N°a 2166.
Donderdag 25 Juni 1908.
21ste Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
Binnenland.
Van week tof week.
Dit blad verschijnt Woensdag- en Katerdagavond
Advertentiën vóór 10 uur op den dag der nitgave.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANöEVELD DE ROOIJ, ParkstraatBurg op Texel.
13 20 Juni.
Amsterdam genoot in de afgeloopen week
de eer de gast vrouw te zijn van het congres
voor Vrouwenkiesrecht. Uit alle beschaafde
landen der wereld kwamen ze in onze
hoofdstad bijeen, de honderden der kamp
vechters voor het recht dat nog slechts
in weinige landen aan een luttel getal
vrouwen gegeven is.
De kiesrechtbeweging onder de vrouwen
in ons land begint in de laatste jaren meer
en meer de aandacht te trekken en geen
wonder ook, want aan die beweging wordt
deelgenomen door tal van vrouwen wier
namen in breeden kring een goeden klank
hebben en die in sommige gevallen zelfs
boven mannen uitblinken door bun gaven
van verstand en hart. Zoo langzamerhand
begint de tijd dan ook te komen, dat we
het standpunt der onverschilligheid van
waar af de vrouwenbeweging dikwijls met
een schouderophalen en een minachtend
lachje döor ons werd aangezien, vaarwel
zeggen en rekenschap houden met de van
die zijde steeds sterker wordenden aandrang
naar het toestaan van rechten die tot nog
toe alleen dén mannen waren gegeven.
Dat wil nu niet zeggen dat we nu maar
dadelijk allen ons zullen moeten scharen
rond den banier van het vrouwenkiesrecht
dat zou voor menigeen te veel gevergd
wezen maar toch dient meer dan vroeger
rekening met de zaak te worden gehouden
en moet nagegaan worden met allen ernst
of er ook wat, misschien veel, goeds in
de beweging opgesloten is.
Nu, het congres waarvan we boven
spraken en waarover we hier natuurlijk
geen uitvoerig verslag kunnen geven, heeft
ongetwijfeld de zaak van de vrouw in
Nederland een goeden dienst bewezen. Ze
is opnieuw en nu met meerder kracht
naar voren getreden. Zeer terecht, merkte
het Handelsblad" dat ter gelegenheid van
het congres een artikel van welkom gaf
op, dat de bijeenkomst, de persoonlijke
ontmoeting met de groote figuren uit de
kiesrechtbeweging, de verslagen, de por
tretten in de tijdschriften de aandacht trekt,
opwekt en de gedachten aan het werk zet.
Onze groote bladen hebben tal van kolom
men gewijd aan de zaken die op het con
gres werden behandeld en het is niet te
ontkennen, ook al mag het streven der
vrouwen ons nog weinig sympathiek zjjn,
als men ziet hoe al die vrouwen, metéén
gedachte bezield, gekomen uit dichtbije en
verre landen, om elkander aan te vuren
en te sterken in den strijd dat dit alles
den ernstigen toeschouwer tot nadenken
moet stemmen.
Wat het congres zelve betreft vermelden
we dat door de Hollandsche Vereeniging
gezorgd was voor de noodigo afwisseling,
zoodat het aangename aan het nuttige
werd verbonden, 't Waren voor de afge
vaardigden niet alleen dagen van werken
maar ook van genieten, waartoe feestelijke
samenkomsten een bal en een boottocht
ruimschoots gelegenheid boden.
Eigenaardig was het intusschon dat dit
Congres nog een protestvergadoring uitlokte
en niet eene die op touw gezet was door
vrouwenhaters of conservatieve echtvrien
den, maar door de zusteren nog wel, die
even sterk naar meerdere vrouwenrechten
haken als de beste congressistes. Een aantal
sociaal-democratische vrouweu, het vrou
welijk proletariaat, kwam by monde van
de woordvoerster mej. Roosje Stel Vos
protest aanteekenon, tegen het congres,
dat een congres van groote dames genoemd
werd en waarvan de arbeidersvrouwen niet
het minste heil hadden te verwachten.
Alleen de sociaal-democratie kan voor de
rechten der vrouw opkomen en overmits
het congres niet sociaal-democratisch was
nu ja de rest laat zich wel raden.
—o—o—o—
't Duurt nog wel 'n jaar, voor we zullen
kunnen genieten van al de genoegens die
een Kamerverkiezing vermag te brengen,
maar toch worden nu reeds de pennen in
beweging gebracht en wordt de vraag naar
voren geplaatst: Wat zal er in 1909
gebeuren. Die vraag wordt verschillend
beantwoord. Bij de vorige Kamerverkie
zingen stonden de drie belangrijke linker-
groepen schouder aan schouder tegenover
de verbonden rechterzijde. Het antitheseros
werd bestegen en het rechtsche kabinet
moest plaats maken voor een van vrijzin
nige richting. Bij al de strubbelingen
waarin ook de rechterzijde in het achter
liggend tijdperk niet ontkwam, bleef daar
toch tot nog toe de eenheid goed bewaard
en als het er om ging tegen de linkerzijde
waren al de onaangenaamheden weer ver
geten en bleven de rechtergroepen getrouw
aan hun overeenkomst. Bij links was dit
niet zoo het geval. De oud-liberalen wier
pen een steen voor het wiel en zooals men
weet heeft het linksche kabinet niet eens
de vier zittingjaren kunnen uitzingen,
zoodat we nu bij een linksche Kamer een
rechts kabinet hebben. Voor rechts staat
het nog zoo goed als zeker vast, al is de
lucht niet geheel zuiver, dat in 1909 het
bloc zal blijven, maar nu gezien is dat de
linkerzijde bij haar verdeeldheid niet het
roer van Staat kan hanteeren wordt van
die zijde de vraag opgeworpen of het wel
raadzaam is, bij de verkiezingen van 1909
weer samen te gaan.
Kort na het optreden van het Kabinet-
Heemskerk hoorden we reeds een der vrijz.
democratische Kamerleden de stelling ver
kondigen, dat nu allereerst niet meer aan
een verbond behoefde te worden gedacht
maar de partij geroepen was de verbreiding
harer beginselen ter hand te nemen, opdat
het volk meer met het democratisch zuur
desem doortrokken werd. Dezer dagen kwam
de „Vaderlander", het orgaan der Liberale
Unie al haast het zelfdeverkondigen. Nu
gebleken is dat met de oud-liberalen niet
in democratische richting valt te werken,
moet de eigen organisatie ter hand worden
genomen en zoo mogeljjk contact worden
gezocht met de vooruitstrevende elementen
der andere partijen. Ook de' „Zutfensche
Courant wil de oud-liberalen den bons
geven. Van de andere zijde wil men daar
nog niet zoo aan en de heer de Beaufort
heeft dezer dagen een rede gehouden,
waarin door hem betoogd werd, dat er een
gezond conservatisme is, dat in zijn aard
toch vooruitstrevend genoemd mag worden
en dat ook de tegenpartij zou kunnen
bevredigen, zooals een der groote bladen
concludeerde.
Intusschen we zullen er wel meer over
te hooren krijgen, 't Is nog maar het
begin.
—o—o—o—
De buitenlandsche pers is ganschelijk in
beroering goweest in de afgeloopen week,
door de mededeoling van den Berlijnschen
correspondent der „Dortmunder Zeitung,"
dat de Duitsche Keizer na de inspectie
over de garde-cavalerio op het Döberitzor
veld gezegd zou hebben: „Het ziet er thans
naar uit of men ons wil uitsluiten en uit
dagen. Dat zullen we weten te verdragen.
De Germaan heeft nooit beter gevochten,
dan als hij zich naar alle zijden moest
verweren. Laat ze maar komen. Wij zijn
gereed." Natuurlijk werd deze uitspraak
in verband gebracht met de ontmoetingen
tusschen den Czaar, Koning Eduard en
Fallerières en men zag er in het bewijs
dat zelfs de Duitsche Keizer geloofde aan
een plan van Engeland, Rusland en Frank
rijk om Duitschland te isoleeren en zijn
invloed te fnuiken. Men meende dat de
politieke hemel donker was van wolken
en kruitdamp. Er werd dan ook in de
eerste dagen heel wat drukte over gemaakt,
inzonderheid in de Fransche pers. De
Duitsche bladen die al dadelijk als hun
meening verkondigden dat de Keizer de
woorden wel niet gezegd zou hebben,
waren vrij wat kalmer, hoewel ze beweer
den, dat als de Keizer aldus zijn hart lucht
had gegeven hij niets meer dan de alge-
meene opvatting had weergegeven. De
Engelsche couranten maakten er zich ook
niet zoo heel druk over en trachtten aan
te toonen dat de Driebond volstrekt niet
tegen Duitschland gericht was.
Thans is de kalmte reeds weergekeerd,
dank zij de mededeeling dat de Keizer op
de parade niet gesproken heeft en deze
zelfs plaats had voor de ontmoeting te
Reval. De heele drukte blijkt ten slotte
weinig meer dan een storm in een glas
water. Maar toch ook blijkt uit alles dat
de lucht met electriciteit overladen is en
er maar weinig toe noodig is om de gemoe
deren in rep en roer te brengen.
-o—o—o—
In de Fransche Kamer is de Marokko-
geschiedenis weer eens op het tapijt ge
weest. Weder was het de socialist Jaurès,
die de Regeering kwam interpelleeren en
met kracht van woorden wees op het groote
gevaar dat de Marokkaansche kwestie voor
den Europeeschen vrede kan opleveren.
Werd niet reeds van Duitsche zijde aange
drongen om de Fransche troepen uit Marokko
terug te trekken? Minister Pichon ont
kende dit laatste en wilde Jaurès niet
toestaan Duitschland er bij te halen. Onder
groot tumult der Kamer bleef Jaurès er op
wijzen dat Frankrijk een gevaarlijk spel
speelt, vooral nu in Marokko de toestand
zoo ernstig is geworden en Moeley Hafid
spoedig aan de kust zal zijn. Wat moet
Frankrijk met hem aanvangen Den ouden
Sultan Abdel Azis kon toch niet langer
gesteund worden en wat dan In 't kort
Jaurès zag de toestand zeer donker in en
achtte zelfs gewenscht de troepen terug te
trekken.
Nadat de gemoederen wat gekalmeerd
waren de vergadering werd daartoe
eenigen tijd geschorscht verdedigde Pichon
in den breede de houding der regeering, die
zich geheel aan de acte van Algeciras
wenscht te houden. Eerst als er orde en
veiligheid heerschen in Marokko zullen de
troepen teruggetrokken worden. Abdel
Azis heeft de regeering gesteund maar
Moeley Hafid staat den vrede in den weg
en zoolang deze den heiligen oorlog tegen
de Europeanen op zijn program heeft staan
zal hij nooit als Sultan erkend worden.
Het slot was, dat de Kamer met groote
meerderheid een motie aannam, waarin
vertrouwen in de regeoring werd uitge
sproken.
—o—o—o—
De Italiaansche Kamer heeft in de voorbije
week dezelfde geschiedenis te zien gegeven
als onlangs in den Duitschen Rijksdag
plaats greep. De journalisten hebben n.l.
hot bijltje er bij neergelegd. De zaak zit
zoo: Terwijl de afgevaardigde Santini een
rede hiold maakten de journalisten op de
perstribune wat rumoer. Sardini schreeuwde
hun toen de liefelijke benaming „lafaards"
toe. Dat was olie in 't vuur. Op cie pers
tribune ontstond een oorverdoovend rumoer
en de Voorzitter liet de Kamer ontruimen
en schorste de vergadering. Na heropening
nam Sardini zijn beleediging terug maar
de journalisten hadden hem reeds hun
getuigen gezonden en een hunner aange
wezen met den afgevaardigde te duelleeren.
De Voorzitter laakte zeer de houding der
persmenschen en dreigde streng te zullen
optreden bij een mogelijke herhaling. De
heeren hebben echter gezworen geen letter
meer te schrijven van de Kamerzittingen
voor en aleer de zaak voldoende is opgelost.
o—o—o—
Amerika krijgt een nieuwen president.
Roosevelt wenscht beslist niet langer aan
te blijven. Den 14 Nov. a. s. zullen de
14 miljoen kiezers hunne 483 gedelegeerden
kiezen, die dan den 12Junid.a.v. de keuze
van den president zullen doen.
Nu is in de afgeloopen week de Repu-
blikeinsche Conventie te Chicago samen
geweest om een candidaat te stellen. Meer
dan 12 duizend personen woonden de ver
gadering bij en een grootsche ovatie werd
aan Roosevelt gebracht. Als de president
niet zoo beslist een nieuwe candidatuur
geweigerd had, zou hij stellig weder ge
proclameerd zijn. Nu hij niet meer wil
is de keuze gevallen op den Staatssecretaris
van Oorlog, Taft.
De democraten zullen stellig wederkomen
met de candidatuur Briand, maar deze zal
stellig wel geen kans van slagen hebben
nu Taft met een overweldigende meerder
heid door de republikeinen, die het heft in
handen hebben, is aangewezen als opvolger
van Roosevelt. Deze laatste was met de
keuze der conventie zeer ingenomen. Geen
wonder de verkiezing van Taft zal betee-
kenen een voortzetting van de door hem
gevolgde politieke gedragslijn.
TEXEL, 24 JUNI 1908.
Door den Raad van Beheer en de
Comm. van advies van Texels Eigen
Stoombootonderneming, is thans ook
voorzien in de benoeming vaneen ge
zagvoerder voor de boot „de Dageraad."
Daarvoor werd de heer C. Duinker Lz.
benoemd.
Indien de benoemingen allen worden
aangenomen zal de equipage als volgt
zijn samengesteld
Kapitein C. Duinker Lz.
Ie Stuurman C. Koopman.
2e Stuurman L. Kaan.
Machinist N. Pongers.
Stoker C. Hoogerheide.
De zesde Lamuierenniarkt.
De laatste van de zes officieel groote
lammerenmarkten alhier werd Maandag
gehouden.
De aanvoer was niet zoo groot, na
genoeg een duizendtal; het ter markt
brengen van het jonge -vee begon ook
niet zoo vroeg en ging wel wat trekkend.
Deze omstandigheid was oorzaak dat de
eerst aangevoerde partij reeds was ver
kocht vooraleer de tweede partij aan
de markt was.
De markt opende willig en hield vrij
wel stand; toch zullen de prijzen niet
zooveel hooger zijn geweest.
De prijzen zijn dit jaar niet zoo hoog
geweest; 't gevolg daarvan is wellicht
dat thans nog voel jong vee op Texel
is; 'tlaat zich verwachten dat op de
nog komende markten nog al wat vee
zal worden aangevoerd.
TEXELSCHE COURANT.
Abonnementsprijs per S mmnden.
Voor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Prijs der Advertentiën.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.