Buitenland. VERJARING VAN VORDERINGEN. Burgemeester en Wethouders der Ge meente Texel brengen belanghebbenden in herinnering dat alle vorderingen ten laste van het Rijk, de Provincie en de Gemeente, over het dienstjaar 1907 vóór of op den laatsten Juni aanstaande, bij de besturen en de ambtenaren, die het aangaat, moeten zijn ingediend. Alle op dien termijn niet ingediende vorderingen worden voor VERJAARD en VERNIE TIGD gehouden. Voorts worden belanghebbenden ver zocht niet den uitersten termijn af te wachten, maar de indiening der bewijs stukken, zooveel mogelijk te bespoedigen. Texel, den 14 April 1908. Bui gem. en Weth. voornoemd, HID DING, Burg. RUIBING, Secrs. INVORDERING 'S RIJKS DIRECTE BELASTINGEN. De BURGEHEESTER der Gemeente Texel maakt bekend, dat het kohier no. 3 der Personeele belasting over het dienstjaar 1908, invorderbaar verklaard op den 9 April 1908, aan den Ont vanger ter invordering is ter hand gesteld en ieder daarop voorkomende belastingschuldige verplicht is zijnen aan slag, op den bij de wet bepaalden voet te voldoen. Texel, den 14 April 1908. De Burgemeester, HIDDINGH. VERZOEKSCHRIFTEN ter bekoming van jacht- en vischakten en kostelooze machtigingen tot het schieten van schade lijk gedierte. Burgemeester en Wethouders der gemeente Texel maken bekend, dat voor het nieuwe seizoen, aanvangende 1 Juli a.s. en eindigende 30 Juni van het vol gende jaar, ter Gemeentesecretarie kos- tsloos verkrijgbaar zijn blanco verzoek schriften ter bekoming van jacht- en vischakten, van kostelooze vergunningen tot uitoefening der visscherij, zoomede van buitengewone machtigingen tot het schieten van schadelijk gedierte Belanghebbenden worden in hun eigen belang uitgenoodigd hunne aanvragen en vergunningen zooveel mugelijk vóór den 1 Mei a.s. ter Secretarie in te dienen. Texel, den 14 April 1908. Burgemeester en Wethouders voornoemd, HIDDINGH, Burgemeester RUIBING, Secretaris. In eene gehouden bestuursvergadering van de afd. Texel van de Vereeniging het „Witte Kruis," werd tot Voorzitter gekozen de heer ds. R. S Kuperus, tot vice-Voorz. de heer dr. H. Over. Oudeschild, 14 April. Onze plaatsgenoot, de heer J. Cz. Euinker, leerling der Rijkskweekschool te Haarlem, behaalde heden de acte van onderwijzer. Oosterend, 13 April. De Visscherij vereeniging „Betracht het Goede" hirid Zaterdag j.l hare ïaar- vergaderiog hoofdzakelijk tot het afdoen van huishoudelijke zaken. Mededeeling geschiedde van al de ver richtingen, die het bestuur in 1907-1908 heeft gedaan en deze waren vele. Op verschillende adressen had men een gunstig resultaat bewerkt. Zoo had men verkregen betere ligplaats in het Nieuwe- diep, een lichtboei in het Molengat, toezegging van steun tot opruiming der wrakken van het stoomschip „Turbo." De rekening van den penningmeester die met een klein nadeelig saldo sloot, werd nagezien en in orde bevonden. Tot leden van het bestuur werden met bijna algemeene stemmen herkozen de heeren J. Daalder Jz. en J. Daalder Dz. die hunne herbenoeming aannamen. Uit het jaarverslag bleek, dat het ledental met drie was verminderd en gedaald tot 98. Het getal donateurs bedroeg 12. Eene korte herhaling van wat eerder besproken is ovor eene onderlinge zee-assurantie had ook nu geen goeden uitslag. De belangen der verschillende vbschers loopen te veel uiteen. Men zal trachten de Rooton vervangen te krijgen door een gasboei en eenige verlichting te verkrijgen voor het bij nacht varen naar achter Oost. De bezittingen der vereeniging, baro meters, aanplakbordje en wachthuis op Oost, zullen worden nagezien en hersteld. Met dank voor de belangstelling sloot de voorzitter de vergadering, die gehou den is in het Wapen van Amsterdam. 14 April. Gisteren vierden de echtelieden Pieter Ellen en Cornelisje Brouwer, te Oost, hunne zestigjarige echtverbintenis onder vele blijken van belangstelling. 't Is wel een bijzonder voorrecht, zoo lang verbonden te blijven, maar ook veel leed en lief wordt alsdan ondervonden, wat met het echtpaar Ellen wel het geval is geweest. Gelukkig wordt het einde hunner levensdagen verlicht door eene nog goede gezondheid en door de trouwe zorgen van een liefhebbend zoon. Mogen de krasse oudjes nog eenige jaren onder gunstige omstandigheden voor elkander gespaard blijven Kipeieren met afmetingen van 1V» en 3 c.M komen niet veel voor. De heer B vond twee zulke dwergjes. Als een klein eitje een zoet eitje is, dan zullen deze zeker wel suikerzoet zijn. Wat niet iedereen weet. Be jongen wist het Meester: Wanneer ik zeg: de ouders zegenden hunne twaalf kinderen, is dat dan de bedrijvende of de lijdende vorm? Leerling: De bedrijvende. Meester: Goed. Maar wat is dan de lijdende vorm? LeerlingDe ouders werden met twaalf kinderen gezegend. Ruim 1000 meisjes bekeurd. Door den burgemeester van Rotterdam was gelast dat een aantal politie agenten in burgerkleeding in voor hen vreemde wijken zouden toezien dat de verordening op het straatboenen en matjeskioppen niet zoo klakkeloos overtreden werd. Het- gevolg daarvan is dat in de eerste week reeds meer dan 1000 meisjes zijn bekeurd. De dienstboden hadden het volgende bedachtOp lederen hoek van de straat hield een meisje de wacht, terwijl de anderen do kleeden klopten. Werd dan een helm zichtbaar dan word gewaarschuwd en ging alles naar binnen. De burgemeester is haar dus te slim af geweest. Een zonderlinge grap. Een drietal Utrecbtscbe heeren kwa men dezer dagen in bet hotel Levedag te Leiden en vroegen den eigenaar of ze er den volgenden dag een piano moch- teD zenden, die als geschenk werd bedoeld aan de studentensociëteit Minerva. De hotelhouder had daartegen geen bezwaar en werke'ijk kwam des avonds een kist met den trein uit Utrecht aan. De kist werd door eenige mannen naar het hotel gebracht, daar opengemaakt en bleek twee Utrechtsche studenten te bevatten met lederen riemen vastgebonden, een flacon cognac naast zich en een aantal steenen om het gewicht van de kist te dom overeenkomen met dat van een piano. Bureaucratie. In zeker land woonde een weduwe, wier man in staatsdienst was geweest daarom trok zij pensioen dat zij natuurlijk alleen dan kon innen, als het bewijs geleverd werd, dat zij nog leefde. Zoo kwam zij ook na 1 Januari weer het bedrag afhalen. Door toevallige om standigheden kwam zij een dag of wat te laatzij reikt het attest over en de ambtenaar zegt haar, dat het stuk niet in orde is. „Maar, wat hapert er dan aan Het is toch net zoo als anders." „Neen, dame, dan heeft u niet goed gezien. Dit stuk is gedateerd 10 Januari en uw pensioen is al den 2en inbaar. Wij moeten het bewijs hebben, dat u den len Januari in leven was." En de dame, die 10 Januari nog leefde, ging heen om het bewijs te halen, dat zij den len Januari ook geleefd had. („Haagsche Ct."( Leer om leer. Onlangs zeide de heer Van der Zwaag naar aanleiding van het rapport-Huizinga, dat het was geschreven in een geest, dien wij Friezen aanduiden met „Rijk rekkenje, mar earm telle" (rijk op het papier en inderdaad arm). Hij voegde er aan toe Ik weet niet of de heeren die uitdruk king verstaan wanneer dit niet het geval mocht zijn, hoop ik, dat zij dezelfde moeite zullen willen doen, die wij ons wel eens moeten getroosten om te ver staan, wat er gezegd wordt, wanneer er latijn wordt gesproken." Een slecht middel. Ten kantore van deurwaarder B. te Oud-Beierland vervoegde zich een vrouw ter voldoening eener schuldvordering ten laste van haar man, groot f 1253, waar van de deurwaarder het stuk ter invor dering onder zich had. Nauwelijks had de deurwaarder het stuk te voorschijn gehaald, of de vrouw rukte hem het uit de hand, scheurde de onderteekening er af en slikte dat stuk in. Dadelijk deed de deurwaarder aangifte en werd door den kantonrechter het overgebleven stuk in beslag genomen en proces-verbaal opgemaakt. Dat komt er van. Nu er dezen winter duizenden mollen in Friesland zijn gevangen, omdat de velletjes duur betaald werden en men in de landerijen heel weinig molshoopen meer ziet, zal het dit voorjaar waarschijn lijk blijken, dat het vangen der dieren schadelijk geweest is voor de landerijen. Immers nu reeds merken de boeren op hun graslanden plekken, waar de graszode geheel losligt. Alle gras vezeltjes zijn doorgevreten door de engerlingen enz., welk ongedierte nu ongestoord zijn gang kan gaan wijl de aartsvijand van hen voor een groot deel is weggevangen. Een marskramerszaakje. Wat een koeienmaag al bevatten kan bleek dezer dagen te Frederiksoord. Een veehouder aldaar had een koe, die schoon ze zeer goed gevoederd werd, steeds vermagerde, zoodat besloten werd het beest te slachten. Bij het openen der maag bleek daarin het volgende aan wezig te zijn 9 haarspelden, 1 kram, 1 knoopje, 2 griffels, 1 gesp, 6 spjjkers1 1 blikje ter grootte van een rijksdaalder, een blikje ter grootte van een gulden, 1 koperen ring, 4 stukjes been en een stukje plaatijzer. Nog al meer Ministers. Naar ons ter oore kwam, zouden er plannen bestaan, om voor de verschillende takken van onderwijs een afzonderlijk departement te vormen. Er zouden dan tien Ministers komen. („Centr.") Een slim zaakje. Te Rotterdam zou iemand worden aangehouden verdacht van verduistering. Politie deed haar best, zocht overal, maar te vergeefs. En men dacht reeds dat de gezochte naar Duitschland was uitgeweken, toen men den man eindelijk vond— in het huis van bewaring, waar hij voor een ander zaakje was opgesloten. 't Gelukte niet. Een doortrapte deugniet heeft het stukje uitgehaald om bij de vrouw van een politie-agent te A'dam, met het praatje te komen dat de kleeding van haar man bij een vechtpartij zoo geha vend was, dat hij onmiddelijk zijn burger plunje noodig had. De vrouw nam de kennisgeving aan, doch weigerde kleeren mee te geven. Wat maar goed was, want haar man bleek ongedeerd. Voor z'n pleizier uit. Twee Hagenaars maakten per motor fiets de reis van den Haag naar Amster dam. De eene vriend zat op de fiets, de ander in het wagentje er achter. Tusschen Haarlem en Halfweg schoot de koppeling van de in vliegende vaart zijnde motorfiets los, zoodat het rijtuigje er achter geheel onbeheerd voortvloog en door de schok omver viel. De inzittende sloeg tegen de keien. Zijn vriend stopte onmiddelijk en vond den 19-jarigen jongen bewusteloos, hevig bloedende uit neus en ooren, met een gat in het hoofd. De toestand van den verwonde is redelijk wel. Een huwelijk te middernacht. Te Wijk-aan Zee is Vrijdag een huwe lijk voltrokken in het middernachtelijk uur. Een onderwijzer, die als zoodanig be noemd was in Indië, wilde voor zijn vertrek trouwen, teneinde van de gunstige bepalingen te profiteeren, die voor zich en zijn gezin genoten kunnen worden ten opzichte van overtocht, uitrusting enz. Toen de bruidsstoet 's middags aan het raadhuis kwam, kon het huwelijk niet doorgaan, omdat de moeder des bruidegoms, die in Breda woont, niet aanwezig was. Er was nog juist tijd voor den bruidegom, om moeder te ha len, en 's avonds om elf uur kwam hij met haar aan het station Beverwijk aan. Met rijtuigen trok men nu naar Wijk- aan Zee, waar door de welwillendheid van den ambtenaar van den Buigerlijken Stand alle dingen gereed waren en het huwelijk bij petroleumlicht voltrokken werd. Be Amsterdamsche jeugd Ten einde de nieuwe autobussen in de Jordaan te A.mslerdam te beschermen tegen de aanvallen der jeugd, worden ze thans vergezeld door een wielrijder, gewapend met een stok. Voorloopig schijnt deze loodsdieust te helpen. Alweer een nieuwe secte. Dr. Robert H. Bakewell doet in de „Lancet" verslag van een nieuwe secte te Wangamis in Nieuw-Zeeland. Zij gaat uit van het geloof, dat de kwalen ont staan door het eten en dat het beste middel is langdurig vasten; sommigen brengen het tot twee weken, ja soms langer en ofschoon de uitkomsten zeer slecht, zelfs sterfgevallen dientengevolge niet zeldzaam zijn, schijnt dit niet in staat te zijn, hen van de onjuistheid van hunne opvatting af te brengen. De dokter trof een vroegeren patiënt aan, aardvaal, met een kleinen intermit- teerenden pols en wien na eenige bon derden schreden het klamme zweet op het aangezicht stond. Hij raadde hem te vergeefs aan, voedsel te gebruiken. Het bleek dr. Bakewell, dat de nieuwe leer afkomstig was uit Amerika. Zij is voortgekomen uit het brein van een dr. Dewey in Michigan en door hem be schreven in een boek. BEMESTING. XIII In //Buiten» geeft prof. Nijland in zijn maandelijksch overzicht var. den sterrenhemel, eene uiteenzetting van de datumbepaling van Paschen. //Paschen valt dit jaar -op 19 April. Ook in 1S40 was dit het gevat, en het zal wederom in I9S1 zoo zijn. Het is den lezers van //Buiten// misschien wel bekend, dat voor het Paaschfeest, volgens de in Christelijke landen heerschende gewooDte, aangenomen wordt de Zondag, die op de eerste Volle Maan na het offioieelc begin der lente (21 Maait) volgt. Paschen kan dus op 22 Maart vallen; dit geschiedde in de jaren 1598, 1693, 1761 en 1818, maar het geval zal zich in de eerste drie eeuwen niet meer voordoen. Is echter de Volle Maan op den 21en Maart juist voorbij, dan heeft men tot 19 April op de eerstvolgende V. M. te wachten; is deze datum dan bovendien een Maandag, dan is het pas 25 April Paschen. Op dezen uitersten datum viel het Paaschfeest in de jaren 1866, 1734 en 1886 en zal het in 1943, 2038 en 2190 vallen. Dit jaar is het op Donderdag 16 April Volle Maan, zoodat de eerste Zondag daarna op den 19en valt. De tamelijk ingewikkeld lijkende voorschriften voor de datumbepaling van het Paaschfeest, werden op het concilie van Nicaea (325 n. Cbr) gegeven. Zij zijn te beschouwen als een poging van de geestelijkheid, om het Paaschfeest zoo te regelen, dat het /.-1°. op een Zondag valt; //2°. in de lente ten einde daardoor de van ouds bij alle volkeren gevierde lente-feesten te continueeren; 3'. nooit met het Joodsche Pascha samen valt, en //4°. toch (schijnbaar) geheel onafhankelijk van dit voorname Joodsche feest wordt vast gesteld.// Onder de bulpmeststoffen maken wij onderscheid tusschen enkelvoudige meststoffen en meer samen gestelde. De eerste noemen wtj die stoffen, welke in hoofdzaak slechts één voedingsstof voor de plan ten bevatten, de laatste, die meer dan één bevatten. Tot de enkelvoudige behooren de kali-, phosphor- zuur- en stikstofmeststoffen, tot de laatste bvguano, kalisalpetcr en mestmengsels. Tot de stikstofmestsoorten behooren er twee, die het meest op den voorgrond treden, ril. de zwavel zure Ammoniak en het Cbilisalpeter. Beide stoffen kunnen zeer goed als stikstof bemesting gebruikt worden, en toch zal er in vele gevallen aan net Chili salpeter de voorkeur gegeven worden. Hoe komt dit? In de eerste plaats heeft het salpeter het grooto voordeel boven zwavelzure ammoniak, dat het direct voor de planten opneembaar is, m.a.w. dat do plan ton er zich dadelijk mee kunnen voeden. Wij kun nen dit vergelijken met ons eigen voedsel, dat wij gebruiken, bv. brood. Dit is geschikt om dadolyk door ons te worden gebruikt. Neemt men echter do tarwe- en roggekorrels, dan zullen deze ingeval van nood als zoodanig een voedingsstof kunnen zijn, doch bij gewone voeding is het noodig, dat er eerst mi el van wordt gemalen en daarna brood van gebak ken. Zoo is het nu ook met zwavclzuie ammoniak en Cbilisalpeter. We kunnen de zwavclz. amm, ver gelijken met de grnankorrels. De planton zullen in sommige gevallen, d.w.z. als zij geen salpeter kr(j- fen kunnen, zich van ammoniak-stikslof kunnen ediencn voor de stikstofvocding, doch evenals do mcnsch zich beter voedt met brood dan met graan korrels,evenzoo voedt de plant zich beter mei Cbili salpeter dan met zwavelzure ammoniak. Uitproe ven is gebleken dat.de voeding met ammoniakstik- stof achter staat b\j dio met salpotcrslikslof. We kunnen onze vergelijking nog verder door voeren; uit het graan kan door bcpaaldo bewerking brood gevormd worden, uit de zwnvelz. amnion, kan salpeter ontstaan. Nu echter doel zich eon versohil voor. Do menBch zorgt voor de verandering van

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1908 | | pagina 2