N°. 2004. Donderdag 29 November 1906. 20ste Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
Binnenland*
Van week tot week.
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond»
Advertentiën vóór 10 uur op den dag der uitgave.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOIJ, ParkstraatBurg op Texel.
18 Nov.
25 Nov.
t—
TEXEL, 28 NOVEMBER 1906.
Den Burg: 27 Nov. '06. Heden liepen de
werkzaamheden af, welke aan het Kerkorgel
in de Hervormde Kerk te doen waren. Het
Kerkorgel dateert van het jaar 1818 en is de
stichting van Ds. L. W. Werninck. Het werd
nu eens flink en zeker wel tot veler gepoe-
gen onder handen genomen door Orgelmaker
en Schilder. Eere aan de MeisjesvereeDiging,
die door de gehouden Spreiverloting den stoot
gaf. Hulde ook aan den schilder Q. Huijser
van den Hoorn, niet alleen voor het verzilve
ren en vergulden der Orgelpijpen en het ver
nissen van de Orgelkast, maar vooral ook
voor het keurig uitgevoerd stuk decoratief
(zware kleeden of gordijnen met dito kwasten)
in de muurschildering door hem opnieuw aan
gebracht achter het Kerkorgel. Eere ook aan
de heeren Kerkvoogden, die door die opdracht
toonden juistheid van opvatting te bezitten
van zulk een werk van smaak, ook door het
juist op te dragen aan een man als Huyser,
die er zoo voor berekend was.
Het geheel draagt nu veel bij tot verfraaiing
van het interieur der Kerk.
A.s Zondagmiddag, 2 Dec., van 3 4 uur,
zal er in de Hervormde Kerk eene orgelbe
speling plaats hebben tot dekking van het
tekort in de gemaakte onkosten. Toegangs
bewijs is 25 cts. bij den Koster verkrijgbaar
gesteld. Men doet 't best zoover mogelijk
tegenover het Orgel stil néér te zitten.
Heen en weêr te loopen, in den omloop
der Kerk is terecht verboden. (Ingez.)
Uitvoering Rederijkerskamer.
Er waren velen opgegaan, Zaterdagavond,
naar Hotel Texel, om kennis te maken met
de Rederijkerskamer „Uitspanning door „In
spanning," die op dien avond hare eerste
voorstelling zou geven.
De Kamer kon tevreden zijn, en zij scheen
dat ook inderdaad, hetgeen mocht blijken
uit het korte woord tot opening gesproken,
waarbij den aanwezigen een welkom werd
toegeroepen en dank werd gezegd voor de
ruime fin. steun van donateurs, waardoor het
mogelijk zou zijn dat enkele genoegelijke
avonden zullen kunnen worden aangeboden
door de Kamer.
Als toelichting werd gezegd dat de Kamer
den naam van „Uitspanning door Inspanning"
zich had gekozen, indachtig (en als een hulde?)
aan eene vorige Kamer van dien naam, die
zooveel mooie avonden aan tooneelbeminnaars
had bereid, 't Was een pluimpje voor de oud
leden dier Kamer, waarvan er ook thans zich
in de zaal bevonden; 'tdeed hen zeker aan
genaam aan. Moge U. d. I. van thans zich
een even vleiend compliment waardig maken,
Ten tooneele werd gevoerd „Politiezaken,"
een blijspel in 4 bedrijven, dat door de vele
daarin voorkomende dwaze verwikkelingen
en menig misverstand, vaak tot lachen stemde.
Het stuk heeft overigens geen diepen zin,
,,'t is een licht kostje," zou men geneigd" zijn
te zeggen, doch het heeft voor eene eerste
voorstelling dit voordeel dat zooveel mogelijk
alle leden voor het voetlicht komen, dezen
met het tooneel kennis kunnen maken en
zich als 't ware aan het publiek kunnen pre
senteeren; doch ook bij uitnemendheid
was hot stuk geschikt om de medewerkenden
samenspel te leeren. Hiervan werd met succes
partij getrokken en dit belooft veel voor
komende uitvoeringen, wanneer eenig stuk
van meer beteekenis waarmede wij de Kamer
gaarne zullen zien optreden, de keuze zal zijn.
Wij hebben met genoegen kennis gemaakt
met U. d. I., en gehoord het oordeel van vele
anderen, meenen wij te mogen zeggen dat
de jeugdige vereeniging een goede entree
heeft gemaakt, tevreden kan zijn over haar
eerste debuut; met belangstelling zullen
volgende uitvoeringen worden verbeid.
De voorstelling was ter behoorlijker tijd
geëindigd, zoodat liefhebbers van een dansje
ook daarvan nog konden profiteeren.
Wij roepen „U. d. I. gaarne een welgemeend
tot weerziens" toe.
Wij willen onzen lezers attent maken
op de in dit nummer voorkomende adver
tentie van de Comm. voor kunstavonden te
Helder, waarbij worden aangekondigd Kinder
voorstellingen op 1 en 2 December.
Naar wij vernemen zal, door een zoo noodig
wellicht later vertrek van de boot, gelegen
heid worden geboden na afloop der Kinder
voorstelling met de laatste boot weder naar
Texel terug te keeren.
Het verminderd tarief op gemelde dagen,
TEXHSCHE COTJBMT.
Abonnementsprijs per 3 maanden.
Voor dek Borg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland i5 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Prijs der Advertentiën.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
Minister Staal en 't blijvend gedeelte, daaromheen
als 'n troep kakelende en vechtende hoenders de vader-
landsehe journalisten van verschillend politiek ras
ziet U als ik 'n Braakensiekgenie had of de teeken
vaardigheid van 'n Roemoekers uit 't Handelsblad, 'k had
't zaakje al lang in beeld gebraeht. Actueel is de
kwestie zeker, want men krijgt geen blad in handen,
die door den een of anderen pohtieken verfpot is ge
haald of men leest er in van Staal en 't blijvend ge
deelte. En iederen dag die de Kamer dichter bij de
oorlogsbegrooting brengt doet de actueele zijde van de
twistvraag meer naar voren treden. Aan de eene zijde
wordt 't voorgesteld alsof minister Staal met de afschaf
fing van 't blijvend gedeelte ons volksbestaan en volks-
rust in gevaar brengt aan de andere zijde alsof het
de beste stap is die 'n minister kan doen in de richting
naar 'n volksleger, 'tideaal der natie, leder mag zei:'
uitmaken wie er gelijk heeft. Dw overzichtschrijver
brandt zich er liefst niet aan. Hij acht zich niet vol
doende in de militaire zaken doorkneed om uit te ma
ken of er zooveel van 't blijvend gedeelte afhangt of
niet en om nu minister Staal's militaire vrienden ot
diens vijanden na te praten, daar heeft hij 'n broertje
aan dood. Er wordt in den regel door heel wat krant-
menschen in dergelijke politieke kwesties te veel anderen
nagepraat en dat zal vermoedelijk ook wel weer met
de huidige 't geval zijn. Of zou ieder die nu zoo harts
tochtelijk ten strijde trekt voor of tegen het beleid
van minister Staal deskundig beoordeelaar zijn Mis
schien dat er nog wel onder gevonden worden die niet
meer weten van onze defensie en wat daarmee samen
hangt, dan 'n kraai van den Zaterdag. En er toch over
schrijven bij kris en kras? Ja ziet u dateaatvanwege
de politiek.
Intusschen 't blijvend gedeelte van minister Staal
de lezer vergeve de ietwat zonderlinge benaming
begint 'n heele kwestie te worden, 't Gevecht in de
bladen is nog maar 'n voorpostenschermutseling, die nog
geheel buiten den minister omgaatmaar die spoedig
plaats zal maken voor den grooten slag waarin alles
zich om den minister zal samendringen. En als meneer
Staal dan niet met een schitterende verdediging de
argumenten der tegenstanders van de been slaatzoodat
enkele weifelaars in de Kamer zich onvoorwaardelijk
aan hem overgevenloopt hij groot gevaar, 't zij dan
wat minder parlementair gezegd, zelf van de sokken te
worden geslagen. En dat is geen kleinigheid daar zijn
medekabmetsleden verklaard neeten te hebben in hot
schuitje met hem te zullen meevaren. De kwestie van
vertrouwen is gesteld.
't Vaderland wacht in zekere spanning wat de komende
dagen zullen brengen.
't Behoeven echter niet alleen politieke kwesties te
zijn zal de uitslag met spanning worden verbeid. Dat
bewijst ook de bekende zaak voor de Amsterdamschc
rechtbank aanhangig en waaraan de 7e en 8e zitting
deze week werd gewijd, 't Zondenregister van De Geer
is afgewerkt, voor 't grootste gedeelte althans, en met
dat van zijn collega is een begin gemaakt. Was De
Geer in zijn verklaringen nogal gereserveerd en trachtte
hij 't meermalen voor te stellen dat de beschuldigingen
met alle gegrond waren, de Montigny komt er maar
voor uit. De Geers houding prikkelde den rechter
commissaris Mr. Heymans tot n verklaring die nu niet
zoo malsch voor De Geer was en waarin deze o.a. een
rakker en geslepen, zelfs geniale misdadiger werd ge
noemd. Dat griefde den schuldige en zelfs bij buiten
staanders maakte die verklaring du juist geen prettigen
indruk.
't Einde van de behandeling der zaak is nog niet te
zien, maar de belangstelling bij 't publiek verflauwt nog
geenszins.
De voorbjje week gaf ten onzent weer eens een staaltje
van vermakelijke stakingswoede te zien. Ieder onzer
kent zeker den heer Erederik van Eeden, die behalve
dat hij mooie verzen maakt ook een econoom tracht
te zijn. Nu mag men over Van Eeden denken zooals
men wil, maar 'tis in hem te prijzen dat hij na de
staking in 1903, waarin hij zich ook deed gelden, eenige
slachtoffers aan 'n stuk brood hielp. Hij richtte een
vereeniging van werkverschaffing op voor de stakers die
op zwart zand waren gezet en betaalde dezen een goed
weekloon hoewel het bedrijf niet uitkon. Maar deze
«bewuste proletariërs/' legden de vorige week 't bijltje
er bij neer en Van Eeden die den dood heeft aan het
patroonschap, werd gedoomd als patroon op te treden.
Hij weigerde den eisch der stakers in te willigen en
was hcclemnal uit zijn humcui. Zjjn tegenstanders die
al zoo dikwijls den draak hebben gestoken met zijn
economisch bemoeien, hebben weer eens nieuwe stof
opgedaan. Nu veel plezier heeft Van Eeden nog niet
van zjjn streven gohud.
Duitschland heeft 'n nieuwe minister van landbouw
weer. Podbielski's opvolger is gowordon Ridder von
Arnim Krieuwen. Na eerst marineofficier geweest te
zjjn begaf hjj zich in *t landbouwbedrijf en hcoft zich tot
een bekwaam landbouwkundige opgowerkt. Hij is thans
GO jaar oud en bowoog zich zoor weinig op politiek
gebied.
Hoewol niots met zokorheid te zeggen valt is het
toch waarschijnlijk dat hij in Podbielski's hielzog zal
varen, 't Heet dat laatstgenoemde hem als zijn opvolger
heeft aangewezen en de agrariërs blijken nogal gerust
te zijn. Of de Duitsche dus spoedig wat goedkoopere
biefjes en karbonaadjes zullen krijgen staat nog te
bezien.
In de Kongostaat is de toestand al sinds lang niet
Ïiluis. Daar viert de barbaarschheid triumfen. De
Sngelschen maken zich daar zeer druk over en j.l
Dinsdag heeft een groote deputatie een audiëntie ver
kregen bij sir Edward Grey den minister van buiten-
landsche zaken om hervormingen te vragen. De minister
wil afwachten wat Belgie zal doen. Mochten de op
handen zijnde beraadslagingen in de Belgische Kamer
zonder gevolgen de toestanden in de Kongo bestendigt
blijven dan zal de Engelsche regeering een nieuwe
internationale Kongo-conferentie voorstellen. Maar aan
't wanbeheer zal een einde komen beloofde de Minister
Nu het wordt dan ook wel eens tijd.
Frankrijk blijft nog steeds onze aandacht vragen,
hoofdzakelijk door wat er in Kamer en Senaat afge
speeld wordt. Clemenceau en de zijnen schijnen den
strijd lief te hebben en hun tegenstanders doen daarin
blijkbaar weinig voor hen onder, 't Gevolg-is dat de
zittingen van Senaat en Kamer voor den buitenstaande
veel aantrekkelijks verkrijgenwant er gaat er bijna
geen voorbij waarin rechts en links elkander niet in
de haren zitten, of andere opvallende gebeurtenissen
plaats grijpen. Nu eens een belangwekkende minis-
terieele redevoering, dan weer een kenmerkende inter
pellatie, straks weder een hartstochtelijk debat en
zoo blijft de aandacht gespannen.
Inzonderheid is het Clemenceau de minister-premier
over wiens hoofd de violen des loorns uitgestort worden.
En dat is geen wonder, want al is Clemenceau de
iegeering niet toch deelt hij de lakens uit. Zoo moest
hij de vorige week in deD Senaat weer heel wat onaan
gename dingen hooren van katholieke zijde. Bijzonder
fel was o.a. de redevoering van Gaudin de Filaine die
Clemenceau niet alleen verweet dat deze er een anti
katholieke politiek op na hield, maar dat hij tevens
rondliep met dictatoriale plannen, tegenover Duitschland
op revanche zon en door de «entente» met Engeland
te versterken een avontuurlijke gevaarlijke politiek
volgde, und so weiter.
Clemenceau die ook goed van de tongriem gesneden
is, liet dit natuurlijk lang niet op zich zitten en zoo
konden de liefhebbers van dergelijke parlementaire
tournooien met veel wapengekletter en trompetgeschetter
hun hart opnieuw ter dege ophalen.
Intusschen Clemenceau heeft meer te doen dan te
redevoeren. Reeds lang wachtte hem een lastig karwei.
Ingevolge de Scheidingswet is men den vorigen winter
begonnen met de inventarisatie der kerken, maar wijl
er nog al verzet ontstond en deze steeds een dreigen
der aanzien kreeg bepaalde men zich eerst tot de
«makste» plaatsen. De verdere boedelbeschrijving werd
uitgesteld tot later wanneer, naar men hoopte, de
gemoederen wat tot kalmte waren gekomen. Er bleven
nog 3G05 ongein ver. tariseerde kerken over.
Maar de 12 December nadert met rassche schreden
en verder uitstel kan niet plaats hebben. Zonder voor
afgaande kennisgeving—waarschijnlijk om het verzet te
overrompelenheeft Clemenceau deze week de boedel
beschrijvingen weer ter hand genomen. En hoewel er
hier en daar nog enkele onverkwikkelijke tooneelen
voorvielen liep de inventarisatie toch betrekkelijk kalm
af in de meeste plaatsen.
Ferreira heeft niet lang plezier van zijn veldheerschap
gehad. Hij en zijn trnuwgebleven volgelingen zitten
reeds achter de tralies. Of er zuivere vaderlandsliefde
dan wel roofzucht bij hem voorzaten zal nu wel spoedig
aan den dag komen.
Een ander bericht uit Zuid-Afrika meldt, dat Botha
een gedenkteeken wil stichten voor de in de concen
tratiekampen gestorven vrouwen en kinderen. Komt
het tot stand dan zal het niet alleen een weemoedige
herinnering zijn aan de arme onschuldige slachtoffers
van den oorlog, maar tevens als een eeuwige getuige
nis tegen Engelands schandelijke wijze van oorlogvoeren.