INK 2159.
Zondag 31 Mei 1908.
21ste Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
Binnenland.
Dit blad verschijnt Woensdag;- en Zaterdagavond
Advertentiën vóór 10 uur op den dag der uitgave.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOIJ, ParkstraatBurg op Texel.
NATIONALE MILITIE.
ONDERZOEK VAN VERLOFGANGERS.
Burgemeester en Wethouders der Ge
meente Texel maken bekend, dat het
onderzoek van de in deze Gemeente ge
vestigde verlofgangers der Militie te land
zal worden gehouden in een der lokalen
van de O. L. School te den Burg, op
Dinsdag 16 Juni 1908, des voormiddags
te halt twaalf ure.
Aan dat onderzoek behoeft niet te worden
deelgenomen door
Voorts wordt de aandacht gevestigd
op de volgende wetsbepalingen .-
Nog worden de verlofgangers opmerk
zaam gemaakt, dat het niet-ontvangen eener
bijzondere kennisgeving hen niet ontheft
van hunne verplichting tot deelneming
aan het onderzoek, maar dat deze openbare
kennisgeving eenig en alleen als bewijs
geldt, dat de verlofganger behoorlijk is
opgeroepen.
Ingeval ziekte of gebreken de opkomst
mochten verhinderen, moet daarvan blijken
door overlegging van eene gezegelde en
gelegaliseerde geneeskundigo verklaring.
Geldt het verlofgangers, aan wie wegens
onvermogen eene ongezegelde verklaring
is afgegeven, dan kan deze aldus, ter ver
zending aan wien behoort, ter Gemeente-
Secretarie worden ingoloverd. Betreft het
verlofgangers, aan wio, in verband met
een vorig onderzoek als hier bedoeld, door
donzelfdon goneeskundigo reeds eene ver
klaring is uitgoroikt, dan kan ook voor
niet onvermogenden met een ongezegeldo
en niet-gelegaliseerde verklaring worden
volstaan.
Texel, den 21 Mei 1908.
Burgem. en Weth. voornoemd,
HIDDINGH.
De Secretaris RUIBING.
LANDWEER-VESTINGARTILLERIE.
District No. XXVII.
Oproeping onder de wapenen tot het houden
van oefeningen in 1908.
De Burgemeester van Texel breDgt inge
volge 47 der Landweer-Instructie I, ter
openbare kennis, dat de in het Landweer
verlofgangers-register dezer Gemeente inge
schreven dienstplichtigen der Landweer,
behoorende tot de lichting 1907 van de
Landweer-Vestingartillerie, bij deze voor
den tijd van zes dagen, krachtens artikel
11 der Landweerwet tot het houden van
oefeningen onder de wapenen worden ge
roepen en dat zij zich daartoe moeten aan
melden op den dag, het uur en de plaats,
hieronder aangegeven achter hun naam.
Gerrit Duinker, 41 Compagnie op 5 October
1908, vóór 12 uur 's middags, of zoo spoedig
mogelijk daarna. Artilleriekazerne te Den
Helder.
Dalenberg Roelof 42 Compagnie, op 5
October 1908, voor 5 uur namiddag of zoo
spoedig mogelijk daarna Artilleriekazerne
Willemstad.
TEXEL, 30 M E I 1908.
De Boot van stapel geloopen.
Men schrijft ons uit Haarlem:
„Onze boot" is heden middag goed
van stapel geloopen. Talrijke Texelaren
waren voor de gelegenheid overgekomen
en vele belangstellende Haarlemmers
waren bij de plechtigheid aanwezig.
Aan den overkant van het Noorder Buiten
Spaarne stonden honderden in afwachting
van het schouwspel. Het was ook wel
te zien, dat er iets bijzonders gebeuren
zou. De boot met de nationale vlag aan
den achtersteven, de wimpel met „de
Dageraad" wapperend, op het midden
de Texelsche vlag, aan de voorzijde een
met nationale vlaggen versierde tribune.
De burgemeester van Texel Mr. Hiddingh
hield de volgende rede die wij om hare
belangrijkheid geheel opnemen
Dames en Heeren,
„Het zij mjj vergund een enkel woord
tot U allen te spreken, naar aanleiding
van de plechtige gebeurtenis van dezen
dag, (die straks staat voltrokken te
worden.)
„Velen zie ik, hebben zich opgemaakt
naar deze stad ten einde getuigen te
kunnen zjjn bij het plechtig oogenblik
van het te water laten der nieuwe boot.
„Ik acht het onnoodig Dames en Heeren,
U thans to schetsen de wordingsgeschie
denis van de Nieuwe Texelsche onder
neming, zij ligt U allen versch in het
geheugen; zij getuigt van een kracht,
van eene energie, van een doorzettings
vermogen, zoo sterk, zooedel, zoo nobel,
dat zij in lengte van jaren de zonen van
Texel tot eere zal strekken.
„Eendracht maakt macht, is het devies
geweest van ons Texelaren, allen hebben
de nobele bedoelingen van onzen Voor
zitter Dr. Wagemaker begrepen en gevolg
gevende aan zijn machtig woord; zijne
pogingen om aan eene gehate dwinge
landij en van een tot verzet dringend
monopolie bevrijd te raken, gerugsteund;
„en ziedaar thans heden, ons werk
verwezenlijkt, het werk geschapen met
vereende kracht, de vrucht van onzen
vereenden arbeid.
„Het is nu juist precies een jaar geleden,
het was op 27 Mei 1907, Dames en Heeren,
dat de eerste steen gelegd werd voor de
gasfabriek te den Burg; ook dat was
een memorabel feit; de gebeurtenis van
heden noem ik echter een oneindig be
langrijker feit; immers was het toch op
27 Mei van het vorige jaar een werk in
het algemeen belang uitgaande van
slechts eenige, ja een zeer klein aantal
inwoners van den Burg, ons werk van
heden, is het werk van alle Texelaren
in het bijzonder zonder uitzondering,
want ieder Texelaar kan immers zeggen
het is mijn boot, wat van de gasfabriek
niet gezegd kan worden.
„Ik zie in deze boot, met haren schoonen
naam „De Dageraad," een werkelijk
schoone toekomst glorennomen est omen,
zeggen de Latijnen, welnu laat deze boot
de Dageraad zijn van nog meer schoone
en grootsche ondernemingen als deze.
„Laat de trotsche „Dageraad" de hoog
opgezweepte baren van het Marsdiep
doorklievende, het blijvend bewijs zijn,
het levende gedenkteeken van wat een
drachtige samenwerkingonder goede lei
ding vermag; laat dit schip :de roem van
Texel, de blijvende herinnering zijn
van wat solidariteit tot stand kan
brengen.
„En als straks het plechtige oogenblik
daar is, waarop de echtgenoote van onzen
Voorzitter, Mevrouw Wagemaker, de
laatste verbinding zal verbreken, die de
nieuwe boot verbindt aan den vasten
wal, als wij door die daad ons aller
wensch verwezenlijkt zien, laat dat het
oogenblik zijn voor de uiting van onze
geestdriftige sympathie voor de nieuwe
onderneming door de uitroep van een
driewerf „Hoerah" voor de nieuwe boot."
Daarna werd door Mevr. G. Wage
maker-Keijser met een voor dit doel
expres vervaardigde en haar als her-
inneringsteeken aangeboden schaar het
touw doorgeknipt, de flesch sloeg tegen
de boot stuk, zij sprak de gebruikelijke
woorden ten doop, en statig gleed de
ijzeren romp te water.
Na afloop van de plechtigheid ver-
eenigden zich de belangstellenden in de
directiekamer der firma Jacobs Bunjer.
De heer Jacobs bracht een hartelijk
woord van dank aan het Bestuur der
Texelsche boot, en tevens aan de H.H.
Vierhout en Duinker voor hun zeer ge
waardeerde voorlichting. De hee: Wage
maker bracht in korte trekken de ge
schiedenis der boot in herinnering, hoe
door eendrachtige samenwerking van
alle Texelaren het mogelijk was geworden
dat met inspanning aller krachten de
dienst van de firma Bosman lam geslagen
is. Moge wat verkregen is met deze
boot een spoorslag worden om nog meer
schoone en nuttige ondernemingen op
touw te zetten. En de heer de Jongh
was zeker de tolk van allen, toen hij
een warme hulde bracht aan den heer
Wagemaker. Er sluimerde op Texel
veel ingehouden energie, maar er was
noodig een man die deze wakker riep,
en die man was dr. Wagemaker. Moge
hij nog lang voorganger blijven volge
lingen zullen er steeds wel zijn. En
laat dan de letters T. E. S. O. voortaan
tevens beteekenen Trouw, Eensgezind
heid, Solidariteit, Overwinning
Den vriendelijken berichtgever onzen dank.)
Wij brengen hierbij nog eens in her
innering de vroeger reeds gedane mede-
deeling omtrent de boot
„De boot zal 367» M. lang worden
overdek, met een machine van 325
paardekracht. Die sterke machine is
gemaakt met het oog op het toekomstig
druk verkeer en op mogelijk hinder door
het ijs, want het schip is door verster
king van den kop als ijsbreker ingericht.
De boot kan 500 passagiers bevatten.
Voor dezen is uitstekend gezorgd. Om
het slingeren van het schip te vermin
deren, wordt het gebouwd met kimkielen
waardoor het even vast zal liggen als
een goede raderboot.
Door de geheele boot is stoomverwar-
ming en rijke electrische verlichting zal
de aangenaamheid der reis vergrooten.
Het bovendek bevat een damessalon
en een rookkamer, beide keurig ingericht;
in den salon inplaats van banken draai
stoelen.
Twee sloepen zullen beschikbaar zijn,
waarvan er een geheel ingericht als
reddingsboot.
Voor het scheepsvolk is een apart
logies, waarin zij ongestoord kunnen ver
blijven, en niet genoodzaakt zijn op het
dek hun fortuin te zoeken als hun dienst
niet noodig is.
Het vee wordt beneden in het ruim
gebrachtmet een soort van lift worden
4 stuks hoornvee tegelijk naar beneden
gelaten en zoo geschiedt het inladen van
vee al heel gemakkelijk, zonder de dieren
te verontrusten of de passagiers te be
vuilen.
Als wij er nu nog bijvoegen, dat het
schip gebeel voldoet aan de eischen van
de nieuwe, nog niet eens aangenomen
wet op de scheepvaart, dan zal het
iedereen duidelijk zijn, dat er van gevaar
of twijfel aan de zeewaardigheid in de
verste verte geen sprake kan zijn."
Lammerenvervoer.
De tweede groote verscheping van
lammeren, Donderdagmorgen, was als
naar gewoonte, de meest beteekenende.
Er werden dien morgen met acht
stoombooten en twee tjalken 7793 lam
meren, meerendeels voor de Leidsche
markt, verzonden.
Er was veel belangstelling van de
zijde van het publiek, waartoe zeker
medewerkte de omstandigheid dat door
den Hemelsvaartsdag velen in de gele
genheid waren van dit eenig schouwspel
te kunnen genieten.
De fiets bewijst goede diensten om
zich eens vlug te verplaatsen en gevol-
gelijk heerschte aan de haven eene
groote levendigheid, 't Was daar echter
verre van zomerig door de koude Noord
oostenwind, welke zich geducht deed
gelden.
TEXELSCHE COURANT.
Abonnementsprijs per 3 maanden.
Voor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Prijs der Advertentiën.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
a. de verlofgangers, die in het loopende jaar
vóór vermelden dag uit andere hoofde dan krach
tens art. 124 of art. 131 der Militiewet 1901
(Staatsblad no. 212 van 1901, no. 293 van 1903)
d.i. voor strafonder de wapenen zijn geweest
b. de verlofgangers, die bestemd zijn om in
het loopende jaar voor herhalingsoefeningen onder
de wapenen te worden geroepen
c. de verlofgangers, aan wie, hetzij by de hen
verleende toestemming tot uitoefening van de
buitenlandsche zeevaart of tot verblijf buitenslands
hetzij ter zake van de uitoefening van hun beroep
of bedrijf dan wel wegens andere bijzondere
omstandigheden, is toegestaan het onderzoek in
de maand November of December van het loo
pende jaar te ondergaan
d. de verlofgangers, die bestemd zijn om op 1
Augustus van het loopende jaar eenen verlengden
Militiedienattijd bij de landweer te volbrengen
e. de aspirant-militie-officieren, en
f. de verlofgangers van de Exploitatie-com
pagnie der Spoorwegafdeeling van het Regiment
Genietroepen.
dat de verlofganger bij dit onderzoek moet ver
schijnen in uniform gekleed, en voorzien van de
kleeding- en uitrustingstukken, hem bij zijn vertrek
met verlof medegegeven, van zijn zakboekje en
van zijn verlofpas;
dat een arrest van twee tot zes dagen, te onder
gaan in de naastbij gelegen provoost of het naastby
zijnde huis van bewaring, door den Militie-Commis
saris kan worden opgelegd aan den verlofganger;
lo. die zonder geldige reden niet bij het onderzoek
verschijnt
2o. die, daarbij verschenen zijnde, zonder geldige
reden niet voorzien is van de hiervoren vermelde
voorwerpen
3o. wiens kleeding- of uitrustingsstukken bij het
onderzoek niet in voldoenden stant worden
bevonden
4o. die klecding of uitrustingstukken aan een
ander behoorende, als de zijne vertoont;
dat de manschappen der militie te land worden
geacht onder de wapenen te zijn niet alleen gedu
rende den tijd, dien het onderzoek duurt, maar in
het algemeen, wanncerzij iD uniform zijn gekleed,
zoodat zij, die ongeregeldheden plegen of zich aan
strafbare feiten schuldig maken, hetzij bij het gaan
naar de plaats voor het onderzoek bestemd, hetzij
gedurende het onderzoek of bij het naar uuiskeeren
te dier zake zullen worden gestraft volgens het
Crimineel Wetboek en hot Reglement van Krijgs
tucht voor het krijgsvolk to lande.
De verlofganger, die bij herhaling klceding of
uitrustingstukken, aan een ander behoorende,als
de zijne vertoont, wordt in werkelijken dienst
geroepen en daarin gedurende ten hoogste drie
maanden gehouden. De duur van dezen dienst
wordt door den Minister van Oorlog bepaald.
De verlofganger, die niet voldoet aan eene oproe
ping tot werkelijken dienst, wordt, na daartoe
vereischte lastgeving van den Minister van Oorlog,
als deserteur afgevoerd cn behandeld.
De opgeroepen verlofgangers zullen zorg dragen,
dat zij, ieder op den achter zijDen Daam aange
geven dag, in uniform gekleed en voorzien van
de hun uitgereikte kleeding-en uitrustingstukken
wapenen en ledergoed en van hun zakboekje
zich aanmelden op den hiervoren achter eiken
naam mede aangegeven tijd en plaats.
Het is wenschelijk, dat de opgeroepenen zich
vóór het vertrek, ter Gemeentesecretarie aanmel
den, voorzien van hun zakboekje met daarin
gehechten verlofpas, tot hot desgewenscht in ont
vangst nemen van daggeld en ten einde in het
bezit te worden gesteld van de noodige vervoer-
bewijzen en passagebiljetten, een en ander voor
zoover zij daarop recht hebben, en tevens om,
zoo zij die gewenscht achten, inlichtingen aan
gaande de reis te bekomen.
Ingeval ziekte de opkomst mocht verhinderen,
moet de verlofganger hiervan zoodra mogelijk,
doen blijken, door overlegging van eene op geze-
feld pipier geschreven en gelegaliseerde genees-
undige verklaring ter Gemeentesecretarie. Geldt
het verlofgangers, aan wie wegens onvermogen
eene ongezegelde verklaring is afgegeven, dan
kan deze alaus, ter verzending aan wien behoort
ter Gemeentesecretarie worden ingeleverd. Betreft
het verlofgangers, aan wie, in verband met eene
vorige oproeping in werkelijken dienst door den
zelfden geneeskundige reeds eene verklaring is
uitgereikt, dan kan ook voor niet-onvermogenden
met eene ongezcgelde en niet-gelegaliseerde ver
klaring worden volstaan.
De verlofganger van de Landweer, die niet
voldoet aan eene oproeping voor den werkelijken
dienst, wordt als deserteur behandeld.
De verlofganger, die zich niet tijdig op de aan
gegeven plaats van opkomst aanmeldt, maakt zich
strafschuldig.
Het niet ontvangen eener hoofdelijke oproeping
ontheft een verlofganger geenszins van zijne ver
plichting tot opkomst in werkelijken dienst,daar
deze openbare kennisgeving EENIG en ALLEEN
als BEWIJS geldt, dat hij bekoorlijk is opgeroepen.
Zoodra de verlofganger in uniform is gekleed,
slaat hij onder de krijgswetten.
Texel, den 27 Mei 1908.
De Burgemeester voornoemd,
HIDDINGH.