TWEEDE BLAD.
N°. 1993.
Zondag 21 October 1906.
20ste Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
Binnenland.
De Stelling Den Helder.
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 8 maanden
Voor den Bdko 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland AS Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Advertentlën vóór 10 nor op den dag der uitgave
Prijt der Advertentién
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts,
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 3 Cts. per nummer.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTLËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELB DE RQ013, Parkstraat Bubg op Texel.
Over dit onderwerp komt een uitgebreid artikel
voor in de „N. R. Ct.," waaraan wij eenige ge
deelten ontleenen.
„Bij de behandeling van de oorlogsbegrooting
„voor 1906 in de Eerste Kamer der Staten-
„Generaal, zoo begint de schrijver, had in de
„afdeelingen een der leden verklaard dat tegen'
„over de moderne oorlogschepen, open kustbat-
„teryen ten eenenmale ongeschikt zijn, om de
„haar toegedachte taak te vervullen, een mede-
deeling die geen deskundige verbazen zal, doch
„die by de leden der Kamer verwondering en
„bezorgdheid had opgewekt."
„De Harssens uitgezonderd worden toch in
het kustfront van de stelling Helder uitsluitend
open batterijen aangetroffen. En wanneer men
dat bedenkt is het begrijpelijk dat voor kamer
leden, die gaan twijfelen of deze kustverdediging
in staat is een vijandelijke vloot den toegang
tot de reede te beletten, de vraag rijst, waar
voor 'tgeld dient, dat jaarlijks wordt uitgegeven
voor het personeel en materiaal daar. Ook de
minister schijnt, meent de schrijver, niet veel
verwachting van die open batterijen te hebben,
die, zooals hy heeft gezegd, slechts „kunnen
medewerken om de nadering van den vijand te
bemoeielijken." Verhinderen kunnen ze dit
dus niet, wat ook hieraan is toe te schrijven,
dat de bewapening geheel onvoldoende is
En wat nog erger is, in het buitenland is deze
ongelukkige toestand van de stelling békend
men telt deze verdediging daar bijna niet meer.
„De minister van oorlog verklaarde verder,
„dat een herziening en aanvulling der defensie-
„middelen aan de zeezyde in studie was."
„Zijn wij wel onderricht, dan heeft de met
dit onderzoek belaste- commissie hare taak vol
bracht en is zij tot het besluit gekomen, dat
schatten noodig zullen zyn, wil men het kust
front in staat stellen met hoop op goed gevolg
den strijd tegen een moderne oorlogsvloot aan
te binden. Men noemt zelfs een bedrag van
17 millioen gulden.
De vloot laat de schrij ver buiten beschouwing,
juist omdat hem is gebleken dat om de vijande
lijke schepen op een behoorlijken afstand te hou
den wordt gerekend in de eerste plaats op het vuur
der kustbatterijen. Voor die rol zijn die batterijen
in hun huidigen toestand niet berekend".
Een overleg tusschen de Ministers van Marine
en van Oorlog, om de kustversterking te verbete
ren, waarvoor onderzocht wordt of het bij de
Marine vrijkomend zwaar geschut kan worden
gebruikt tot betere bewapening der kustverster
king, is volgens den schry ver niet vry van spot
ternij, omdat deze kanonnen den strijd niet kun
nen aanvaarden tegen moderne oorlogsbodems.
Dit alles brengt den schrijver er toe om dit
voornemen te veroordeelen, omdat hiervoor schat
ten noodig zyn. Iiy doet de vraag of de weer
kracht zou worden geschaad indien voor de stel
ling een paar pantserforten van de beste pant
sering en het beste geschut in plaats kwamen.
„Wat is het doel van de stelling?" vraagt
de schryver, en hy geeft daarop dit antwoord
„Naar onze meeningbescherming van de mari
ne-établissementen en van de toegangen tot de
reede en de Zuiderzee. Zou men nu niet kunnen
volstaan mot den bouw van een pantserfort op
den Texelschen wal, ongeveer 2000 M. ten noori
den van het fort op De I-Iarsens Met een behoor*
lyk gebruik van drijvende mijnen zou een verblijf
op do reede voor een vijandelijke vloot, aangeno
men, dat zij de reede kon bereiken, niet wel
mogelijk zyn.
Wij zouden dus het Schulpengat niet willen
verdedigen maar in Breewijd en Heisdeur vindt
de vijand drijvende mijnen en komt hij onder het
vuur der beide pantserforten. Onze marinevaar
tuigen denken wij ons achter de lijn, die de beide
forten vereenigt, om d&ér en dan op te treden waar
zulks mogelijk is, doch voornamelijk waken zij
tegen het doordringen van kleinere schepen in de
Zuiderzee en hiervoor zijn zij toch wel berekend.
Wanneer het ons gelukt de vijandelijke vloot op
pLm. 5 K.M. van de forten te houden, dan kan zij
de reede niet bereikt hebbende, moeilijk de mari
newerf onder vuur nemenmaar zou het geen
overweging verdienen om hare verdediging niet
te beschouwen als de voornaamste reden van het
bestaan der stelling en deze vooral te zoeken in
het bewaken van den toegang tot de Zuiderzee in
verband met de veiligheid van het kustfront der
stelling van Amsterdam En hiervoor zijn, naar
onze meening, twee pantserforten, samenwer
kende met de vloot voldoende".
„Wordt de zoo hoog noodige herziening der
vestingwet ter hand genomen,—zegt de schrij
ver,—dan verdient het ernstige overweging om
de stelling Helder op te heffen en alleen den toe
gang tot de Zuiderzee te verdedigen, waartoe ons
een tweede pantserfort noodig toeschijnt."
TEXEL, 21 OCTOBER 1906.
In Hotel Texel.
De Bioscoop-voorstellingen, welke alhier
Woensdag en Donderdag in het Hotel Texel
werden gegeven, door het Leger des Heils,
hebben zich in een druk bezoek mogen ver
heugen.
't Doet ons genoegen dit te kunnen ver
melden, omdat deze voorstellingen niet slechts
tot leering moeten strekken, doch ook tevens
het doel beoogen om de fin. middelen voor
het werk van het Leger, zoo zeer noodig,
te versterken.
Hebben wij grond te vermoeden dat ook
in dit opzicht, de poging van het Leger
vruchtbaar zal zijn geweest, wat betreft de
tevredenheid der bezoekers, daaraan schijnt
ook niet te moeten worden getwijfeld.
De op het doek gebrachte beelden muntten
uit door helderheid en duidelijkheid, en ont
lokten vaak een uitroep van bewondering
of een gullen lach.
Zulke voorstellingen zijn zeker nuttig en
aangenaam, en bereiken het beoogde doel.
De winter in aantocht.
Uit het Noorden van de provincie Groningen
schrijft men
Woensdag kwamen een groot getal hoel-
zwanen (Cygne musicus) zich voor het eerst
vertoonen op de Wadden, overkomende uit
het Oosten. Wilde ganzen, smienten (Anas
penelopé), zwarte zee-eenden enz., zijn uit
verwijderde streken naar de Wadden terug
gekeerd. om hier den winter door te brengen.
Op de groote zandbank Simonszand, aan
de westzijde van de Lauwers, is in het zuiden
over een aanzienlijke lengte het zeewier
opgeschoten en daarin verblijven de wilde
ganzen bij voorkeur. Ook worden deze dieren
daar weinig gestoordeen kustvaarder gaat
er af en toe heen, om naar drijfhout te zoeken.
De overkomst der wilde zwanen, ganzen
en andere vogels, heeft de kustbewoners er
toe geleid stalnetten langs het strand te
plaatsen, om daarin de vogels te vangen, die
langs den zoom van het water vliegen en
bij duistere avonden geen net kunnen onder
scheiden. Achter Westernieland heeft een
kustbewoner 24 banen stalnet geplaatst, dat
is een lengte van 2400 voet. Achter ieder
dorp aan de kust zijn van deze netten ge
plaatst.
Willekeurige handelswijze.
De „Vorwarts" publiceerde verleden week
onder den titel „Lastig maar onontbeerlijk"
een artikel, waarin gezegd wordt, dat eenige
Hollandsche sigarenmakers te Emmerik de
boodschap van de politie thuis hebben gekre
gen, om binnen 24 uur de stad te verlaten.
Als reden wordt opgegeven dat bedoelde
Hollanders de hoofdlui der beweging waren
in staking, loonsverhooging en d e mannen
der werklieden-organisatie. De gezinnen der
uitgewezenen mochten 8 dagen langer toeven.
Het blad voegt er aan toede uitgezetten
zijn door de bank, rustige, fatsoenlijke lieden,
die reeds jarenlang in Emmerik werken en
hun belastingen trouw betaald hebben, Velen
zijn gehuwd, anderen hadden kleine stukken
land gepacht en moeten deze nu in de steek
laten. Gezinnen met vier, vijf en zeven kin
deren worden gedwongen met hun hebben
en houwen onmiddellijk te verhuizen.
Als protest nu tegen deze maatregelen der
politie hebben de Emmeriksche tabakwerk
lieden, die voor XU uit Hollanders bestaan,
eveneens besloten Emmerik te verlaten, wan
neer de politie voort mocht blijven gaan met
deze middelen.
De fabrikanten, die toch al geen overcom
pleet van arbeiders hebben, worden daardoor
in groote verlegenheid gebracht.
De politie, zegt de „Vorwfirts", handelt
hier als de beer, die om een vlieg van het
hoofd zijns meesters te jagen, dezen den sche
del insloeg. (Tel.)
Landarbeiders.
De staatscommissie voor den landbouw
heeft thans vragenlijsten rondgezonden betref
fende de land-arbeiders.
De vragen hebben betrekking ople de
soort van landarbeiders en den aard van hun
werk 2e de loonen8e de inkomsten, andere
dan loonen; 4e den algemeenenoecenomischen
toestand5e den trek en de vestiging der
arbeiders6e de bescherming van den land
arbeid 7e zaken van algemeenen aard.
De lijsten worden toegezonden aan ieder,
die zijn wensch een lijst te ontvangen te ken
nen geeft en verder aan personen en ver-
eenigingon van wie men een juiste en on
partijdige beantwoording meent te mogen
verwachten.
Verloftijd en Leerplichtloet.
Men schrijft uit Veendam aan de „N. R- Ct."
Het aardappelrooien is zoo goed als gedaan
in deze omgeving. Het zesweeksch verlof
eindigt voor vele schoolkinderen deze week.
Half verwilderd komt het volkje dan terug.
Het heeft gedurende het verlof heel wat
ruwe manieren geleerd en heel veel goeds
vergeten. Deze week kwamen op een der
scholen in deze gemeente eenige kinderen
terug, die den dag te voren gedaan werk
hadden gekregen. Zoo'n slotstuk wordt feeste
lijk" gevierd. De jeneverflesch speelt dan
de hoofdrol en de kinderen krijgen er hun
portie van. Een jongetje van 11 jaar had
4 glazen jenever gehad, zijn grootmoeder had
ze hem toegediend. Zwaar beschonken is
hij thuisgebracht. De andere kleinen hadden
eveneens van het vocht geprofiteerd en hierbij
waren ook meisjes. Een ervan was even
10 jaar. Toen ze 's anderen daags op de
schoolbanken zaten, waren de gevolgen van
den drank nog te merken. En zulke voor
beelden zijn er legio.
Die lust 'm.
Door dr. Hoffman Jr. te Breda, is bij de
politie aangifte gedaan dat hij uit zijn kelder
gedurende eenige dagen wijn en andere drank
vermiste.
Uit een ingesteld onderzoek is gebleken,
dat de sedert een 10-tal dagen in dienst zijnde
dienstbode A. H. M. zich aan dezen diefstal
heeft schuldig gemaakt.
Een 20 tal flesschen wijn en eenige kruiken
Hulskamp wareu verdwenen 1
TEXELSCHE COURANT.