Binnenland.
Buitenland.
TEXEL, 30 OCTOBER 1907.
Maandag werden ter markt aan
gevoerd
2 Paarden f 110 a 160.
15 Koeien f 135 a 200.
12 Pinken f 120 a 135.
3 Graskalveren f 40 a 50.
3 N. kalveren f 13 a 15.
3 Schapen
16 Lammeren f 13.
2 Geiten
84 Biggen f 6 a 8
Kippen (4 korven) f 1,15 a 1,35.
Handel onbeduidend
Maandag had de aanbesteding plaats
van de beharding van een viertal wegen
in deze gemeente, te zamen lang pl.m.
9307 M.
Ingeschreven was door
A. Krijnen, Helder f 38982.—
Anth. van der Pelt, H elder 34200.
Geb. A. en K. de Groot, te Woude 34170.
C. G. Doeksen en
I. C. Kooyman, Terschelling 33882.—
Jan Dekker, Texel 33432.—
perceel I f 9888, II f 8049
Hl f 6953, IV f 8542,
(afzonderlijk)
L. v. d. Ylies, Texel 31900.—
Jan Burger Wz. 31780.—
Leendert Bruin 31639.—
Jan Roeper Dz.
voor perceel IV Spangerweg
voor f 6920.32.
Nog niet gegund.
Dienstregeling Boot.
Wij maken den lezers attent op de
veranderde dienstregeling de boot betref
fende, welke Vrijdag 1 November in
werking treedt.
Men zie de advertentie.
Door den Kerkeraad der Herv. Gem.
te Zijpe is tot predikant voor Zuid-Zijpe
beroepen ds. C. Met te Oudeschild.
Maandagavond hield het „Nut"
alhier zijn eerste buitengewone verga
dering in dit seizoen. Door bijzondere
omstandigheden had deze niet kunnen
plaats hebben in het gewone lokaal, doch
was de zaal van het hotel „de Linde
boom" er voor aangewezen.
Als voorzitter fungeerde thans de heer
de Braai, die aangezien het de eerste
buitengewone vergadering was in het
seizoen, mededeeling deed van de ver
anderingen die sedert de vorige buitenge
wone vergadering in het bestuur hadden
plaats gehad. Spr. heette het nieuw
benoemde bestuurslid de heer Wagema-
ker welkom, terwijl hij een woord van
lof bracht aan het afgetreden lid van
't bestuur den heer Kuperus, welke
spr. hoopte spoedig weder in het bestuur
terug te zullen zien. Dit zou, zooals spr.
verder opmerkte, helaas niet het geval
mogen zijn met het lid van het
bestuur den heer de Boer, nog onlangs
met algemeene stemmen tot lid van
bestuur en penningmeester herkozen,
daar die het „Nut" door den dood was
ontvallen. In enkele woorden werd de
afgestorvene daarop door den voorz.
herdacht, om daarna het welkom toe
te roepen aan den spr. van dien avond
den heer Van Kleeff, die zich tot sprekers
en zeker tot aller genoegen bereid had
verklaard, alhier weder een spreekbeurt
te vervullen, waar ZEd. sedert 10 jaar
niet was opgetreden. Toen de heer Van
Kleeff nog voor ons optrad, vervolgde
spr. bloeide het „Nut", na dien tijd
kwam het in verval, moge thans ook
weder een tijdperk van bloei er voor
aanbreken.
De heer Van Kleeff thans het woord
verkrijgende deelde mede als onderwerp
voor zijn rede te hebben gekozen „De
wandelende Jood", volgens de opvatting
van prof. Max Haushoven uitMunchen.
De legende van de Wandelende Jood
zegt spr. is ontstaan in de middeleeuwen.
Volgens die legende zou Jezys van ver
moeidheid zijn neergevallen op een bank
voor de woning van een Joodsche schoen
maker en zou deze hem hebben verjaagd
met het gezegde: dat hij voort moest
gaan, waarop dan de groote Meester
zou hebben gezegd, dat deze zelf eeuwig
voort zou moeten gaan en nergens rust
zou kunnen vinden.
In de legende hebben de Christenen
uit dien tijd al hun haat en onverdraag
zaamheid tegenover het Joodsche volk
willen nederleggen.
De legende heeft aanleiding gegeven
tot tal van uitleggingen. Eugene Sue
schreef er een boek over van niet min
der dan 5 deelen, doch laat in strijd
met de legende Ahasverus (de wande
lende jood), ten slotte toch sterven.
Veel hooger dan het werk van Sue staat
het werk van Robert Hamerling, Ahas
verus in Rome.
Ahasverus wordt hier voorgesteld als
Kaïn de eerste broedermoordenaar.
Spr. wijst verder op eene nieuwe
voorstelling van Ahasverus, welke we
verschuldigd zijn aan prof. Max. Haus
hoven en waarmee hij zijn gehoor in
kennis wenscht te brengen.
Naar aanleiding van de legende werd
door genoemden professor een drama
tisch gedicht samengesteld. Volgens dat
gedicht heeft Ahasverus geen belijdenis,
het is de verpersoonlijking van de on
sterfelijke menschheid. Het gedicht zelf
bestaat uit een voorrede, een voorspel
en drie deelen. In de voorrede wordt
medegedeeld, wat de aanleiding was
van het maken van het gedicht, n.l.
het maken van een tooneelspel waarin
de Wandelende jood wordt voorgesteld.
In het voorspel wordt voorgesteld het
strand en een wrak van een schip met
den eenigen nog van de bemanning in
leven geblevene, Ahasverus. Deze Ahas
verus moet op bevel van een stem uit
den Hooge worden gespaard door den
dood en deze roept alle demonen op, om
hen dit bevel mede te deelen.
In het stuk zelf wordt Ahasverus (de
menschheid; voorgesteld in de verschil
lende tijdperken der geschiedenis. Was
ten tijde der volksverhuizing Ahasverus
de robuste, krachtige man en kwam de
godedienst toen meer op den achtergrond,
langzamerhand verloor Ahasverus in
lichaamskracht en kwam de liefde en
zelfverloochening meer op den voorgrond.
In het slot van het gedicht wordt
eindelijk medegedeeld, dat het stuk niet
voor opvoering geschikt was en werden
verschillende uitspraken weergegeven
van personen die allen beweren te weten
wat gedaan moet worden, voor het wel
zijn der menschheid. Uitspraken, die
echter dikwijls geheel met elkaar in
strijd zijn.
Met grooten aandacht werd spr. door
de aanwezigen gevolgd, dit, en luid
applaus na afloop, was zeker het bewijs
van de groote tevredenheid der opge-
komenen.
Hoewel het al 10 uur had geslagen,
werd door spr. toch nog een bijdrage van
zeer comischen aard ten beste gegeven,
waarmede ZEd. zeker niet minder bijval
inoogstte. Op schoone wijze werd door
hem n.l. voorgelezen de novelle van
wijlen Justus van Maurik getiteld: „Twee
Jantjes."
Door den Voorz. werd den spr. dank
gebracht voor zijn schoone rede en een
tot weerziens toegeroepen, binnen een
niet te lang tijdsverloop, waarmede
zeker allen zullen hebben ingestemd,
terwijl ten slotte werd medegedeeld, dat
de volgende vergadering zou plaats
hebben op 18 November a. s. tot welke
vergadering alle aanwezigen werden
uitgenoodigd.
Als spreker zal alsdan optreden de
heer mr. H. Smeenge, lid van de 2e
Kamer, te Amsterdam.
Oudeschild, 29 Oct. Bij het drukke
verkeer van voertuigen op den dijk voor
't dorp, is 't inderdaad te verwonderen,
dat niet meer ongelukken voorkomen,
omdat er altoos troepen spelende kinderen
bezig zijn en er menigmaal verschillende
dieren dooreen krioelen.
Gisteren toen de diligence passeerde,
was 't weer heel druk op den dijk.
Eensklaps klonk er een luid geroep
er was er een onder de diligence geraakt.
De voerman had 't onmogelijk kunnen
vermijden. Vao alle kanten snelde men
toe, doch de ramp was niet meer te
vermijden, 't Wiel was vlak over het
hoofd gegaan, 't zware achterwiel.
Zieltogend lag daar 't offer van eigen
onvoorzichtigheid op den weg, na weinige
oogenblikken dood als een pier. De om
gekomene was nog niet oud en behoorde
thuis in de familie der eenden.
Tot plaatsvervangend bootsman
voor de reddingboot te de Koog, is aan
gewezen schipper J. Boon Jbz.
Door onze voormalige plaatsgenoot
.T. Duinker Cz. werd te Haarlem de
akte behaald voor de vrije- en orde
oefeningen.
De Cocksdobp, 28 Oct. Tot leden van
het kiescollege der Ned. Herv. Gem.
alhier werden gekozen de HH. J. Barends
(vacature S. Peper) en G. Bakker (vac.
J. Kortenhoeve.)
Bij dezelfde gemeente werd tot pred.
beroepen de heer J. Jebbink, candidaat
tot den H. D. te Doetinchem.
De opvoering van het tooneelspel
„Het verloren Document," door de too-
neelvereeniging „Eensgezindheid," op
Zaterdag j. 1. is weder goed geslaagd.
De dilettanten konden zich echter
niet verheugen over eene ruime opkomst
slechts 25 personen toonden belang
stelling.
Oosterend, 29 October. Ongeveer 150
personen waren Zondagavond jl. aan
wezig in het kerkgebouw der Doopsgez.
gemeente, waar de afdeeling „Oosterend
op Texel" van den Ned. Protestantenb.
eene bijeenkomst hield, ter herdenking
van haar tienjarig bestaan.
Was de heer Ds. M. van Kleeff, Evang.
Luth. pred. te Leiden, die voor tien jaar
door een nimmer te vergeten rede de
afdeeling inwijdde; 't was dezelfde ge
vierde spreker, die ook heden met een
keurig woord een terugblik wierp op
het vaak moeielijk verleden van de afd.
en een bemoedigend woord gaf voor
haar toekomstig leven.
In ieders leven zijn rustpunten, een
verjaring, een Oudejaarsavond, een jubi
leum zijn rustpunten; zoo is het lOjarig
bestaan voor de afdeeling een rustpunt,
waarbij men terug en vooruitziet.
In gloedvolle bewoordingen gaf de
gevierde spreker daarna een prediking
naar aanleiding van de woorden „Wat
is waarheid?" (Joh. 18: 38.)
Bij afwisseling werden uit den bundel
van den Ned. Protestantenbond gezongen
de liederen Ns. 185, 84 en 27.
6 blazerschuiten van hier hebben
in de vorige week deelgenomen aan het
bergingswerk bij de afgebrachte stoom
boot Cygnus, die in de Eierlandsche
gronden was gestrand.
Meer belasting als koopprijs
Bij den verkoop van strandgoederen
werd te IJmuiden iemand kooper van
een fust Algierschen wijn, inhoudende
500 liter, voor f 11.
Hij moest evenwel een bagatel van
f 117 accijnsrechten bijbetalen.
Be termijn zoo spoedig
Een biljartmaker te Haarlem had aan
een kastelein een biljart geleverd, op
voorwaarde f 150 contant en derestee-
rende f 200 „zoo spoedig" dit den kooper
convenieerde. In twee jaar werd geen
cent afbetaald, vandaar een vervolging.
De kantonrechter besliste nu, dat het
„zoo spoedig" verstreken was en dus
betaling moest volgen.
Uitbreiding van thypus.
Naar door verschillende bladen wordt
gemeld breidt te Zuidscharwoude de
thyphus op onrustbarende wijze zich uit.
De vorige week werden bij den burge
meester weer acht aangiften gedaan,
waardoor het aantal ziektegevallen is
gestegen tot niet minder dan 50. In de
aangrenzende gemeente Broek op Lange-
dijk kwamen acht gevallen voor.
De nachtroep rustverstoring.
De nachtwaker te Scheemda, die des
nacht naar oude gewoonte 't „twaalf
uur heit de klok" met luider stemme
door de buurten deed weergalmen werd
door den veldwachter verbaliseerd wegens
't maken van nachtrumoer. De recht
bank veroordeelde hem tot f 1 boete en
thans is door den Hoogen Raad het
daartegen ingestelde beroep verworpen.
Dus al weer een poëzie minder voor de
Scheemdaërs, doch een rustige nacht
meer.
Bedenkelijke nieuioigheid.
Buiten aan zijn winkel heeft de
schoenleverancier L. Paanacker in de
Groote Houtstraat te Haarlem, een kastje
gehecht, waarin op een Ijjst tal van
namen van wanbetalers zijn geplaatst.
Deze nieuwerwetsche manier van geld
binnen krijgen trekt zeer de aandacht.
(Sp. Bode.)
Maar in den nacht van Zaterdag op
Zondag is dit kastje afgerukt en door
de spiegelruit in den winkel gegooid.
Zeker door een der wanbetalers
Ook in kennelijlcen slaat.
In een adres van den Verlofhouders-
bond aan de Tweede Kamer wordt een
motie vermeld, die aandringt op wijziging
van de Drankwet. In deze motie komt
de volgende curieuse zinsnede voor„dat
de Drankwet verkeert in den meest ken-
neljjken staat yan onduidelijkheid."
Over voedingsmiddelen.
De aardappel is in de huishouding van
vele Europeesche volken een voedings
middel, dat een eerste plaats bekleedt,
vooral bij de minder met aardsche
goederen gezegenden. Dezelfde rol speelt
de rijst in de huishouding van Chineezen
Japanners en Indiërs. Op de vraag, wie
er nu het beste aan toe zjjn, is het
antwoord niet moeielijk te geven. De
rijstverbruikers winnen het; de reden
vindt men in het volgende
Een werkman moet namelijk bij ge
wonen arbeid minstens in den loop van
een dag 500 gram zetmeelachtige stoffen
gebruiken om aan het lichaam het
krachtverlies te herstellen.
Wanneer hij nu in deze behoefte alleen
door aardappelen zou moeten voorzien
dan had hij dagelijks 5 pond daarvan
noodig, of in 28 dagen een hectoliter.
Nu heeft een pond aardappelen onge
veer 100 gram zetmeel, terwijl een pond
rijst 380 gram heeft. Men behoeft dus
bijna viermaal minder rijst te gebruiken
om toch in dezelfde behoefte te voorzien.
Het gebruik van veel aardappelen is ook
daarom minder gewenscht, omdat daar
door de maag te veel verzwaard en
daarbij uitgezet wordt. Vooral bij de
Ieren wordt dit waargenomen, daar toch
bestaat het voedsel voor velen uitsluitend
uit aardappelen.
De rijst heeft bovendien het voordeel
zeer goed op het organisme van het
lichaam te werken; de kosten eener
rijstvoeding zijn, vergeleken met de hooge
voedingswaarde, gering te noemen.
Wanneer één pond rijst driemaal zoo
veel zou kosten als één pond aardappelen
dan is zijn voedingswaarde zeker vier
maal zoo groot.
Alles te zamen genomen zou het wel
wenschelijk zijn, dat het rijstgebruik
meer in toepassing gebracht word. Men
behoeft de aardappelen niet af te schaffen
maar wel het gebruik wat verminderen,
daardoor zal niet alleen het lichaam er
beter bij varen, maar ook veel nagelaten
worden, wat wei eens terecht de kanker
der maatschappij wordt genoemd en zeer
zeker ook is; dus meer rijst en wat
minder aardappelee.
Over den financieelen toestand.
In een rede over „den bankzwendel"
door den heer mr. P. Troelstra te Arnhem
gehouden, zeide de spreker o. a. volgens
de „Arnh. Crt." uit betrouwbare bron
vernomen te hebben, dat op het oogenblik
te Amsterdam drie der grootste firma's
feitelijk in de war zijn, doch dat zij zelfs
door hun concurrenten op de been worden
gehouden, omdat deze wel begrijpen,
dat wanneer enkele pijlers vallen, het
geheele gebouw in elkaar zal storten!
Een courant voor dooven.
Verschenen is onder redactie van den
heer Ott Bultman te Aalsmeer „het Ge
hoor", een maandelijks verschijnend tijd
schrift voor dooven en hardhoorenden.
Het blad stelt zich voor om de belangen
der dooven te bepleiten en tevens een
bron van uitspanning te vormen.
Slapte in de zaken.
De smokkelhandel in vee heeft tegen
woordig aan de Belgische grenzen weinig
te beteekenen. De reden hiervan is,
dat de Vlaamsche landbouwer met het
oog op het veelvuldig voorkomen van
mond en klauwzeer geeD Hollandsch vee
durven koopen dat zonder de minste
keuring ingevoerd wordt.
Ook door Belgische landbouwleeraars
en veeartsen wordt voortdurend tegen
het aankoopen van gesmokkeld Nederl.
vee gewaarschuwd.
Een veelbelovend jongmensch.
Een zeventienjarig student, Marcel
Laurent genaamd, die te Parjjs by zijn
oom woonde, verkeerde in groote geld
verlegenheid, en besloot, op aanraden
vau eenige bekende oplichters, met wie
hjj in aaniaking kwam, tot de volgende
truc.
Toen de oom eenige dagen van huis
was, liet Laurent een zjjner vrienden
gegrimeerd als grysaard, bij zich komen.
Deze logde zich in het bed van den
ouden man, waarop de student een
notaris deed roepen. Oom voelde zich
niet al te wol en wilde daarom neef
lief volmacht verschaffen voor het opne
men der effecten.
't Zaakje liet zich niot in één avond
afwikkelen, dus kwam de notaris nog
eenige koeren terug. Steeds werd hjj
in de slaapkamer ontvanjen, doch ein-