Ingezonden Stukken.
Pre d i k b e u r ten,
Man schrijft uit Friesland
Tal van greidboeren hopen op een flink pak,
sneeuw, die hun van een groote plaag zal
kunnen verlossen en waardoor zij reeds in
den jongsten zomir heil wat schade hebben
geleden. Het wemelt in polderlanden van
muizen, duizenden bij duizeadei van die dieren
worden er gevonden, waartegen niets te doen
is. In een der veenpolders was 't getal muizen
zóó groot, dat een veehouder, die daar zou
gaan maaien, dit maar liet overgaan, omdat
de muizen zooveel scha ie hadden aangericht.
Het water kan in de polders dit ongedierte
niet verdelgen. Sneeuw met daarop volgenden
dooi kan dit alleen doen. In de maden, die
nog niet onder water staan, is de muizenplaag
niet minder groot, maar daar heeft men nu
kans van de dieren verlost te worden, als
de stand van 't boezemwater hooger wordt.
Voor de polderlanden is een flink pak sneeuw
de eenige uitkomst.
Eenheid van tijd.
Het bestuur van den N ederlandschen Bond
van horlogemakers heeft aan den Minister
van Binnenlandsche Zaken ee n adres gezonden,
naar aanleiding van de verklaring der regee
ring, dat de mogelijkheid om eenheid van
tijd in ons land in te voeren zonder wette
lijke regeling niet is uitgesloten. Adressant
meent, dat de wijze, waarop de regeering
hiertoe wenscht te geraken, namelijk door
het richten van uitnoodigingen tot plaatselijke
besturen, blijkens de ervaring weinig kans
van slagen heeft, en dat eenheid van tijd
slechts langs wettelijken weg te bereiken is.
Hij verzoekt daarom den minister zoodanige
maatregelen in het leven te roepen, dat wet
telijk zal worden vastgesteld een uniforme
voor het geheele land dienende tijdsbepaling
geldende zoowel in het burgerlijk leven als
bij de middelen van vervoer en in alle takken
van dienst van rijks-, provincie- of gemeen
tewege.
Moeielijkheden in de toepassing der
Leerplichtwet.
De kantonrechter te Arnhem heeft uit
spraak gedaan in eene zaak, waarin de leer
plicht op zonderlinge wijze toegepast was.
Tegen eene vrouw uit Westervoort was eene
vervolging ingesteld wegens overtreding dier
wet. Haar leerplichtige kinderen toch bezoch
ten de school niet. Het bleek evenwel, dat
de vrouw de kinderen wel gestuurd had,
maar dat de hoofdonderwijzer ze op last van
den burgemeester teruggestuurd had, omdat
de moeder het schoolgeld niet betaalde.
De kantonrechter meende, dat in dit geval
niet van overtreding der leerplichtwet sprake
was en sprak de vrouw vrij.
Een schadepost.
Verleden week had de landbauwer S. te
Eefde een koe naar den stier gebracht in
een weide nabij den spoorweg. De koe was
zoo lastig, dat de eigenaar baar niet meester
kon blijven. Zij rukte zich los en ging er
van door. De stier rukte zich toen óók los
en snelde zijn Dulcinea achterna, den weg
op, onder de afsluitboomen van den spoorweg
door en ten slotte den spoorweg op. In de
verte kwam de trein van Winterswijk aan.
De gelieven zagen in hun extase geen ge
vaar, snelden dartelend het monster tegemoet.
Een locomotief kent geen erbarmen. De
machine smeet de koe rechts en den stier
links van den spoordijk en in de sloot. Daar
lagen ze, elk aan een kant, verslagen en
verwond.
De koe bekwam zulke verwondingen, dat
zij afgemaakt moest worden. De stier kreeg
minder gevaarlijke blessuren en ontkwam
daardoor de slager nog. („Z. Ct.")
De Minister van Oorlog en de werk
lieden.
Aan de „N. R. Ct." wordt geschreven
De Minister van oorlog toont na zijn jongste
bezoek aan de Hembrug veel belangstelling
in den toestand der rijkswerklieden aan de
artillerie - inrichtingen aldaar. Heeft Z. E.
onlangs een onderzoek doen instellen naar
de bestaande regeling en naar den arbeidstijd,
thans worden van hoogerhand inlichtingen
bij de Burgemeesters van Zaandam en omlig
gende gemeenten ingewonnen ten opzichte
van de loonen der vaste gemeente werklieden,
ook van dezulken die geen eigenlijk ambacht
verstaan, tevens aangaande hunne aanspraken
op eigen pensioen en voor weduwen en weezen
op vrije geneeskundige behandeling en op
verlof. Een en ander geschiedt om tot eene
vergelijking te kunnen geraken tusschen de
verdiensten dezer werklieden en die, verbon
den aan de munitiefabriek en verdere rijks
inrichtingen aan de Hembrug.
Een oude getrouwe. Te Eindhoven
overleed dezer dagen een 90-jarige dienst
bode, die 60 jaren achtereen in een en dezelfde
familie heeft gediend.
Een raadselachtig geval.
Men schrijft uit De Punt aan de „Prov.
Gron. Ct."
Mej. M. A. J. K., 60 jaar oud en ongehuwd,
had Donderdagavond eenige buren bij zich op
visite, t Was al aardig donker toen zij hare
gasten uitgeleide deed.
Om hen bij te lichten nam zij toen de peer
met brander uit de lamp en ging ben voor
naar de deur. Wat direct na het vertrek
der buren gebeurd is, weet men niet, doch
toen den volgenden morgen een dochtertje
van een der buren aan de woning van Mej.
Koets op haar herhaald bellen geen gehoor
kreeg en ook in het verloop van den dag
alles nog gesloten bleef, werd een Dader
onderzoek ingesteld, waarbij men de vrouw
dood op den vloer vond liggen met geheel
verkoolde kleeren. Zij zelf had zulke ernstige
brandwonden bekomen, dat zij daaraan naar
men meent, bijna onmiddellijk moet zijn
overleden. Van den inboedel was niets ver
brand. Men vermoedt dat het ongeluk te
wijten is aan misbruik van sterken drank
en dat de vrouw na het vertrek van haar
bezoeksters beschonken is geworden en in
dien toestand een ongeluk met de lamp heeft
gehad. Op de tafel werd tenminste een
leege kruik en karaf gevonden.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
Geachte Redactie
Indien u 't mij vergunt, zou ik nog wel eene
gebruik willen maken van eenige plaatsruimte
in uw blad, teneinde aan te vullen de opmer
kingen, welke ik naar aanleiding van het in
uw blad van 2 Nov. voorkomend raadsverslag
u ter plaatsing zond en waaraan door u werd
voldaan door opname er van in uw nummer
van Zondag 5 daaraanvolgend.
Misschien kwam het door dat ik nog al uit
voerig was geweest en ik daarom mijne beschou
wing toen eindigde met te zeggen„de fin. aange
legenheden waren hiermede geëindigd, dat een
„groote zorg van het hart was. Wat verder
„volgde waren vragen, opmerkingen of een klein
„steekspelletje, waardoor men bitter weinig wfjzer
„wordt, maar die toch hare goede zjjde kan
„hebben."
Ik meen daarop nog eens terug te moeten
komen, en zoo niet alle, toch 'n enkele vraag
meer nauwkeurig te moeten noteeren.
De heer Dros vroeg „hoever B. en W. zjjn
gevorderd met de instructie der gemeente-amb
tenaren in geval van ziekte. Toen een dergelijke
regeling voor de onderwijzers werd gemaakt
was die instructie reeds beloofd."
Op die vraag volgde een steekspelletje tusschen
den Weth. D. en het bedoelde raadslid, welk
spelletje verliep met een opmerking van den
Weth. K. aan het adres van den Voorz. om een
boekje aanteleggen, tot aanteekening der punten
die worden voorgesteld en door B. en W. moeten
worden behandeld, enz.; een wellicht goede
vingerwijzing.
Daarna werd door den heer Dros gevraagd
of B. en W. ook nadere bijzonderheden hebben
omtrent de tramconcessie, hij zou er anders
voor z(jn den consessionaris te vragen van zijne
concessie te willen afzien opdat men zelf zou
kunnen handelen.
Op die vraag werd niet terstond geantwoord,
doch toen de heer D. er even later op aanstond
zijn vraag „omtrent de tram concessie in stemming
gebracht te zien," was het bescheid van den
Weth. K. dat zulks wel wat ondoordacht was.
Ik meen te mogen aannemen, vertrouwende
op de routine in de gemeentezaken, van den
Weth. K., dat dit bescheid wel op goede gronden
zal zijn gegeven, maar toch verdient het onder
werp door den heer D. aangevoerd, zoo lang
zamerhand wel eenige meerdere aandacht.
Laat ik even mogen citeeren
In de gemeenteraadsvergadering van 13 Oct.
1901 werd voorloopig concessie verleend (voor
den tjjd van een half jaar)de in die verg.
ingekomen adressen inzake een verkorten weg
naar de haven werden terzijde gelegd, om zoo
dit noodig blijkt, nader over te beschikken,
In de vergadering van 7 April 1902 werd
door den Voorz. medegedeeld dat de aanvrage
om concessie was ingetrokken
in de vergadering van 22 Juli 1902 werd
wederom concessie verleend voor den aanlog
van een tram en werd besloten daarvoor eene
subsidie te verleenen van f 20000 onder meer
andere voorwaarden ook deze: „de tram moet
binnen 4 jaar nadat de concessio is verleend,
in exploitatie zijn.
Dio vier jaren, M. de R., zullen spoedig ach
ter den rug z\jn (22 Juli '06) en het is niet
gewaagd te vermoeden, dat er van den tram
dan nog niets meer is dan op het huidige oogen-
blik, tenzijde concessionaris over zulk een
macht van werklieden heeft te beschikken, dat
dat lijntje in 3 maanden t\jds zou kunnen wor
den gelegd, wnarvan ik vooralsnog niets geloof.
Vier jaren lang heeft de concessionaris gepaaid
met een tram om ten slotte te zullen vertellon
„ik zie van de zaak af."
Dit verlies van uitzicht op do tram vind ik
op zich zelve niet zoo'n vreesoiyko geschiedenis,
maar wat wel erg is, meer dan erg, dat is dat
onze gemeente, die door toezegging van f20000
subsidie getoond heeft de zaak te willen steu
nen, 4 jaren lang de handen gebonden zijn om
andere plannen voor het verkeer te ontwerpen,
4 jaren moest stilstaan bij eene zoo algemeen
gevoelde behoefteverbetering der verkeersweg.
Zie M. de R., wanneer ik dat bedenk, dan kan
ik mij verklaren de aandrang van den heer Dros,
en zou ik wenschen dat door B W op een
dergelijke vraag een meer duidelijk antwoord
werd gegeven, opdat daardoor de burgerij ook
eens te weten zou komen hoe de zaken wel
staan hoe ze niet staan is wel bekend Zuster
Anna ziet nog niets komen 1
Na 4 jaren gedwongen stilstand begint het nu
toch wel eens tijd te worden dat werkelijk iets
wordt gedaan, en dat de raad hiervoor wel een
offer meent te mogen brengen, daarvan getuigt
de indertijd toegezegde subsidie van f20,000.
Welnu, laat men dat bedrag eens besteden,
zoo al niet voor nieuwe wegen, dan maar voor
verbetering der bestaande wegen, in de eerste
plaats voor den hoofdverkeersweg waar een
bestrating (en daar moet het heen) ons zou hel
pen uit den poel van stof of sliken dan, na
den hoofdverkeersweg, eene flinke beharding
der andere- en buurtwegen.
Zulks zal wellicht nog wel iets meer kosten
dan de f 20,000, doch voor goed werk zal er ook
nog wel iets meer aan kunnen worden toege
voegd, zullen de polders zich zeker niet onbe
tuigd laten en zouden wellicht Rijk en Provincie
ook wel zijn te vinden, doch laten we daar
uooral niet op wachten.
Laten we ons ook niet langer laten paaien
met concessie-aanvrage voor een tram, dat geeft
stilstand, en stilstand is achterblijven, doch laten
we zelve de zaak maar flink aanpakken-;
worden er goede uerkeerswegen gemaakt, dan
zullen goede verkeersmiddelen wel volgen, al is
het dan direct geen tram.
Dit, Geachte Redactie, meende ik nog te moe
ten zeggen als aanvulling op mijn schrijven van
5 Nov.
Bij opneming hiervan aan U mjjnen dank.
Den Heeren Uitgevers
der Texelsche Courant!
Woensdag 13 December.
HERVORMDE GEMEENTE.
Burg. 's Avonds 7 uur Ds. Schroder.
Zondag 17 December 1905.
HERVORMDE GEMEENTE.
Burg. 's Avonds 7 uur de Hr. van Zweden.
Waal. Voorin. 10 uur ds. Smits.
Oudeschild. Voorm. 10 uur ds. C. Met.
Den Hoorn. Voorm. 10 uur ds. Visser.
Oosterend. Voorm. 10 uur de Hr. van Zweden>
Coc/csdorp. Voorm. 10 uur do Hr. Barends.
GEREFORMEERDE GEMEENTE.
Oosterend. Voorm. 10 uur ds. Rooseboom
Nam. 2 uur ds. Rooseboom.
DOOPSGEZINDE GEMEENTE.
Burg. Voorm. 10 uur ds. Kuperus.
"Woensdag 13 Dec. Bijbollozing in do Herv
Kerk aan Den Hoorn.
Een getrouw lezer uan Uw blad.
Wat een droge boel! Kermis of Sinterklaas Sin
terklaas of Kermis, de thermometer blijft onverander
lijk op het vriespunt Hier behoeven de rammen niet
met twee spannen te loopen, zelfs niet in den paartijd
Wat was dat vroeger allemaal anders, gezelliger aange
namer en gezonder
Van de kermis gesproken: Ik zie ze nog, die
wuivende en juichende paren in volle vaart den Burg
rondrijden om straks op het Marktplein gekomen, bij
heele resems te gelyk, hunne uitbundige dartelheid,
hunne vrolijke uitgelatenheid, hunne onbedorven vreug
de uit te vieren en aanstekelijk te maken en thans
het oude is voorbijgegaan; 't is alles nieuw geworden,
maar het is er bij lange niet op verbeterd. Eene on
beholpen, stijve, stugge deftigheid beeft de ongekun
stelde vroolijkhcid, de gulle hartelijkheid grootendeels
verdrongen en een onbevangen en ongedwongen om
gang der jeugd bemoeilijkt. De IIoop des Vaderlands
schijnt het spelen verleerd, terwijl inbeelding en vrij
postigheid maar te dikwijls beleefdheid, beschaving en
ontwikkeling in den weg staan.
In de danszaal zitten de meisjes aan den eenen, de
jongens aan den anderen kantbegint de muziek te
spelen, dan gaat de cavalier de dame zijner keuze op
zoeken om straks wanneer de polka gedanst is, haar
naar haar plaats terug te geleiden en verder aan haar
lot over te laten, dat is netjes, ja 1 en goedkoop ook
en koel als putwater met dezelfde uitwerking 1 Van
paren geen spoor! Toch wel, met een binocle gewapend
kan men hier en daar een enkel paartje ontwaren dat
huwelijksplannen op het oog heeft, maar overigens 1
In wijk B aan ons dierbaar Burgie, lijkt het trou
wen wel verboden, schijnt men er niet meer aan te
doen. Waaraan ligt dat?
De algemeene welvaart is toegenomen, onze landou
wen zijn in vruchtbaarheid hard vooruitgegaan en de
veestapel aanzienljjk vermeerderd en verbeterd, dus
daaraan niet 1
Zijn de levensvoorwaarden vermeerderd, de behoef
ten toegenomen dat zal wel, maar dat is overal elders
ook zoo 1
Heeft het voortdurend aangaan van huwelijken tus
schen personen die elkander te na in den bloede be
stonden, de nakomelingschap verzwakt, de organen ont
zenuwd?- ik kan het niet zeggen, maar mocht het
zoo zijn, dan dient er op kruising aangestuurd.
Mijn vricndclykc groeto en mijn dank voor de plaat
sing.
D. W. Coninck Westenberg.
Texel, 11 Dee. 1905.