N° 2830 Donderdag 19 November 1914. 28st# Jaargang Nieuws- en Advertentieblad. Bib nen. Van week tof week Oit blad verschijnt Woensdag;- en Zaterdagavond Advertentiöu vóór 9 uur op den dag der uitgave ABONNEMENTEN en ADVERTENTIEN worden aangenomen bij de üitg. Firma LANGEVELD& DE ROOI.T, Parkstraat, Burg op Tex el. 7—14 i\ov. De kwestie „Oorlogsleening of vermogens- afstand begint meer en meer de gemoe deren ten onzent bezig te houden en in de laatste dagen werd er dan ook menig artikel in bladen en tijdschriften aan gewijd. De zaak is van niet gering belang, waar het gaat om een zeer belangrijk bedrag dat de regeering met het oog op den abnor- malen toestand noodig heeft, zoodat het. geen verwondering behoeft te wekken dat de kwestie' niet alleen bestaat voor de heeren politici en politieeerende redacteuren van dagbladen, maar meer en meer ook de aandacht van „het publiek" begint bezig te houden. Het eigenaardige is intusschen dat het wetsontwerp waardoor zooveel pennen in beweging worden gebracht, nog niet eens bij de Staten-Generaal is ingediend. Wel is het echter bjj den Raad van State aanhangig gemaakt en men mag derhalve verwachten dat de inhoud binnenkort zal worden gepubliceerd, waarbij dao zal kunnen blijken of minister Treub al of niet eenige rekening heeft gehouden met de bezwaren van de tegenstanders van een oorlogsleening. Met belang stelling mag het ontwerp worden tegemoet gezien. Intusschen is het voor de regeering te hopen, dat d6 ontvangst wat gunstiger zal zyn dan die het uitvoer-ontwerp dezer dagen in de afdeelingen der Tweede Kamer te beurt schijnt te zijn gevallen. Volgens een bericht was de ontvangst ongunstig en wacht de regeering waarschijnlijk daar over nog al eenigen strijd in het parlement. Of zulks onder de gegeven moeilijke om standigheden gewenscht is, is een andere vraag. o-o—o— Wij merkten reeds meer dan eens op hoezeer de economische toestand in ons land gedrukt wordt door de benarde tijds omstandigheden. Vooral de handel klaagt en met reden, want de belemmeringen die de oorlogvoerende staten onze handels beweging in den weg legden zijn niet gering, Verschillende takken van het zakenleven zijn zoo goed als lam geslagen. Voor andere Deutiale landen geldt dit evenzeer, maar Nederland wordt zeker wel het zwaarst van alle getroffen. De buiten handel van Nederland was tot voor den oorlog van groote beteekenis, doch waar deze voor een groot deel berustte op de bezorging van het goederenverkeer met de oorlogvoerende staten, niet het minst met Engeland en Duitschland, daar is daarin bedenkelijke daling gekomen. Bovendien is de zee door de dreigende mijnen zeer onveilig geworden waardoor de handel die over zee plaats heeft zeer bemoeilijkt wordt en de viachten abnormaal hoog zijn ge stegen, terwijl ook de vischvangst zooveel gevaren medebrengt dat deze belang rijke tak van ons volksbestaan ernstig be moeilijkt wordt. In de Skandinavische rijken ondervindt men al hetzelfde eri~de ontstemming over den uiterst schadelijken toestand heeft er zelfs van ofiicieele zijde uitdrukking ge kregen. De regeeringen van Zweden, Noorwegen en Denemarken hebben een gezamelijke protestnota tot de betrokken staten gericht, waarin geprotesteerd wordt tegen oen aantal door dezen genomen maatregelen ter zee waardoor de uit- en invoer in die landen al te zeer bemoeilijkt wordt. Wat de reden is geweest, dit men ons land niet tot aansluiting aan dit protest heeft gevraagd, valt niet -èe zeggen. Voor Nederland gelden de bezwaren vooral niet minder dan daar. Of is onze regeering misschien w e 1 gevraagd en heeft ze geweigerd aan de actiQ der Skandinavische neutralen deel te nemen Mogelijk dat we er ter zijner tijd wel meer van hooren. —o o—o De veronderstelling is niet te gewaagd, dat de oorlogvoerende Staten zich voorloopig wel niet veel aan protest-nota's van kleine neutralen zullen storen, waar de toestand op de oorlogsterreinen al hun aandacht vraagt en de zware kamp schier al hun krachten vordert Want met den dag wordt het duidelijker hoe zwaar de strijd is voor alle partijen en hoe het einde nog ver, schier eindeloos ver verwijderd is. Reeds 37° maand beeft de volkerenstrijd nu in groote felheid gewoed en nog steeds is het als bij den aanvang: Wie als over- wionaar uit de worstelkamp te voorschijn zal treden weet niemand. Millioenenlegers worstelen met elkander en nooit was er een strijd waarin met zoo groote verbittering gestreden werd. Men gewent aan den toestand, men praat soms over den oorlog als over een dood gewone zaak zelfs begint nu en dan onze aandacht voor het groote ontzagwekkend gebeuren te verflauwen totdat een of ander belangrijk feit op het oorlogstooneel de spanning helleven doet. Dit laatste was ook weer in de laatste dagen het geval. De krijgsbedrijven in West-Vlaanderen schenen een wending te nemen en in spanning ging de blik weer naar de boorden van den User, waar de Duitsche legerscharen zich met doodsver achting wierpen op de stellingen der ge allieerden. De kreet „Naar Calaisleefde op aller lippen, maar ze werd duizendvoudig gesmoord in bloed. Aanvankelijk scheen een beslissing Dabij. De gedachte vatte post, dat de krachtige aanvallen der Duitschers den tegenstand der geallieerden zou breken. Yperen en Dixmuiden vielen, op enkele plaatsen moesten de verbondenen over den User terugwijken, de Duitschers maakten merkbaar vorderingen. Zoo geweldig en omstuimig waren hun aanvallen, dat sommige vooruitgeschoven afdeelingen der geallieerden, die den schok niet konden doorstaan den tijd misten om zich achter nieuwe dekkingen terug te trekken. Zoo maakten de Duitschers nu eens zooveel honderd dan weer zooveel honderd krijgs gevangenen. De meening begon post te vatten, dat dit het begin was van een beslissende doorbraak. En toch is deze tot héden uitgebleven, een beslissende wendipg heeft de strijd nog niet genomen, hoe bitter en hevig hij ook moge zijn geweest. En in onverminderde kracht blijft het zoo nog doorgaan; Aan beide zijden heeft men versche troepen in het vuur gebracht en deze geweldige wor steling in West-Vlaanderen heeft nog steeds geen einde genomen en evenmin een be slissing gebracht. En ook naar het Oosten ging de blik in de laatste dagen en de gebeurtenissen die daar plaats grepeD, deden meer dan eens de vraag rijzen, wat de komeDde dagen zullen brengen. De Russen drongen in de laatste dagen nog steeds vooruit, maar thans schijnt er, voorloopig althans, een einde te zijn gekomen aan hun opmarsch, behalve dan in Galicië waar de Oostenrijkscbe troepen nog steeds moeten terugtrekken en de Russen reeds meer en meer Krakau naderen. In Polen en Oostpruisen hebben de Duitschers echter hun terugtocht gestaakt en blijkbaar wachten ze thans in vooraf gereedgemaakte stellingen den nieuwen aanval der Russen af. Volgens berichten uit Petersburg hebben do Duitschers in Oostpruisen blokhuizen voorzien van kanon nen ter verdediging opgericht en hebben ze zells zwaar vestinggeschut uit Konings bergen laten aanrukkeu om den opmarsch der Russen te stuiten. Ook aan de grens in Polen hebben de Duitsche troepen zich sterk verschanst. Hevige veldslagen staan in het Oosten thans weer voor de deuren het is duidelijk genoeg, dat de Russeu nog een heel zwaar werk zullen hebben te verrichten voor het hun gelukt den weg naar Berljjn te vinden, als ze daarin ooit mochten slagen. Overigens valt er beden weinig nieuws te kronieken. We zouden melding, kunnen maken van de gevechten tusschen de Russen en Turken, maar veel hebben deze nog niet te beteekenen. En van die in Servië, over de resultaten waarvan de Oostenrijksche comminiqué's zoo hoog opgeven, misschien wel om de aandacht van den dreigenden opmarsch der Russen wat af te leiden, valt ook al niet veel bijzonders te zeggen. De Sultan van Turkije heeft den heiligen oorlog geproclameerd, maar of de groene profetenvaan ovoral ontrold zal worden, valt nog geenszins te voorspellen. De En- gelsche bladen stellen hun lezers zooveel mogelijk gerust. Wat er eigenlijk in Zuid-Afrika geschiedt, men niet al te juist, nu men afmoet gaan enkel op berichten uit Engelsche bron, die den toestand wel Diet al te donker ge kleurd zullen voorstellen. De Engelsche berichtgever acht het blijkbaar niet van belang ontbloot, zelfs melding te maken van de onbeduidendste schermutselingen als daarbij een paar Boeren worden gevan gen genomen. --0—o o Op zee hadden de Duitschers een kwade week. Want het is niet meer Und die Emden eilt durch das Indische Meer Und die blaueu Jungens freuen sich sehr Het liedje waaraan deze beide regels ontleend zijn, dat we dezer dagen in een Dnitsch blad aantroffen, heeft met de vele anderen die de vermetele „Emden" werden gewijd, zijD beteekenis thans verloren.'t Is uit met de streken vun de cEmden" die thans ver van het Duitsche vaderland al3 een waardeloos wrak op de rotsen ligt. De kleino moderne kruiser is eervol in den strijd gebleven en als er in deze dagen een juichkreet in de Engelsche handelskringen is opgegaan bij het hooren van de tijding, dat de Australische kruiser „Sidney" er in geslaagd was de gevaarlijke „Emden" on schadelijk te maken, dan lag daarin teveDS een hulde zij het ook nog zoo onge meend aan de krygsverdiensten van den Duitschen kapitein Von Müller die met weergalooze stoutmoedigheid jacht maakte op de schepen vau Duitschlands vijanden en die met zijn voortreffelijke „Emden" den Engelschen handel voor meer dan 50 miljoen schade beeft weten te berokkenen in weinige weken tijds. In Londen was men zeer verheugd toen de tijding kwam, dat de „Emden" onscba delijk was gemaakt. En geen wonder. Weken aaneen is ze de nachtmerrie geweest van alle Engelsche zeevarenden, die zich in de Indische wateren moesten ophouden. En zoo erg werd het ten slotte, dat de Engelsche admiraliteit een eskader moest uitzenden om den vluggen en stoutmoedi- gen tegenstander op te sporen en onscha delijk te maken. Het hoeft heel wat moeite gekost het „wild" op te sporen, maar ten slotte is het Australische oorlogssship „Sidney" er in geslaagd met het bekende gevolg. Men mogo over den oorlog donken als men wil, de daden van den commandant van de „Emden" getuigden van groote koelbloedigheid en durf, waarvoor zelfs de Engelsche pers hem lof toezwaait. On wille, keurig roepen zpn daden de herinnering op aan bekende helden uit Neerlauds geschie denis en dö naam van kapitein ter zee Von Müller zal in het geschiedboek van dezen wereldoorlog met eere worden ver meld. Nog vóór hij zijn schip den vlam- mendood moest w\jden schonk de Keizer hem het IJzeren Kruis le en 2e klasse, en zelfs al zouden wo met een Ten Kate in den laatsten tyd meer dan eens hebben gezegd W\j eeren niet den roem door 't moordend staal verkregen, toch gevoelen we wel eenigen eerbied voor mannen als deze, die trouw aan Keizer en Rijk, eigen leven niet achtend, de oude deugden van moed, beleid en trouw in kloeke dad6n eereD. Behalve de „Emden* is ook de Duitsche kruiser „Königsberg" in handen zjjner ver volgers gevallen. Ongetwijfeld een belang rijk succes voor de tegenstanders van Duitschland en 'tis te begrijpen dat men er te Londen zeer mee ingenomen is. Er zwerven nu nog enkele Duitsche oorlogs schepen hier en daar op de groote wateren maar de jacht wordt voortgezet en zelfs Japansche oorlogsschepen hebben zee ge kozen om de Duitschers op te sporen. Reeds werden de „Japs" in de Chileensche wateieD opgemerkt. 'tls alleszins te begrjjpeD, dat de onder gang van de „Emden" en van de „Königs berg" in Duitschland met groot leedwezen is vernomen. TEXEL, 18 November 1914. Het Nut. Goed en goedkoop voedsel past ieder die met beperkte middelen een gezin moet voeden, en de huidige omstandig heden zijn zeker bevorderlijk geweest voor de belangstelling in het onderwerp. Klokke zeven was de groote zaal van de Vergulde Kikkert Maandag voor een goed de9l met bezoeksters (gevuld, het tooneel herschapen in een kookinrich ting, die na een inleidend woord van den voorzitter van het NutsdepartemeDt de heer Kuperus, in werking werd ge steld. De spreekster van den avond, Mej. Hillebrand, leerares in koken en voe dingsleer, deelde mede, dat dezen avond geen wijsgeerige beschouwingen over het voedingsvraagstuk zouden worden gehouden, doch slechts een huiselijk praatje, toegelicht met kookproeven, waarvoor hare assistente Mej. Vos haar terzijde stond'. Het ging recht huiselijk toe, m9j. Hil lebrand bleek de gave van het woord te hebben en na een woordje te hebban gewijd aan de mobilisatie en de aan kleve van die, begon zij met op bevatte lijke wijze het gebruik van de hooikist te dsraonstreeren, die èn om het g-unak èn om de besparing van brandstof in geen gezin zou mogen outbroken. Voor hen die het gebruik van dit oude keukeninstrument nog niet kennen, Abonnementsprijs per S maanden. Voor den Borg 30 Cts. Franco pes- post door ge heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere landen met verhooging der porto's. Prijs de>- Advcrtentièn. Van 1 tot 5 rogels 30 Cts. Iedere rogel moer 6 Ct. Grooto letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1914 | | pagina 1