N°. 2340, Donderdag 3 Maart 1910, 23ste Jaargang Nieuws- en Advertentieblad. Binnenland. Van tv eek tof week. Dit blad verschijnt Woensdag;- en Zaterdagavond Abonnementsprijs per S maanden. Voor de Berg 30 Cts. Franco per post door ge heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere landen met verhooging der porto's. Advertentiën vóór 10 uur op den dag der uitgave Prijs der Advertentièn. Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer fi Ct. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOIJ, ParkstraatBurg op Texel. Jaarljjksche toelating van nieuwe leer lingen op de O. L. Scholen. De burgemeester van Texel brengt ter kennis van» belanghebbenden, dat op 1 April a. s. leerlingen tot de O. L. Scholen in de Gemeente kunnen worden toegelaten, die op dien datum den leeftijd van jaren en zes maanden hebben be reikt, waartoe men zich vóór 25 Maart a. s. moet aanmelden bij de betrokken hoofden der scholen onder overlegging van het vaccinatie beioijs. De leerlingen, die tot de school met uitgebreid leerplan te Den Burg wenschen toegelaten te worden moeten op 1 April a.s. het vijfde of een hooger leerjaar van eene school voor gewoon lager onderwijs met vrucht hebben doorloopen, hetgeen zal moeten blijken door over legging van een desbetreffende verklaring van het hoofd der lagere school waar de leerling onderwijs genoot. Texel den 24 Febr. 1910. De Burgemeester voornoemd, HIDDINGH. 19-20 Febr. Er zouden minstens eenige kolommen vol te schrijven zijn over hetgeen we wel haast „het feit van den dag" zouden mogen noemen, over de kwestie Dr Kuyper- Van Heeckeren en de nasleep daarvan. Minstens eenige kolommen, doch zonder dat de lezer daarin nu eens iets nieuws te hooren kreeg. We zouden ons al moe ten bepalen tot het afschrijven van een aantal veronderstellingen, meeningen, voor spellingen etc., die in de laatste dagen in verschillende partijorganen en andere bla den tot ons kwamen. Edoch het nieuws waar haast iedereen belangstellend naar uitziet, bracht tot nog toe geen enkel blad, n.l. een afdoend antwoord op de vraag: „hoe zit de kwestie nu eigenlijk. Baron van Heeckeren heeft gesproken en wat hjj medegedeeld heeft was een ernstige bc- beschuldiging tegen Dr. Kuyper, die wel is waar in de Ned. weerlegd is, maar waarover de persoon in kwestie zelf zwijgen bleef tot nog toe. Indien er eenig misver stand in h6t spel ware geweest ons dunkt dat zou thans toch alweer opgehelderd zijn door Dr. Kuyper zelf. Van tweeën één, öf Baron van Heeckeren öf Dr. Kuyper heeft onwaarheid gesproken, zoo zal menigeen moeten redeneeren. o—o o Een andere „kwestie", die in den laat- sten tijd voortdurend warm gehouden wordt, vroeg ook in de afgeloopen week weder onze aandacht. We bedoelen de reeds veelbesproken „neutraliteits kwestie" door den Bond van Ned.Onderwijzers onlangs op het tapijt gebracht. 'tls al zoo ver gekomen, dat thans ook de autoriteiten zich met de kwestie gaan bezighouden, Zoo werd door het gemeente bestuur van Rotterdam een aanschrijving aan de onderwijzers in die gemeente ge richt waarin o.m. gezegd werd dat een neutraliteit als de B. V. N. O. voorstaat niet door de wet gekend en niet door B. en W. in de school zullen worden geduld eD waarbij tevens een waarschuwing was gericht tot de onderwijzers die dergelijke „noutraliteits-opvattingen" huldigen. Zooals te verwachten was heeft de Rotter- damsche circulaire heel wat opschudding teweeggebracht in de Rotterdamsche on derwijzers kringen en daarbuiten. Tal van artikels werden er door de bladen aan gewijd en zelfs werd do kwestie in den raad van Rotterdam in den breede bespro ken naar aauleiding van een desbetreffende interpellatie van den eooiaal-democraat Spiekman. Donderdagavond werd er tot mid dernacht over gedebatteerd en heden Zater dagavond werden de debatten voortgezet. Rottordam is niet de eenige gemeonte waarin de kwestie door de autoriteiten behandeld wordt. Ook in den Leidschen gemeenteraad zal ze een punt van bespre king uitmaken. Door een der leden, den anti-revolutionair Pera, is een motie inge diend, waarin B. en W. uitgenoodigd worden tegen het streven der bondsonderwijzers stelling te nemen. B. en W. van 's Gravenhage hebben zich eveneens reeds met de zaak bezig gehouden en aan de onderwijzers een cir culaire gericht waarin opgenomen is de motie, door den raad in Nov. j.l. aangenomen waarin deze als zijn oordeel uitsprak, dat het ziugen van nationale liederen niet kan beschouwd worden als schending der neu traliteit op de openbare school, dat integen deel tot de christelijke en maatschappelijke deugden, waartoe volgens art. 35 der On derwijswet, de kinderen moeten worden op geleid, zeker behoort eerbied voor het gezag en dus ook eerbied voor het hoofd van den Staat en waarinde raad tevens de wensche- ijkheid uitsprak dat op de openbare scholen in die gemeente bij voorkomende gelegen heden die eerbied zal worden aangekweekt, —o—o—o— Van de buitenlandsche aangelegenheden der afgeloopen week, was de opening d.w. z. de officieele opening van het Engel- sche Lagerhuis wel het voornaamste. Maandag heeft koning Eduard op de ge bruikelijke wijze met de noodige praal en plechtigheid, het parlement geopend en de „Troonrede" voorgelezen. Zelden is met meer spanning een Koninklijke boodschap tegemoet gezien als thans. Geen wonder, want hoe meer de dag der officieele parlementsopening naderde hoe meer zich moeilijkheden voor de regeering opstapelden doordat de Engelsche arbeiderspartij en de Iersche nationalisten met eischen kwamen, die voor de regeering niet zoo heel aan genaam schenen te zijn. Er liepen dan ook reeds voor dat de inhoud der Troon rede bekend was, geruchten, waarin een nieuwe crisis voorspeld werd. Doch bepalen we ons eerst tot de „Troon rede", waarvan we de belangrijkste bijzon derheden even wenschen te releveeren. Deze betreffen natuurlijk inzonderheid de plannen der regeering en met name die omtrent de begrooting en het Hooger- huis. Omtrent de begrooting dan zeide de Koning, dat deze binnen den voorgeschreven tijd ingediend zal worden en opgesteld is met het uiterste streven naar zuinig heid, maar dat de eischen voor de verde diging ter zee het noodzakelijk gemaakt hebben om den post voor de marine aan merkelijk te verhoogen. Uit deze mededee- ling blijkt dal het gebom van Bulfour en de zijnen op den grooten trom der Duitsche invasievrees ook op de regeering eenigen indruk heeft gemaakt. Omtrent de Hoogerhuiskwestie bracht de Troonrede de mededeeling, dat voorstellen ingediend zullen worden om de betrekkingen tusschen het llooger- en het Lagerhuis zoodanig te regelen dat aan het Lagerhuis het onverdeelde gezag over de financien en zijn voorrang in de algemeens wetgeving verzekerd is. Deze voorstellen moeten, naar de meening van 's Kcnings raadslieden er toe leiden, dat het hoogerhuis zoo wordt samengesteld en met zoodanige macht wordt bekleed dat het ten aanzien dei- voorgestelde wetgevende maatregelen on partijdig, en met behoorlijke waarborgen, voor uitstel, het recht van initiatief en revisie zal uitoefenen. 't Is niet te ontkennen dat deze laatste clausule allerminst duidelijk is, doch ver moedelijk is er in het persbericht de een of andere onjuistheid geslopen. Maandagmiddag bij de behandeling van het adres van antwoord hoeft Asquith gelegenheid gehad de politiek der regeering in den breede uiteen te zetten en daarbij te verduidelijken dat het de bedoeling van het Kabinet was vóór do behandeling der begrooting het Lagerhuis gelegenheid te geven zich in een motie over het veto van het Hoogerhuis uit te spreken, welke motie dan later in een wet zou worden belichaamd. Wat de begrooting betreft, deelde d6 eerste minister mede, dat deze slechts in eenige betrekkelijk onbelangrijke opzichten zou worden gewijzigd en dat het Lagerhuis zou worden verzocht een terugwerkende bekrachtiging te geven, aan wat reeds gedaan was en opnieuw de belastingen in te voeren welke toegestaan zijn door het vorige Lagerhuis en de voorzieningen van de oude begrooting inzake schatting van land etc. goed te keureD. Asquith eindigde met de uitdrukkelijke verklaring, dat de regeering staat of valt met de begrooting en met het besluit, ten aanzien van het Hoogerhuis te nemen, daar zij beiden beschouwt als de onafscheidelijke deelen harer politiek en zij haar bestaan afhankelijk moet stellen van de aanneming dier twee zaken door het lagerhuis. Deze laatste verklaring verwekte op de banken der ministerieelen luide toejuiching. TEXEL, 2 MAART 1910. Vereeniging; voor Vrouwenkiesrecht. Zaterdagavond gaf de afdeeling „Texel" van de vereeniging voor vrouwenkies recht haar eerste propagandaavond. De zaal van het hotel de „Lindeboom" was goed bezet, zoodat de opkomst bevredi gend genoemd kon worden. Bij de opening beschreef de voorzitster Mevr. Yan 't Hof, hoe deze afdeeling, door bemiddeling van de Heldersche af deeling ontstaan, met een 10 tal leden was opgericht, dat zich nu tot 27 had uitgebreid. Na een hartelijk welkomst woord aan de vergadering (waaronder ook eeDige leden van de Heldersche afdeeling) en de spreekster, verkreeg Mej. Weeveringh het woord. Op duidelijke en eenvoudige wijze, vertelde deze hoe in de laatste jaren het streven naar het verkrijgen van kiesrecht voor de vrouw was toegenomen. Hoewel reeds vroeger door mannen als Pericles en Erasmus de wenschelijkheid was betoogd, dat de vrouw niet overal zou worden buiten gelaten, werd ze toch stelselmatig uit alles geweerd. Van haar jeugd afaan werd ze opgevoed voor huiselijke bezigheden, waardoor de ge legenheid zich op ander gebied te ont wikkelen haar wordt onthouden. Toen evenwel door machinale arbeid, het spinnewiel in den hoek geraakte, naai en breiwerk', minder tijd vroeg, begon de vrouw haar geest en werkkracht in wijder kring te gebruiken. Daardoor kwam ze in aanraking met de wetten en tot de ontdekking dat bijna alle artikelen waarin over de vrouw werd gesproken haar tegenwerkten. Kwam zoo de vrouw tot de kennis der wet, de zoogenaamde sociale wetten dei- laatste jaren, begonnen zich op haar terrein te bewegen. Wie zou b. v. in een woningwet beter een oordeel kunnen vellen dan zij wier werkkring voor het grootste gedeelte in die woning is, haar oordeel kan op dit punt niet anders dan in het belang van allen zijn. In de opvoeding der kinderen, die nu door verplicht onderwijs en welhaast, wanneer ook het bewaarschoolonderwijs bij de wet wordt bepaald, bijna geheel dooi de wet geregeld wordt, komt toch zeker ook de vrouw als moeder wel eenig recht vaD mee te oordeelen toe. De getrouwde vrouw, die toch als moeder haar plaats in de maatschappij wel waardig is, heeft juist in de wetgeving de laagste plaats. Ze is bijv. verplicht, wanneer haar man verkwistend is, met haar laatste centen ook al is het haar eigen vermogen of eigen verdiend geld, de schulden van haar man te betalen, terwijl in het tegenovergestelde geval de man door het plaatsen van een advertentie kan weigeren iets te betalen van 't geen zij koopt. Dat door misbruik maken hiervan dikwijls droeve toestan den ontstaan is genoeg bekend. Het is niet alleen een eisch van billijkheid, maar tevens een maatregel die tot algemeen welzijn zou kunnen strekken, ais de nu ongebruikte helft der ondervin ding die voorhanden is, de maatschappij ten goede komt. Met een opwekking de hand aan den ploeg te slaan om de zegen van een meer rechtvaardige wet geving te verkrijgen besloot spreekster haar rede, die met groote aandacht gevolgd was en met een welverdiend applaus werd beloond. Hierna kreeg Mej. Keijser het woord. Op voortreffelijke wijze droeg deze drie propagandistische verzen voor, die allen in gespannen aandacht werden aange hoord en een welverdiend applaus van de toehoorders verwierven. Nog volgde als extra nummer de voordracht „Het leed der anti's" op aardige wijze voorgedragen door een heer en dame van elders, die veel bijval verwierven. Gedurende de pauze traden 7 dames als leden tot de afdeeling toe. In de pauze die nu volgde was gelegen heid zich aan te melden voor het debat; hiervan werd geen gebruik gemaakt. Na de pauze werd door Mevr. Van't Hof de vraag gedaan Waarom de man wel een advertentie kan plaatsen en de vrouw niet? Hoe schroomlijk onrecht vaardig dit ook schijnt antwoordde de spreekster, is dat toch het geval. De vrouw wordt verondersteld de stilzwijgende toestemming van haar man te hebben uitgaven voor het huishouden te doen. Door openlijke weigering van betaling kan hij haar dat recht ontnemen. Maar de vrouw die bij haar huwelijk over niets meer de vrije beschikking heeft (ook huwelijksvoorwaarden geven geen voldoenden waarborg) volgens de wet. moet, daar alles haar man behoort, zoolang betalen voor hem als zij geld heeft, ze is dus vrij openlijk te weigeren het geeft haar toch niet. En toch blijkt het dikwijls dat de vrouwen goed overweg kunnen met het regelen en ordenen, ook van flnancieele aangelegen heden. Wat voor tentoonstelling er ook ge houden is, altijd was die te laat klaar en moest er na afloop geld, dikwijls veel geld bij. De tentoonstelling voor vrouwenarbeid in 1898 gehouden, was op tijd klaar en van de overgeschoten gelden is te Den Haag de nu nog bloeiende „Nationale vereeniging vrouwenarbeid" opgericht. Dit was werk door vrouwen geregeld en tot stand gebracht. Nog enkele voorbeelden, bewijzen dat daar waar gelijk werk door mannen en vrou wen was verricht., dat der vrouwen financieel altijd een beter einde opleverde. Bet is als in een huishouden, waar de moeder ontbreekt, het kost verbazend veel en toch gaat het niet goed. Zoo is het ook in het staatshuishouden noodig dat de vrouw van advies dient en mede- helpt orde te scheppen. Met een op wekking over het gehoorde eens na te denken en dan lid der Ver. v. V. te worden eindigde de [spreekster, waarop ze door de vergadering met flink applaus werd beloond. Nog kwam Mej. 'Keijser aan de beurt, en behaalde veel succes met het op scboone wijze voordragen van het lied „Bach te Dresden". De mooie inhoud en voordracht vielen in den smaak van het publiek. Vervolgeus werd door de leden der vereeniging het strijdlied ge zongen en daarna werd op verzoek nogmaals „Het lied der anti's" voorge dragen, wat opnieuw veel bijval ver wierf. In haar sluitingswoord dankte Mevr. Van 't Hof voor het leerrijke en schoone door de dames Weeveringh en Keijser geschonken ook de anderen die mede gewerkt hadden tot welslagen van dezen avond ontvingen een woord van dank. Na een flinke ODwekking mee te helpen strijden werd de bijeenkomst half elf gesloten. TEXELSCHE COURANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1910 | | pagina 1