No. 2686.
Donderdag 9 Januari 1913.
268te Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
van en naar Texel.
Bi n
enland.
BOOT- EN SPOORDIENST
Van week fot week-
Advertentiëu vóór 9 nor op den dag der uitgave
TEXELSCHE COURANT.
Kit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond
Abonnementsprijs per 3 maanden.
Voor den Borg 80 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
1 .nden met verkooging dor porto's.
Pry's dei' Advertenlièn.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedero regel moer 0 Ct.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummor.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitg. Firma LANGEVELD& DE R O O IJ, Parkstraat, Burg op Tax el.
Kennisse vino;.
De late inzending van adv. tot opname
in onze Courant, veroorzaakt ons voort
durend grooter moeite.
Wij maken daarom bekend, dat, wil
men verzekerd zijn van opname der aan
geboden advertenties, deze vóór 9 uur op
den dag der uitgitte van de Courant
moeten zijn aangeboden. Bij latere aan
bieding kunnen wij de opname niet
verzekeren.
Advertenties, naar abonnementsprijs
berekend, moeten daags vóór de uitgifte
van de Courant in ons bezit zijn wil men
verzekerd zijn van opname.
Adverteerders nemen hiervan nota.
De Uitg.
aansluiting gevende
O
Van Texel. Van Beider.
Afvaart Boot 6.00. Vertrek trein 7.45
8.00. 9.07
11.15. 12.45
n ii 2.50. 4.10
Aank. trein HelderVertrek boot 7.00
ii ii ii 8.39 9.30
n ii 12.01 12.30
ii ii ii 3.26 4.15
Des Zondags komt de eerste trein
niet te 8.39 doch te 9 42 te Helder aan.
In verband hiermede vaart de boot des
Zondags niet te 9.30, doch te 10.20 van
Helder naar Texel.
28 Dec.—4 Jan.
Een nieuwe jaarkring is al weer begonnen
on de snelle renner „Tijd" voert ons al
weer met zich mede in zijn snelle vaart
al maar door het komende verborgen ge
beuren tegemoet. Enkele oogenblikken
hebben we even mogen stilstaan op onzen
weg om te overdenken wat achter ligt en
te vragen wat komen zal. De heil- en
zegenwenschen hebben geklonken en
bij de vele die onze lezers zullen ontvangen
hebben, wenschen ook wij gaarne de onze
te voegen. Moge 1913 voor hen allen een
jaar van voorspoed en geluk zijn! Zullen
al onze wenschen vervuld worden Zoo
vragen we ons af, telkens weer. Wat zal
het jaar 1913 brengen voor ods zelf,
voor ons gezin, voor onzen familiekriug,
voor ons woonplaats, voor ons gewest,
voor ons land, voor... ja waar houden onze
vragen op
Vragen, bij de intrede van iederen nieu
wen jaarkring weergehoord. En die nu we
ons nedergezet hebben tot het schrijven
van het eerste weekoverzicht in dit nieuwe
jaar zich ook bij ons opdringen en don
blik niet alleen doen richten op wat de
afgeloopen week bracht, doch ook naar
hetgeen de komende dagen ons wellicht
zullen brengen.
Sedert we ons vorig overzicht schreven
heeft de Kerstvacantie eenige verademing
gebracht aan onze volksvertegenwoordigers,
die in de laatste weken zoo hard hebben
moeten werken en niet eens nog met de
begrootingsarbeid gereed zijn gekomen. De
Kamer zal waarschijnlijk reeds den 8 dezer
den arbeid hervatten en de voorzitter zal
er al dadelijk wel weer de zweep moeten
overleggen om den achterstand in te halen.
Het schijnt de bedoeling van de Kamer
meerderheid te zijn om den 1 Februari
weder de behandeling van de Verzekerings-
ontwerpen te hervatten en voor dien tijd
zulle jog r-en tweetal belangrijke hoofd
stukkeu der bugrooting, Oorlog en Marine,
benevens een stuk van binnenlandsche
zaken, afgedaan moeten worden. Zal de
rechte:zijde er in slagen op die wijze de
groote wetsontwerpen nog in dit zittings
jaar af te handelen? Zal 1913aan minister
Talma de aanneming van zijn ontwerpen,
de kroon op zijn werk brengen Het laat
zich aanzien dat dit inderdaad het-geval
zal worden, ofschoon de Kamer dan hard
zal moeten aanpakken. De ziektewet is
nog maar half afgedaan en bij de Invalidi-
teits- en Oudordomsverzekering ismen pas
met de artikelen begonnen. Stapels amen
dementen wachten nog op behandeling,
stapels zijn er wellicht nog in de maak en
een zeer uitvoerig debat staat bovendien
nog te wachten omtrent de kwestie van
de risico-overdracht. Komt de Kamer nog
gereed met de ontwerpen van den heer
Talma, aan een tot standbrenging van de
Tariefsherziening zal naar alle waarschijn
lijkheid wel niet mogen worden gedacht.
En men weet dat deze met zilveren koorden
aan de ontwerpen-Talma verbonden zijn.
Intusschen, hoe het ook zij, 1913, zal in
wetgevend opzicht een belangwekkend jaar
worden
En niet minder door de verkiezingen
waarvan de voorbereidingen thans reeds
allerwege ter hand worden genomen. De
zittingsperiode van de Kamer spoedt ten
einde en reeds thans worden allerlei be
rekeningen gemaakt over den mogelijken
uitslag van den grooten strijd, die weder
tusschen rechts en links zal worden ge
streden, een strijd waarin ongetwijfeld wel
weder een aantal afgevaardigden zullen
sneven, wier zetels door anderen zullen
worden ingenomen. Ook zullen er zijn,
die vrijwillig zich terugtrekken uit het
parlementaire strijdperk. En daaronder
ook, blijkens de berichten van de afgeloopen
week, een tweetal mannen van beteekenis
en grooten invloed eeó tweetal voor
mannen van de vrijzinnig democraten. We
bedoelen de beide professoren Drucker en
Treub, de afgevaardigden van Groningen
en Assen. Als dergelijke bekwame, weten
schappelijk hoogstaande mannen, wier
woord gezag heeft, heengaan beteekent
dat een verlies, niet alleen voor de Kamer
fractie waartoe ze behooren en voor de
linkerzijde in wier front ze steeds gestreden
hebben, maar ook voor ons parlementaire
leven in het algemeen. Wat het zich niet
weer herkiesbaar stellen van prof. Drucker
betreft moet het besluit daartoe reeds een
jaar geleden door hem genomen zijn. Het
staat dus geenszins in verband met de
concentratieplannen van de vrijzinnigen,
waaraan blijkbaar hei heengaan van den
afgevaardigde van Assen zal moeten worden
toegeschreven. Zooals men weet beeft
prof. Treub verklaard zich met het pro
gramma van samenwerking, speciaal wat
het punt der ouderdomsverzorging betreft,
niet te kunnen vereenigen. Na den
bekwamen Van Karnebeek thans prof. Tieub
't is voor de concentratie-mannen
stellig niet zeer bemoedigend. Zullen hun
grootere teleurstellingen bespaard blijven?
Het nieuwe jaar zal daarop het antwoord
moeten geven.
—o—o—o—
Wat zal het nieuwe jaar brengen Ook
onze Oostelijke buren stellen zich die vraag
en dan zullen ze daarbij wel allereerst op
het oog hebben de stakingsbeweging in het
Saargebied. Een beweging die in de laatste
dagen een zeer dreigend aanzien gekregen
heeft. De organisatie der christelijke mijn
werkers voert reeds sedert lang een strijd
voor betere arbeidsvoorwaarden, hooger
loon en wettelijke bepalingen. Tot nog
toe niet met het door hen gewenschte
succes. Dat heeft tengevolge gehad, dat
het plan om te staken onder de oogen
gezien werd en met groote meerderheid
door de aangesloten mijnwerkers besloten
is den arbeid neer te leggen, indien de
directies niet aan hun eischen tegemoet
kwamen. Meer dan 3ÜOOO leden, d.w.z.
meer dan het 3/+ deel, gaven hun instem
ming met een neerleggen van den arbeid te
kennen. En in een vergadering van de
afgevaardigden der mijnwerkers, door 359
bijgewoond werd met algemeene stemmen
besloten tot staking, ingaande den 2
Januari, waarbij rekening werd gehouden
met den wettelijk voorgeschreven opzeg
gingstermijn. De socialistische mijnwerkers-
bond besloot onmiddellijk als de christelijken
tot de staking mochten overgaan, zich
daarbij aan te sluiten. Dat alles deed
voorzien dat weder een van die groote
economische worstelingen uit zou breken
als er al zoo dikwijls het maatschappelijk
leven geteisterd hebben. De mijudirecties
hebben ook het gevaar onder de oogen
gezien en het pleit voor hen, dat ze de
eischen der mijnwerkers niet hooghartig
hebben afgewezen. Ze hebben een aantal
concessies gegeven aan het bestuur der
arbeidersorganisatie en met meerderheid
van stemmen hebben de mijnwerkers thans
besloten nog niet dadelijk den arbeid neer
te leggen, ook al gaan de gegeven toe
zeggingen hen niet ver genoeg. Er zal
nader met de directies onderhandeld worden
en gehoopt wordt dat nog tot overeen
stemming zal worden gekomen, waardoor
het nog steeds dreigende gevaar van een
ernstig arbeidsconflict afgewend wordt.
—o-o—o—
Nog voor het oude jaar geheel ton einde
was gespoed heeft Duitschland een gevoelig
vei lies geleden door het overlijden van een
zijner staatslieden. Vrij onverwacht, ten
gevolge van een hartverlamming, overleed
de staatssecretaris van buitenlandsche
zaken, Alfred von Kiderlen Wilchter. Zijn
naam is in het afgeloopen jaar meermalen
genoemd, in de onderhandelingen, door
Duitschland en Frankrijk omtrent de Marok-
kaansche aangelegenheid gevoerd. Dat
deze tot een goed einde werden gebracht
mag voor een deel aan ziju arbeid toege
schreven worden. De keizer beloonde hem
daarvoor al was er onder de conservatieven
ook een strooming die zich sterk tegen von
Kiderlen Wachter gekeerd had. Een lange
reeks van jaren heeft deze zijn land mogen
dienen. In 1879 trad hij in dienst van
buitenlandsche zaken, was van 1881 tot
1884 als secretaris werkzaam aan de
ambassade te Petersburg, van 1884 tot
1886 als zoodanig te Parijs, waarna bij tot
1888 legatieraad te Konstantinopel werd.
In 1888 werd hij referendaris aan het
departement van buitenlandsche zaken om
van 1894 tot 1909 als gezant in het buiten
land door te brengen. In 1909 werd hij
geroepen de opvolger te zjjn van Von Schon
waardoor hij aan het hoofd kwam van
buitenlandsche zaken.
—o—o—o—
Ook in de Fransche republiek boort men
de vraag, wat het nieuwe jaar zal brengen.
En men bedoelt dan wel niet in de laatste
plaats te vragen wie straks de opvolger
van president Fallières zal zjjn. Men is al
sedert eenigen tijd op zoek naar den nieu
wen president. Den 17 dezer zal in een
gecombineerde vergadering van Kamer en
Seoaat te Versailles de opvolger van Fallières
moeten worden gekozen. Den 17 Februari
zal deze het Elysee voor den nieuwen pre
sident moeten ontruimen.
Ket presidentsschap is lang niet te ver
smaden. Behalve de eer een salaris van
een miljoen rente met vrye woning vuur
en licht en de kruimels daar doet men
wel iets voor. Dat er dan ook wel vol
doende liefhebbers zijn, ligt voor de hand.
Doch niet ieder is geschikt om president
van de Fransche republiek te worden, zelfs
menigeen der uitstekende staatslieden niet
omdat de president een smetteloos politiek
verleden behoort te hebben, boven de par
tijen moet staan en zoo mogelijk in gaven
van verstand en hart uitblinken moet boven
anderen. En om zoo iemand te vinden
uit de velen die wel gaarne het Elysee
zouden berekken, valt niet mee. Een was
er echter die men algemeen als voorbeschikt
achtte. Dat was Leon Bourgois de minister
van arbeid, een man, die het land in tal
van hooge waardigheden gediend heeft.
Reeds voorlang werd hij stilzwijgend aan
gewezen om de opvolger van Fallières,f;e
worden. Doch Bourgois wil niet. Men zégt
dat hij het presidentschap vergeleken heeft
met een zevenjarigen dwangarbeid. Alles
is beproefd om hem over te halen een
candidatuur aan te nemen, doch tevergeefs.
Door zijn weigering hebben nu anderen de
baan vrijgekregen en zoo zijn er thans reeds
een aantal candidaten, die zich bezig hou
den oin zich aangenaam te maken in de
oogen derKamer-en Seniatleden Zoo heeft
ook Poincaré de minister-president, een
candidatuur aangenomen, doch waarop zich
de oud-minister-president Ribot eveneens
candidaat liet stellen. Poincaré en Ribot
zijn altjjd vrienden geweest en ze hebben
dan nu ook besloten hot elkander niet al
te moeilijk te maken. Wie van hen bjj de
eerste stemming het minste aantal stemmen
krjjgt zal zich terugtrekken. Er ziju ook nog
andore candidaten van invloed en daarom
was het ovorlog tusschen Poincaré en Ribot
niet misplaatst.
—o—o—o—
Aan Spanje heeft het nieuwe jaar oen
eigenaardige parlementaire crisis gebracht.
Nadat Canalrjas gedood was werd aan
Ramanones het minister presidentschap op
gedragen. Daar het Kabinet zioh hoofd
zakelijk tot taak gesteld had het Marokko-
verdrag met Frankrijk tot stand te brengen
en dit verdrag kort geleden aangenomen
was, meende Romanones het oogenblik ge
komen om aan den Koning het ontslag van
het Kabinet aan te bieden. De Koning
handhaafde echter Romanones, die daarop
een nieuw libéraal Kabinet samonstelde.
Wat geenszins was naar het hart der con
servatieven. De Koning toch had gebroken
met de traditie volgens welke liberale en
conservatieve Kabinetten elkander beurte
lings afwisselden. En zelfs bad hij niet eens
besprekingen gehouden met den leider der
conservatieven, Maura. Deze toonde zich
daarovor zoo gebelgd, dat hjj op staanden
voet ontslag nam als Kamerlid, wolk voor
beeld dadelijk door 92 afgevaardigden van
Kamer en Senaat gevolgd, w. o. Senatoren
die voor hun leven benoemd waren. Een
en ander heeft zeer veel opzien gewekt,
wat geen wonder is, daar een dergelijke
gebeurtenis nog nimmer in de politieke
geschiedenis van Spanje is voorgekomen.
De demonstratie, tegen den Koning en de
regeering gericht, kan wel eens ernstige
gevolgen hebben.
-o—o—o—
Do Vredesonderhandelingen werden in de
afgeloopen week te Londen voortgezet en
de zitting op den Nieuwjaarsdag gehouden
scheen de onderhandelingen een flinke
schrede vooruitgebracht te hebben. Turkije
kwam aan de eischen der verbonden Balkan-
staten een heel eind tegemoet wat den
afstand van grondgebied betreft. Het ver
klaarde zich bereid een oppervlakte van
125,100 vierkante KM. af te staan, meteen
bevolking van 3,839,100 zielen. De totale
oppervlakte van Europ. Turkjje bedraagt
169,300 KM.2 met 6,130,200 zielen, zoodat
gezegd kan worden dat de Porte een groot
deel van haar gebied prijs wilde geven.
Vrijdag doden zich echter groote moeilijk
heden voor, daar de verbonden Balkan-
staten geen genoegen namen metdeTurk-
sche -voorstellen en op den afstand van
Adrianopel en de Tursche eilanden in de
Egeïsche Zee, alsmede van Kreta bleven
aandringen. Zooals men weet heeft de
Turksche regeering verklaard Adrianopel
nimmer prijs te kunnen geven en wilde
het alleen Kreta afstaan, als de mogend
heden de beslissing omtrent dit eiland werd
gelaten en op het afstaan van de andere
eilanden niet verder werd aangedrongen.
De Balkanstaten zjjn echter onverzettelijk
en hebben aan de Turken een ultimatum
gesteld.
Als deze regels gedrukt worden zal wel
licht reeds over oorlog of vrede beslist zijn.
TEXEL, 8 Januari 1913.
Het wêer leende zich uitstekend
voor den Voetbalwedstrijd welke Zondag
middag alhier werd gehouden tusschen
de Militaire voetbalvereeniging ,,'t Noor
den'' van Helder en „Texel I" van hier.
Het spel was voor Texel I minder on
gunstig dan vorige wedstrijden. De uitslag
was voor „'t Noorden" 5, tegen 3 voor
Texel.
Men meldt ons
De bijeenkomst, Zondagmiddag gehou
den in het gebouw „Eben-Haëzer" in de
Julianastraat, die belegd was vooral met
het oog op de a. s. miliciens, kan als zeer
geslaagd worden beschouwd Niet alleen
dat er verscheiden a. s. militairen tegen
woordig waren (er konden 18 ex. van