N°. 245.1.
Êondag 26 Maart 1911.
24ste Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
in oenlandL
De Verloren Zoon.
FEUILLETON.
Nathalie van Eschstruth.
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond
Advertentiën vóór 9 nnr op den dag der nitgave
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGfEVELD DE R O O IJ, Parkstraat, Burg op Texel.
Burgemeester en Wethouders van Texel
Gelet op art. 28 der kieswet,
Maken bekend, dat de door ben vast
gestelde kiezerslijst en afzonderlijke
lijsten van hen, die met betrekking tot
eene of meer der verkiezingen van de
kiezerslijst afgevoerd of daarop gebracht
zijn, van 23 Maart tot en met 21 April e.k.
ter secretarie dezer gemeente voor een
ieder ter inzage liggen en tegen betaling
der kosten in afdruk verkrijgbaar zijn.
Texel, den 22 Maart 1911.
Burgemeester en Wethouders vnd.,
J. S. DIJT, L.B.
De Secretaris, RUIBING.
TEXEL, 25 Maart 1911.
De thans gesloten kiezerslijst wijst
aan een getal van 1235 kiesgerechtigden
in onze gemeente.
Hiervan zijn 4 personen niet gerech
tigd tot deelname aan de Statenver
kiezingen en 68 personen niet voor die
van den Gemeenteraad.
Vlieland.
Met ingang van 1 April is benoemd
tot commissaris der loodsen, tevens ont
vanger der loodsgelden alhier, de heer
C. van Krieken, thans tijdelijk belast
met deze functie.
23 Maart. Hedenmorgen lag boven
de Vliesloot geankerd H. M. Torpedoboot
G 10, mot een defecte schroef. De boot
is op sleeptouw genomen door H. M.
Torpedo Cycloop en naar Nieuwediep
vertrokken.
Kieviten.
Te 's Hertogenbosch heeft een rijks
veldwachter een man aangehouden, die
in een vuilen kolenzak een tachtigtal
kieviten droeg. Dat is nog erger dan het
vele eieren uithalen.
Op verzoek plaatsen wij
Op aandrang van verschillende zijden
heeft het Bureau voor Staats- en Admini
stratiefrechtelijke Adviezen besloten bij
den uitgever P. Noordhoff te Groningen
voortaan jaarlijks een aanvulling te laten
verschijnen op de Nederlandsche Staats
wetten, editie Meijer Wiersma. In de
aanvulling 1910 zullen worden opge
nomen de Octrooiwet, de Pandhuiswet
en de Trekhondenwet, terwijl tevens
zullen worden vermeld de wijzigingen en
aanvullingen der in de verzameling op
genomen wetten, alsmede wetten en
Koninklijke besluiten ter uitvoering van
de Grondwet en andere wetten.
Veeziekte.
Men schrijft uit Groningen 21 dezer:
Gisteren en heden zijn aan het abattoir
83 stuks vee, afkomstig uit drie stallen,
waarin mond- en klauwzeer heerschte,
afgemaakt.
Dit komt het Rijk te staan op pl.m.
f 20,000.
Er was gisteren een geval aangegeven
uit de gemeente Vries. Gelukkig is de
ziekte niet geconstateerd.
Het Tuberculose middel van Eilers.
De heer H. J. Eilers, die wegens onbe
voegd uitoefenen der geneeskunde reeds
tweemaal werd veroordeeld en om aan
de strat te ontkomen de wijk naar
Duitschland nam, heeft zich thans met
een verzoekschrift gewend tot de Genees
kundige Faculteit der Leidsche en andere
Universiteiten om het bewijs te mogen
leveren van de deugdelijkheid van zijn
middel. Na eventueele voleindiging van
het onderzoek wil bij het middel ter
beschikking van de medische wetenschap
stellen.
Mond- en klauwzeer.
Te Spijk bij Lobith (gem. Herwon en
Aerdt) is onder het vee van een land
bouwer mond- en klauwzeer uitgebroken.
84 stuks hoornvee, 50 schapen en 25
varkens moeten worden afgemaakt.
Behalve een geval te ünnen, zijn
Maandag in de gemeente Groningen nog
twee gevallen van mond- en klauwzeer
geconstateerd. In elk van de beide stallen
waren 25 runderen, die afgemaakt zullen
worden.
Beperking der bewapeningen.
Nu de beperking der bewapeningen
aan de orde gesteld is, raakt men er niet
over uitgepraat. De kwestie vindt wel
belangstelling in de beschaafde wereld,
dat is zeker.
Uit Boedapest wordt gemeld dat 30
afgevaardigden een motie hebben onder
teekend, waarin zjj de regeering uit-
noodigen in 1913 op de vredesconferentie
te 's Gravenhage haar invloed te doen
gelden, ten gunste van een internationale
overeenkomst, met het doel gelijktijdig
de bewapeningen te beperken.
President Taft heeft aan een man van
de „Daily Mail" verteld, dat hij buiten
gewoon ingenomen is met de ontvangst
die aan zijn vredesdenkbeelden in Enge
land te b9urt is gevallen. De kwestie
van een arbitrage verdrag tusschen
Groot-Britanmë en de Vereenigde Staten
is z. i. nog niet zoover gevorderd, dat er
reeds diplomatieke onderhandelingen
worden gevoerd. Taft had echter gegronde
hoop, dat daarmede weldra een aanvang
gemaakt zou kunnen worden.
Houtskool als eendenvoer.
In „Buiten" schrijft C. oyer houtskool
als eendenvoer:
Reeds sedert lang wordt door de dok
toren, vaak met succes, houtskool aan
gewend als hulpmiddel tot een goede
spijsvertering, om ongewenschte gisting
der spijzen binnen de maag te verhin
deren.
Van deze ondervinding uitgaande,
heeft men thans proeven genomen om
uit te maken in hoeverre toediening
van houtskool de opbrengst van gevogelte
en vee verhoogen kan.
Legmeel voor hoenders en varkens
voeder met houtskool vermengd gaven
gunstige resultaten.
Onlangs werden vergelijkende proeven
ingesteld met ganzen en eenden, waarbij
aan een 3-tal groepen resp. het voeder
zonder houtskool werd toegediend, het
gebruik van houtskool in stukjes aan
de dieren zelf werd overgelaten, of wel
het voedsel voor Vs uit fijngestampte
houtskool bestond. De uitslag was, dat
na een maand de eenden op gewoon
dieet gemiddeld 593 gram in gewicht
waren toegenomen, die der beide andere
groepen resp. 906 en 962 gram. Voor
de ganzen bedroegen die cijfers 186,
677 en 1242 gram, waarmede de groote
waarde van houtskool bij vogel voeder
zonneklaar was aangetoond.
Miltvuur bij den mensch.
Een week geleden werd te Noordlaren
miltvuur met doodelijken afloop gecon
stateerd bij een koe van den landbouwer
H. Thans overleed H. zelf aan deze ziekte,
waaraan hij slechts een paar dagen ziek
gelegen had.
Een buitenkansje.
Door een arbeider te Werkendam, is
in een woning, door hem voor f130,—
gekocht, bij het afbreken daarvan ge
vonden 11 gouden tientjes en eenige
rijksdaalders, die door den vorigen eige
naar, die in het laatst van zijn leven
van giften leefde, zeker nog waren
overgespaard.
Een aardig buitenkansje voor den
vinder.
Schade van wilde ganzen.
In sommige streken van Friesland
vertoonen zich groote vluchten wilde
ganzen, die aan de winterrogge en de
landerijen veel schade toebrengen.
Onderscheidene landbouwers hebben
nu aan Ged. Staten vergunning gevraagd
om op die, voor de akkers schadelijke
dieren, jacht te maken.
Dan nog trouwlustig.
Onder de paartjes, die voor den
ambtenaar van den Burgerlijken Stand
te Kampen verschenen, om in onder
trouw te worden opgenomen, bevonden
zich twee verpleegden uit de Gast- en
Proveniershuizen. De bruidegom deed
dezen tocht voor den 4en keer en is
72 jaar oud, terwijl het bruidje, 62 lentes
tellende, voor de 3e maal met dit doel
ten stadhuize opging.
Influenza.
Te Nieuwerkerk a.d. IJsel heersckt
een epidemie onder de katten. Menige
huisvrouw, dia des avonds haar poesje
nog gezond en wel op schoot neemt,
vindt het dier den volgenden morgen
dood. Huis aan huis sterven de katten
aan deze blijkbaar zeer hevige influenza.
en bedekte die daarna met vurige kussen.
Ik begrijp uw vriendelijke, edele be
doeling, moeder, stamelde hij, en wat ik
tot nu toe voor onmogelijk hield, nu weet
ik, dat gij mij liefhebt.
TEXELSCHE COURANT.
Abonnementsprijs per 3 maanden-
Noot db Burg 30 Cts. Franco per post door ge
bed Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
Knden met verbooging der porto's.
Prijs der Advertentièn.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 3 Ct.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
door
60.)
Misplaatste trots valsche schaamte
en en Flavin aarzelde, bloosde diep
en scheen naar passende woorden te zoeken.
Toen vatte zij plotseling Malwine's hand
en drukte die onstuimig aan de lippen.
Och, mevrouw, bet leven en het bestaan
van uwen zoon staat op het spel. Ik weet,
dat ik van u iets ongewoons, iets onge
hoords vraag, want het is de plicht van
een zoon om den eersten stap tot verzoe
ning te doen, maar toch bezweer ik u,
bij alles wat u dierbaar is, richt u tot
Götz eon hartelijk, vriendelijk woord, dat
hem naar huis terugroept.
Ik dank u, Flavin, dat gij gekomen zijt,
zeide zij en omhelsde het jonge meisje
lang en innig. God loone 't je en zegone
er je voor. Nog vanavond vertrek ik naar
Miinchen.
Een jubelkroet kwam overFlavia'slippen.
HOOFDSTUK XXIV.
Götz zat in zijn stillo ziekekamor voor
bet raam.
Zijno stemming word stoeds somberder
en moedeloozer, on ïodoion dag gevoaldo
hij pijnlijker do scheiding van zuster Maria
die hom oorst een onvermijdelijk kwaad
gonchonen had, maar hoe meer bij hare
welluidende stem en hare vriendelijke
troostende woorden miste, des te inniger
ging zijn hart naar haar uit.
Verlaten Verloren
Er wordt zachtjes aan de deur geklopt.
Götz schrikt op en mompelt „Binnen
Hij kijkt niet op en eerst als hij 't ge-
ruisch van een vrouwenkleed over de
planken hoort, keert hij het hoofd om.
Hij staart de binnentredende aan, buigt
het hoofd en strekt do armen afwerend
uit, als zag hij een geestverschijning.
l)ie hooge vrouwengestalte in dat donker
geplooide gewand, dat gelaat, vroeger zoo
Irisch en blozend, maar thans bleek en
mot rimpels doorgroefd de grijze haren
de oogen
Ja, wanneer alles hem ook al door tref
fende gelijkenis aan zijne moeder herin
nerde, dan die oogen toch nietdie staan
vreemd, wonderbaar vreemd in dat be-
kendo gelaat.
Gravin von Abensborg is blijven staan.
Zij ademt moeilijk en zwaar, als drukt
haar een loodzware last.
Zij blijft Btaan en ziet hem aan en
als z(j die krachtolooze gebroken gestalte
ziet en hot verouderde gelaat van den
zieke, waarop doorgestane armoede en
ellende zoo duidelijk to lezen staan, krimpt
hour hart in een en of ze wil ol niet, hare
oogen schieten vol heete trauou, dio lang
zaam over hare wangen vlooien.
Diepe smart en kommer spreken uit haar
blik, en 't is alsof zo om vergiffenis vraagt,
als zo do armen raar hem uitstrekt ou
door aandooning overmand nauwelijks do
kracht; heeft om u t te roepen „Götz,
mijne arme, lieve, beate Götz."
Hij siddert en grijpt zich vast aan zijn
stoel.
„Moeder, lieve moeder."
Götz helt het hoofd op en kijkt zij a
moeder aan als een wonder dat hij niet
begrijpen, niet doorgronden kan.
Zijt gij het dus werkelijk, mama En u
u hebt den weg gevonden.
Zij kijkt hem glimlachend aan, zooals
hij haar nog nooit heeft zien glimlachen.
Wanneer teedere zorg en liefde zoeken,
vinden zij zelfs een Götz uit, Ik ben
gekomen om mijn zoon naar huis te halen
en hem te vrageD, of hij met zijn oude
moeder nog eens een nieuw leven wil
beginnen. Wij hebben beiden verkeerd
gehandeld, Götz, en meenden toch 't bij
het rechte eind te hebben. Daarom zullen
we nog eens van voren at aan beginneD.
Neen, ik hob slecht gehandeld. Ik heb
verkeerd gedaan en heb vader en u voor
veel vergiffenis te vrageD.
Dat kwam nog steeds met moeite en
stokkend over zijne lippen. Malwine's
hand streek hem echter liefkoozend langs
de wangen, terwijl zij 't hoofd schudde.
Wanneer 't een kind al moeilijk valt
tegenover zijne ouders schuld te bekennen,
hoeveel zwaarder is 't dan niet voor eene
moeder om haar zoon vergiffenis te vragen
en toch doe ik hot in liet volle en vaste
vertrouwen, Götz, dat gij mij thans even
goed zult bogrijpeD, als ik u.
lu sprakelooze verbazing had Götz dio
woorden aangehoord, een diepe blos van
schaamte kleurde zijno wangen, zijue oogen
gloeiden van tranen, dio niet wilden vloeien.
Hij bracht Malwine's hand aan zjjue lippen
De volgende dagen, die Götz op aan
raden van den professor nog in de kliniek
doorbracht, om zooveel mogelijk krachten
te verzamelen voor de reis, gingen als een
droom voorbij.
Malwine toefde den ganschen dag in de
kamer van haar zoon, eu Götz begreep
zelf niet, hoe 't mogelijk was, dat hij ge
noot van 't gezelschap eener vrouw, die
hij jarenlang als zija grootste vijandin had
beschouwd en die hij nu zoo innig ge
negen was.
Hij werd niet moe telkens en telkens
weer to vragen naar de huisgenooten en
Malwine vertelde veel gaarne. Alleen
wanneer de jonge graaf hardnekkig telfcens
de vraag herhaalde, hoe zij toch zijn adres
en zijn lotgevallen te weten was gekomen,
antwoordde zij ontwijkend.
Zij vroeg ook, wie hem tot nu toe had
verpleegd en kreeg dan zoo'n opgewonden
bijna teedere beschrijvinh van de engel
achtige goedheid van zuster Maria, dat een
eigenaardig, gelukkig glimlachje daarbij
om Malwine's lippen speelde. En toen Götz
eindelijk ziju spijt te kennen gof, dat bij
zijne verpleegster nooit had gezien, kleurde
een zachte blos de wangeu der graviD, die
peiuieiid het hoofd schudde en zachtjes
zeide: „Ja dat is vreemd.
Wordt vervolg i.)