N°. 1935. Zondag 1 April 1906. 19d8 Jaargang. Nieuws- en Advertentieblad. Binnenland. Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden Voor den Burg 30 Cta. Franco per post door ge heel Nederl --D 45 Cts. Naar Amerika en andere landen met Yerhooging der porto'a. Advertentiën vóór 10 nor op den dag der nitgave Prijs der Advertentièn Van 1 tot 5 regela 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cta. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cta. per nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOIJ, Parkstraat Bubs op Texel. GEVONDEN' VOORWERPEN. Gedeponeerd ten Raadhuize1 wantje gevonden op de Groenenplaats, 1 paardedek, gevonden op den weg naar het R. C. kerkhof te den Burg. S C H I E TOEFEN 1N G E N. De Burgemeester van Texel, brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de schiet oefeningen bij Neeltjes Nol dit jaar zullen plaats hebben vanaf 3 April tot ultimo September. Texel, den 24 Maart 1906. De Burgemeester voornoemd, HIDDINGH. TEXEL, 31 MAART 1906. De nieuw benoemde ontvanger van de directe belastingen, invoerrechten en acc., alhier, de heer Meijeringh zal 1 April in functie tredentot dat einde zal de over dracht van het kantoor geschieden heden, Zaterdag 31 Maart, na kantoortijd bijzondere plechtigheden staan voor deze gelegenheid niet op het programma, 't zal wel alles zeer gewoon gaan de belastingbetalers zullen er vermoedelijk niets anders van bemerken dan een anderen naam op het belastingbiljet. De heer Molenberg, die zoo geruimen tijd het kantoor hier waarnam, en die zijne nieuwe bestemming zal volgen, deed zich kennen als 'n aangenaam mensch en goed ambtenaar; wij wenschen dat zulks ook van den nieuwen ontvanger zal kunnen worden gezegd. Maart roert zijn staart, is een veel bekend gezegde, en zoo ooit dan bleek ons dit jaar de waarheid er van. Het begin van Maart was aangenaam en deed ons veel verwachten, immers 't is de Lentemaand, doch al spoedig zou ons blijken dat, al begon de lente den 21ste van die maand, wjj niet behoefden te rekenen op de tradioneele 9 zomerdagen die Maart ons schuldig zou zijn, niets daarvan Maart had meer staart dan lijf, en die staart roerde zij geducht. Zij hadden gelijk die beweren dat „onweer in het dorre hout, geeft een voorjaar nat en koud". Zoo ziet men dat de eerste zegwijze nogal veel malen uitkomt, ook wat betreft de kievit, waarvan men zegt „de kievit legt in Maart, al vriest het op zijn staart." Wij zien Maart zonder spijt heengaan en wenschen dat April, die echter ook grillig kan wezen, veel zal vergoeden voor de te wachten veeteelt alhier, zou dat zeker zeer gewenscht zijn. Oosterend, 30 Maart. Ook hier doet in vele huisgezinnen het aanwezige hoedenstroo aan het stoomschip „De Serbia" denken. Op raampjes weet men er matten, mandjes, bloempotten en velerlei andere zaken van te vervaardigen. De verkoopers van het stroo trachten uit die toevallige industrie voordeel te behalen en hebben voorloopig hunne prijzen met 50 procent verhoogd. 't Schiet met het vinden van kievits eieren nog niet veel op. Wel wordt op de vele verpachte terreinen druk gezocht, doch de me"sto zoekers komen platzak thuis, 't Spreekt vanzelf, dat bij zoo weinig voorraad de prijzen hoog blijven. Mot het wederopbouwen van de pastorie der Ned. Horv. Gemeente, alhier, is een btgin gemaakt. Oudeschild, 30 Maart. De goederen der lading van de „Serbia", welke hier uit zee werden aangebracht of langs de kust aan spoelden, werden gereclameerd en zijn Woens dag 1.1. te Helder in 't openbaar verkocht. Over het geheel werden goede prijzen besteed en was de totale opbrengst f 11.031. Voor een pak fijne huiden, welke nabij den Burg zijn gedroogd, werd ruim f 900— besteed. Eenige kisten varkenshaar brachten door elkaar ruim f 100 op per stuk. Ook het teakhout was duur. Nu ligt op verschillende punten van 't eiland nog veel geborgen olie, welke naar schatting eene waarde vertegen woordigt van f 50 00. Den Hoorn, 30 Maart. Bijna negen jaar heeft de heer C. Schaap belangeloos de be trekking van organist in de Doopsgezinde kerk alhier waargenomen. Bij zijn vertrek scheen het, dat voortaan de zang zonder begeleiding van het orgel zou moeten plaats hebben. Gelukkig echter heeft Mevrouw Scherpenhuysen zich op verzoek van den Kerkeraad, welwillend bereid verklaard, als organiste dienst te doen. Op welke wijze voor de noodlijdenden door den watersnood wordt gezorgd, kan het volgende ons leeren Zooals bekend, is een groot aantal inwoners van Oud-Vossemeer, die van hun huizingen beroofd zijn, ondergebracht in de bewaarschool aldaar. Mannen, vrouwen en kinderen zijn er ten getale van 300 onder dak en men begrijpt dat daarvoor veel zorgen vereischt worden. De mannen, die voor 't meerendeel veldarbeiders zijn, moeten al vroeg er uit om te gaan werken aan het stoppen der bezweken dijken. Reeds om 4 uur des morgens wordt hun het ontbijt verstrektbrood en kolfie. Bovendien moet voor iederen arbeider een pak boterhammen gereed gemaakt worden, dat ze naar hun werk meekrijgen. Als ze dan om 5 uur vertrokken zijn blijft het nog een poosje rustig in de school, maar langza merhand ontwaakt het vrouwelijk personeel en de kleintjes. Vóór deze gereinigd zijn, is het weldra 8 9 uur en dan krijgt deze schare boterhammen. Na het eten wordt de school schoongemaakt door vrouwen, die hier vertoeven. Voor den middagpot, zoo die niet uit lepelkost bestaat, moet ook gezorgd worden bijv. het jassen der aardappelen, het schillen der uien, het krabben der wortelen, enz., dit blijft voor rekening der vrouwtjes. In de spijskokerij, een liefdadigheidsinstelling voor de armen van Tholen, wordt het warme eten bereid, dat voor de vrouwen en kinderen om één uur des middags wordt voorgediend 's avonds half zes krijgen zij hun avondeten en onmiddelijk daarna wordt weder middagkost opgebracht voor de inmiddels van hun werk teruggekeerde arbeiders. Om negen uur moet alles gestreken zijn en dit alles geschiedt onder toezicht van comitéleden en hulp van dames. Uit de overstroomde streken. De toestand in Zeeland is in de laatste dagen nog weinig verbeterd. In Oude Vos- semeer wordt het water door de mestputten, wier inhoud oplost, sterk verontreinigd, het is geheel bruin gekleurd. Een ziekenbarak wordt van regeeringswege nog deze week gezonden en op het marktplein geplaatst. Ook is een tweede verpleegster aangekomen, die met de fungeerende toezicht zal houden op de bewaarschool, waar steeds meer men- schen komen, die het in de woningen niet kunnen uithouden. Drie inspecteurs der volksgezondheid hebben de gemeente bezocht en geconfereerd met den burgemeester en den voorzitter der gezondheidscommissie. Over eenige dagen is kans dat een deel der gemeente droog is en dan komen pontonniers om verder hulp te bieden. Zij zullen in een rijnaak worden gehuisvest. Een woord van pas. Het „Nieuwsblad van het Noorden" schrijft het volgende Watersnoodorganisaties. Wij moeten geven, want er heerscht nood. Dit is een axioma, waarover niet meer behoeft te worden gepraat. En als straks allerwege comité's gevormd zijn die met „bus en schalen" rondgaan, dan zal het Nederlandsche hart zich niet verloochenen, maar geven mild en graag. Onzerzijds willen we echter de aandacht ves tigen op tweeërlei euvel in dezen. Het eerste is, dat zich nu reeds te veel com missies vormen zonder verband of organisatie en men daardoor verwarring sticht en onregel matigheid in het geven en bedeelen bevordert. Er staan thans oproepingen in de bladen van wege 1 het algemeen comité te Amsterdam, 2 het Provinciaal Watersnood-comité, 3 een comité voor het eiland Tholen, 4 idem idem te Vlissingen, 5 de Oranjevereeniging teHontenisse. Aan wie nu te geven De commissies te Tholen, Vlissingen en Hontenisse werken plaat selijk, maar bestrijken toch met elkander zoo ongeveer het geheele terrein van de ramp. Welke wijk heeft dan het Zeeuwsch provinciaal comité nog voor zich gereserveerd om van het algemeen comité te Amsterdam niet eens te spreken Het wordt tijd, dat deze comité's zich eens met elkaar gaan verstaan. En het tweede euvel, waartegen we willen waarschuwen, is het „potjes maken". We ge- looven niet veel te zeggen, als we constateeren dat Nederland geschrokken is toen het hoorde dat daar in Amsterdam nog 430,000 gulden stil lag. Allemaal geld, dat vroeger gegeven is, toen er nood was en deze nood de harten, ook der mindergegoeden, week maakte. Dat dit geld is opgepot, is gebeurd zonder toestemming der gevers. De watersnoodscom missie in Amsterdam heeft dan ook de ellendi- gen, die nu in nood verkeeren, geen dienst ge daan met zoo te handelen. Men gaat nu zeggen „er komt van het gegeven geld toch zoo weinig terecht, de bankiers in Amsterdam trekken er de provisie van en laten de arme noodlijdenden maar aan hun lot over." Let wel, we zeggen niet dat die commissie zoo doet, maar dat men zoo zal spreken ener wel eenige aanleiding toe heeft. Laat dit euvel nu minder worden en dit kan wanneer de commissies zich nu met elkaar gaan verstaan en precies zeggen wat ze zullen gaan doen. De heer I. G. J. Kakebeeke, rijksland- bouwieeraar te Goes, bespreekt in „De Veld bode" de cultuur in door zeewater over stroomde polders, en geeft, op grond van vroegere ervaringen, als zijn meening te kennen, dat op die overstroomde Zeeuwsche kleigronden, welke nog tijdig van het zee water zijn bevrijd geworden, en waar het mogelijk zal zijn om te zaaien, zij het ook laat in het voorjaar, suikerbieten, gerst en misschien ook haver uitgezaaid zullen moeten worden. Is het mogelijk onder de granen luzerne te krijgen, dan kan men daardoor in de volgende jaren het land veel verbeteren. „Een goedkoopo grap" schrijft de „Vrije Socialist" boven het volgende stukje Weet ge hoeveel de Leidsche grappenma kers (studenten) gekregen hebben voor de nachtelijke inbraak in een jongedamespensio naat te Voorschoten? 25 gulden, zegge: vijf en twintig gulden of 5 dagen voor 8, en 50 gulden, zeggevijftig gulden of 10 dagen voor den hoofdgrappenmaker, den vernieler. De mishandeling van den veldwachter en wat wordt dat anders streng gestraftwerd heelemaal niet in rekening gebracht. Wie dus een grap wil uithalen in een of ander jongedamespensionaat, mits hij student is, kan zijn gang gaan tegen betaling van 25 gulden. En het mooiste is, dat het Openbaar Minis terie vóór het doen van zijn eisch heel ernstig zei, dat de Haagsche rechtbank voortaan zulke grappen streng zou aanpakken. Dit noemen ze dus streng Een mooie vrijbrief om z'n gang maar te gaan 1 Een prachtige rechtspraak I TEXELSCHE COURANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1906 | | pagina 1