Tandarts A NS IN GII MELKONTROOMER ÖE „ALFA CflLIBRI" Hoofdgracht 28 Den Helder, VAN DER KLOOT Go., De Cocksdorp. Landbouwkantoor „Noord-Holland Import van THOMASPHOSPHAAT, uitsluitend in het echte „STER"merk. Spoed 18 Juli trekt de 37fSste Staatsloterij 10de Groote Culemborgsche Geldverloting „ELK WAT WILS." Feuilleton. EER EN GELUK is dagelijks te consulteeren voor het plaatsen van Kunsttanden en Gebitten. Operatiën Pijnloos. Levering van Hulpmeststoffen onder „Openbare Controle." DONDERDAGS na 1 uur. is een MACHINE die aan alle eischen voldoet, en is direct verkrijgbaar bij Vertegenwoordiger voor Texel: de Heer CORN. M. KOORN. ISTog enkele Loten voorhanden der Eenigste Loterij waar gratis en franco een Trekkingslijst en de Prijzen iranco gezonden worden en die nooit wordt uitgesteld. Bestaande uit 3 verschillende Loterijen, alle uit te wijzen door de 376ste Ned. Staatsloterij. SERIE EEN. 1 Nummer voor 50 cent. Geldprijzen van Duizend gulden, f 500, 1 300, f 250, t 200, f 150, f 100 enz. SERIE TWEE. 2 Numm. voor 50 ct. 1 Numm. v. 25 ct. Geldprijzen van f 500» f 200, f 150, f 125, f 100, f 75, 1 50 enz. SERIE DRIE. 5 Nummers v. 50 ct., 1 Nummer v. 10 ct. Geldprijzen van 1 200, f 100, f 75, f 60, f 50, f 35, f 25, enz^ Op veler aanvragen ook voorhanden Staiverslootjes met 512 prachtige prijzen, 10 Lootjes franco 50 cent. Een ieder beproeve zijn geluk. Zij, die alle 3 Series koopen voor f 1,50, ontvangen 8 Nummers en hebben bijna zeker een prijs. Postzegels worden ook in betaling aangenomen. Alle verzendingen van bovenstaande Loten geschieden franco bij minstens! 1,50; bij bestelling beneden f 1,50 vijf cent meer voor port. Deze Loten zijn verkrijgbaar bij den Ondernemer en bij den Heer P. VERMEULEN, Texel, _A.. HE. "V" A "1ST DAM, Boekhandel, Culemborg. Vraagt prospectus, gratis en franco verkrijgbaar. Vrij naar het Fransch door A. JB. 18. Zij herinnerde zich nog met een zekere be zorgdheid haar tante met haar statig uiterlijk en de jónge elegante lachende meisjes, waarvan zfj haar geheele leven lang reeds bang was geweest. Er is een Daisy en een Giséle, die zijn mooi, verder Martha, die op mijn tante gelijkt en Maximiliaan, die op geen een van allen gelijkt. Zij zei deze woorden op een droomerigen toon en scheen te vergeten, dat zij niet alleen was. Is geen van allen gehuwd Geen enkele. Komen zij dikwijls hier Neen, maar zoo nu en dan komt mijn oom nog wel eens bij ons aan huis. En Lou „wil" dat ik hem zal ontvangen, zei zij, zonder twijfel bij zich zelf denkend dat het beter was, als Lou zelf die bezoeken maar ontving. Je bent nog erg kinderachtig, zei Marianne met zekere voornaamheid. Waarom gaat ge niet naar hem toe, als ge uw oom z>et? Ge weet wel, dat ik ook niet anders handel, als er sprake is van minder aangename bezoeken. Gilberte zei niets, doch haalde alleen een weinig de schouders op. Dus zijn al uwe nichten en neven voor u vreemdelingen P Max heb ik dikwijls ontmoet, zei zij, ter wijl zij naar haar voeten keek. Vindt ge het hier niet koud, Marianne Waar hebt ge hem ontmoet O, enkele keeren bij het uitgaan der kerk, of als hij ons huis voorbij ging. Zijn uw bloedverwanten van 'tjaar hier? Neen niet allen. Tante is ziek en heeft haar dochter by zich gehouden. Maximiliaan is hier alleen maar met zijn vader. En het is tegenwoordig niet meer hetzelfde als vroeger, zei zij, terwijl er een schaduw over haar voor hoofd kwam. Maximiliaan is nu een man, een officier. Hij is van 'tjaar bij ons aan huis ge komen in plaats van zijn vader. Neen het is nu niet meer zooals vroeger. Wij veranderen allen Goddankzei Marianne. Ik zou het verschrikkelijk vinden steeds dezelfde te blijven. Die reis naar Parijs zal bij ons eene buitengewone verandering te weeg brengen. Misschien eene te groote, Marianne. Vindt ge dan niet, dat wij tot heden een te veel plantenleven hebben geleid Wat Gilberte aangaat bij haar was daarvan geen sprake. Ieder jaar had voor haar vrucht gedragen, haar iets bijgedragen tot veredeling van haar karakter. En na gaan wij eens met recht leven, vervolgde Marianne. Ik ben nog nooit zoo vroolijk en zoo recht tevreden geweest en op 'toogenblik begrijp ik nu ook waarom. Ik had het eerder moeten begrijpen Wij zullen onder de menschen komen. Gilberte wij zullen ons amuseeren, wij zullen leven, zeg ik u Wij zullen eindelijk eens in ons element zijn, denk ik. Zij dacht er zelfs niet aan te vermoeden, hoe veel te meer zij het daar was, tusschen dat mooie groen. Ik heb altijd bepaald plannen gehad, die ik nu hoop uit te voeren. Wil ik je eens zeggen wat die plannen zijn Welnu vroeg Gilberte zonder van houding te veranderen. Wel, ik ben vast besloten, gelukkig te worden, zei zij naïf. Zij meende op te merken, dat Gilberte trilde en vroeg: Wat scheelt er aan Gilberte Niets, Marianne, ga maar verder. Reeds als kind koesterde ik dien wensch en mettertijd is mijn verlangen daarnaar sterker geworden. Ik zal altijd de onaangename zaken trachten te vermijden. Werken zal ik nooit, daar heb ik in 't geheel geen lust in en als men mij vrij had gelaten, zou ik zeker ook niets hebben leeren lezen. Ik zal alleen datgene doen, waar ik lust in heb. Hier is niet veel dat mij aanstaat, maar daar zal ik afleiding gonoeg hebben. De doordringende blik, waarmee Gilberte haar aanzag deed haar plotseling een minder aangenaam gevoel krijgen. En wat nog meer, Marianne Is dat alles Neen, velen zullen mij beminnen. Ik zal hem die mij het meest aanstaat uitkiezen en met hem trouwen. Maar als hij u niet oprecht bemind Deze woorden werden eenigszins bedeesd uitgesproken. Mij niet beminnenGilberte riep Marianne verontwaardigd uit. En overtuigd, dat zij deze bcleediging vol doende had gewroken, hernam zij Wanneer ik getrouwd zal zijn, ga ik reizen ver weg, altijd maar verder. Ik zal langzamer hand sterker worden. Al wat we maar ver langen zullen we kunnen krijgen. Mijn man zal voor mij leven en gelukkig zijn, zei zij met vuur, als zag zij die gelukkige staat reeds duidelijk voor zich in al zijn glans. Marianne keek haar eenigszins smeekend aan, zij scheen haar te willen vragen, ook eens aan andere dingen te denken, aan het onvermijdelijke dat ook eenmaal aan dat geluk een einde zou komen Zij bedwong zich echter en zei niets. Zoo zal het gebeuren, zei Marianne. Mijn droomen zijn sedert mijn jeugd al zeer weinig verandert. Herinnert ge U nog, den dag waar op ik u ze voor de eerste maal heb verteld? wij hebben toen over een bagatel ruzie gehad. Ik herinner het mij. Ik weet nog niet, waarom ge het mij toen zoo kwalijk hebt ge nomen daar ge in ieder geval toch de bloem hebt gekregen. Marianne fronste de wenkbrauwen, doch be dwong zich. En uwe droomen voor de toekomst, Gilberte vroeg zij. De mijne, die zijn spoedig genoeg verteld Gilberte zweeg eensklaps. Het is toch zeker nog al moeielijk om het te vertellen. Ik beloof u, u te helpen ze in vervulling te brengen. Ge kunt mij niet helpen, Marianne. Wat is het dan Gilberte begon nu langzaam en als las zij in zich zelf. Zij zijn ook nog steeds naar het mij voor komt, onveranderd sedert den tijd waaraan gij mij zooeven herinnertik zal God dienen, ik zal arm alleen leven van mijn arbeid, ik zal de mij opgelegde last, die nu eenmaal onvermijde lijk is, dragen en in vrede sterven. Als ik zwak genoeg ben nog andere wonschen te koesteren, die welke ik u daar opnoemde, is toch de meest noodige. Moge God het mij vergeven indien ik soms aan die andere nog te veel waarde hecht. Gilbertezei Marianne verwijtend, maar de manier waarop deze haar aankeek deed haar eensklaps ophouden. Ge spot met mij, gij lacht mij uit 1 Beide jonge meisjes waren opgestaan en maten elkaar met de oogen. Het is een zeer dwaas ideaal, zei Marianne, toornig, en ge zult er zeker wel niet in slagen het te bereiken, omdat ge geen vasten wil hebt. Ge zult nergens van genieten omdat ge geen vasten wil hebt. Uw leven zal koud en eenzaam zijn. Gij zult het juiste tijdstip niet weten te kiezen, om dat te grijpen, wat u feitelijk toekomt, ge zult niet weten te strijden om datgene te verkrijgen, wat men u zal ontnomen hebben. Go wilt mij aanwijzen, dat ik te veel wensch Welnu ik ben nog niet uitgesproken. Ik tvensch nog veel meer I Iets onbekends, iets nog veel schooner en liever, dan ik U reeds beschreef. Iets veel meer, schoon en lief dan ge mij hebt opgenoemd Maar dat wil ook ik Marianne. Ah, ge zijt het dus met mij eens Wat is het dan P Dat wat ik u zooeven reeds zei, gaf zij beslist ten antwoord. En over dit vaste besluit van de nederige Gilberte was Marianne even verwonderd als dat Lou het was geweest over den uitroep van Gilberte tot haar moeder O, blijf laat mij niet alleen. Eenige oogenblikken bleven beiden zwijgen, daarop zei Marianne eenigszins spottend Welnu, bon je dan nog zoo ver niet? uwe vrome opvoedsters hebben uw verstand al zeer I beneveld. Maar in ernst, meent ge het waarlijk? I Is het mogelijk dat go niet aan hot geluk hecht I O, ja, maar aan het ware geluk. En dan I men is goddank niet verplicht hier gelukkig to I zijn om het eeuwige geluk deelachtig te worden. I Wordt vervolgd.) Gedrukt by LANGEVELD DE ROOIJ, Texel.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1904 | | pagina 4