N° 2838 Donderdag 17 December 1914. 288te Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
Van week tot week
Dit blad verschijnt Woensdag;- en Zaterdagsavond
Advertentiën vóór 9 nar op den dag der uitgave
Abonnementsprijs per 3 maanden.
Voor ben Borg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Na»r Amerika en Andere
l-.nden met verhooging der porto's.
COURANT.
Prijs der Advertentièn.
Ven 1 tot 5 rogels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Ct.
Groote letters en Vignetten worden nAAr plAAtsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIEN worden aangenomen bij de Uiig. Firma LANGEVELD& DE ROOI.T, Parkstraat, Burg op Te x e l
Toelating van nieuwe leerlingen op de
o.l. school m.u.I.o. te den Burg,
Burgemeester en Wethouders van
Texel brengen ter kennis van belang
hebbenden, dat op 1 Januari a.s. nieuwe
leerlingen op de o. 1. school m. u. 1. o. te
den Burg kunnen worden toegelaten,
die op dien datum den leeftijd van 5
jaar en 6 maaDden hebbeo bereikt.
De aanmelding moet geschieden bij
het hoofd der school vóór 24 Dec. a. s.
onder overlegging van het vaccinebewijs.
Texel, 14 Dec. 1914.
Burgem. en Weth. voornoemd,
GAARLANDT.
De Secretaris, JONKER.
Begrafeuisrecht.
Burgemeester en Wethouders van
Texel
Gelet op art. 5 der Verordening op
de heffing van begrafenisrechten
herinneren houders van het recht om
voor den tijd van tien jaren, met uit
sluiting van andereu, in een grafstede
op de Algemeene Begraafplaats der Ge
meen te, lijken te begraven, aan de be
paling, dat, na afloop van gemelden
tijd, voor het behoud van het genoemde
recht, weder voor den tijd van 10 jaren,
twee gulden en vijttig cents zal moeten
worden betaald.
Bij verzuim van betaling, binnen 3
maanden na verloop van de 10 jaren,
zal het voornoemde recht zijn vervallen
en de grafstede weder geheel ter be
schikking der Gemeente komen.
Texel, 14 Dec. 1914.
Burgem. en Weth. voernoemd,
GAARLANDT.
De Secretaris, JONKER.
5—12 Dec.
Zelden zullen met meer belangstelling
de beraadslagingen onzer Volksvertegen
woordiging zijn gevolgd Jan in de laatste
dagen Niet alleen doordat de gebeurtenissen
op bet groote oorlogstooneel minder span
nend waren, maar vooral, omdat het de
belangrijke vraag gold, hoe ons land in
de buitengewone kosten die een gevolg zijn
van den oorlogstoestand, vooreerst zal
voorzien. De oorlogsleening van minister
Treub was aan de orde, het ontwerp waarbij
deze bewindsman machtiging vroeg om
een leening van 275 millioen te sluiten,
zooals men weet.
Mot 61 tegen 22 stemmen heeft de
Tweede Kamer het ontwerp van den mini
ster aangenomen. De stemmenverhouding
doet zien dat minister Treub niet zonder
stryd zijn plan er door gekregen heeften
we gelooven dat onder andere omstandig
heden de stemmen nog anders verdeeld
zouden zijn geweest. De overtuiging bij
tal van Kamerleden, dat in deze bewogen
tijden niets ongewenschter moet worden
geacht dan een Kabinetscrisis, dat zelfs
reeds verschil van meening tusschen
regeering en volksvertegen woording thans
zooveel mogelijk moet worden voorkomen,
daar de nood der tijden meer dan ooit een
beroep doet op de eendracht der natie, heeft
ongetwijfeld zeer medegewerkt tot het
succes van den minister. Op grond van
de vele bezwaren in de Kamerzittingen
ter tafel gebracht mag echter veilig worden
aangenomen dat de 61 tegen 22 Diet de
juiste gezindheid der Kamer weergeeft.
Ware de minister niet tot een vergelijk
gekomen met de Commissie van rappor
teurs, waarin hij eenigermate aan do-
bezwaren van de tegenstanders der oorlogs
leening tegemoet kwam, dan zou de uitslag
ongetwijfeld een geheel andere zijn geweest.
Thans echter wilde menig lid liever een
klein offer aan zijn overtuiging brengen
dan een crisis uitlokken, die in dezen tijd
al zeer bedenkelijk zou zijn geweest. In
normale omstandigheden is een meerderheid
van 39 stemmen zeker een mooie meerder
heid, maar thans kan het slechts een matig
succes genoemd worden. En het moet den
minister wel inzonderheid getroffen hebben
dat juist de personen, die hem iD politieke
inzichten het naast staan, juist zijn geest
verwanten, de vrfjzinnig-democraten, thans
bijna als één man tegen hem partij kozen
en niet te bewegen wareu hun stem aan
zijn ontwerp te geven. Dit ontwerp
heeft den minister ongetwijfeld van een
deel der vrijzinnigen vervreemd.
Voor over het ontwerp zelf gestemd werd
kwam een amendement-Vliegen in stem
ming, dat beooogde om in de wet vast te
leggen, dat na 3 jaar de leening door een
heffing zou worden vervangen, doch de
minister had zijn „onaannemelijk" er over
uitgesproken en met 59 tegen 23 stemmen
volgde de verwerping. Daarna onderging
met 42 tegen 40 stemmen een amendement
van de heeren Bos en de Meester, dat geen
aflossiDg wilde doen plaats hebben in de
eerste drie jaren, hetzelfde lot. En toen
volgde de aauneming van het ontwerp.
Ongetwijfeld heeft de kracht waarmede
de heer Treub zijn ontwerp verdedigde,
waarbij hij zijn groote spreekgaven meester
lijk ontplooide en hij in zijn volle kracht
stond, niet nagelaten indruk op de Kamer
te maken, Een man met die gaven en met
zoo reusachtig groote werkkracht en
benijdenswaardige werklust zou men toch
zeer ongaarne missen. En inderdaad, deze
bewindsman, die zich sterk genoeg gevoelt,
om ons land door de groote financieels moei
lijkheden van dezen en den eerstkomenden
tijd heen te brengen naar een betere toe
komst, kan bezwaarlijk gemist worden.
Blijkens zijn mededeelingen in de Kamer
heeft hij reeds nu een heel stel plannen
tot belastinghervorming in bewerking en
daaronder ook, die betrekking hebben op
de hoogere uitgaveo, die de verdediging
van land en koloniëD iD de toekomst zullen
vragen en die speciaal het vermogen zullen
drukken zooals de minister aangaf.
Iutusschen, het leeningsontwerp is door
de Tweede Kamer aangenomen en 't is te
verwachten dat over enkele dagen ook de
Eerste Kamer er haar goedkeuring aanzat
hechten. Dan is het woord aan onze land-
genooten, die meer of minder in de melk
hebben te brokkelen. We vertrouwen dat
zij hun plicht zullen kennen en de by de
wet vastgestelde dwangmaatregel vaneen
gedwongen leerling buiten werking zal
kunnen blijven. Ook al omdat die plicht
ons niet zoo zwaar lijkt pij een rentevoet
van 5 proceut.
De Kamer maakt zich thans gereed voor
de behandeling van de Staatsbegrooting.
Of ze daarmee nog tegen Kerstmis of nieuw
jaar gereed komt valt te betwijfelen, maar
in elk geval kan worden gezegd, dat van
den Godsvrede nog zooveel bewaard is ge
bleven, dat er geen algemeene beschou
wingen zullen worden gehouden. En als
de heeren bij de behandeling van de arti
kelen de vredesidee trouw voor oogen
houden, wie weet
—o—o—o—
In den tragen gaDg der krijgsbedrijven
is ook in de laatste dagen nog geen ver
andering gekomen. Er is dan ook thans
nog geen melding te maken van beslissingen
die voor den verderen loop der gebeurte
nissen van belang geacht kunnen worden,
Zelfs op het oostelijk oorlogsterrein waar
inzonderheid in Polen en Galicië een hevige
strijd tusschen reusachtige legermachten
gaande is, al dagen lang, is nog geen be
slissing van belaDg gevallen. Wel valt uit
de berichten af te leiden dat van weerszijden
met weergalooze hardnekkigheid gestreden
wordt en dat in weinige dagen tjjds ontzag
gelijke aantallen menscheDlevens vernietigd
zijn. En nog altijd loeit de oorlogsorkaan
er voort. In Polen schijnen de Russen
zich slechts met moeite staande te kunnen
houden, maar in Galicie maken ze het de
Oostenrijkers zeer moeilijk. Men krijgt
eenigszins den indruk dat de Russen vooral
hun krachten concentreeran op Krakau en
dat de Oostenrijksch-Duitsche legermacht
langzaam teruggedrongen wordt. Doch
helder is de toestand er Diet, eveDmin als
in Polen en OostpruiseD. In ieder geval
kan nog niet worden gezegd, dat de Rus
sische overmacht zich heeft kunnen laten
gelden.
In het westen is de toestand nog vrij
wel onveranderd. Beide partijen zeggen
hier en daar vorderingen te maken, doch
belangrijke successen kon nog geen der
partijen boeken. Dat er voortdurend ge
vochten wordt en dikwijls zeer hevig blykt
voldoende uit de berichten. En dat er ont
zettend geleden wordt en er dagelijks de
dooden bij honderden vallen is gemakkelijk
na te gaan. Hoe lang nog?
De aandacht voor de krijgsbedrijven te
land werd in de laatste dagen afgeleid door
oorlogsgebeurtenissen ter zee. Bij de Falk-
landeilanden heeft een belaDgryk zeege
vecht plaats gehad tusschen een jEngelsch
eskader en een aantal Duitsche schepen die
bij het uitbreken van den oorlog in de
koloniale wateren vertoefden en niet meer
in de gelegenheid waren binnengaats te
komen. De Duitsche vloot heelt door dit
zeegevecht een harde klap gekregen want
niet minder daD een 4 tal Duitsche kruisers
de „Gneisenau", de „Scharnhorst", de „Leip
zig" en de „Nürnberg» werden door de
Eagelschen tot zinken gebracht. Men is te
Londen over dit succes der Engelsche vloot
in de wolken, en waarschyulijk niet alleen
omdat het verlies van een 4 tal kruisers
voor de Duitsche vloot geen kleinigheid is
maar inzonderheid, omdat de Engelsche
vloot zoo schitterend révancbe heeft ge
nomen over den nederlaag, die ze voor
eeDigen tijd tegen dit zelfde Duitsche es
kader in de PeruaaDScbe wateren leed. De
smaad van dien nederlaag is thans uitge-
wischt en admiraal Frediich Sturdee, die
het Engelsche eskader aanvoerde, is thans
de held van den dag.
De bijzonderheden omtrent dezen zeeslag
ontbreken nog en in hoeverre hier van een
overweldigend succes der Engelsche vloot
kan worden gesproken, moet nog nader
blijken. Waarschijnlijk toch is de overmacht
der Engelschen zeer beduidend geweest,
omdat volgens de berichten uit Londen het
Engelsche eskader geen noemenswaardige
verliezen heeft geleden. Vrij zeker beeft
de admiraal een eskader van zware schepen
onder zijn bevelen, w. o. vermoedelijk draed-
noughts die door hun ver dragend geschut
den Duitschers geen gelegenheid over lieten
tot een aanval. Men komt tot die veronder
stelling doordat de „Gneisenau" eD „Scharn
horst" beide ook betrekkelijk zeer groote
schepen waren.
Het is stellig een zwaar verlies dat de
Duitschers hebben geledeD. Nietnll66D ver
tegenwoordigden de gezonken scbepon een
groot bedrag aan geld, maar bovendien zijn
er tusschen 2 en 3000 jonge Duitsohe zee
soldaten in den strijd omgekomen. Het
aantal rouwdragende gezinnen in Duitsch-
land is weer met eenige duizenden ver
meerderd. De oorlog is afschuwelijk.
Het Engelsche eskader zet tbaDS de jacht
voort Daar de vier andere schepen die nog
overgebleven zijn, de beide kruisers „Karl-
ruhe" en „Dresden" en de beide hulp
kruisers „Kronprinz Wilhelm^ en „Eitel
Friedrich".
o-o—o
Er is in de laatste dagen ook eens weer
de aandacht gevraagd voor de] belangrijke
vraag, hoe het staat met de houding van
Italië.
De Italiaansche Kamer heeft namelijk
haar arbeid hervat en bij de opening der
zitting, heeft de minister-president Salandra
eon rede gehouden, die zeer de aandacht
heeft getrokken.
Salandra sprak namelyk over den oorlog
en wat daaraan is voorafgegaan Het uit
breken van deD oorlog kwam voor Italië
onverwacht, en zonder dat het daarin eenig
aandeel of afspraak had. De regeering had
toen te overwegen of de verdragsbepalingen
Italië tot deelneming aan den oorlog dwon
gen. Doch, vervolgde SalaDdra de
meest nauwgezette toetsing van letter en
geest der bestaande overeenkomsten en de
kennis van de oorzaken en het oogen-
schijnlijke doel van den oorlog hebben ona
tot de eerlyke en vaste overtuiging gebracht
dat wij niet verplicht waren er aan deel
te nemen.
iDtusschen lieten zich ook voor Italië de
gevolgen van den oorlog voelen en heeft
Italië thans levensbelangen die het moet
beschermen en rechtmatige aanspraken die
het moet doen gelden. Daarom moet Italië'a
onzijdigheid niet werkeloos en lijdzaam zijn,
doch eeo krachtig gewapende onzijdigheid
welke tegen elke mogendheid is opgewas-
schen. DaaraaD, verklaarde Salandra
heeft de Italiaansche regeering haar volle
aandacht gewijd. De gebeurtenissen van
den jongaten tijd hebben haar overtuigd,
dut als de heerschappij van het recht op
houdt, alleen de kracht een waarborg blijft
voor het welzijn van het volk, de georga
niseerde en met alle kostbare technische
hulpmiddelen toegeruste menschelijke
kracht.
Deze woorden van Salandra werden door
het parlement geestdriftig toegejuicht.
Over het voorspel van den oorlog heeft
SalaDdra eenige merkwaardige dingen mee
gedeeld. Daaruit bleek dat de Italiaansche
regeering de Oostenryksche destijds, in
overweging heeft gegeven, wat gematigder
eischen aan Servie te stellen, om te voor
komen dat Rusland tusschen beide trad.
In Weenen antwoordde men echter dat
Rusland voor den oorlog niet gereed was.
De Italiaansche regeering wist evenwel
beter, maar kreeg toen de verzekering uit
Weenen, dat Duitschland aan den oorlog
zou deelnemen indien Rusland tusschen-
beide kwam. Daarop wees de Italiaansche
minister de regeeringen te Berlijn en
Weenen er op, dat Engeland niet buiten
den strijd zou blijven als DuitschlaDd aan
de actie tegen Rusland deelnam. De Duitsche
en Oostenrijksche regeeringeu verklaarden
echter, dat zy overtuigd waren, dat Enge
land op het laatste oogenblik de risico niet
zou aandurven zich in den oorlog te men
gen. Naar de verdere waarschuwingen van
Italië werd niet geluisterd
Nog vermelden we dat de woordvoerders
der verschillende partyen in de Italiaansche
Kamer de politiek der regcering goed
keurden.