N°, 2411,
Èondag 6 November 1910.
24ste Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
Binnenland*
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond
Advertentiën vóór 9 nar op den dag der uitgave
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOIJ, Parkstraat, Burg op Te xe l.
LANDWEER.
TEXEL, 5 November 1910.
Naar ons wordt medegedeeld is
het bestuur van het dep. Texel dei-
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen
voor het jaar 1910 1911 als volgt:
R. Kuperus, Voorz., L. J. Kikkert Secr.
Mr. W. F, Hiddingh, Penningm., A. C.
Keijser en van Wegener Sleeswijk, leden.
Eisclien des tijds.
Wanneer we eene wandeling maken
door de gemeente, dan valt het op hoe
op vele plaatsen nieuwe woningen ver
rijzen, hoe bestaande gebouwen geheel
of gedeeltelijk worden vernieuwd, ja zelfs
geheel nieuwe wijken aan de reeds
bestaande bebouwde kom worden toege
voegd. Dat alles is een verblijdend ver
schijnsel, het getuigt van vooruitgang,
van betere toestanden welke zich doen
kennen, waarover we ons met recht
kunnen verblijden.
Doch niet alleen het uiterlijk aanzicht
stemt prettig, wanneer men de tegen
woordige bouworde nagaat dan kan men
opmerken dat zorg voor de gezondheid
(hygiëne) een krachtig woordje mede
spreekt en valt het niet te ontkennen
dat de voorschriften in deze, met. zorg
toegepast, van zeer groot belang kunnen
wezen voor de gezondheid der eventueele
bewoners.
Doch desniettegenstaande doet zich
meermalen eenig ernstig ziektegeval voor
en dan is het de Vereeniging het „Witte
Kruis" hetwelk voorziet in alle gerieven
welke voor een patient noodig zijn om
hem het lijden zoo dragelijk mogelijk te
maken.
Voor die Vereeniging wordt, naar
bekend, op een ruim terrein een gebouw
gesticht, waarin zal worden ondergebracht
al datgene wat de wetenschap weet aan
te wijzen tot verzachting van de lijdende
menschheid. Met eenige voldoening zagen
wij dezer dagen het optrekken van dit
gebouw en verheugden we er ons over,
doch konden we de verzuchting niet
onderdrukken hoe jammer dat slechts
doode hulpmiddelen hier zijn te bekomen
en levende hulpmiddelen, als verpleging
en verpleegsters, aan dit gebouw moeten
ontbreken. We mogen het bestuur daar
over niet hard vallen, het deed gewis
zooveel het kan en wij meenen te mogen
verwachten dat wanneer de omstandig
heden zulks mogelijk maken de Vereen,
niet in gebreke zal blijven om haar
nuttig werk verder uittebreiden.
Voor zoolang evenwel deze gelegen
heid noch blijft ontbreken zal verpleging
in eigen gezin moeten geschieden en het
kan daarom niet onmogelijk zijn nut
hebben wanneer wij uit een tijdschrift
het volgend artikeltje over nemen
De ziekenkamer.
„Hebt ge een ernstig zieke thuis, geef
hem dan uw mooiste kamer. Maar be
denk dat is niet de kamer, waarin uw
mooiste spulletjes staan, een kleed op
de vloer ligt en donkere gordijnen de
zon beletten binnen te komen. Zeker,
er is wel een goede ziekenkamer van
te maken, als ze tenminste niet te klein
en niet te laag van verdieping is en
frissche lucht en zon maar ruimen toe
gang hebben. Maar dan moet allereerst
het kleed weg, zoodat ge eiken dag den
vloer kunt dweilenen de stoffige gor
dijnen moeten vervangen door katoenen
of linnen gordijnen, die gewasschen
kunnen worden en dan alle overbodige
meubels en fraaiigheidjes er uit. Een
eenvoudige tafel, een paar stoelen met
houten of leeren zitting, een kastje, als
er geen muurkast is, 's winters een
kachel, misschien een ligstoel en in
sommige gevallen een stilletje, of anders
een ondersteek en een urineflesch van
het Witte Kruis, een niet te luid tikkend
klokje en een vaas of oude melkkan met
wat frissche bloemen ziedaar al wat
er noodig isja en dan natuurlijk een
ledikant. Is er een bedstee? Och, kwel
daar den zieke toch niet mee. Hij heeft
er geen licht en geen lucht in, en ge
kunt er hem onmogelijk goed in helpen.
Een goed ledikant met goede matrassen
(geen veeren asjeblieftis een weldaad
voor den zieke".
Men doe er zijn voordeel mede.
Vau voorbije dagen.
Heeft het weer zich gedurende ge-
ruimen tijd zeer gunstig doen kennen,
November deed ons geducht gevoelen
dat de zomertijd was voorbijgegaan. De
barometer liep reeds eenige dagen terug
en de eerste dagen van November gaven
het bewijs dat dit geen loos alarm was
Stormwind, hagelbuien en onweder maak
ten het meermalen beangst. Reeds in
ons vorig nummer moesten wij er
melding van maken dat nabij den Hoorn
een schaap in de weide door den bliksem
was doodgeslagen en tijdens het af
drukken van dat nummer werd ons de
medodeeling gedaan dat ook nabij den
Burg een drietal schapen door het
hemelvuur werden getroffen en gedood,
en nabij de Waal een hooischelf was
getroffen, (Men zie het bericht van daar).
Het weêr schijnt thans te zijn uitgewoed
althans 't doet zich weder gunstiger
konnon.
In den nacht van Dinsdag op Woens
dag j.l. zijn 16 schapen, op de schorren
van de polder „Eendracht" door de op
komende vloed verrast en jammerlijk
verdronken.
Waal, 3 Nov.
Bij het onweder, dat gisteren na den
middag boven ons dorp woedde, werd
een hooischelf, behoorende aan den heer
P. G. Dros, door den bliksem getroffen.
Rappe handen waren dadelijk bezig,
het brandende gedeelte af te spitten,
ten einde het grootst mogelijke deel te
behouden.
Verzekering dekt de schade, die niet
zeer belangrijk is.
Oudeschild3 Nov.
Met de werkzaamheden aan de Nieuwe-
of Schildsloot is men reeds over de helft.
Het ruwe weer der laatste dagen brengt
echter vertraging, zoodat naar alle
waarschijnlijkheid, de geheele sloot niet
voor het laatst dezer maand opgeleverd
kan worden.
Den Room4 Nov.
Heden spoelden op het strand achter
den Hoorn alhier een twintigtal haring
vaten aan. Op eenige er van stonden de
volgende merken
Klinge en Poortman
Maatschappij voor Zeevisscherij,
Vlaardingen.
Een paedagogisch drama 1
Uit Tiel schrijft meD aan de Arnh. Ct.
In de naaischool, onder leiding van de
zusters voor wijkverpleging, werd dezer
dagen een beursje met geld vermist.
Fouilleeren leverde geenerlei resultaat op.
Den volgenden morgen kwamen de
meisjes, allen kinderen van 12 tot 14 jaar
op school, waar zij werden ontvangen
met de vraag of zij onder aanroeping
van den naam des Allerhoogsten durfden
zeggen, dat zij het geld niet hadden.
Allen zwoeren.
Is er een dievegge, dan is zij boven
dien een meineedige geworden.
Aan wie de schuld
Moderne trouwpartij.
In de lange rij van trouwkoetsen en
volgrijtuigen, die als op iederen Donder
dag op den O. Z. Voorburgwal te Amster
dam bij het stadhuis stonden te wachten
was ook een kleine stoet van vier kleine
taxi-auto's, waarmee na afloop van de
plechtigheid ten Stadhuize het jonge
bruidspaar, gevolgd door de getuigen en
de gasten, de nieuwe toekomst inreed.
Hoe vergeetachtig de menschen zijn.
De jaarlijksche verkoop van in treinen
en stations der Hollandsche Spoor ge
vonden voorwerpen bracht o. m. 2000
parapluies, 700 wandelstokken, tal van
boeken, kleedingstukken, tasschen, hand
camera's, diamanten, gouden en zilveren
voorwerpen onder den hamer.
Werk voor de rechters.
Volgens pater Borromaeus De Greeve,
die te 's Hertogenbosch is een vergadering
van drankbestrijders optrad, worden in
Noord-Brabant in den tijd van één jaar
ruim 27700 veroordeelingen uitgesproken
wegens dronkenschap.
Ontginning van woeste gronden.
In de Noord-Brabantsche Kempen zijn
thans tal van woeste gronden in ontgin
ning. Plaatsen waarvoor nog slechts
enkele jaren geleden dorre heide werd
aangetroffen, zijn thans omgezet in
vruchtbare weiden. Onder Bergeijk werd
een dier weiden, plm. 37a H.A., thans
voor f 21C0 verkocht, terwijl een paar
kleinere f 1470 en f725 opbrachten.
TEXELSCHE COURANT.
Abonnementsprijs per 8 maanden-
Voor pb Burg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Prijs der Advertentièn.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Ct
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
JAARLIJKSCH ONDERZOEK.
Burgemeester en Wethouders der Gemeente
TEXEL maken, ingevolge art. 30, tweede lid, der
Landweerwet, bij deze bekend, dat het onderzoek
bedoeld bij artikel 29 dier wet, van de in het
verlofgangersregister dezer Gemeente ingeschreven
verlofgangers van de Landweer zal worden ge
houden te den Burg op Texel, ineen der lokalen
van de o.l. schelen, op Maandag 28 November
1910, des voorm. ten negen ure, de verlofgangers
der landweerlichtiug 190-1', 1905, 1906, 1908 en
1909, alsmede zij der landweerliehting 1903, die
nog aan het onderzoek moeten deelnemen
des voorm. ten tien ure, de verlofgangers der
landweerlichting 1907
des voorm. ten elf ure, de verlofgangers der
landweerlichting 1910.
Tot de verlofgangers, die verplicht zijn aan het
onderzoek deel te nemen, behooren ook de bij de
Landweer geplaatste verlofgangers van het reserve-
personeel der landmacht, die bij dat reserve-
personeel zijn toegetreden na 7 Februari 1910,
zoomede de verlofgangers, die bij de Landweer
dienen krachtens verbintenis tot vrij willigen dienst.
Aan het onderzoek behoeft echter NIET te
worden deelgenomen door
a. de verlofgangers, die in het loopende jaar
overeenkomstig artikel 11 van voornoemde wet
voor herhalingsoefeningen onder de wapenen zijn
geweest, dan wel onder de wapenen zijn gekomen
vóór of op den datum, voor het over hen te houden
onderzoek vastgesteld
b. de verlofgangers, die als geestelijke, bedienaar
van den godsdienst, enz., in het genot zijn van
ontheffing van den werkelijken dienst
c. de verlofgangers, door wie, als geestelijke,
bedienaar van den godsdienst, enz., een verzoek
is ingediend om ontheffing van den werkelijken
dienst, waarop door de Koningin nog niet is beslist;
d. de verlofgangers, die een der betrekkingen
bekieeden als aangeduid in kolom 2 van de lijst,
vastgesteld bij bet Landweer-Besluit II, waartoe
o. n. behooren de hoofdambtenaren, ambtenaren
en beambten bij de Rijks-en bij de gemeentelijke
politie
e. de verlofgangers, die bij de toestemming
tot verblijf buitenslands vrijstelling hebben ver
kregen van de verplichting tot het bijwonen van
het onderzoek (artikel 27 van voornoemde wet)
f. de verlofgangers, die bij de toestemming tot
het aangaan van eenc verbintenis voor de buiten-
landscbe zeevaart vrijstelling hebben verkregon
van de verplichting lot het bijwonen van het
onderzoek (artikel 20 van voornoemde wet);
Ook behoeven aan het onderzoek niet deel te
nemen de vrijwilligers van de Exploitatie-Comp.
der Spoorwegafdeeling van het Regiment Genie
troepen.
Voorts wordt de aandacht gevestigd op de
volgende wetsbepalingen:
dat de verlofganger van de Landweer bij dit
onderzoek moet verschijnen in uniform gekleed,
en voorzien van de in zijn bezit gestelde wapenen
voorwerpen van ledergoed, kleeding- en uitrus
tingstukken, alsmede van zijn znkbockie met
daarin gehechten verlofpas, en van de hem even
tueel uitgereikte roglementen en dienstvoor
schriften;
dat een arrest van twee tot zes dagen, te on-
ondergaan in de naastbijgelcgen provoost of het
naastbij zijnde huis van bewaring, door den
Landweerdistrictscommandant kan worden opge
legd aan den verlofganger:
le. die zonder geldige reden niet bij het on
derzoek verschijnt.
2e. die, daarbij verschenen zjjnde, zonder gel
dige reden niet voorzien is van de hiorvoren
vermelde voorwerpen:
3e. wiens wapenen, ledergoed, kleeding- of
uitrustingstukken, reglementen of dienstvoor
schriften b« het onderzoek niet in voldoenden
staat worden bevonden:
4e. die wapenen, ledergoed, kleeding- of uit
rustingstukken, reglementen of dienstvoorschriften
aan een ander behoorende, als de zijne vertoont;
dat onverminderd de biervoren genoemde straf
van tweo tot zes dagen nrrest, do verlofganger,
die zich schuldig mnnkt aan een der feiten daarbij
onder le. tot 4e. genoemd, wordt opgeroepen
om op een nader te bepalen tijd en plaats te
verschijnen tot het ondergaan van een nader
onderzoek;
dat hot porsoncel van de Landweer wordt ge
acht onder do wapenen te zijn niet alleen gedu
rende den tijd, dien het ondorzoek duurt, maar
in het algemeen, wanneer het in uniform is
gekleed, zoodat dogenen van dat personeel, die
ongeregeldheden plegen of zich aan strafbare
feiten sohuldig innken, hetzij bij het gann naar
de plaats voor bet onderzoek bestemd, liotzy ge
durende het onderzoek of bij het naar huis
kooren, te dior zake vallen onder de toepassing
van het Crimineel wetboek on het Reglement
van Krygstucht voor het krijgsvolk te lande.
De verlofganger, die bij herhaling wapenen en
ledergoed, kleeding- of uitrustingstukken, regle
menten of dienstvoorschriften, aan een ander
behoorende, als de zijne vertoont, wordt in
werkelijken dienst geroepen en daarin gedurende
ten hoogste drie maanden gehouden. De duur
van dezen dienst wordt door den minister van
Oorlog bepaald, die tevens het korps van het
leger aanwijst, waarbjj de werkelijke dienst moet
worden vervuld.
De verlofganger, die niet voldoet aan een op
roeping voor den werkelijken dienst, wordt als
desertour behandeld, nadat lot zijn afvoering als
deserteur door den minister van Oorlog de last
is verstrekt.
Nog wordt er uitdrukkelijk op gewezen, dat
het niet ontvangen eener hoofdelijke kennisgeving
den verlofganger niet ontheft van de verplichting
tot deelneming aan het onderzoek, maar dat deze
openbare kennisgeving eenig en alleen als bewijs
geldt, dat de verlofganger behoorlijk is opgeroepen.
Ingeval ziekte of gebreken de deelneming aan
het onderzoek mochten verhinderen, dan zal
daarvan zoodra mogelijk ter Gemeentesecretarie
moeten worden overgelegd eene gelegaliseerde
geneeskundige verklaring, welke op ongezegeld
papier kan worden gesteld.
Vooi zooveel betreft den verlofganger die zich
buiten het Rijk bevindt, geldt in het bijzonder
dat het geneeskundig getuigschrift moet zijneen
behoorlijk gelegaliseerde verklaring, afgegeven
door een ter verblijfplaats van den verlofganger
tot uitoefening vaa de genees- en heelkunde
bevoegd geneeskundige, houdende dat de in die
verklaring met naam en voornamen aan te duiden
persoon door hem ongeschikt wordt geoordeeld
om bij het onderzoek te verschijnen.
De verlofganger, die wenscht het onderzoek
elders hetzij binnen, hetzij buiten het Landweer
district, waartoe hij behoort te ondergaan, kan
zich met een daartoe strekkend en met redenen
omkleed verzoekschrift wenden tot zijnen Land
weerdistrictscommandant. Het verzoek behoeft
niet op gezegeld papier te zijn gesteld doch be
hoort gefrankeerd te worden verzonden. Wordt
het verzoek ingewilligd, doeh maakt de verlof
ganger van de vergunning geen gebruik, dan
wordt deze geacht niet te zijn verleend.
Verlofgangers, voor wie de uitoefening van hun
beroep of bedrijf of andere omstaudigheden deel
neming aan het onderzoek in November te
bezwarend zouden maken, kunnen zich met een
verzoek om het onderzoek in December te mogen
ondergaan, wenden tot den Minister van Oorlog.
Dit verzoek behoeft niet gezegeld te zijn en be
hoeft ook niet gefrankeerd te worden verzonden.
Indien verlofgangers door ziekte verhinderd zijn
bij het onderzoek te verschijnen, dan wel wegens
woonplaatsverandcring niet aan het onderzoek
deelnemen, kan de Landweerdistrictscomniandant
bepalen, dat door deze verlofgangers het onderzoek
in de maamd December wordt ondergaan.
Texel, den 4 November 1910.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
RÜIBING. J. S. DIJT, Lo.B.
W—BW———Z—