N° 2218.
Donderdag 24 December 1908. 22a e Jaargang.
Nieuws- en
Advertentieblad.
BERICHT.
Van week tof week
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond
Abonnementsprijs per 3 maanden.
Voor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Advertentiën vóór 10 nar op den dag der uitgave.
Prijs der Advertentièn.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 C
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsrnim
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOIJ, ParkstraatBurg op Texel.
De Uitgevers van de „Texelsche Courant" berichten, dat uithoofde de
Kerstdagen, Zaterdagmiddag geen nummer Van deze Courant wordt uitgegeven.
Het eerstvolgend nummer zal zijn het Nieuwjaarsnummer"Vrijdag 1
Januari 1909. In verband daarmede zal den volgenden dag, Zaterdag,
geen Courant verschijnen. Advertentiën, eventueel voor dat nummer opge
geven, worden in het Nieuwjaarsnummer opgenomen (behoudens tegenbericht).
Tevens wordt in het Nieuwjaarsnummer de gelegenheid geboden tot het
plaatsen van NIEUWJAARSGROETEN, a 20 ct. contant, niet meer dan 5
regels beslaande.
Wij herinneren er aan dat voor het opuragen van dergelijke Nieuwjaars-
jaarsgroeten niemand voor ons rondgaat.
Beleefd verzoeken wij, advertentiën als bedoeld, aan ons bureau te bezor
gen of op de dorpen door tusschenkomst van de hulppostkantoren aldaar.
Advertentiën of bijdragen voor het Nieuwjaarsnummer moeten Woens
dag in ons bezit zijn.
De Uitgevers.
Aangifte ter inschrijving voor de
Nationale Militie.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
Texel vestigen de aandacht van hen wie
het aangaat, inzonderheid van de in het
jaar 1890 geboren mannelijko personen, oi
van hun vader, moeder, voogd of curator,
op de bepalingen derMilitiewet 1901 (Staats
blad No. 212 van 1901) betreffende de in
schrijving voor de nationale militie, welke
bepalingen zijn aangeplakt op de gemeente
aanplakborden in de verschillende dorpen.
Zij die ingevolge die wetsbepalingen in
deze gemeente voor de militie moeten wor
den ingeschreven, moeten hiertoe bij hen,
Burgemeester en Wethouders, ter gemeente
secretarie tusschen den ln en 31n Januari
1909 worden aangegeven.
Yoor het doen van de aangifte ter in
schrijving zal meer bepaald gelegenheid
worden gegeven op WOENSDAG, den 6n
januari 1909, des voormiddags te 10 uur.
Texel, den 22 December 1908.
Burgemeester en Wethouders vnd.,
HIDDINGH,
De Secretaris, RUIB1NG.
13
19 Dec.
De veronderstelling dat aan den Vene-
zolaanschen dwingeland, president Castro,
wel eens den toegang tot de Fransche
republiek zou kunnen worden ontzegd, is
gebleken onjuist te z(jn. Castro is te Bor
deaux aan land gestapt, heeft een dagje
te Parjjs vertoefd en is vervolgens over
Keulen naar Berljjn vertrokken zonder dat
hem door de Fransche regeering ook maar
een stroobieed in deD weg werd gelegd.
De Fransche pers was daarover ook niet
zeer gesticht en vond dat de regeering wel
wat al te vriendelijk was tegeo den geweld
hebber die door den Franschen vertegen
woordiger uit zjjn land te zetten, de Fran
sche natie een sing in het aangezicht had
gegeven. Wat de juiste reden zal geweest
zijn dat de Fransche regeering den prés.
van Venezuela ongemoeid liet is nog niet
met juistheid te zeggen, doch waarschijn
lijk zal de regeering aan de mogelijkheid
gedacht hebben dat de belangen van de
Franschen die zich in Venezuela bevinden
zeer geschaad zouden geworden zijn door
een te streng optreden tegen president
Castro terwijl ook diens uitdrukkelijke
verklaring dat hj) alleen naar Europa was
gekomen om een operatie te ondergaan
het aan de regeering gemakkelijk maakte
niet al te streng tegen den president op
te treden.
Of deze inderdaad zoo ziek is als hij het
wil laten voorkomen js echter wel zeor de
vraag vooral als men een kijkje heeft
genomen van de menu der spijzen die
Castro te Parijs met den noodigen wijn
besproeid naar binnen wist te werken.
Niet onmogelijk is het dan ook, dat de
ziekte maar voorgewend is en Castro naar
Europa is gekomen om onderhandelingen
te voeren of om zich aan de gevolgen van
zijn optreden te onttrekken.
Want dat dat optreden wel eens andere
gevolgen kan hebben dan menigeen ver
wachtte is zeer wel mogelijk. Onze regeering
heeft, na heel wat lankmoedigheid, thans
aan de VenezolaaDsche bestuurders duide
lijk gemaakt, dat het geduld ten slotte
uitgeput raakt. Zooals de berichten luiden
houden de Nederlandsche oorlogsschepen
zich bezig met het buitmaken van de
vaartuigen die in Venezolaanschen dienst
zjjn. Op het oogenblik, dat we dit schrijven
zijn er reeds een tweetal kustwachtvaar
tuigen te Willemstad binnengebracht door
onze schepen, nadat ze eerst de Venezo-
laansche bemanning gelegenheid hadden
gegeven aan land te gaan. Of dit optreden
met een oorlogsverklaring van de zijde
der Venezolaansche regeering zal worden
gevolgd moet nog blijken. Wel heeft ze
geprotesteerd bij de Imogendheden doch dat
zal haar niet veel baten, daar zoowat allen
gaarna aan Venezuela een pak slaag gunnen
Er loopen bovendien geruchten van een
revolutie die uitgebroken zou zijn in Vene
zuela en dat daarvan iets aan is geven de
berichten wel te vermoeden, Er moet n.l.
in Caracas reeds ernstig zijn gevochten
tusschen aanhangers van Castro en zijn
regeering en revolutionnairen.
Waarschijnlijk dat als dit overzicht onder
de oogen der lezers komt er wel meer
bijzonderheden over den stand van zaken
bekend zullen zijn. De oogen van iedereen
zijn met groote belangstelling naar onze
West gericht en waarschjjnljjk dat gewich
tige gebeurtenissen voor de deur staan,
—o—o o
't Is in den laatsten tijd lang niet alles
„couleur de rose" in de sociaal-democratische
arbeiderspartij.
De pogingen destijds aangewend om de
Marxisten en de Revisionisten tot elkaar
te brengen zijn niet gelukt en tbans schijnt
de rusie zoo hoog te zullen loopen dat er
een offlcieele scheuring dreigt tot stand te
komen. Zooals men weet heeft de redactie
van de „Tribune" heel wat moeten hooren
over haar critiek op Troelstra 's werkloo-
zoninterpellatie en de daaruit gevolgde
polemiek is van dien aard geweest dat het
partijbestuur der SD.A.P. er hard over
sch\jnt te denken de drie redacteuren van
de „Tribune" voor royement voor te dragen.
Toch schjjnt men nog voorloopig tot een
overeonkomst te zijn gekomen. Er is een
vergadering gehouden waarin het Partijbe
stuur met de redactieleden een samenspre-
king had over de kwestie en de bovenge
noemde redactie moet na lange warme
discussie de toezegging hebben gedaan dat
ze zich voorloopig onthouden zal van ver
dere stappen als het partijbestuur zijn be
lofte aan de redactie wil geven hetzelfde
te doen. Daaromtrent moet door het partij
bestuur nog een beslissin g worden genomen.
De gedachte aan de algemeene verkiezingen
hebben de heeren wat toeschietelijker ge
maakt. Met het oog op die verkiezingen
is oneenigheid in de partij allerminst ge-
wenscht. Er komt dan ook geen buiten
gewone algemeene partijdag zooals men
eerst vermoedde,
Maar als de verkiezingen achter den rug
zijn
—o—o o
De hemel die in den laatsten tijd Oostelijk
Europa steeds donkerder en onheilspellender
werd, begon in den afgeloopen week wat
op te klaren. Dat geeft weer eenige ver
ademing want inderdaad groeide in den
laasten tijd de vrees haast met den dag, dat
de kans op een vredelievende oplossing van
het geschil tusschen Oostenrijk-Hongarije
en Turkije weldra geheel verkeken zou
zijn. De onderhandelingen, tusschen Weenen
en Konstantinopel omtrent de annexatie
van Bosnië en Herzegowina, waren reeds
afgebroken. De Boycotbeweging tegen
Oostenrijksche goederen in Turkije' duurde
onverminderd voort en de regeering van
Keizer Frans Jozef zag zich genoodzaakt
aan de Turksche den eisch te stellen deze
boycotbeweging krachtig tegen te gaan
alvorens van een minnelijke schikking
sprake kon zijn. Thans schijnt de regeering
in Konstantinopel eenige toezeggingen te
hebben gedaan ook Oostenrijk is zijn tegen
stander wat te gemoet gekomen, zoodat
de onderhandelingen weder konden geopend
worden, 't Is nu maar te hopen dat tot
een vergelijk wordt gekomen, want alleen
daardoor kan de weg geëffend worden om
aan de balkanverwikkelingen een einde te
maken.
Hoe eerder dit gebeurt, hoe beter, want
zoolang het daar op het schiereiland nog
roeren en gisten blijft, zoolang blijft ook
de vrees voor Europeesche verwikkelingen
niet denkbeeldig. Door de Balkankwestie
toch is de verhouding tusschen de Euro
peesche mogendheden nogal gewijzigd.
De Russische regeering die eerst aan die
van Oostenrijk-Hongarije verklaarde geen
bezwaren tegen de annexatie van Bosnië
en Herzegowina te hebben, kwam later
met de uitdrukkelijke eisch, dat de annexa
tie een punt van bespreking op de te
houden conferentie der mogendheden zou
uitmaken, iets waartegen Oostenrijk-Hon
garije zich vanaf het begin met hand en
tand heeft verzet. Dat Rusland dien eisch
stelde is waarschijnlijk een gevolg te noemen
van de meer en meer in kracht toenemende
pan-Slavische beweging in dat Rijk anders
gezegd, van het meer en meer tot uiting
komende solidariteits-gevoel van het Russi
sche volk met hun stamverwanten op den
Balkan. En als men nu in aanmerking
neemt, dat Rusland in zijn optreden tegen
Oostenrijk door Engeland gesteund werd,
die de oude vijandschap van vroeger heeft
afgelegd zoodat het wel schijnt of de
Engelsche eenhoorn tot over de ooren
verliefd is op den Russischen beer dan
is ook te begrijpen dat Rusland zoo streng
aan zijn eischen blijft vasthouden, Turkije
niet zoo gauw de vlag voor de Donau-
monarchie strijkt en de Balkanvolken, met
name de Serviërs nog steeds om den oorlog
blijven roepen. Komt nu een vergelijk
tusschen Weenen en Konstantinopel tot
stand dan kan de eisch van Rusland ver
vallen en zijn we een heel stuk verder.
De vrees voor een gewapend conflict is
dan mede zeer verminderd, omdat Servië
en Montenegro, als Turkije tevreden gesteld
is en Rusland geen voorwaarden meer
heeft, het wel niet zal wagen den oorlogs
fakkel te ontsteken.
Dat schijnt ook de Oostenrijksche regee
ring te hebben begrepen, vandaar dat haar
houding wat toeschietelijker is geworden
en het zelfs tot betalen van een schade
vergoeding aan Turkije bereid is. Een
oorlog zou Oostenrijk dan ook zeer onge
legen komen, omdat de rust in het land
nog niet eens hersteld is en vooral omdat
in een oorlog over de Balkankwestie de
andere Europeesche mogendheden meege
sleurd zouden worden. Rusland en Engeland
zonden Turkije bijspringen en waarschijnlijk
Frankrijk ook, terwijl Oostenrijk aangewezen
zou zijn enkel op Duitschlands steun. De
houding van Italië, die wel nog tot den
Driebond behoort wekt te weinig vertrou
wen voor Oostenrijk om zich op diens
steun te verlaten.
Ieder die zich een voorstelling kan maken
van de vreeselijke gevolgen die een gewapend
conflict in het Oosten na zich zoude sleepen,
zal dan ook hopen dat spoedig een vergelijk
worde getroffen waardoor de groote belang
hebbenden in de Balkan-kwestie tevreden
worden gesteld. De kleinere zullen zich
dan wel in het onvermijdelijke schikken,
—o—o—o—
Maakten we in ons voorlaatste overzicht
melding van de mogelijkheid, dat in Marokko
de strijd om den Sultanszetel opnieuw zou
losbranden, volledigheidshalve moeten we
thans ook vermelden, dat de majesteit van
den nieuw opgestanen Sultan Moeley
Mohammed slechts van korten duur is
geweest.
Moeley Hafid schijnt zijn gezag goed
gevestigd te hebben want het was hem
mogelijk den rebelleèrenden broeder als
een gevangene voor zich te laten brengen
6n als de rechters niet wat meer ontferming
kenden dan hun heer, dan zou Moeley
Mohammed al een kop kleiner zijn gemaakt.
Thans zit hij achter de tralies, levenslang,
terwijl de Sultan de aanhangers van zijn
broeder-opstandeling te vuur en te zwaard
zoekt te verdelgen.
—o—o—o—
Voor Turkije was de afgeloopen week
eene van bijzondere beteekenis. Vrijdag toch
heeft de plechtige opening van het nieuwe
parlement plaats gehad, in tegenwoordig
heid van den Sultan die door het volk
geestdriftig werd begroet. Er werd een
Troonrede voorgelezen, waarin smart werd
uitgesproken over het optreden van Bulgarije
en Oostenrijk-Hongarije tegen hetTurksch
gezag en voorts gaf het staatsstuk aan
wat het Kabinet van den Padisja denkt
te doen. Daaruit blijkt dat de jong-Turk-
sche regeering met kracht de hervormingen
ter hand wil nemen. Eerst zullen de
financiën verbeterd en daarna het onderwijs
geheel hervormd worden. Ook het leger
en de vloot zullen verbetering ondergaan.
't Is niet het eerste parlement dat Turkije
bezit. E6n dertig jaren geleden werd ook
de constituoneele regeeringsvorm ingesteld,
een parlement werd gevormd maar alleen
door den Sultan die op een goeden dag de
heeren zonder vorm van proces weer naar
huis zond. Thans heeft Turkije evenwel
een heusch kabinet zooals andere Euro
peesche Staten, door het volk gekozen.
Met belangstelling mag de verdere ontwik
keling van Turkijes staatkundig leven te
gemoet worden gezien.
TEXELSCHE COURANT.