N° '2847 Zondag 24 Januari 1915, 28st* Jaargang Nieuws- en Advertentieblad. Land- cd Tuinbouwbrieven. Binnenland. Gemengd Nieuws. Uit hlad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond Abonnementsprijs per S maanden. V oor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere Unden met verhooging der porto's. Advertentiën vóór 9 unr op den dag der uitgave Prijs der Advertentièn. Van 1 tot 5 regels 30 Cts. ledore regel meer 8 Ct. Grooto letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 3 Cts. per nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIEN worden aangenomen bij de Uitg. Firma LANGEVELD& DE R O O IJ, Parkstraat, Burg op Te x k l XLIX. Koude bakken voor de groenteteelt. ijle den vorigen brief beschieven wij den lanleg van een kouden bak. Thans zullen ivij eens nagaan, op welke wijze de lief hebber van zijn bak een nuttig gebruik kan maken. Zaak is vooral, dat de bakgrond «eer vruchtbaar zij. Mocht men over stalmest beschikken, dan zouden wij in dit geval hieraan de voorkeur geven. Anders strooit men per raam 1,5 ons superphos- pbaatl,5 ons patentkalien 1 ons zwavelzuren ammoniak uit, 't welk men goed met den grond vermengt. i Men kan dan in de eerste plaats in den kouden bak verschillende jonge groenten zaaien met de bedoeling deze uit den bak zelve te oogsten. Spinazie, radijs, snij- en kropsla, worteltjes en raapstelen vallen iervoor in de termen. Men kan deze jroenten op het eind van Januari in den bak uitzaaien. Al deze groenten worden dit den bak zelf geoogst, behalve een deel van de sla, welke men later in het voorjaar in April uitpoot. De planten, die men in den bak zelf laat kroppen, levert dan de eerste sla, tenzij men ook beschikte over overwinterde slaplanten, waai over hieronder nader. Hierop volgen de uitgeplante en ver volgens het eerst6 zaaisel in den vrjjen grond. Ook leent de koude bak er zich uitste kend voor om doppers, peulen en zoo ge- wenscht tuinboonea in bet voorjaar reeds in Februari te doen voorkiemen Men legt de erwten en de boonen dicht bijeen in den bakgrond, die men er ter dikte van ongeveer 3 cM. overstrooit. Zijn de zaden ekiemd en komt het neusje boven den grond dan is het zaak de plantjes door veel lichi en niet te warm laten worden van den bak kort te houden, zoodat men -later sterke gedrongen planten in den vrijen grond kan overzetten. Vroeger, toen wjj al eens schreven over verplanten van groenten, hebben wij er op gewezen, dat men op die wijze niet alleen vroeger maar I'gewoonlijk ook aanmerkelijk meer kan iioogsten dan van onverplante boonen en erwten. In den zomer bewijst de koude bak ons geheel dezelfde diensten als in het voorjaar. Sla- en snijboomen kunnen dan deels voorgekiemd worden, om later buiten te i worden uitgeplant, deels in den bak zelf de eerste boontjes leveren. In bet laatste geval kan men natuurlijk alleen van stamvariëteiten gebruik maken. Verder wordt ook de eerste postelein en i worden de eerste komkommers uit den bak i geoogst, terwijl van het laatste gewas het aankweeken van jonge planten altijd het best in den bak geschiedt. De teelt van komkommers in den bak geeft gewoon lijk echter nogal veel zorgen van snoeien, gieten en vooral van luchten en zorgen voor te sterke zonnehitte, zoodat wij meer heil zien in het aankweeken van jonge planten in den bak, dan wel in de bak- 'cultuur zelf. Mocht men evenwel hiertoe willen overgaan en met eenige moeite is het gelukkig best te leeren dan kieze men vooral soorten die zich in de eerste plaats voor bakcultuur leenen. Dit geldt trouwens voor meer gewassen. We willen geen variëteiten opnoemen, doch uitsluitend verwijzen naar de prijscouranten onzer talrijke firma's in tuinzaden. Tegen den nazomer laat zich in den bak nogeens spinazie zaaien voor herfst gebruik. Boven dien zaait men dan slaplanten, die men gedurende den winter in den bak overhoudt. Deze planten, „weeuwen" geheeten kunnen voorjaars vroeg uitgeplant worden en leveren, den eersten slaoogst. Verder kan men in den herfst de laatste andijviekroppen voor den winter in den bak overplanten om ze zoo voor vorst te vrjj waron om zoodoende nog laat de groente versch te kunnen eten. Men ziet, in een eigen tuin, is van een kouden bak genoeg voordeel te behalen In het eerst zal men evenwel fouten maken, maar de onmisbare ervaring doet tenslotte wel het juiste gebruik leeren. H. v. S. TEXEL, 28 Januari 1915. Onder leiding van Ds. en Mevr. Glas - Houtema werd te Oudeschild op 17 Jan. j.l. een Zondagsschool opgericht. Het aantal leerlingen bedraagt aanvan- kelik 15. Op de beide volgende Zon dagen bestaat nog gelegenheid tot in schrijving, daarna eerst weer met April. (Ingez.) Het hooge water. Uit tal van streken van ons land komen berichten van hoogeD waterstand. Aan een Friesche correspondentie in de „Tel." ontleenen wij „Een gedeelte van Friesland lijkt thans een zee. Tusschen Eernewoude en Olde- boom, met aan weerszijden Grauw en Wartena, voorts bij Tietjerk, Bergum en in het Noorden der provincie, is de water vlakte bijna onafzienbaar. Op vole plaat sen dreigt het water of heeft reeds zijn zwaren slag geslagen. In 't bijzonder te Wartena en Tietjerk. Al de bij het hooge water betrok kenen hopen op een krachtigen Ooste lijken wind. Binnen eenige weken is Friesland dan van de geheele hoeveel heid overtollig water verlost, want het water staat den menschen op sommige plaatsen in figuurlijken en overdrach telijken zin aan de lippen." Bij die hoop op oostenwind zal zeker de heele landbouwende bevolking van Texel zich aansluiten, want Daar luid der berichten is de toestand ook bier alles behalve rooskleurig te noemen. De polder „Het Noorden" en deP.H. Polder met hunne machinale bemaling maken, naar men ons mededeelt, daarop een uitzondering. Regeeringszorg voor den Landbouw. Met bovenstaand onderwerp trad Dins dag j.l. voor de leden van de H. M. v. Landbouw alhier op de heer G. v. d. Molen. Wie gemeend had genoemde heer voor een flink bezette zaal te zien optreden heeft zich deerlijk vergist, de opkomst was maar heel matigjes te noemen. In z'n openingswoord deelde de voorz. de heer Keesom mede, dat, toen door hen van het Hoofdbestuur bericht was ontvangen dat over een spreker kon worden beschikt, geen oogenblik geaar zeld was de heer v. d. Molen te verkiezen, gedachtigaan een vorig op treden van dien spreker voordeafdeeling; de voorz. voelt zich over de opkomst teleurgesteld. De spreker bet woord bekomende, dankt den voorz. voor zoover het ge sprokene hem betreft en herinnert er aan dat z'n vorig optreden was in de dagen van het eerste varen van de Dageraad, hij hoopt dat het minder be zoek niet te wijten is aan verflauwing van het vereenigingsleveri in deze ge meente, dat zou, zegt spr., te betreuren zijn, want onze tijd vraagt aansluiting vooral op landbouwgebied. De boerenstand heeft iets tebeteeke- nen in de maatschappij, hij is de rugge- graat daarvan, hij houdt allen den mond open en is alleen reeds daarom de zorg van elke regeering waard. De boer dient zich daarvan bewust te zijn, moet zich doen gelden, maar dan is in de eerste plaats meer ont wikkeling noodig, want het spijt spr. het te moeten zeggen, onze boerenstand en die in andere landen evenzeer, is nog te onontwikkeld, vooral wat betreft vak kennis. 't Is van algameene bekendheid, dat vroeger een boer, zijn zoons liet leeren voor dokter of advocaat of iets dergelijks wanneer ze daartoe in staat waren, de stomste kon wel boer worden zei hij dan, maar die tijd is uit, voor het boeren bedrijf zijn geen stommelingen aange wezen. Wees er van overtuigd, zegt spr. dat het land dat den meest on wikkelden boerenstand heeft veel vooruit is. Dat heeft ook onze regeering ingezien en sedert de laatste twintig jaren vooral was ze er steeds op uit den boerenstand op te heffen. Onze regeering, heeft ge merkt dat ze bij andere landen tekort kwam, maar sedert het ook niet bij halve maatregelen gelaten, maar alles gedaan om den boer de noodige vakkennis bij te brengen, door allerlei instellingen, van de Rijks Hoogere Land-, Tuin- en Boschbouwschool te Wageningen tot de eenvoudige landbouwcursussen voor vol wassenen toe. 't Is waar, Wageningen kweekt geen boeren, maar daar zijn de mannen ge vormd, die als Rijkslandbouwleeraar de landbouwondorwijzers weer hebben gevormd, die op hun beurt, zij het ook tegen een geringe vergoeding (Texel maakt daarbij een gunstige uitzondering) de vakkennis weer onder de boeren hebben gebracht. Het zou te veel van onze ruimte vragen wanneer wij den spreker op den voet zouden volgen, wij bepalen er ons dan ook verder toe, met op te sommen, de vele inrichtingen en instellingen door hem genoemd, die allen getuigen van Regeeringszorg. Daar is het Instituut voor Landbouw werktuigen en -gebouwen, dat gratis alle inlichtingen verstrekt, daar is de Inrich ting voor Phytopathologie, leer der plan tenziekten, dieal zoo verbazend veel nut gesticht heeft, de naam van Dr. Ritzema Bos is bekend tot ver over onze grenzen. Verder noemt spr. de Rijkslandbouw school en de diverse Landbouwwinter- scholen, de landbouwcursussen en ook de cursussen voor volwassenen, waar spr. mee blijkt te dwepen, als een gelegenheid voor ontwikkeling van onderwijzer en landbouwer beide. Wij hebben verder zegt spr. sedert eenige jaren een Ministerie van Landbouw en sedert eenige weken zelfs e6n Minister, die op landbouwgebied wat betedkent ook. Nog noemt spr. de cursussen voor paarden- en veekennis en die voor hoefbeslag, de Rijkszuivelschool te Bols- ward en gewaagd met grooten lof van de eerste onderwijskrachten op landbouw gebied in ons land en noemt daarbij vooral den tegeqwoordigen Directeur- Generaal van Landbouw den heer v. Hoek, die als Rijkslandbouwleeraar voor Noordbrabant reuzenresultaten wist te bereiken. De heer v. d. Molen spreekt verder met lof over het werk van de Rijks- zuivelconsulenten, waardoor de naam van onze zuivel in het buitenlandweer in eere hersteld is. Na de pauze vestigt spr. de aandacht op den veeartsenijkundigen dienst, roemt onze Rijks-Veeartsenij School te Ulrecht die zich werkelijk in de voortdurende zorg van de regeering mag verheugen, bespreekt uitvoerig de Rijksserum- inrichting te Rotterdam en wijst op het groote nut van die inrichting voor den Landbouw, om ten slotte er op te wijzen, dat waar de regeering zooveel voor den boerenstand doet, de boeren den plicht der dankbaarheid hebben en de regeering moeten steunen bij haar streven in het belang der landbouw, ook al komen de middelen ben niet volkomen goed voor. De üeiging zich zelf het naast te zijn komt vooral bij den boer voor, zegt spr., maar laat hij wanneer het besmetteiyke ziekte betreft, toch begrijpen, dat het algemeen belang in deze voor het eigen belang moet gaan, z'n geheele stand is daarmede gebaat. Het daverend applaus aan het slot en de stille aandacht gedurende spr.'s rede, waren den voorz. aanleiding, zich den tolk der vergadering te achten toen hij in z'n sluitingswoord spr. dank bracht en een tot weerziens toeriep. Oosterend, 19 Jan. Zaterdag j.l. hield de alhier bestaande afdeeling van „Texel's Belang" hare jaarvergadering in 't café Duinker. Druk bezocht was ze nietslechts 9 personen waaronder 1 gast, waren aanwezig. Bij de opening wees de voorzitter op de gelukkige omstandigheid, dat de oorlog het aantal weduwen en weezen hier tot nog toe niet heeft vergroot. De notulen werden gelezen en onveranderd goedge keurd. Uit de rekening van den penning meester bleek, dat de ontvangsten in 1914 hadden bedragen f 390.06 en de uitgaven 1241,88 en dat het aantal leden met 1 verminderd en met 3 toegenomen was en op 1 Januari j. 1. 95 bedroeg. Verder werd aangaande de hulpkas nog medegedeeld, dat het vermogen hier voor was geklommen van f2347,23 tot f 2552,36b. Tot secretaris der afdeeling werd met op één na algemeene stemmen herkozen de heer M. Kikkert, die zijn hernieuwd mandaat aanvaardde b\j felicitatie van den voorzitter. Nadat men nog even den beschrijvings brief voor de Algem. Verg was door- geloopen en omtrent een paar punten mandaat had gegeven aan de afgevaar digden, werd omvrage gehouden, die niets bijzonders opleverde, waarna de verga dering werd gesloten. Te laat voor ons vorig nummer ontvangen. 22 Jan. Woensdagavond j.l. waren in „het Wapen van Amsterdam" onge veer 40 personen bijeen, ingevolge de landbouwlezing door den beer H. Klimp. Nadat de heer Joh. Koning Sz. allen en in het bijzonder den spreker welkom had geheeten, behandelde de heer Klimp zeer duidelijk het onderwerp „Het is gewenscht, dat de landbouwers mest stoffen en voedermiddelen door tusschen- komst van een onderlinge vereeniging betrekken." Vooral werd duidelijk aangegeven, dat gewoonlijk de kleine boeren het meest van allerlei knoeierijen hebben te vreezen. Als uitkomst der lezing werd aan het einde een Aankoopvereeniging opgericht, waartoe dadelijk 28 der aanwezigen toe traden, wat een verblijdend feit ge noemd werd. De spreker had den dank der vereeni ging verdiend. De zangvereeniging „Eigen Oefe ning", te Oudeschild, denkt ook eerst daags bier eene uitvoering te geven in het lokaal van den heer Koppen. Wanneer men denkt aan het succes, dat „Eigen Oefening" te Oudeschild ge had heeft op Zondag j.l., behoeft er niet aan getwijfeld te worden, of ook hier zullen velen aanwezig zijn. Sihapen naar België. De laatste dagen wordt uit Zeeland een groote haDdel in schapen op Brussel gedreven. Een koopman te Goes ver zond alleen ruim 300 stuks Daar Brussel, de aanvankehjk daarbij gerezen moeit- lijkheden van invoer zijn thans o'pge-, lost. Vad. COURANT,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1915 | | pagina 1