Illl
IrBr)
N°. 2688.
Donderdag 10 Juli 1913.
26ste Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Ui tg. Firma LANGEVELD& DE R O O IJ, Parkstraat, Bdrg op Tex en.
Van week tot week.
TEXELSCHE COURANT.
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond
Abonnementsprijs per 3 maanden.
Voor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Advertentiëu vóór 9 nnr op den dag der nltgave
Prijs der Advcrtentièn.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedero regel moor 8 Ct.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bowysnummors 2 Cts. por nummer.
UITSLAG VERKIEZING.
Burgemeester en Wethouders der
Gemeente Texel maken bekend, dat een
afschrift van het proces-verbaal, vermel
dende den uitslag der op 5 Juli j.l.
gehouden stemming, ter verkiezing van
vier leden van den Gemeenteraad is
aangeplakt en voor een ieder ter Ge
meentesecretarie ter inzage ligt.
Texel, den 7 Juli 1913.
wBurgemeester en Wethouder vnd.
De Secretaris, Da Burgemeester,
JONKER. GAARL&NDT.
Herstemming voor den Gemeenteraad.
De Burgemeester der Gemeente Texel
brengt ter openbare kennis, dat op
Zaterdag, den 19 Juli aanstaande, van
des morgens acht tot des namiddags vijf
uren, de herstemming zal geschieden ter
vervulling van drie plaatsen in den
Gemeenteraad.
De candidaten, in alphabetische volg
orde zijn
BEUMKES, J.
BOON, Abr.
GRAAF, DE M. W.
OVER, H.
ROEPER, L. Jz.
ZIJM, C. Tz.
Tevens wordt de aandacht gevestigd
op artikel 128 van het Wetboek van
Strafrecht, luidende
„Hij die opzettelijk zich voor een
ander uitgevende aan eene krachtens
wettelijk voorschrift uitgeschreven ver
kiezing deelneemt, wordt gestraft met
gevangenisstraf van ten hoogste EEN
JAAR-"
Texel, den 7 Juli 1913.
De Burgemeester voornoemd,
GAARLANDT.
Eerste Snppletoir Kohier van den
Hoofdelijken Omslag.
Burgemeester en Wethouders der
gemeente Texel maken bekend, dat een
afschrift van het le suppletoir kohier
van den hoofdelijken omslag voor het
dienstjaar 1913 vanaf heden gedurende
vijf maanden ter gemeente-secretarie
voor een ieder ter lezing ligt.
Texel, den 5 Juli 1913.
Burgem. en Weth. voornoemd,
GAARLANDT.
De Secretaris, JONKER.
LANDWEER.
Overgang van het leger naar de Landweer.
De Burgemeester der Gemeente Texel
Gezien het 3de lid van 12 der Land-
weerinstructie I
Brengt ter kennis van belanghebbon-
den
lo. de dienstplichtigen bij de militie
te land, die in den loop van dit jaar eeD
achtjarigen dienst bij den militie hebben
volbracht of alsnog zullen volbrengen, dat
zijn in het algemeen zij, die behooren
tot de lichting van 1905 zullen op 1
Augustus a. s. overgaan naar de Land
weer, met uitzondering van hen, die
a. behooren tot een der bereden korp
sen, het corps Pantserfort Artillerie of
tot het Korps Torpedisten
b. die op 31 Juli a. s. in het genot zijn
van ontheffing van den werkelijken dienst
om het even of de ontheffing werd ver
leend als geestelijke enz., dan wel wegens
kostwinnerschap of om andere reden
van bijzonderen aard
2o. de dienstplichtigen, die uitstel
hebben genoten van eerste-oefening of
van verblijf onder de wapenen, gaan
evenveel jaren later naar de Landweer
over als het uitstel heeft geduurd
vroeger genoten ontheffing rekent echter
mede als diensttijd en brengt alzoo geen
vertraging in den overgang naar de
Landweer
3o. zij, die overgaan naar de Landweer
en binnen het Rijk eene bepaalde woon
plaats hebben, moeten zich voor 31
Augustus a. s. in persoon aanmelden bij
den Burgemeester hunner woonplaats en
bij deze aanmelding inleveren hun zak
boekje met daarin gehechten verlofpas
terwijl zij, die naar de Landweer over
gaan en na hunnen overgang daarbij
geen bepaalde woonplaats binnen het
Rijk hebben, of wel buiten het Rijk ver
blijf houden zich niet in persoon behoe
ven aan te melden, doch alsdan verplicht
zijn hun zakboekje met daarin gehechten
verlofpas bij aangeteekenden brief
waarin hun adres duidelijk en volledig
moet worden vermeld toe te zenden
aan den Burgemeester hunner laatste
woonplaats binnen het Rijk;
4o. zij, die op 1 Augustus a. s. naar
de Landweer overgaan, zijn van dien
datum af onderworpen aan alle voor
schriften voor de Landweer gegeven;
Vestigt met nadruk de aandacht op
de navolgende bepalingen der Landweer-
wet
Artikel 24. De verlofganger van de Land
weer meldt zich binnen dertig dagen na
den dag van zijn overgang naar de Land
weer of na dien waarop hem do verlofpas
is uitgereikt, bij den Burgemeester zijner
woonplaats aan, ten einde deze den verlof
pas, hem bij de Landweer of laatstelijk bij
de militie uitgereikt, voor gezien ot opnieuw
voor gezien teekene.
De verlofganger van de Landweer, die
buiten het Rijk woont ol verblijf houdt, of
die zich bij zijn vertrek met verlof buiten
het Rijk begeeft, kan, ter vervulling van
de verplichting in het vorig lid omschreven,
binoea den daarin vermelden termijn zijn
verlofpas bij aangeteekenden brief ter af-
teekeniug toezenden aan den Burgemeester
zijner laatste woonplaats binnen het Rijk.
De verlofpas wordt hem door dien Burge
meester bij aangeteekenden brief terug
gezonden.
Artikel 25. De verlo'ganger van de
Landweer, die zich in eene andere ge
meente gaat vestigeD, geeft daarvan kennis
aan den Burgemeester zijner woonplaats.
Binnen dertig dagen na den dag, waarop
hij bedoelde kennisgeving heeft gedaan,
meldt hij zich aan bij den Burgemeester
der gemeente, waarin hij zich vestigt, ten
einde deze 'Burgemeester zijn verlofpas
voor gezien teekene.
Artikel 27. De verlofganger van de
Landweer behoeft voor achtereenvolgend
verblijl buitenslands van langeren duur
dan een jaar, de toestemming van of van
wege Ouzen Minister van Oorlog.
Aan den verlofganger van de Landweer
die niet in verzuim is, wordt deze toestem
ming, wanneer zij gevraagd wordt en blijkt
noodig te zijn ter zake van uitoefening
van of opleiding tot betrekking, beroep
landbouw, handel of nijverheid of wel tot
verdere ontwikkeling en vorming op het
gebied vaD wetenschap of kunst in gewone
tijden niet geweigerd.
Bij de toestemmiog kan de verlofganger
worden vrijgesteld van de verplichting tot
deelneming aan de oefeningen in artikel
11 vermeld (herhalingsoefeningen), tot het
bijwonen van het bij artikel 29 omschreven
onderzoek en tot het komen in werkelijken
dienst in geval van oorlog, oorlogsgevaar
of andere buitengewone omstandigheden,
dan wel wegens de redenen in artikel 11
ter vermeld (handhaving of herstel der
openbare orde of rust enz.)
Aan de toestemming kunnen overigens
zoodanige voorwaarden worden verbonden
als het in belang van den dienst noodig
worden geoordeeld.
Artikel 28. De verlofganger van de Land
weer, die artikel 24, 25 ol 27 niet naloc-ft',
wordt in werkelijken dienst geroepen en
daarin gedurende ten hoogste eeDe tnaand
gehouden. De duur van dezen dienst wordt
bepaald door Onzen Minister van Oorlog,
die tevens het korps van het leger aan
wijst waarbij de werkelijke dienst moet
worden vervuld.
Zij, die familiebetrekkingen hebben, die
in het buitenland verbljji houden en in de
termen vallen van overgang naar de Land
weer, worden uitgenoodigd belanghebben
den te herinneren aan de bepaling van
artikel 24 bovengenoemd.
Texel, den 8 Juli 1913.
De Burgemeester voornoemd,
GAARLANDT.
28 Juni—5 Juli.
Wat nu Dat was wel inzonderheid de
vraag die in de afgcloopen week herhaal
delijk gehoord werd. Het heengaan van
het Kabinet Heemskerk is zoo goed als
een feit geworden, doch wie de tegen
woordige bewindslieden zal opvolgen ligt
voorloopig nog in het duister. Zal er een
concentratie- of een zakenkabinet komen
Het antwoord op deze vraag is nog niet
to gevcD, en evenmin valt er daaromtrent
nog iets zekers te voorspellen. Waar
schijnlijk zal veel afhangen van de houding
die de sociaal-democraten zullen aannemen.
Mr. Troelstra de leider dei S.D.A.P en voorz,
der Soc. Dem. kamerfractie is door H.M.
op het Loo ontvangen en mogelijk zal nu
wel spoedig blijken of de sociaal-democraten
al of niet bereid zijn de regeeringsverant-
woordolijkheid op zich te nemen. De kans
echter, dat ze bereid zullen zijn zitting in
het nieuwe Kabinet te nemen, lijkt ons
niet erg groot. Wel hebben ze voor zoover
ons bekend, nog niet pertinent geweigerd,
doch uit de uitspraak van den leider, hoe
voorzichtig ook gesteld, valt toch wel af te
leiden; dat deze niet voor een deelneming
der sociaal-democraten aan de regecring
gevoelt. In 6en interview dat mr. Troelstia
toestond aan een reporter van het Amster-
damsche persbureau Vaz Dias, en dat in
het Handelsblad gepubliceerd werd, liet
deze voldoende blijken, dat hy het'beter
acht dat er geen sociaal-democraten achter
de groene tafel komen. Hij voorziet, dat
het met de samenwerking niet al te vlot
zal gaan en meent dat een concentratie
kabinet beter zal zijn, waar de sociaal
democraten bereid zijn, dit steunen als het
wil zijn een kiesrechtkabinet, m.a.w. het
invoeren van algemeen kiesrecht op den
voorgrond zal plaatsen. Voor een dergelijk
concentratiekabinet schijnt mr. Troelstra
de toekomst volstrekt niet zoo slecht iu te
zien.
Intusschen bleef de vrijzinnige pers in de
afgeloopen week aandringen bij de sociaal
democraten om nu deze zooveel zetels in
de nieuwe kamer zullen bezetten, ook de
regeeringsverantwoordelijkheid te aanvaar
den. Sommige dezer bladen betoogen,dat
de vrijzinnigen niet de regeering moeten
aanvaarden als de sociaal democraten
weigeren. Ze geven dan liever de voorkeur
aan een zakenkabinet. Terwijl het vrij
liberaal orgaan, de Nieuwe Rott. Cour.
adviseerde, dat de vrijzinnigen slechts dan
een coDcentratiekabinet dienen te aanvaar
den als de sociaal-democraten zich schrifte
lijk verbinden dit te zullen steunen, ook wat
de begrootingen voor oorlog en marine
betreft.
Het zal waarschijnlijk nog wel eenige
dagen duren voordat de Kabinetscrisis
opgelost is. De besprekingen tusschen
H.M. de Koningin en haar raadslieden is
intusschen in vollen gaDg.
Over de oorzakeD, die geleid hebben tot
de nederlaag der rechterzijde bij deze ver
kiezingen is ook in de afgeloopen week in
de bladen nogal het een en ander gezegd.
En als een dier oorzaken is ook van
versohillendc zijde genoemd, de aangekon
digde Tariefsherziening. Dat deze thans
van de baan is, mag als zeker worden
aangenomen. Zelfs lijkt het niet onmogelijk,
dat de tariefsherziening als punt van het
antirevolutionaire programma zooal niet
geschrapt zal worden, dan toch voorloopig
buiten werking zal worden gesteld. Niemand
minder dan Dr. Kuyper zelf heeft de
wenschelpkheid daarvan dezer dagen in
„De Standaard" uiteengezet. De schrijver
legde er daarbfi den nadruk op, dat de
Tariefsherziening een landsbelang van
stoffelijke aard raakt, „Staat nu hier
naast aldus Dr. Kuyper onze roeping,
om in de eerste plaats het geestelijk
belang van ons volk voor te staan en
toonde de uitkomst van deze stembus, dat
we, door op de Tariefsquaestie eenzijdigen
nadruk te leggen, schade, ernstige schade
zelfs, aan de geestelijke belangen van het
volk berokkenen, dan zou het voortgaan op
den nu betreden weg ons vanzelf verboden
zijn." -
En hij adviseert ten slotte de Tariefsher
ziening los te laten tot tijd en wijle er een
kentering in de publieke opinie komt.
I-Ict lijkt ons niet onwaarschijnlijk, dat
de antirevolutionaire partij de wenk van
den leider ter harte zal nemen en de
Tariefskwestie door haar los gelaten zal
worden.
o-o—o-
De Duitsche rijksdag heeft den kanselier
en de regeering een genoeglijke vacantie
bereid, n. 1. door het met groote meerder
heid aannemen van de nieuwe leger wetten
en de dekkingsoniwerpen. Dit resultaat zal
de regeering des te aangenamer zijn ge
weest, waar ze niet zonder veel strijd ver
kregen werd. Inzonderheid de minister van
oorlog heeft voor heete vuren gestaan en
menige heftige uitval der uiterste rechter
zijde had hij te pareeren. Een onaangename
taak was de zijne voorzeker, want geen
enkele partij was met de voorstellen van
gaDScher harte ingenomen. De sociaal
democratische wel het allerminst, maar ook
niet de conservatieve die de voorgestelde
legeruitbreiding nog niet eens voldoende
achtte en voorts niets wilde weten vaD de
wijze waarop de regeering de uitgaven wilde
dekken. Het Centrum, dat de conservatieve
belastingpolitiok tot nog toe trouw steunde
liet de conservatieven bij deze gelegenheid
in den steek en sloot zich aan bij de bur
gerlijke partijen. Er kwam een -compromis
tot stand waardoor de vermeerdering van
het vermogen, het inkomen en bet kinder
lijk erfdeel zullen worden belast. En Von
Bethmann sloot zich daarbij aan, zoodat de
conservatieven vrijwel alleen staan bleven.
Den laatsten dag voor de eindbeslissing
kwam er echter een leelijke kink in de kabel
welke geheel en al te wijten was aan de
middeleeuwsche militaire rechtspleging.
Juist toen de regeering meende dat baar
voorstellen er heel goed voorstonden, kwam
een militair vonnis de aandacht van den
Rijksdag vragen, een vonnis zoo onmensche-
lijk als men zich nauwelijks kan voorstellen.
Een 7-tal reservisten die inspectie gemaakt
hadden, waren onder den invloed van den
drank geraakt en hadden in een dorpje bij
Erfurt den boel opgeschept. Zij verzetten
zich daarbij tegen de politie en moesten
gevonnisd worden door den militairen rech
ter omdat ze bun misdrfif gepleegd hadden
op een oogenblik, dat ze den militairen