31
L
2950
Donderdag 20 Januari 1916
298l# Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
IS
8u_
?f
gf Van week tol week
=scro
lel
m
lu:
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond
idvertentiën vóór half negen op den dag der nitgave
ONNEMENTEN en ADVERTENTIEN worden aangenomen bij de Uitg. Firma LAN9EVELD DE R O O IJ, ParkstraatBürö op Tex el.
igifte van besmettelijke Veeziekte,
ilgens mededeeling van den Minister
^andbouw, Nijverheid en Handelis
in den laatsten tijd herhaaldelijk
gekomen, dat wegens verzuim van
•ifte eener besmettelijke veeziekte,
i—eus art. 13 der wet van 2u Juli
lT) (Staatsblaad no 131) tot regeling
het veeartsenijkundig Staatstoezicht
je veeartsenijkundige politie, de over-
Qjers zijn getroffen door de daaraan in
'.rt. 27 dier wet verbonden gevolgen,
ang het onderhavige voorschrift geldt,
art het in zijn volle strengheid worden
epast, onverschillig wat de gevolgen
ar' de daardoor getroffenen zijn.
5 verzoek van den voornoemden
ster worden belanghebbenden daarom
nadruk gewezen op de gevaren,
je voor hen het gevolg zijn van niet-
ving van het voorschrift van art. 13
wet van 1870.
wolgens dat artikel is de houder of
Ier verplicht, wanneer zich bij eenig
t vee verschijnselen van een besmet-
ke ziekte openbaren, daarvan on-
dellijk kennis te geven aan den
gemeester der gemeente, waar het
EK zich bevindt, terwijl art. 27 onder
»r bepaalt, dat de aanspraak op ver
ding wegens onteigening van; vee en
rwerpen vervalt, indien bedoelde aan-
e niet is gedaan,
ëxel, 15 Januari 1916.
De Burgemeester van Texel,
BUYSING DAMSTE.
lat 8-15 Januari,
renet waren voor ons land ernstige dagen,
en, laatste dagen der afgeloopen week.
rlands oude erfvijanden verschenen op
p cust en storm en overstrooming teisterden
aki groot deel van de welvarende N-Hol-
rvtlsche polders. Een watersnood, zooals
- land die niet binnen zijn grenzen zag
art 1825, heeft ontzaggelijke schade ver
haakt, honderden uit hun bezittingen
jaagd, veel vee doen omkomen en zelfs
jgeaas ook een aantal menschenlevens ge-
m8ibt. Terwijl bijnu alle andere volken
i Europa elkander met bet zwaard be-
;jden werd op onzen bodem weder ont
weiend de machtige strijd, die wel nooit
•r een duurzamen vrede zal worden ge-
t,egd, de strijd tegen het water Geen
la[nder, dat die geweldige strijd thans
iarir aandacht in beslag neemt, dat
jeB regeerings- en andere autoriteiten
,r t krachtige hand ingrijpen om de gevolgen
eIi de ramp te verzachten en de uitbreiding
.voorkomen.
kiffelk een machtige vijand is het element,
partegen onze vaderen al hun leven ge
leiden hebben, waartegen wij waarlijk
gft zonder reden zoo waakzaam en werk
pHn plegen te zijn en dat nog door ods
ih door de geslachten die na ons komen
vromen zal kunnen worden overwonnen,
figenover dien vijand schiet alle mensche-
tnte kracht te kortl
.et -o-o—o—
[jZoowel in Duitsehland als in Eugeland
jr -thans het parlementaire leven weer in
D£lleu gang. In Engeland wordt het nog
reilkomen beheerscht door de "vraag of de
ujnstplicht al of niet zal worden ingevoerd,
genlyk is het geen vraag meer, want
t ontwerp van de regeering werd reeds
^tweede lezing met een verpletterende
meerderheid 481 tegen 39 stemmen
aangenomen. Bij de eerste lezing waren
er nog 105-tegenstemmers, doch de Iersch6
nationalisten hebben hun verzet opgegeven
en ook van de Labourpartij verliet een
gedeelte de rijen der oppositie. Zelfs
kwamen de arbeiders-ministers Henderson,
Brace en Roberts terug op hun ontslag-
vrage in afwachting evenwel van de be
sluiten der arbeidersconferentie welke
einde dezer maand in Bristol zal worden
gehouden. Inmiddels heeft de mijnwerkers-
bond verklaard in geen geval genoegen te
zullen nemen met het ontwerp. Ed zelfs
besloot het bestuur de algemeene staking
te proclameeren, indien do dienstplicht
mocht worden ingevoerd. Natuurlijk heeft
de mijo werkeraboud lang niet alle arbeiders
organisaties aan een touwtje, zoodat men
zich in Engeland niet erg bevreesd maakt
voor de bedreiging met een algemeene
staking; doch al te licht mag het dreige
ment ook niet worden opgenomen daar reeds
enkel een staking in de steenkolenmijnen
in Zuid-Wales schromelijke gevolgen zou
kunnen hebben, vooral in de tegenwoordige
omstandigheden.
In Duitsehland heeft men in den laatsten
tijd minder Strijd op politiek gebied. Alle
partijen scbaren zich daar trouw om de
regeering. De eenige opposant is al Dr.
Liebknecht, de sociaal democratische afge
vaardigde, van wien de regeering echter
al heel weinig notitie neemt en die nu ook
door zijn eigen fractie verloochend is. De
soc. dem. Rijksdagfractie beeft hem een
voudig buiten geworpen, omdat hij zich
niet aan de leiding stoort en voortdurend
tegen de besluiten der fractie ingaat. De
„Vorw&rtsc is over deze uitsluiting niet
best te spreken en betoogde, dat de Rijks
dagfractie daartoe niet het het recht had
Alleen de kiezers en de Partijdag hebben
in deze de beslissing. Liebknecht blijft
intusschen front maken tegen de regeering
en zijn eigen partijgenooteu.
Ook de Pruiaisc.b6 Landdag is zijn arbeid
weer begonneD. De zitting werd Donderdag
geopend niet door den Keizer als Koning
van Pruisen, maar door Von Bethmann
Hollweg. Dezehield een lange rede gelijk al
aan die welke nog onlangs door hem in den
Rijksdag gehoudeD werd waarin gewaagd
werd van bet succes der Duitscbers, de h..op
op een zege voleinde, de economische kiacht
van het Duitscbe volk, de vriendschap en
der bondgenooten enz De Landdagpresident
sprak in dienzelfden ge> st en eveneens de
minister van flDanciêo, die zijn plauDcn
voor de nieuwe belastingen kwam mede-
deelen, nu de oorlog schatten geld kost.
oo -o—
Er is in de afgeloopi-n week weer een
'hoofdstuk van den wereldoorlog afgesloten
het hoofdstuk van de Dardanellenactie. De
geallieerden hebben het plan om de poort
van Konstantinopel open te beukeD, na tal
van vruchtelooze pogingen, moeten opgeven
en de troepen die zich nog op Gallipoli be
vonden moeten terugtrekken. Toen eenigen
tijd geleden de stelTïbgen aan de Soevlabaai
door de geallieerden ontruimd werden, werd
tevens van officieele Engelscbe zijde de
bewering geuit; dat Sedul Bahr nooit zou
worden opgegeven en dat de geallieerden
de ingang van de zeeeDgte met hun geschut
zouden blijven beheerschen. Die bewering
is zeker niets anders geweest dan een soort
krijgslist, want het blijkt achteraf dat toen
ze geuit werd er al gearbeid werd aan de
voorbereiding van de aftocht van alle andere
troepenafdeelingen, die zich nog op het
schiereiland bevonden. Het moet gezegd
dat die voor'otreiding uiterst zorgvuldig is
geschied, anders toch zou het niet mogeiyk
zyn geweest het groote leger dat nog op
Gallipoli was zoo vlug in te schepen en in
veiligheid te brengen zooals thans gelukt
is. In de Engelscbe officieele berichten
wordt medegedeeld, dat bij de aftocht zelfs
geen enkel menschenleven is verloren ge
gaan en dat alleen een 17-tal oude versleten
kanonnen, die nog eerst onbruikbaar konden
worden gemaakt, moesten worden achter
gelaten. Minister Asquith heeft daarover
met lof in het Lagerhuis gesproken en
medegedeeld, dat de officieren, die dit vol
bracht hebben bijzonderlijk zullen worden
beloond. De heer Asquith sprak zelfs over
de schitterend geslaagde aftocht als over
een schoone bladzyde in de Engelscbe ge
schiedenis van dezen oorlog.
Dö Turksche berichtgevers vertellen heel
andere dingen en zeggen, dat de Engelsche
troepen eenvoudig uit Gallipoli verjaagd
zijn, na zware verliezen geleden te hebben
en reusachtige voorraden achter te hebben
gelaten. Er is voor ons echter geen reden
om de juistheid van de Turksche berichten
te stellen boven die van Londen en we
blijven dus aannemen, dat de aftocht in
allen deele is gelukt en dat daarby slechts
een tweetai soldaten wat schrammen hebben
opgeloopen.
Maar het feit van de aftocht zelf, het op
geven van de Dardanellen-expeditie, het
einde van het Dardanellenavontuur, is er
niet minder belangwekkend en gewichtig
om. Eo terecht kan men daarover in Kon
stantinopel vreugde bedrijven. Men kan
er trotsch zyn op de met de verdediging
van de poort der hoofdstad verkregen
resultaten. Ze blyft gesloten en ze is
steviger gebleken dan men had durven
voorspellen. Zware offers hebben de geal
lieerden en niet het minst Engeland
gebracht en al het vergoten bloed van
Engelschen en Franschen dat op Gallipoli
gevloeid is werd vergeefs vergoten. En de
moreele indruk die de ontruiming van
Gallipoli maakt is erger dan die van een
ernstige nederlaag.
Ook de Turken hebben zware offers
mouten brengen, maar de eindzege is vol
komen aan hun zijde geweest.
Ook met het oog op den indruk, die de
vruchtelooze pogingen om de zeeëngte te
forceoren, in de Engelscbe g6bieden buiten
Europa zal maken, moet niet te licht wordon
gedacht over de aftocht, hoe schitterend
die dan ook moge geleid zyn.
Waarheen de troepen zijn gebracht die
van Gallipoli teruggenomen werden is nog
niet bekend op het oogenblik, dat wij dit
schrijven. De veronderstelling ligt echter
voor de hand, dat een deel ervan naar den
Balkan en bet andere deel naar Egypte is
overgebracht.
ooo
Van het westelijk front kwamen in de
laatste dagen berichten, die er op wezen
dat de Duitschers weer actief gaan optreden
Vooral in de Vogeezen is in de laatste dagen
zwaar gevochten, ofschoon daardoor geen
verandering van belang in den toestand
verkregen werd. Ook op andere gedeelten
van het westelijk front was de actie leven
diger dan de vorige week. Is dat mis
schien te beschouwen als het voorspel van
het nieuwe groote offensief dat de Duit
schers, blijkens de voorspellingen van den
laatsten tijd op het programma hebben
Terwijl van het Italiaansche front geen
noemenswaardige gebeurtenissen werden
gemeld, werd er op het oostelijke front,
tusschen de Pripet en de Roemeenscbe
grens nog steeds met groote verbittering
gestreden. En nog duurt de worsteling
daar voort. In bizondere mate trekken ook
de gebeurtenissen de aandacht, die zich in
en om den Balkan afspelen, Niet in de
stieek tusschen Saloniki en de Servische
grens, waar men de troepen der geallieer
den nog steeds versterkt, doch waar aan
vechten nog steeds niet gedaoht schijnt te
worden. Eigenlijk ook kan men dit niet zoo
maar zeggen, omdat niemand dan de inge
wijden in staat zijn te beoordeelen wat er
preoies gebeurt. Dat er troepen worden
geland staat wel vast en ook ligt de ver
onderstelling voor de hand, dat. de nieuwe
afdeelingen deel hebben gehad aan het thans
g66indigde Balkanavontuurmaar welke
voorbereidingen er verder getroffen worden
ligt voor den buitenstaander wel zeer in
het duister.
Da gebeurtenissen die in de laatste dagen
de aandacht trokken en dat nog blijven
doen, zijn vooral die welke beslissen over
het lot van Montenegro. Met een geweldige
overmacht hoeft Oostenrijk zich op het
kleine landjo, dat Diet grooter is dan een
piar Hollandsche provinciën, geworpen en
er zjjn teekenen, die er op wijzeD, dat
Montenegro het wel niet lang meer zal
uithouden, Koning Nicita zal het hoofd
moeten bukken voor de overmacht, die al
te groot is en waartegen de dapperheid en
doodsverachting van zijn veohtvolk niets
vermogen.
In Cettinje, de hoofdstad van Montenegro
waait reeds de Oostenrijlcsche vlag, die ge
plant werd op de residentie van Koning
Nicita. Nadat de Oostenrijkers met behulp
van de vloot de hooge stelling van de
Lowtsen veroverd hadden, lag Cettinje ondor
het beraik der zware kanonnen en dat in
het OoBtënryksch legerboricht gemeld werd
dat noch de residentie noch de hoofdstad
zelf van het geschutvuur te lijden he6ft
gehad, mag gelden als het bewijs, dat de
Montenegrijnen de stad tydig hebben ont
ruimd.
De val van Cettinje kan worden beschouwd
als het begin van het einde van den strijd
in Montenegro. Wel is Cettinje Montenegro
niet en zijn er ook nog versterkte steden
als Niksic en Podgorica, waarvan vooral
de laatste uitgebreide verdedigingswerken
bezit, maar als een sterkte als de Lowtsen,
die schier onneembaar werd geacht en nog
wel met hulp van Fransche zware artillerie
verdedigd werd, voor de Oostenryksche
overmacht moet bezwyken, dan kan op het
behoud van de andere stellingen geen hoop
volle verwachting meer worden gekoesterd.
De overmacht, waarmee Montenegro aan
gevallen wordt is zóó geweldig, dat zyn
noodlot wel niet meer zal zyn te keeren.
Tenzij Italië nog een krachtige poging
mocht doen. De val van de Lowtsen heeft
in Italië een geweldigen indruk gemaakt,
dat blykt uit hetgeen er over geschreven
wordt. Men beseft er, dat er voor Italië
groot gevaar dreigt nu dit sterke punt, dat
de haven van Cattaro beheerscht, in handen
der Oostenrykers is. Deze zullen de haven
inrichten tot een basis voor hun vloot en
dan zullen ze in de Adriatische Zee spoedig
geheel de baas kunnen spelen.
Er gaan thans van alle zijden stemmen
op, om Italië te bewegen Montenegro ter
hulp te komen. Zooals men weet werden
reeds eerder Italiaansche troepen inDurazzo
en Valona geland en het wordt niet on-
waarscbynlyk geacht, dat deze afgezonden
zijn om de benarde Montenegrynen ter hulp
te komen. Men komt des te eerder tot deze
veronderstelling, omdat de Koning van
Italië de schoonzoon van Koning Nicolaas is.
Intusschen zullen de Italianen thans geen
tyd meer moeten verliezen, want de too-
;ge!
90.
E8.
Abonnementsprijs per 3 maanden.
Voor den Bukg 30 Cta. Franco per post door ge
heel Nbdbkland 45 Cta. Naar Amebixa en andore
landen met verhooging der porto's.
COURANT.
Prijs der Adverteniièn.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Ct.
Groote lettors en Vignetten wordon naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.