N°. 2400.
Donderdag 29 September 1910.
24ste Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
Binnenland.
Van week tof week
Uit blad verschijnt Woensdag'- en Zaterdagavond
Abonnementsprijs per S maanden.
Voor de Burg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Advertentiën vóór 9 nnr op den dag der uitgave
Prijs der Advertentièn.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Ct
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOIJ, Parkstraat, Burg op Texel.
Teekencnrsus te den Burg.
Burgemeester en Wethouders van
Texel brengen ter kennis van belang
hebbenden, dat door den heer A. Korff,
leeraar aan de Ambachtschool voor
Helder en omstreken, gedurende den
winter 1910 1911 in een der lokalen
van de o.l. school te den Burg een teeken
cursus zal worden gehouden, welke
gevolgd kan worden door ambachts
lieden en a.s. ambachtslieden, woonachtig
binnen deze gemeeDte.
De - cursus, bestaande uit 20 lessen,
welke gegeven zullen worden des Zater
dags van des nam. 6 tot des nam. 9
uur, zal aanvangen op Zaterdag 1 Oct. a.s.
Het leergeld bedraagt f f 0,25 per les
en per persoon.
Aanmelding tot deelname moet ge
schieden ter gemeente-secretarie vóór
Vrijdag 30 September e. k.
Texel, den 21 Sept. 1910.
Burgem. en Weth. voorn.
J. S. DIJT, L.-B.
De secretaris, RUIBING.
Zitting van den Militeraad.
Burgemeester en Wethouders der ge
meente Texel maken onder verwijzen naar
op de gemeentelijke aanplakborden aan
geplakte publicatiên bekend, dat de zit
ting van den Militieraad voor deze ge
meente zal worden gehouden op Maandag
den 10 October a.s, des voormiddags te
10 uur te Hoorn.
Zij brengen daarbij onder de aandacht
van belanghebbenden, dat in deze zitting
uitspraak zal worden gedaan omtrent
a. de lotelingen, door of voor wie
eenige reden van vrijstelling wordt in
gebracht
b. de lotelingen, die hetzij voor goed,
hetzij voorloopig van den dienst moeten
worden uitgesloten en
c. alle overige lotelingen.
Voor den Militieraad moeten in per
sonen verschijnen de lotelingen, die
vrijstelling verlangen wegens ziekelijke
gesteldheid ol gebreken of wegens gemis
van de gevorderde lengte en de lotelingen
die onderling de overeenkomst hebben
aangegaan, waarvan sprake is in de 4e
zinsnede van art 47 en in den tweeden
volzin van art. 50 der wet.
Texel, den 27 September 1910.
Burgem. en Weth. voorn.,
J. S. DIJT, L.-B.
De Secretaris RUIBING.
17—24 Sept.
Het oude is voorby gegaan - het is alles
nieuw geworden.
Tot het verleden behoort thans het oude
parlementaire jaar. Minister Heemskerk
heeft het plechtig uitgeleid in naam der
Koningin en met de gebruikelijke dorre
lijkrede, houdende de droge opsomming
van alles wat het ons land en volk gebracht
had. De rede was lang en haar lengte stond
niet in een goede verhouding tot de onbe
langrijkheid van den inhoud. Het oude
parlementaire jaar heeft dan ook niet veel
omvangrijk en gewichtig werk geleverd
daarentegen veel narigheden. Dochvan
de dooden niets daD goedsHet oude
parlementaire jaar rusto in vrede 1
Het nieuwe heeft reeds zijn intrede gedaan.
De plechtige opening van de zitting der
Sta ten-Generaal heeft op de gebruikelijke
wijze plaats gehad met het voorlezen der
z g. „Troouredo" en dat onze Vorstin in
Hoogsteigen persoon den iohoud van dit
werkprogram der regeering ter kennisse
van onze Volksvertegenwoordigers wilde
brengen, zette aan de plechtigheid niet
weinigen luister bij. Ieder, die wel eens
het genoegen had een „Kameropening"
mee te maken, weet dat de derde Dinsdag
van September voor den Haag een ware
feestdag is, althans als de Koningin de
zitting van het parlement opent.
Moge derhalve ook thans weer de Koningin
in de „gouden koets" de aandacht van het
Haagsche publiek hebben bezig gehouden,
de aandacht vanhet Nederiandsche volk
was vooral gewijd aan hetgeen H. M. in
naam der regeering aan de Vertegenwoor
digers des volks mede te deelen had.
Uit den aard der zaak wordt een regee-
ringsprogram steeds met meerdere of mindere
belangstelling tegemoet gezien. Ook thans
doch het kan nu juist niet gezegd wor
den, dat die belangstelling bizonder groot
was. Integendeel, de verwachtingen waren
niet zeer hoog gespannen in het algemeen.
Wat mede is toe te schrijven aan het feit
dat, sedert de regeeringen de gewoonte
aangenomen hebben bij haar optreden een
werkprogram te ontvouwen dat stof kan
bieden voor eenige zittingsperiodes aaneen,
er in de verdere jaren van haar bewind
zoo goed als geen nieuws valt te verwachten.
Ook het Ministerie-Heemskerk heeft bij zijn
optreden een dergelijk reuzenwerkprogram
ontwikkeld, zoodat ook thans niet gevraagd
werd, wat de regeering zou doen doch wat
zal ze nu eerst doen
Dus bracht de troonrede geen nieuws.
De lezer vindt het Staatstuk in hoofdzaak
in het vorig nummer van dit blad opge
nomen en kan zich overtuigen.
Iedere troonrede behoeft echter ook niet
steeds wat nieuws te brengen als het
maar ivat goeds brengt, We leggen de
nadruk op het woordje wat omdat we er
al aan gewoon zijn dat onze parlementaire
molen te langzaam maalt om veel op te
brengen.
Ook over de waardebepaling van hetgeen
geboden wordt, zijn wij menschen het
echter nooit eens met elkaar. Vooral niet
als het aangekondigde wetten of wettelijke
voorzieningen betreft. Dit geiegeld terug-
keerend verschijnsel, doet zich ook bij de
bespreking van de troonrede van thans
voor wat de een toejuicht, ziet de ander
met wrevel tegemoet. Hierbij denken we
voornamelijk aan d6 thans dichtbij gekomen
herziening van het tarief van invoerrechten
en de invoering van een algemeene inkom
stenbelasting, ontwerpen, waarover nog wel
harde woorden zullen vallen in ons Lager
huis, wijl daaromtrent een groot principieel
verschil bestaat.
We kunnen den inhoud der Troonrede
hier niet in den breede bespreken doch
we meenen er nog even op te moeten
wijzen dat de toon er van niet heel opge
wekt klinkt. Vooral dat gedeelte dat aan
de inspiratie van den eertyds zoo optimis-
tischen minister Kolkman moet worden
toegeschreven. De flnancieele toestand van
het rijk blijft de grootste zorg baren en de
„tijdelijke maatregelen voor het loopende
dienstjaar" zullen ook het volgend jaar nog
blijven gelden. Met die maatregelen is
klaarblijkelijk bedoeld de heffing der op
centen. Ook de blik van de Troonrede
op den economischen toestand is niet
bepaald een hoopvolle en blije.
De troonrede geeft maar 'n half antwoord
op de vraagWat de regeering op wet
gevend gebied nu het eerst ter hand zal
nemen. Grondwetsherziening Menigeen
had zulks verwacht, doch de troonrede
spreekt met geen woord over de Grondwet.
Wel daarentegen over de onderwijskwestie,
doch in anderen zin als men mogelijk wel
gehoopt had. Ook na het lijvige rapport
der Ineenschakelingscommissio moet de
regeering nog overwegen welke herzienin
gen der onderwyswetgeving noodig zijn.
Voorts stippen we aan dat de ontwerpen
inzako invaliditeits- en ouderdomsverzeke-
ring de Staten-Generaal zullen bereiken.
Wanneer „binnenkort" of „eerlang" of
„spoedig" De regeering laat ons daar
over in 't onzekere, doch mag men de ge
ruchten gelooven dan zal het nog in dit
zittingsjaar zijn.
Hiermede moeten we ons beschouwinkje
over de troonrede eindigen. Voor meer
bizonderheden raadplege de lezer den inhoud
zelf.
o—o o
De partijdag der Duitsche Sociaal-Demo
craten, die met zooveel belangstelling
tegemoet werd gezien, heeft in de afge-
loopen week te Maagdenburg plaatsgehad
onder leiding van den Rijksdagafgevaar
digde Dietz uit Stuttgart, bij afwezigheid
van den partijvoorzitter Singer, die door
ziekte verhinderd was. De oude grijze
kampvechter Bebel leidde het Congres in
met een redevoering, terwijl in een voor
vergadering de Marxistische afgevaardigde
Ledeboer en diens Revisionistische collega
Franck het woord voerden. Uit bijna alle
landen waren broedergroeten ingekomen,
alsmede van eenige provinciale en stedelijke
afdeelingen. Van deze laatsten trok nogal
de aandacht die van de Mainzer Genossen,
luidende „Seid sachlich und bewahrt die
Würde!" Deze goede raadgeving, „Weest
zakelijk en bewaart uw waardigheid" was
gezien de omstandigheden zeker niet over
bodig. Immers de bekende Badensche
kwestie prijkte op het programma en 't was
te verwachten, dat daarover heel wat ge
zegd zou worden.
Deze kwestie vormde al het hoofdnummer
van de agenda en maakte inzonderheid de
belangstelling voor dit partijcongres gaande.
Het partijbestuur had naar aanleiding van
het feit, dat de Badensche partijgenooten
voor de begrooting gestemd en eenige
vriendelijkheden aan den Vorst bewezen
hadden, een scherpe resolutie ingediend,
waarin de houding der Badensche Genossen
als een schande voor de partij werd ge
brandmerkt, geheel en al in strijd met de
geschiedenis en de besluiten der partij. De
oude Bebel zelf had zich er voor gespannen
om de afgedwaalden tot rede te brengen
en niettegenstaande zijn slechten gezond
heidstoestand hield hij een redevoering
van twee uur, waarin hij te velde trok
tegen de „Budgetbewilliging". Hij weesop
de besluiten van de partijdagen te Lübeck,
Dresden en Nürnberg en w«es er op hoe
de Badeusche Genossen de partijdiscipline
met voeten getredeu hadden, ja nog erger
de grondslagen der party aangetast hadden.
Hij verklaarde dat de zondaars voor dit
maal nog genade moest worden betoont,
doch als het geval zich herhaalde, zou hij
er voor zijn ze uit de partij te zetten.
De rede van Bebel werd stormachtig
toegejuicht.
Namens de Badensche afgevaardigden
sprak Dr. Frank. Deze verdedigde de houding
van zijne ambtgenooten en zich in een
heldere redevoering van anderhalf uur.
En toen kwamen de tongen los. Lang en
breed werd er over de houding der Baden
sche partijgenooten gediscussieerd en daarbij
bleek reeds voldoende dat er voor de
Zuid-Duitschers geen vechten tegen was.
Langzamerhand werden de gemoederen op
gewonden en ontaarde het debat in een
heftig tumult. De Marxisten eiscbten een
verklaring dat Dr. Frank en de zijnen zich
in 't vervolg zouden onthouden van het
stemmen voor de begrooting en toen deze
weigerden werd de door het partijbestuur
ingediende resolutie verscherpt met de
bepaling dat bij herhaling der „begrootings-
zonde" onmiddellijk de uitsluiting zou
worden toegepast en toen aangenomen.
Dr. Frank had voor de stemming de
vergadering verlaten uit protest tegen de
weigering der meerderheid om de Unionisten
tijd tot overleg te geven.
Wat de Badensche Genossen nu zullen
doen moet de tijd leeren. Dat echter een
splitsing ouder deze omstandigheden onver
mijdelijk is lijkt zeer waarschijnlijk. De
strijd tusschen Marxisme en Revisionisme
in de Duitsche roodc partij behoort na het
Maagdenburger Congres nog niet tot het
verleden.
—o—o—o
De buitcnlandsche bladen hebben zich in
de laatste dagen nogal bezig gehouden met
de „onthulling" van het Parijsche blad
de „Matin", over een naar het heette tus
schen Roemenië en Turkije gesloten over
eenkomst. Ofschoon dit Parijsche blad niet
bekeud staat al te betrouwbaar te zijn,
toog het als officieus regeeringsorgaan
bekend staand blad de „Temps" op onder
zoek uit. liet droeg zijn correspondent te
Konstantinopel op, het zaakje eens te onder
zoeken en deze rapporteerde al dra dat er
tusschen de Porte en de Romeensche
regeering een mondelinge overeenkomst
was aangegaan omtrent hun houding inge
val van een conflict op den Balkan. De
„Temps" redeneerde dat zijn correspondent
stellig maar half ingelicht moest zijn, een
mondelinge afspraak toch zou al weinig
raison hebben en er moest dus ongetwijfeld
een schriftelijke overeenkomst bestaan. En
al voortredeneerende kwam het blad tot
de overtuiging dat zulk een overeenkomst
zelfs voor de hand lag, met het oog op de
gewijzigde toestanden op den Balkan. Ook
verschillende andere bladen maakten 't zich
druk over de kwestie. De heele Balkan
historie werd er bij opgehaald, de posities
der verschillende Staten werden van alle
kanten bekeken en men ging tenslotte zelfs
beweren dat op Roemenië zachte aandrang
van buiten was uitgeoefend, dat het Drie
voudig Verbond er bij geïntresseerd was.
Men is over de kwestie nog lang niet
uitgepraat, want nadat over de bestaande
of gedachteovereenkomst zoowat alles ge
zegd was wat er maar te zeggen viel,
kwam de tegenspraak aan het woord. Zoo
weten thans „welingelichte" bladen te ver
tellen dat er van het verhaal van die
overeenkomst geen woord waar isdat
alles op onbetrouwbare vermoedens berust,
enzoovoort.
Gevraagd mag worden wat nu waar is,
doch een officieel antwoord zal wel niet
komen. Het beste is maar geduldig afwachten
wat de toekomst zal brengen.
TEXEL, 28 Sept. 1910.
De Biljart-Séance.
De Séance in biljartspel op Zondag
avond in Hotel Texel door prof. 'Is me
Edso, verwierf een tamelijk goed bezoek.
Wij vermoeden dat zoo ongeveer 100
bezoekers aanwezig waren. De indeeling
der zaal was zeer doelmatig, aan alle
vier zijden konden achter tafeltjes de
bezoekers plaats nemen waardoor zij
een ruim aezicht op bet biljart hadden,
terwijl de ^|eler niet werd gehinderd.
Ook nu weder gaf 'Is me Edso bewijzen
van zijn vaardigheid om op het biljart
kunststukjes te vertoonen, zoowel met
de ballen uit de hand als met de que;
menige toer bracht de aanwezigen in
verbazing; een luid applaus viel den
speler ten deel. Niet de minste der
toeren was zeker wel om m'ef de speelbal
eerst de witte bal op het biljart te
raken, de speelbal te laten springen
over den rand van het biljart en zoo
te caramboleeren op de roode bal welke
in de uiterste hoek van de zaal was
geplaatst, 't Was sterk!
Het publiek was wel tevreden over
hetgeen ten aanschouwe werd gegeven.
Na afloop der Séance namen eenige
personen deel aan het prijsbiljarten,
waarvan wij de uitslag niet hebben
afgewacht.
De Markt.
De markt van Maandag was weder
goed voorzien van wolvee; ook rundvee
was aangevoerd, waaronder jong rundvee
voor den staltijd, verder wat biggen enz.
De haudel was niet zoo buitengewoon
vlug, doch de prijzen mochten zeer
bevredigend beeten, zoowel voor wol
als rundvee. Goede waar bedong als
steeds een goede prijs.
Den Hoorn, 27 Sept.
Onze vroegere plaatsgenoot de heer
N. Drijver, thms klerk der posterijen
en telegrafie te Rotterdam, is met in
gang van 26 September als zoodanig
uveigeplaatst naar Oss. (prov. N.-Br.)
TEXELSCHE COURANT.