deze eene groote aluis meer aanbe veelt dan bemaling. Het College van Dagelijksch be stuur heeft daarom besloten de kosten voor het bouwen van een nieuwe uit- wateringsluis bij de Waaldersluis op de begrooting te plaatsen en daar voor f32000 uittetrekken. Deze sluis ter wijdte van 3 meter en ter diepte van 2,50 -r- V. Z. zou zesmaal zooveel water kunnen ver plaatsen dan de Waaldersluis. De heer P. Koning vraagt naar de resultaten van het onderzoek bema ling, waarvoor in 1912 f400 is uit getrokken. Spreker vindt het maken van een nieuwe sluis een halve maatregel en keurt daarom het besluit van het dagelijksch bestuur ten zeerste af zoolang geen grondig onderzoek naar bemaling heeft plaats gehad acht spreker het niet verantwoord tot het maken van eene sluis te besluiten, wijl ook de deskundigen, die daartoe hebben geadviseerd, geen behoorlijk onderzoek ter plaatse hebben inge steld. De Voorzitter zegt dat de heer Lako veel ervaring heeft opgedaan van groote polderwerken en een juist oor deel heeft over bemalinghem zijn alle gegevens verstrekt, die hij nobdig heeft te weten om ons van raad en advies te dienenbovendien is de heer Lako op Texel niet onbekend. Wat betreft de halve maatregel, spreker is het met den heer Koning eens, dat eene sluis als in het bestek ómschreven, niet geheel afdoend is om de waterkwestie voor goed op te lossen, doch eene natuurlijke water- loozing is veel goedkooper dan machi nale bemaling, terwijl als later mocht blijken, dat voor het lage land bema ling noodig wordt geacht, dit met eene machine van kleine capaciteit kan geholpen worden. Veel meer dan de sluis per H.A. kost, wordt later aan bemalingskosten uitgewonnen. De heer J. N. Kikkert vraagt of een schutsluis niet beter is. De Voorzitter antwoordt als deze kwestie een paar jaar vroeger aan de orde was geweest, dan zou hij het zeker op eene schutsluis hebben aan gestuurd nu echter de tramplannen noch niet zijn afgewikkeld, kan er aan geen schutsluis worden gedacht. Daarna wordt tot stemming over gegaan over het maken van eene nieuwe zeesluis bij de Waaldersluis, met het resultaat, dat dit bestuurs voorstel is aangenomen met 8 tegen 7 stemmen. Voor stemden de heeren K. B. Lap, G. P. Witte, J. D. Witte, J. P. Kikkert, H. J. Keijser, K. T. Bakker, J. S. Keijser en de Voorzitter. Tegen stemden de heeren C. S. Keijser, J. N. Kikkert, W. A. Eel- man, J. J. Bakker, P. S. Koning, P. Witte en D. J. Bruin. Verdiepen Zuid Haffelersluizen. De Voorzitter deelt mede dat na onderzoek is gebleken, dat de drem pels van de Zuid Haffelersluizen voor eene voldoende watertoevoer naar de zeesluizen te hoog liggen, weshalve het Dagelijksch bestuur besloten heeft voor het verdiepen van deze sluizen f 600 op de begrooting te plaatsen. Aangezien aan het uitdiepen der sluizen vele bezwaren verbonden zijn, stelt de Voorzitter voor 2 kokers ter- wijdte van 1 Meter naast de s'uizen te leggen. De heer P. Witte stelt voor de kokers in de sluizen te leggen. De Voorzitter antwoordt dat de bouw van de sluizen hoogstwaar schijnlijk het uitdiepen zal bemoei lijken, doch zegt nader onderzoek toe. Pacht van Vischwater. De Voorzitter deelt mede dat de pacht van het vischwater ad f 250 nog niet door het Molenbestuur is betaald. De heer Koning geeft daarvoor als reden op, dat het Molenbestuur de pacht wil verrekenen met den koker. De heer G. P. Witte zegt de pacht moet eerst betaald worden. De Voorzitter zegt we kunnen geen subsidie geven voor werk dat niet is uitgevoerd. De heer Koning antwoordt, de koker is gelegd en ofschoon gebleken is, dat het werk verkeerd is uitge voerd, geeft dit het Dagelijksch be stuur geen recht, het besluit van Hoofdingelanden niet na te komen, te meer daar het werk is uitgevoerd onder toezicht van den opzichter van het Waterschap. Na eenige discussie over de uit voering van het werk zegt de Voor zitter ten slotte dat de pacht van het vischwater moet betaald worden en wat betreft de subsidie van den koker; zal spreker de rekening van het leggen van den koker inwachten, om deze daarna aan het College van Hoofdingelanden ter goedkeuring aan te bieden. Daarna wordt de begrooting in stemming gebracht en met 10 tegen 5 stemmen aangenomen. Voor stemden de heeren K. B. Lap, G. P. Witte, J, N. Kikkert, J. D. Witte. P. Witte, D. J. Bruin, J. P. Kikkert, H. J. Keijser, K. T. Bakker, J. S. Keijser en de Voor zitter. Tegen stemden de heeren C. S. Keijser, W. A. Eelman, J. J. Bakker en P. S. Koning, De begrooting wordt nu vastgesteld in ontvangst op f 127703. in uitgaaf op f 112791,19? Het batig saldo op f 14911.80} Sluiting.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1913 | | pagina 4