruikt
door Cd. Selser.
1 idem als voren door H. Koopman.
Te bevragen bij den Makelaar Sd. KEIJSER Pz.
FIJNE KWALITEIT.
in de bekende goedkoope en uiterst solide
voor dames, heeren en kinderen.
Tevens een fijne sorteering dames- en kinder-
pantoffels met lederen zolen en wol gevoerd,
alsmede LOOP- en KAPLAARZEN, SLOO-
TERS- en VISSCHERSLAARZEN, solide en
waterdicht, enz, enz.
Aanbevelend,
47o PANDBRIEVEN a 100/0 van het
te ALKMAAR.
van af de goedkoopste tot de fijnste soorten,
voorhanden bij
Goud- en Zilversmid.
KOSTERS en JACOBS PREMIEKALEN
DERS en VRIEND VAN DEN HUIZE, 30 ct.
Dikke Enkknizer Almanakken 15 cent.
Bestellingen op andere Scheurkalenders, boek
werken, enz. enz. worden gaarne aangenomen in
34.
Goed het zij dan zoo. Ik zal de rol hier
houden om zoo spoedig mogelijk met leeren te
beginnen. Acht dagen, dat is een verbazend
korte tijd
Maar, ik verwed er mijn uniform onder,
dat gij uw partij morgen reeds op uw duimpje kent
Ik hoop, dat het zoo vlug zal gaan. Als
nu Rudolf maar geen bezwaren heeft.
Kom, dan moet gij hem dat eens en voor
altijd afleeren antwoordde Frans vroolijk.
Mijn zuster heeft volkomen gelijkals Rudolf
u zulk een pretje niet gunt, dan moet hij maar
naar een ander uitzien.
De laatste woorden klonken zoo, dat men er
bijna aan getwijfeld zou hebben, of dat den
spreker niet aangenaam zou geweest zijn-
Alles is dus goed afgesprokenzeide de
zuster van den jongen huzaar, terwijl zij opstond
en .Flora de hand tot afscheid toestak. Adieu,
Floortje! Denk er om, dat gij hef ons hebt
beloofd
Onder vroolijk gelach trad het drietal in den
winkel, waar Tobias Koster op het gezicht van
het jonge meisje een onweerstaanbare neiging
gevoelde 0111 op te staan.
Nog eenige oogenblikken bleven de drie aan
de deur lachend en pratend staan, tot Flora
uitriep
Daar komt moeder
Zij trad de winkel weer binnen, waar Tobias
in het halfduister gezeten onophoudelijk het
jonge meisje had aangestaard. Na eenige secon
den trad de weduwe Wilmers binnen.
De heer, die onlangs des avonds hier was,
wacht reeds een half uur op uwas het eerste
wat Flora tot haar moeder zeide.
Antonia's gelaat, dat reeds aschgrauw was
werd zoo mogelijk nog blocker.
Mijnheer mijnheer Kosterstamelde
zij, wat kunnen wij wel met elkander te
bespreken hebben
Misschien meer dan gij denktantwoordde
hij koel. In ieder geval dingen van groot
belang. Maar ik zou u onder vior oogen moeten
spreken.
Antonia kon van verbazing geen woorden
vinden. Maar zij trachtte zichzelf meester te
blijven en bracht eindelijk met moeite uit:
Kom dan maar binnen, als 't u belieft!
Miju lieve mevrouw Wilmers, begon Tobias
Koster, nadat hij in den stoel, dien zij hem
aanbood, had plaats genomen, het is een
hoogst delicate zaak, die mij hierheen gebracht
heeft. Het staat er tusschen mij en uw broeder
niet goed bij. Toch is het een misverstand,
dat er tusschen ons vijandschap zou heerschen.
Gij zijt nu ook uit den dood gered, cn dat is
de hoofdzaak.
Antonia zag hem wezenloos aan.
Hoe hoe bedoelt ge dat stamelde zij.
Gij hebt, al is het niet van mij, toch van
andere zijde het gestolen geld immers terug
bekomen, ik weet het. Maar laten we daar
niet verder over spreken. Kort en goed, gij
zijt nu eenmaal gered. Zorg er nu maar voor
het geld op den juisten tijd bijeen te hebben,
want WillemWil ik u eens in vertrouwen
iets zeggen Dat, wat gij mij zoo kwalijk naamt,
toen ik het zeide, heeft zich bewaarheid. Uw
broeder is gaan speculeeren
Spceulec-ren herhaalde Antonia.
Ja, speculeerenbevestigde hij, dat is
het, wat mij hierheen gebracht heeft. Hij zal
een groote leverantie doen op een bestelling
van buiten de stad. Welnu, stel u eens voor,
wat een speculatie! Uw broeder zou met één
slag geruineerd zijn. Ik heb hem derhalve
verzocht mij een en ander mede te deelen, opdat
ik informaties zou kunnen inwinnen. Gjj kunt
mijn eerlijke bedoelingen hierin toch niet mis
kennen, want ik heb zelf te groot belang bjj de
zaak. Ik kan hem niet afraden, want dan zou
hij zijn zin juist doordrijven, gelooft gij dat ook
niet P
Antonia knikte.
Gij zult mij waarschijnlijk uitlachen, als
ik zeg, maar ik weet een middel, waardoor
alle bezwaren uit den weg worden geruimd.
De weduwe zag hem opnieuw aan, alsof zij
hem niet begreep.
En wat is dat middel vroeg zij.
Dat middel bestaat in een huwelijk met
mij en zijne dochterwas het antwoord, dat op
een toon werd gegeven, alsof hjj tot eiken prijs
zijn doel bereiken wilde* Ik ben, weliswaar,
oud genoeg om haar vader te kunnen zijn,
maar wat zal ik u zeggen het meisje
heeft me nu eenmaal ingepakt en om haar tot
vrouw te krijgen zou ik mijn halve vermogen
en dat is een aardig sommetje willen
geven. Wat zegt gij er van? Zoudt gij zulk
een huwelijk geen geluk voor hetmeisjenoemen?
Zij wordt opeens een rijke vrouw en haar vader
zal weer de chef worden van de bloeiende,
van ouds bekende meubelfabriek
Zeker, ik beschouw dat als een geluk voor
het meisje, als een groot geluk zelfs, antwoordde
zij haastig. En mijn broeder hij moet
zich wel gevoelen, alsof er een zwaar pak van
zijn hart genomen wordt, als hij het hoort.
Denkt gij, dat ik het zou kunnen wagen
met mijn voorstel voor den dag te komen P
vroeg hij uitvorschend.
Ik weet niet, waarom gij het niet zoudt
doen stamelde Antonia.
Gij weet toch zeker, dat er geenerlei
belofte aan een ander gedaan is omtrent de
hand van het meisje vroeg hij verder.
Daarvan is mij niets bekend.
Ook niets van een geheim engagement
Evenmin.
En, gij kent het meisje, haar karakter,
haar levensop vetting, denkt gij, dat ik hoop
zou kunnen koesteren
Ja, dat denk ik welantwoordde Antonia.
Moeder en dochter, beiden hebben zij nogal
groote plannen voor de toekomst!
Hij schoof zijn stoel achteruit en stond op.
Ook Antonia stond op van haar stoel.
Mijnheer Koster, ik kan het niet helpen,
maar ik heb er zulk een spijt van, dat ik uw
goede bedoelingen kon miskennen en u dingen
kon zeggen, die gij allerminst verdiendet! zeide
zij op berouwvollen toon. Maar tot dank
voor al het goede, dat gij ons bewijst en nog
bewijzen wilt, zal ik doen wat in mijn vermogen
is om uw wensch tot werkelijkheid te maken.
Donk er maar om, dat gij uw -belofte
nakomtzeide hij bijna gebiedend. Maar
begrijp me goed, ging hij voort, ik heb
geen voorspraak noodig. Ik zal zelf wel trachten
mijn doel te bereiken. Maar ik kwam alleen
naar u toe, omdat ik op 't oogenblik by Willem
geen poging wilde wagen, met het oog op zijn
opgewonden toestand, waarin hij op 't oogenblik
verkeert en die al mijn plannen den bodem in
zou kunnen slaan. Maar, maar, ik zie de
catastrofe komen, en dan is het mijn tyd om
aan allen nood een einde te maken.
Hij stak haar de hond toe.
Ik kan dus vast op u rekenen P vroe°- hii
ten slotte.
Zij beantwoordde zijn handdruk slechts flauw
maar des te levendiger verzekerde zij, dat zii
hem helpen zou.
Het overgaan van de bel en het openen van
de deur, dat er direct op volgde, liet beiden
een blik daarheen wenden.
Mamaberichtte Flora, daar is een
kleine jongen, die dezen brief brengt, van
mevrouw Duizendschoon, zegt hij. Maar dat
is toch haast onmogelijk
Antonia greep den brief, dien haar dochter
haar aanbood, haastig aan. Haar ontgin^ de
vlammende blik niet, dien Tobias Flora toewierp.
O, waarom is zij niet het meisje, dat hy
tot vrouw hebben wil! dacht de dwaze vrouw.
Ik zou die verbintenis met den armen timmer
man wel weten af te maken.
Terwijl zij aldus haar gpdachteu liet gaan
had zij hot couvert opengebroken. Er viel een
vel dik postpapier uit, waarin een biljet van
honderd gulden zat.
Zij vouwde den brief open en las
Lieve AntoiaUw ongeluk heeft mij
toen gij bij ons waart, door de ziel gesueden'
maar ik kon niets doen om u te heipon. Ik
hoop, dat het biljet, dat hierbij ingesloten gaat
u zal kunnen helpen. Van harte gegroet door'
uw nicht Amanda.
Zij vouwde den brief, na hem gelezen te
hebben, weder dicht, maar hield daarbij het
bankbiljet open en bloot in de hand. De blik
van Tobias Koster maakte haar daar eerst
opmerkzsam op.
Ach, mijnheer Koster! begon Antonia
stamelend, nu gij het tooh weet, doe mij
nu het genoegen en neem dit bankbiljet voor
uw zuster mede, om het van mijn schirid af te
trekken.
Tobias Koster nam het biljet zonder een
woord te zeggen aan.
Wordt vervolgd.)
Gedrukt bjj LANGEVELD DE ROOIJ, Texel