Buitenland.
Met ingang van 20 dezer, is o m. a.
bevorderd tot adjunct-Machinist, onze vroe
gere plaatsgenoot de heer J. G. Frederiks,
adsp.-machinist, die de opleiding te Hellevoet-
sluis heeft verlaten.
Het Kind-Vermij.
Uit Amsterdam schrijft men aan de „N.
Rott. Ct."
Zooals men zich herinneren zal, heeft de
rechtbank alhier eenigen tijd geleden vonnis
gewezen in het proces van mr. J. Kappeijne
van de Coppello q. q. tegen de echtelieden
Vermij. De stadsadvocaat was tot voogd be
noemd over een kind, dat in een der couveuses
van het Wilhelmina-gasthuis was opgeuomen
en door de Vermij's niet als het hunne werd
teruggenomen, omdat zij beweerden, dat zij
een jongetje hadden doen opnemen, en het
hen thans aangeboden kind een meisje was.
Daarop had mr. Kappeijne tegen de Vermij's
de actie tot erkenning van staat van het
kind ingesteld, en de rechtbank had hem zijn
vordering toegewezen en beslist, dat ten pro-
cesse gebleken was, dat het meisje het kind
was, van hetwelk mejuffrouw Vermij inder
tijd was bevallen.
Deze heeft met dit vonnis geen genoegen
genomen, en omdat de man intusschen is over
leden, en het proces derhalve door de erfgena
men moet worden voortgezet, heeft mr. I. Hen,
die ook in eerste instantie voor de Vermij's
optrad, namens haar en de minderjarige kin
deren een request bij het gerechtshof alhier
ingediend tot het verkrijgen van gratis verlof
om de procedure in hooger beroep te kunnen
voeren.
Moedige daad eener vrouw
Zondagnamiddag stond de familie M., wo
nende aan den Berkelsingel te Zutfen, gereed
om uit te gaan, toen de dienstbode, die achter
het huis aan de Berkel met iets bezig was,
te water geraakte en in de diepte verdween.
Een der dochters des huizes, mevr. v. R.
uit Kampen, bedacht zich geen oogenblik en
sprong, ofschoon ze in chic wandeltoilet was,
de meid na, dook omlaag, en kreeg haar te
pakken, kwam met de verongelukte boven
water, en bracht haar op het droge.
De dienstbode was reeds bewusteloos, maar
spoedig mocht het gelukken, de levensgeesten
weder op te wekken.
Onnoodig te zeggen, dat mevr. R. 's toilet
totaal bedorven was. Maar zij was er goeds
moeds onder. Een menschenleven was gered.
Goed beschouwdeen beetje vies 1
De aandacht wordt gevestigd op min-frissche
gebruiken van sommige bedienden, mannelijke
en vrouwelijke, in visch-, brood- en in het
bijzonder banketwinkels. Wanneer iemand
daar iets komt koopen, wordt de verlangde
waar meestal overgereikt nadat „drie bedrij
ven' zijn afgespeeld „le bedrijf, als het
juffertjes zijn zij krabben in het haar2e
bedrijf: zij likken aan de vinger om daarna
een zakje te grijpen3e bedrijfzij blazen
in het zakje, waarin zij de gewenschte waar
doen met den afgelikten vinger."
Alle drie bedrijven vloeien voort uit aan-
wendsels, die men evengoed kan nalaten.
Vele sigarenhandelaars spelen trouwens
ook de laatste twee bedrijven af bij het
overreiken der sigaren.
Men schrijft aan de „Ass. Ct."
Dicht bij de Drentsche grens is een groote
inrichting tot stand gekomende Tuchtschool
ts Haren is geheel gereed. Alle gebouwen
zijn afgewerkt, de meubelen staan op hun
plaats, zoodat voldaan kan worden aan de
voorloopige bepaling, de Tuchtschool met Sep
tember a.s. te openen. De kosten voor den
aankoop van het terrein, den bouw, het ma
ken van de centrale verwarming, het plaat
sen van de fabriek voor de levering van
acyteleen-gas, en de meubileering komt het
Rijk te staan op f 200.000. Er kunnen 48
jongens geplaatst worden.
Behalve een woning voor den directeur,
een huis voor den hoofdonderwijzer, een tuin
manswoning, bestaat de Tuchtschool hoofd
zakelijk uit een groot hoofdgebouw, waarin
een zaal is voor een bibliotheek, twee school
lokalen, 4 conversatie en eetzalen, werkplaat
sen, een keuken, badkamers, 8 kamertjes voor
jongens die lichte straffen hebben te onder
gaan, twee cachotten, 48 slaapvertrekken,
ziekenzalen, provisiezaal, magazijn van kle
dingstukken en een aantal andere gereser
veerde kamertjes.
Alles is solied en flink afgewerkt.
I'e groote stichting ligt zeer landelijk en
is mooi gelegen aan de tramldn Groningen
Zuidlaren, tien minuten gaans van het dorp
Haren.
Haast niet te gelooven.
De „Tel." meldt, dat uit Den Helder duin
water (leidingwater) per motor vervoerd
wordt naar Schagen en omstreken en aldaar
verkocht wordt naar Schagen en omstreken
en aldaar verkocht wordt voor vijfendertig
cent de twee emmers van gewone grootte.
- De torenklok te Zevenhuizen (bij Gouda)
tracht het alle menschen naar den zin te
maken Geheel uit eigeu beweging wijst zij
nu uroenwichtijd aan, terwijl het slagwerk
den Amsterdamschen tijd aangeeft.
- Hij was schoenmakertje, zij was schoen
makersvrouwtje vrouwtje kon bijna niet
loopen - van wege de likdoorn; ze deed er
reeds van alles aan, alles zonder baat. Goede
buur raadde aan smeren met phosphorzalfje.
Vrouwtje smeerde 's avonds voet met
zalfje en ging naar bed.
't Was warm in bed, vrouwtje woelt in
slaap, woelt voet bloot. Voet glinstert in
donker van wege phosphorzalfje. Schoenma
kertje ziet in nachtelijk uur glinstering aan
voor glimwormpjes, wil lichtende diertjes
doodenstaat van bed op, wil slaap van
vrouwtje niet storen, loopt behoedzaam naar
werktafel en neemt groote schoen schoen
met spijkerzooi. Treedt voorzichtig naar
bed geeft één, twee, drie flinke meps
op glimwormpjes. Schoenmakersvrouwtjes-voet
erg pijn-schoenmakersvrouwtje kan vooreerst
heelemaal niet meer loopen
't Is te Assen gebeurd.
- De ooievaars, die te Borger jaarlijks
nestolen in een boom, staande in het groen
land nabij de woning van R. Scholten, vinden
hier een gevaarlijken vijand in de bijen van
den laatstgenoemde, die in het vorige jaar
de jonge ooievaars zoo hevig hebben aange
vallen, dat zij met goede hulp nog in het
leven gebleven zijn, maar in dit jaar zoo
hevig zijn opgetreden, dat de jonge ooievaars
er voor bezweken zijn. De oorzaak van
dien grooten ooievaarshaat bij de bijen is
nog niet met zekerheid bekend.
- In een gemeente in Zeeland bleek, bij
de beproeving der brandspuit, dat dit instru
ment met wind mee pl.m. 3 M. ver spoot,
terwijl er met tegenwind geen water kwam.
In de Raadsvergadering werd besloten het
instrument maar af te schaffenals er brand
was, kwam men meestal te laat, en de meeste
huizen en hofsteden waren tóch geassureerd!
- Een eigenaardige geschiedenis moet zich,
naar „de „W. Ct" meldt, te Wildervank
hebben voorgedaan met een candidaat voor
't Armenhuis aldaar.
Tot opname van den man in kwestie, een
bejaarden arbeider G., was reeds beslotenen
't eerste wat men in 't werkhuis ging doen,
was den man van nieuw ondergoed voorzien.
Bij het ontkleeden merkte men dat G. in
zijn onderkleeren een zakje met geld had
verborgen. Volgens gebruik in het werkhuis
werd hem gevraagd dit bedrag af te staan.
Hiertoe kon de man maar niet besluiten
en t eind van 't lied was dat de oude heer
zijn spullen weer terug kreeg en vertrok in
de plunje waarmee hij gekomen was.
- Een allertreurigst ongeluk had te Nieuwe
Schans plaats. Bij den slager I. Baruch zou
een afgedekte put schoon gemaakt worden.
De arbeider A. Hoven laat zich naar beneden
zakken, maar valt halverwege gekomen neer.
Een ander J. Kool laat zich nu zakken om
den eerste te redden, maar valt ook. Ijlings
haalt men redmiddelen. Hoven is door de
giftige gassen gedood, Kool is bewusteloos.
- De „Zutf. Cour." schrijft:
In het geïllustreerd Zondagsblad voor Katho -
lieken komen voor een paar leuke platen
van Geldorp, betrekking hebbend op de
Zutphensehe naverkiezing.
Op het eerste plaatje Tak met zijn dikke
buikje, de kiezers met oolijk gebaar wjjzend
op Lieftinck, als „homme fini," die amechtig
en krachteloos, heelemaal op, is neergezonken
op den drempel van de deur, die in Zutphen
naar de Tweede Kamer leidt.
„Kiezers van Zutphen, - voegt hij de
kiezers toe ziet dien Lieftinck eens aan.
Hij is politiek dood I Een man, die er geweest
is 1" (het Volk van 25 Juli).
En op het tweede plaatje, Lieftinck recht
op kranig, in de puntjes.
Tak, wat minder oolijk lachend, wijst ook
nu weer op hem (het is bij de herstemming)
en voegt de kiezers toeKijkt eens naar
dezen pracht-candidaat. Wat is hjj opgeknapt
in tien dagen. Dat heb ik 'm geleverd.
Kiest dus Lieftinck.
Het raadsel is opgelost 1 Niet door
een Rijkskanselier of Minister van Financiën,
maar door het bestuur van een klein Zweedsch
stadje.
Een nieuw „voorwerp" voor belastingen
moest ook daar gevonden.
Haarden en schoorsteenen, meubelen en
honden, zelfs rijwielen genoten als in ons
land de eer.
Wat nu?
Veebelasting Voor een stadsgemeentever-
ordening minder geschikt.
Wat dan
Gij raadt het in tienen niet
Belasting op de zwaarlijvigheid.
Hoe geregeld- Onder de 130 pond is men
vrij; van 135 tot 200 pond betaalt men f 7,50
per jaar en van 200 tot 270 pond f 15.
Een gewicht boven de 270 pond is een
luxe slechts voor millionairs, elke 20 pond
meer wordt dan met f 15 betaald.
Een Duitscher, die vele jaren geleden naar
Calitornië verhuisde en sedert niets van zich
liet hooren, heeft bij zijn dood het in Amerika
verworven vermogen van 37 millioen gulden
aan zijn arme bloedverwanten in Duitschland
vermaakt. De goudregen verdeelt zich over
35 gezinnen in Taunus en aan den Rijn.
Hongersnood.
Een verschrikkelijke hongersnood heerscht
in het geheele Zuiden van Spanje. De ellende
heeft daar groote afmetingen aangenomen.
Zoowel de officieele berichten als de parti
culiere schetsen den toestand als totaal hope
loos. De burgemeester van Osuna meldde
dat deze stad in volkomen opstand is, de
orde kon door gebrek aan krachten niet
worden hersteld.
Alle woningen zijn gesloten, de deuren gegren
deld, om een plundering te verhinderen.
Eiken nacht gaan troepen hongerige menschen
het veld in en plunderen alles. Ze slachten
de schapen en verdoelen het vleesch onder
elkaar. De politie staat machteloos tegenover
de plunderaars. Zoodra er iemand gearres
teerd werd, kwamen al de plunderaars aan-
loopen en riepen „Wij zijn allen schuldig."
In Utrera bedelen hongerende scharen met
hattverscheurend geschrei." Vele armen liggen
ziek in de hospitalen, daar ze zich langen
tijd achtereen slechts met wilde vijgen hebben
gevoed.
Officieele berichten bevestigen den bekla-
gingswaardigen toestand, waarin de bevolking
op het land verkeertde minister van land
bouw verklaarde dat een krediet van 12
millioen niet voldoende zou zijn om in de
dringende behoeften te voorzien en de onder
nomen werkzaamheden voort te zetten.
De sterke afneming van het aantal
geboorten in Frankrijk drong destijds Emile
Zola zijn „Fecondité" in de wereld te zenden.
Er schijnt nu aanleiding te bestaan dat een
Duitsch auteur dit voorbeeld volgt, daar men
zich ook in Duitschland ongerust gaat maken
over de slapte in het bakers-gilde. Sedert
1871 is het gemiddeld geboortecijfer per
duizend inwoners gedaald van 40.7 tot 36.2.
Dit verschijnsel werd nog verergerd door
het toenemen der kindersterfte; zoo stierven
in 1902 50 pCt. der overledenen, voor dat
zij den leeftijd van 20 jaar hadden bereikt.
De plichten van een schooljongen wor
den op de volgende wijze door een „Duitsch
Geheimrat" saamgevat
1. Uwe school is een kleine staat; wees
een goed burger in uwen staat, opdat gij een
waardig mensch wordt van uw groot vader
land. 2. Gedenk dat ge een groote erfenis
gaat aanvaarden en wees al de edelen dank
baar, die ze u vermaakt hebben, al de groote
menschen die met den arbeid van hun leven
ook iets onvergankelijks van u geschapen
hebben. 3. Leer trouw te zijn in het kleine,
opdat ge het eens in het groot kunt zijn
gewen u aan uiterlijke netheid, die u inner
lijke degelijkheid schenkt. 4. Streef naar
waarheid en reken het niet voldoende, uw
plicht te hebben gedaan en wees niet met
het uiterlijk succes tevreden." 5. Gij zult
niet liegen, noch gelijk den slaven, die geen
moed tot waarheidspreken hebben, noch ge
lijk den huichelaars, die zich verheffen wil
len, noch geljjk den bedriegers, die het goed
van een ander willen uitgeven als hun eigen.
Ook zult gij niet dubbelhartig zijn, lief tegen
over uw ouders, niet brutaal tegenover uwe
onderwijzers en kameraden. 6. Wees een
goede kameraad, onder uws gelijken betrouw
baar en eerlijk, doch laat geen vriend die
slechter is over u heerschen. Tracht niet uit
eerzucht anderen in het leeren te overtreffen,
doch denk er om dat ge uw man staat zoo
als uw kracht het van u vergt. 7. Maak
geen misbruik van uw kracht tegenover de
zwakken en wees niet hoogmoedig jegens
uw minderen weet, dat men reeds in jonge
jaren een groot hart kan toonen. 8. Zie toe
dat ge vaardig wordt, ook in de speler, der
jeugd en frisch en vroolijk blijft in uw jeugd;
heb de natuur lief, met al hare schepselen en
laat geen huiswerk u het pleizier daarvan
ontnemen. 9. Wordt niet bang of koppig,
als ge u vergist hebt en gestraft moet wor
denvang opnieuw aan en ge zult al de
sporen van het verledene spoedig uitwisschen.
Wantrouw niet en denk niets slechts van
uwe onderwijzers, indien ze u iets mooilyks
opdragen. 10. Doe iets goeds, vrijwillig naast
uw verplicht werk, opdat ge ook later tot
de mannen behoort die zelf een .doel hebben
en niet tot de halve slaven, die slechts werk
verrichten, wat hun opgegeven wordt.