Van 23 tot en met 25 Mei zijn
van hier verzonden 1820 lammeren, 54
koeien, 16 kalveren en 18 varkens.
De winterstilte heeft plaats ge
maakt voor de kalme opgewektheid welke
onze rustige badplaats kenmerkt, zoo
schrijft men ons van de Koog. Reeds
zijn 10 badgasten gearriveerd en weldra
zullen nog vele anderen naar hier komen,
om aan ons heerlijk strand verloren
kracht en gezondheid, naar zij hopen,
terug te vindenwant als dat ergens
is te vinden dan zeker op Texel, waar
alles medewerkt tot herstel, en tot het
vergaren van nieuwe krachten.
Zaterdag 23 Mei 1.1. had alhier de
vergadering plaats van de Coöperatieve
Boerenleenbank.
Aanwezig waren 93 leden.
Naar wij vernemen zijn de volgens
rooster aftredende beheerders allen her
kozen en is in de plaats van den heer
Haakman, die om goede redenen als
bestuurslid heeft bedankt, gekozen de
heer J. W. Roeloffs, die lid was van
den Raad van Toezicht en is in diens
plaats gekozen de heer P. J. Zoetelief
alhier.
Daar echter geen voldoend aantal leden
tegenwoordig was om wettige besluiten
te kunnen nemen, zal Zaterdag a. s.
nogmaals vergadering worden gehouden
om de genomen besluiten te bekrachtigen
wat kan geschieden met het dan aan
wezig zijnd aantal leden.
Oudeschild, 25 Mei.
J.l. Zaterdagmorgen geraakte het paard
van den heer T. Z., gespannen voor een
boerenwagen op hol. In vliegende vaart
ging het langs de haven en het mag
zeker wel wonder genoemd worden,
dat er geen persoonlijke ongelukken
hebben plaats gehad. Nadat de wagen
't onderstboven was gevallen, kwam het
paard, dat aan den poot nogal gewond
was, tot stilstand.
Bij den heer Slaman gaat het
uitstekend met de kunstmatige broederij.
Van 200 eieren zijn niet minder dan
180 uitgekomen. Het is een aardig
gezicht al die jonge diertjes, waaronder
8 jonge eendjes in de kunstmoeder te
zien rondscharrelen.
De Cocksdorp.
In eene door het bestuur van den
polder Eierland uitgeschreven vergadering
is besloten de zandwegen in Eierland
te beharden en de sluis bij het Hooge-
zandskil open te maken.
De uitvoering van dit werk wacht op
de goedkeuring van Gedeputeerde Staten.
Oosterend, 27 Mei.
De gebroeders D. wisten in de vorige
week met de wreede vangmethode nog
eens weer tien robben te bemachtigen,
waarvoor aan premie minstens f 25
kan ontvangen worden. Voor eenigen
tijd mislukten de pogingen, om aldus
zeehonden te vangen.
Vlieland 25 Mei.
Voor de vacature in den Gemeenteraad
zijn heden twee candidaten gesteld, de
heeren Cornelis Bakker en Douwe Smit.
De stemming is bepaald op Vrijdag
5 Juni.
De moord te Zeist.
De behandeling dezer geruchtmakende
zaak is thans geëindigd na vele dagen
zitting door de rechtbank gehouden.
De eisch tegen Van Vaalen luidde
twintig jaar; tegen Van Ee levenslang
en tegen Kors en Overhorst ieder tien
jaar en acht maanden.
't Wordt steeds brutaler.
Inbraak en diefstal worden met den
dag ernstiger. In de vorige week werd
in het postkantoor te Apeldoorn een
bedrag van ongeveer f 70000 ontvreemd
en nu weder vermelden de bladen een
belangrijke diefstal met inbraak in de
Leidsche straat te Amsterdam, in een
juwelierszaak van den heer Pampus Jr.
Des avonds te 7 uur was deze nog
in den winkel geweest, doch had niets
verdachts opgemerkt. Toen bij 's avonds
te 11 uur thuiskomend, wilde binnengaan,
bemerkte hij dat de deur van binnen
op de knip zat. De woning van achteren
binnenklimmend, bemerkte hij dat dieven
bezig waren geweest en aan juweeleD,
horloges enz., voor ongeveer f 18000
hadden ontvreemd.
Voor de politie is er heel wat werk
aan den winkel; moge zij nu maar veel
succes hebben.
Vreemde inmenging.
In de strafzaak tegen de anti-militai-
risten te Amsterdam, werd door een der
verdedigers niet meer of minder beweerd,
dan dat de geheele vervolging zou zijn
geschied op een wenk aan onze justitie
vanuit Berlijn gegeven. Hij wekte den
indruk daarvoor eenige aanwijzingen te
weten.
„Wat de oorzaak is van de vervolging,
is de zaak van het Openbaar Ministerie"
onderrichtte toen de voorz. den advocaat.
Die les kon onzes inziens niet worden
aangenomen, zegt het Hbl. raak. Zoo
één ambtenaar verplicht is, bloot te leg
gen waarom hij handelde gelijk hij deed,
dan is het wel die, welke het Ministerie
der openbare zaak vervult. Het is in
naam der gemeenschap en haar belang,
dat hij het recht tegen de schuldigen
inroept; en geheimzinnigheid tegenover
de gemeenschap moet op misverstand
der onderlinge verhouding berusten.
Men mag toch niet aannemen, dat in
het zwijgen, door den officier van justitie
tot de opmerking van den verdediger
gedaan,—immers: het O. M. leverde geen
repliek, een stille bevestiging gelegen
was
Van dit soort comisas gentium zou ons
land alles behalve gediend zijn. Voor
Pruisische peper in de Nederlandsche
rechtspleging wordt bedankt.
Het is daarom te hopen, dat het door
den advocaat geopperde vermoeden als
nog zal worden opgeklaard.
Dit zijn geen zaken van het O. M.
Het zijn zaken van het gansche volk.
Een dure geschiedenis.
Verhuizen kost bedstroo, dat ondervin
den vooral de boeren in Brabant als ze
verhuizen gaan. Een sprekend staaltje
daarvan bood een verhuispartij van een
boer uit Hal naar het Sterrebosch onder
Vugt en St. Michiels Gestel.
Een achttiental karren, opgetuigd van
„heb ik jou daar" waren reeds in het
vroege morgenuur derwaarts getogen
om de nieuwe bewoners met al hun
„heb en leg" over te brengen naai' de
nieuwe woon en ofschoon ze om 9 uur
reeds gepakt en gezakt waren, was het
ruim -3 uur in den namiddag eer ze op
de plaats van bestemming, een afstand
van een goed uur, waren aangeland.
De oorzaak dier vertraging is te wijten
aan de vele „heiligenhuisjes" die langs
den weg gelegen zijn en waar de paarden,
pardon, de voerlieden, slecht passeeren
kunnen zonder een hartversterking, op
de gezondheid en dus ook op kosten van
den nieuwen boer naar binnen gewipt
te hebben. En als ze dan aangekomen
zijn wel niet aangeschoten, maar toch
zoo, dat het laatste „citroentje met suiker"
overdaad gaat worden, dan schaart
gansch de stoet, ongeveer vijftig man,
zich aan den disch door de naaste
buurvrouw op kosten alweer van den
nieuwen boer aangericht en duwen er
na al het natte ook het droge naar binnen.
Is de boer eenige dagen gezeten, dan
komen de mannelijke buurlui den
nieuwen buurman hun opwachting maken
Heeft het mannelijk deel zijn taak
volbracht, dan volgt de vrouwelijke sekse.
En als dan zoo'n boer na al die
consternaties zijn rekening gaat opma
ken, dan komt hij onwillekeurig tot de
conclusie en slaakt bij de zeker waie
verzuchting, dat de verhuisonderneming
van „de lange van Dun" of van een
ander zeker heel wat voordeeliger is,
maar 't zijn oude gebruiken en die
zijn den boer heilig
Loterijwetover treding.
De koffiehuishouder Foppe W. te
Leeuwarden gaf voorheen aan iederen
winnaar van een partij biljart in zijn
café een genummerde kaart. Zoodra
hij 150 kaarten had uitgegeven, werden
uit een bus twee nummers genomen.
Van de bezitters dier kaarten, waarop
die nummers voorkwamen, ontving no. 1
een kistje met 100 no. 2 een met 50
sigaren.
W. deed het, naar hij zegt, maar voor
de aardigheid, niet uit winstbejag, doch
de kantonrechter zag er een overtreding
der Loterijwet in en heeft hem overeen
komstig den ebch, veroordeeld tot f 3
boete of 1 dag hechtenis.
Lentegroei.
Een geneesheer te Hengelo, wiens
hulp werd ingeroepen bij een jongen,
die een gezwel in den neus had, dat
voortdurm d in omvang toenam, vond in
het reukorgaan van den patiënteen
boon, die daarin al zoo lang had gezeten,
dat ze was beginnen te ontkiemen.
Nieuwe practijken,
Een nieuwe vorm van bedelarij wordt
te Amsterdam in toepassing gebracht.
Menige huisvrouw moet hot in deze dagen
stellen zonder dienstpersoneel. De vraag
naar dienstboden is grooter dan het
aanbod en zoo zijn veel huismoeders al
blijde wanneer zij haar pogen met aan
vankelijk succes bekroond zien en er
iemand bij haar aanbelt, die vluchtig
gezien, geacht wordt naar de dienstbode
betrekking te willen solliciteeren. De
stemming tegenover zoo'n sollicitante is
doorgaans nogal vriendelijk.
Daarvan blijkbaar bewust zijnde, volgt
een vrouw in de laatste dagen de volgende
tactiek. Vrij schamel in de kleeren
gestoken, belt zij bij de adressen, waar
een dienstbode noodig is aan, presenteert
zich, maar doet dat zoo onhandig, dat
de huisvrouw al onmiddellijk besluit het
liever zonder dienstbode te stellen dan
met zoo een. Dan begint de vrouw te
jammeren en te kermen, vertelt, dat
ze zoo arm is en in geen drie dagen
warm eten heeft gehad en als mevrouw
baar dan een paar dagen als noodhulp
kan gebruiken. Ze kan wel niet veel,
maar
Na, daar heeft mevrouw uit denaard
der zaak ook geen zin in en de sollicitante
besluit met een kwartje te vragen voor
eten. Om van haar af te komen, schenkt
mevrouw haar ten slotte een kleinigheid
en als de quasi-sollicitante zich heeft
weggespoed, zou mevrouw, zoo ze haar
nakeek, kunnen zien, hoe de vrouw de
krant in de hand neemt om na te kijken
welk adres nu het dichtst in de buurt is
om er hetzelfde spelletje te beginnen.
(N. v. N.)
Water als voedingsmiddel
Onder het opschrift water als „voe
dingsmiddel leest men in 't Maandblad
tegen de Vervalschingen het volgende,
door de heeren dr. van Hamel Roos en
Harmens geschrevenWij hebben
onlangs gewaarschuwd tegen boter, die
wij op grond van een gehalte van ca.
40 pet. water ondeugdelijk noemden,
en mochten ons daarbij verheugen in het
instemmend oordeel betreffende deze
qualificatie, zoowel van officieele personen
als van het publiek. Het schijnt evenwel
dat in surrogaten (in casu margarine)
naar gelang van de geëischte winst,
zooveel water mag worden toegevoegd,
als men er maar met mogelijkheid in
kan werken, d.w.z. hoeveelheden van
34 40 pet., overeenkomstig de volgende
rechterlijke uitspraak
De Rechtbank te Rotterdam heeft
uitspraak gedaan in de zaak van Maarten
Raadsveld te Amsterdam.
Overwogen werd, dat voor margarine
geen enkele wettelijk vastgestelde samen
stelling bestaat. Hit de verklaringen
der gehoorde deskundigen is gebleken,
dat ook wetenschappelijk niet vaststaat
hoe margarine is en behoort te zijn
samengesteld, weshalve niet vaststaat,
welk gehalte aan water margarine al of
niet bevatten.
Mitsdien werd als niet wettig en
overtuigend bewezen aangenomen, dat
de door den beklaagde ten verkoop
voorhanden margarine een te hoog gehalte
aan water bevatte.
De beklaagde werd daarom vrijgespro
ken.
Indien men nu nagaat, dat de ver
klaring van een der deskundigen hierop
neerkwam „dat water niet schadelijk
voor de gezondheid is (sic 1) en dus
door een hoog percentage water niet
gedacht kan worden aan de ondeugdelijke
samenstelling," dan is daardoor, resp.
door de daarop gevolgde vrijspraak van
de Rechtbank, tegelijkertijd een vrijbrief
gegeven aan alle fabrikanten die waren
verkoopen, welker samenstelling niet,
gelijk bij boter, door de wet geregeld is.
Inderdaad een verlokkend uitzicht voor
het heirleger van knoeiers en hun leer
lingen, om o.a. in surrogaten het water
gehalte tot het uiterst bereikbare maxi
mum op te voeren. Het publiek moet
dus water als voedingsmiddel beschouwen
en in ieder geval als zoodanig betalen,
dank zij deze rechterlijke uitspraak.
Vreemd bericht.
Dakzangers Te OnstwedJo (Gr.) hield
de onderwijzer Baaiman repetitie van het
gemengd zangkoor met meer dan dertig
leden op hetdak der bizondere school.
De schooien waren in de verf gezet en
één repetitie kon met het oog op een
concours niet gemist worden.
Verdacht werk.
De „II. Ct." vertelt geheimzinnige
dingen, die inzake de inbraak in de
Korte Poten te 's-Gravenhage aan het
licht zijn gekomen.
Er is nl. uitgemaakt, dat verschillende
welgestelde Haagsche winkeliers, bij de
bende betrokken, geheime onderaardsche
bergplaatsen hadden voor gestolen goe
deren.
Ge staat er versteld van, zegt het
blad, als ge hoort, aan welke welgestelde
burgers deze bergplaatsen hoorden
Maar hiervan kunnen wij nog geen nadere
bizonderheden mededeelen Men vermoedt
voorloopig slechts.
Een wandelmachine.
De heer C. E. v. K. te Rijsenburg
ontwikkelt in „De Kampioen" het vol
gende origineels denkbeeld:
Er zweeft mij voor den geest zegt
hij wat ik zou willen noemen een
wandelmachine. Het zou een kleine
ballon moeten zijn, die in staat was
bijv. 9/10 van ons gewicht te dragen,
en die door een samenstel van stangen
of latten en riemen stevig aan schouders
en middel bevestigd werd op zoodanige
wijze, dat zij niet kon slingeren en haar
onderkant ongeveer ll, M. boven het
hoofd bleef.
Dit zou, meen ik, de volgende voor-
deelen bieden
lo het loopen vereischt tienmaal
minder krachtsinspanning
2o. men kan tienmaal hooger en ook
aanmerkelijk verder springen, en dus
gemakkelijker over muren schuttingen
en slooten komen
3. zinkt men niet verder in het water
dan bijv. halverwege knieën en heupen,
en kan dus, met de handen of kleine
spanen roeiend, rivieren oversteken,
waarbij hooge waterlaarzen de beenen
drooghouden
4. kan men zonder veel inspanning
bergen bestijgen
5. een val, mits niet te hoog, is niet
gevaarlijk meer.
De redactie teekent hierbij aan
„Het idee is werkelijk zeer ad rem
en vooruit strevend. Intusschen vreezen
wij, dat de uitvoering niet mee zal vallen.
Vooreerst zal de ballon niet zoo héél
klein kunnen zijn. Voor het opheffen
van 9/10 van ons gewicht, plus de zwaarte
van ballonomhulsel, latten stangen en
riemen, totaal ongeveer 100 K. G., is
een waterstofballon van ongeveer 80 M3.
noodig. Met zoo'n reuzenpeer boven het
hoofd, zou de moderne wandelaar-hoog
springer de speelbal zijn van het flauwste
zuchtje wind. En tegen den wind op,
zou het loopen een absolute onmogelijk
heid zijn. Wanneer er een gas bestond,
dat tienmaal meer stijgkracht bezit dan
waterstofgas, zou het denkbeeld minder
bezwaar ontmoeten."
Oude Texelsche gébruiken.
Aan het „Hbl." wordt geschreven
Voorheen bestond op enkele dor; en
van Texel onder de schooljeugd het
gebruik, om in de tweede helft van Mei
en de eerste helft van Juni in sloot en plas
planten te verzamelen, die nog bij groote
hoeveelheden in de binnenwateren van
het eiland wordt aangetroffen.
Deze plant, bij de ingezeten als „haan"
bekend, heette in den mond der jeugd
„hanekollen". Aan het onderst gedeelte
zat een soort wit merg, gewoonlijk
eindigende in een bolletje, ook wit van
kleur. Het bovendeel der plant was
groen als gras.
Werd dat merg van de „hanekol"
ontdaan van het vliesje. hetwelk er
omheen was gegroeid, dan was het
gedeelte eetbaar, hoewel er weinig smaak
aan was.
Te gelijk met de „hanekollen" werd
het in de slooten groeiende riet uitgetrok
ken, om de witte wortels ervan machtig
te worden.
Deze punten „rietspieren" genaamd
door de jeugd, leveren een zoete versna
pering op en werden dan ook met smaak
gekauwd. Was er een voldoende hoe
veelheid ingezameld, dan werd soort bij
soort aan boschjes gebonden en trokken
de verzamelaars het dorp in.
Faar weerklonk dan het luid geroep
van „Hanekollen, jongebollen en rietspie
ren."
Voor een cent per boschje ging de
koopwaar van de hand, meestal aan
jeugdige kooplustigen.
Vermoedelijk valt nu de versnapering
niet meer in den smaak, of ze heeft
plaats gemaakt voor iets beters.
Althans het oude geroep „Hanekollon,
jongebollen en rietspieren," weerkT
niet meer langs de dorpsstraat.