Yan de Arnliemsclie Yerloting, hoofdprijs een AUTOMOBIEL, zijn tot Dinsdagmiddag 6 uur nog loten te bekomen. Na dien tijd niet meer. Prijs per lot 25 cent. ELF loten voor TWEE GULDEN 50 CENTS. BOEKHANDEL PARKSTRAAT. Vergadering tVau Hoofdingelanden yan de 30 Gemeenschappelijke Holders op Texel. Zaterdag, 7 October 1911. Aanwezig, uitgezonderd de heer G. P. Witte, alle leden. J. S. Dijt, Dijkgraaf-Voorzitter. J. Ruibing, Secretaris. Na opening der vergadering, worden de notulen van de 2 voorgaande vergaderingen gelezen en onveranderd vastgesteld. Mededeeling wordt daarna gedaan van a. het procesverbaal van opneming van boeken en kas vaa den penningmeester, welke beiden in orde werden bevonden. Het kassaldo bedraagt f 315 63. b een schrijven van Ged. Staten, hou dende toezending van het besluit, waarbij aan Prof. S. G. Everts te Delft vergunning wordt verleend voor het maken van een overtoom over den Slaperdijk tusschen de polders „Eendracht" en „het Noorden". Beide stukken worden voor kennisgeving aangenomen Voorlezing wordt daarna gedaan vaneen nader schrijven van het zg. tram comité, inhoudtnde, dat genoemd comité meent, dat uit het door deze vergadering genomen besluit tot niet vcrieenen van een subsidie in de kosten van onderzoek van tramaan- leg, niet de conclusie mag worden getrok ken, dat het waterschapsbestuur hiermee te kennen wil geven dat de belangen van de ingelanden niet bij den aanleg van een tram gebaat zullen zijn. Het comité is van meening dat die be langen daarbij wel terdege zijn betrokken hoewel verschil van gevoelen kan bestaan over de vraag in welke mate. Aangezien nader gebleken is, dat de kosten van het instellen van een onderzoek niet meer zullen bedragen dan f 3000.— zal kunnen worden volstaan met een bij drage van de 30 Polders van f 77u. Tot het toestaan van die som wordt daarom het verzoek gedaan. Het comité meent er op te moeten wijzen, dat wordt die bijdrage niet gegeven en desondanks zonder mede werking de zaak tot stand gebracht, het bestuur van de 30 Polders, alle medezeg gingschap in de vaststelling der plannen moet worden ontzegd. Wat dit laatste betreft, merkt de Voorz. op. dat die bedreiging op hem weinig in druk maakt. Bij eene eventueele totstand koming zal men toch wel bij het Water schap komen om een subsidie in de aan- legkosten en dan bestaat er gelegenheid om voorwaarden te stellen. Zeker is de tram wel voor ons van belang, daarover zullen allen het wel eens zijn, 't is maar de vraag, van hoeveel belang. De verdeeling van ieders bijdrage in de aanlegkosten zal aanleiding geven tot ge kibbel. Voor meerderen is dit zeker wel een motief tot tegenstemmen geweest. De heer J. D. Witte ziet niet veel heil in de tram, van veel belang zou zijn als er een'stoompont aan was verbonden. Met overladen had men dan niets meer noodig de heer Jb. Keijser Sz. is het daarmede eens, terwijl de Voorz. er aan toevoegt, dat een stoompont tuinbouw mogelijk zou maken, een tram alleen niet; de heer W. A. Eelman had graag eenige mededeelingen willen doen over de lijdens geschiedenis van de tram Schagen-Wognum doch heeft zijne inlichtingen niet tydig kunnen kriigen. Met dergelijke voorbeelden voor oogen, wordt men huiverig zulke zaken hier te beginnen. De heer Jb. Keijser Sz. doet uitkomen, dat bij hem steeds heeft voorgezeten, dat als het Waterschap aandeel neemt in de voorloopige kosten, in de kosten van aanleg ook zal moeten worden bijgedragen. En volgens ziin overtuiging zal men het nooit eens worden over de bijdragen tusschen de Gemeente, Eierland en de 30 Polders. Bij het uitbrengen van zijn stem is deze overweging een machtige factor geweest de heer Jb. Kikkert Nz. noemt dit geen argument. Het is althans erg voorbarig en onvoorzichtig aldus te spreken; de heer H. J. Keijser wenscht nog even te doen opmerken, dat het de bedoeling is eerst een voorloopig plan te doen opmaken. Blijkt dan dat bij Rijk en Provincie geen sympathie voor de plannen bestaat dan wordt het volledig onderzoek niet inge steld en zijn dan ook nog geen noemens waardige kosten gemaakt; de heer Eelman zegt nog, dat Oosterend en omgeving wat goederenvervoer betreft niet naar den Genteweg zal gaan doch naar Oudeschild, tenzij het eerste goed- kooper is. Dit zal uit het onderzoek blijken, zegt de Voorz. De heer Jb. Jb. Bakker wijst nog op de besparing van de onderhoudskosten van de wegen, bij totstandkoming van de tram; de heer KI. Lap acht dergelijke zaken bij een waterschap niet op zijn plaats; de heer Jb. Keijser Sz. zegt nogmaals dat naar zijne meening de verdeeling der aanlegkosten ondoenlijk zal blijken te zijn en wijst er tevens nog op, dat een aroot deel van het Waterschap er wel aan zal moeten betalen, zonder er profijt van te hebben de heer Jb. Kikkert Nz. meent dat men niet mag vooruitloopen op later te nemen beslissingen inzake de verdeel mg van de aanlegkosten Dergelijke bezwaren noemt spreker treurig en zwak, doch de Voorz. meent dat met het oog op de geschiedenis de heer Keijser het recht heeft aldus te spreken. Na nog eenige discussie wordt het voorstel in stemming gebracht en af gewezen met 9 tegen 6 stemmen. Voor stemmen de heeren H, J. Keijser, Jb. Kik kert PPz 'Joh. D. Roeper, Jb. Jb Bakker, Jb. Kikkert Nz, en de Voorzitter. Tegen de heeren Jb. Keijser Sz., KL Tz. Bakker, D. J. Bruin, P. J. Witte, P S Koning, J. D. Witte, Eelman, C. Keijser Sz en KI. Lap Bz. Wordt overgegaan tot de opmaking van de aanbeveling voor de benoeming van een heemraad wegens periodieke aftreding van den heer G. P. Witte. Ie. candidaat wordt de heer G. P. Witte met 11 stemmen tegen 2 op den heer Jb. Kikkert Nz. en 2 van onwaarde. 2e candidaat wordt de heer Jb. Kikkert PPz met 11 stemmen tegen 4 op den heer A. A. Eelman, 3e candidaat wordt de heer A. A. Eelman met 9 stemmen tegen 4 op den heer Jb. Kikkert Nz. en 3 op den heer Jb. Jb. Bakker. Wordt overgegaan tot de benoeming van een penningmeester wegens periodieke af treding als zoodanig van den heer D. J. Bakker. De voordracht door het Dag. Bestuur op gemaakt bestaat uit de heeren D. J. Bakker, W. P. Lap en C. J. Roeper. Na gehouden stemming blijkt datdehr. D. J Bakker is benoemd met algemeene (15) stemmen. Daarna deelt de Voorz mede dat door het Dag. Bestuur een tweetal plannen zijn opgemaakt voor het maken van een aanlegsteiger aan den Noorderdijk nabij de molen. EeD houten steiger ter lengte van 40 M. zal kosten f3916.335, een steiger van dezelfde lengte en dan van zuilen zal kosten f 5766.38°. Aan weers zijden worden opritten gemaakt met be strating. Het bestuur beveelt het eerste plan aan. Een houten steiger wordt voldoende ge acht. Aangaande dergelyke steigers heeft men ervaring, steigers van zuilen worden nergens aangetroffen. De heer H J. Keijser meent dat het niet ligt op den weg van het Waterschap om een steiger te maken, doch op dien van de gemeente. Wij hebben hier dezelfde geschiedenis als met de tram Waarom moeten de ingelanden onder den Hoorn enz. bijdragen voor de lasten vaneen werk van het meeste belang voor Eierland en Een dracht De Voorz. merkt den heer Keijser op, dat hij de wapens gebruikt welke hij zoo juist in een ander heeft afgekeurd. Boven dien zijn de zaken hier niet gelijk. De bedoeling is immers een bijdrage te vragen van belanghebbenden; de heer H. J. Keijser meent dat de aan drang in deze moet uitgaan van de grootste belanghebbende de Voorz. antwoordt hierop dat de grootste belanghebbende ook voor het gebruik zal betalen. Uitgemaakt zal moeten of van eigen ingelanden minder zal worden ge vraagd voor het gebruik van den steiger dan van niet ingelaeden de heer Jb. Kikkert PPz. wil van inge landen geen vergoeding vragen, waarop de Voorz antsvoordt dat zulks een onbillijk heid zou scheppen tegenover die ingelanden die van de haven moeten gebruik maken; de heer Jb. Kikkert Nz. voorziet moei lijkheden bij de contröle. Het zal niet altijd even gemakkelijk zijn uit te maken of iets bestemd is voor een ingeland of voor een nietingeland of beter gezegd voor land in het waterschap gelegen of daarbuiten; de Voorz. is het daarmede eens, doch verwacht, dat dit bezwaar wel zal zijn te ondervangen. Volgens den heer H. J. Keijser moet eerst worden uitgemaakt of de 30 Polders den steiger zullen maken of niet. Er is nog nimmer besloten teekening en begroo ting te doen opmaken. De heer Jb. Kikkert Nz is van dezelfde meening. De Voorz. is van een tegengesteld gevoelen en gelooft dat het geheugen van de beide heeren tekort schiet. Omtrent dit punt ontspint zich eenige discussie, de een meent, dat het besluit wel is genomen, een ander daarentegen van niet; de Voorz brengt daarom in stemming het voorstel van het Dag, Bestuur om te besluiten tot het maken van den houten steiger en volgens begrooting en teekening als is overgelegd en tot het opmaken van een regeling waarbij voor het gebruik maken van den steiger ten behoeve van land van niet ingelanden een hoogere be drage wordt gevraagd dan voor land van ingelanden. Met algemeene stemmen wordt dit voor stel goedgekeurd. Daarna antwoordt de Voorz, dat een volledig bestek zal worden opgemaakt en aan de goedkeuring van de vergadering zal worden overgelegd. De heer Jb. Kikkert Nz. vraagt daarna inlichtingen omtrent de weegbrug aan den Noorderdijk de Voorz. zegt dat bij het Dag. Bestuur was ingekomen een verzoek vaa S Eelman Cz om een weegbrug te mogen maken nabij den Noorderdjjk. Feitelijk behoorde dit verzoek thuis in peze vergadering, doch met het oog op den spoed heeft het Dag. Bestuur de ver gunning verleend. Het heeft daarbij voor oogen gehouden, dat het Waterschap zelf een weegbrug zou willen maken, en daarom o. m. als voor waarden gesteld, dat de vergunning tot wederopzeggens wordt verleend, de weeg brug te allen tjjden door het Waterschap kan worden overgenomen, de tarieven de goedkeuring van het Dag. Best. vereischen etc. Spreker vraagt hierop de goedkeuring van de vergadering. Deze goedkeuring wordt met algemeene stemmen verleend. De heer H. J. Keijser vraagt of de Opz. machtiging heeft, om de aannemers van het graven van tochtslooten toe te staan de uitkomeude specie te werpen waar ze willen. De Voorz. antwoordt daarop ontkennend. Ingevolge de keur krygt ieder belendende de helft. De heer Jac. Kikkert Nzn. zegt, dat de aannemers zich daaraan niet houden. De heer Jb Jb, Bakker merkt op, dat het onbillijk is dat de eigenaars de kokers in de dammen toegang gevende tot hun land, moeten onderhouden ten gerieve van hen, die daarvan gebruik maken. De Voorz. zegt dat die last nu eenmaal op het land rust. Het is een particuliere aangelegenheid. De heer Eelman vraagt of de Opzichter al een vaste aanstelling heeft, waarop de Voorzitter ontkennend antwoordt en zegt dat de Opzichter nog steeds in tijdelijken dienst is. De heer Jac Kikkert Nzn. zou graag eens vernemen of de tijd nog niet daar is om de Mielanden te belasten. „Dit" zegt de Voorz,, „is een moeilijke kwestie, reeds herhaaldelijk aan de orde geweest". Discussie daarover is misschien goed om de jongeren onder de leden in te lichten. He kwestie kan gevoegelijk eens weer aan de orde worden gesteld. De heer Corn Keijser Sz. wijst op de wenschelijkheid om enkele gedeelten van den Oosterenderweg te verbreeden. De Voorz. verzoekt spreker dat punt eens ter sprake te brengen in de bestuursverg. De heer Jac. Kikkert Nzn. brengt even onder de aandacht van het dag. bestuur dat de kruin van de Kadijk bij Westergeest eenige gaten vertoont, en ontvangt daarop van de Voorz. de toezegging, dat het in orde zal worden gebracht. De heer H. J. Keijser brengt ter tafel het voorstel om, als gedurende de maanden Juni tot en met September het water lager komt dan 8 palm, zeewater in te laten tot het water weer 8 palm onder volzee is en dan voor het Oostelijk gedeelte van het Waterschap. De Voorz. ontraadt dit voorstel ten zeerste, het water dat er dan nog in de slooten is wordt bedorven Bovendien zal er van slooten graven dan niet veel meer komen. De heer Jb. Jb. Bakker is voor het voorstel. Gevolg zal z(]n minder uitdrogen van het land. De heer Jb. Keijser Sz. acht het voor zichtiger telken jare te handelen naar de omstandigheden, doch de heer H. J. Keijser is daar niet voor. Men heeft dan altyd eenige weken de last van te weinig water gehad voor het zeewarer wordt binnengelaten. Het voorstel in stemming gebracht wordt aangenomen met 8 tegen 5 stemmen. Vóór stemmen de heeren Corn. Keijser Sz Eelman, Jb. Jb. Bakker, Koning, Jb. Kik kert PPz., H. J. Keijser, KI T. Bakker en Joh. Roeper. Tegen de heeren Lap, Jac. Kikkert Nzn., J. D. Witte, Jac. Kejjser Sz. en de Voorz. Blanco stemmen de heeren Bruin en P. J. Witte. De heer Eelman wijst nog op een nood zakelijke reparatie van de kade tusschen den 2en dwarsweg en de molen. De Voorz. zegt daarvoor te zullen zorg dragen. Sluiting. Trekking Woensdag 25 October.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1911 | | pagina 2