M. KUIP, BLOUSES en COSTUUMROKKEN. N°. 3047 Zaterdag 30 December 1916s 30ste Jaargang. Nieuws- en Advertentieblad. Van het jaar dat heenging. Binnenland. Warmoesstraat, "beeft voorbanden een mooie collectie Bit blad verschijnt Woensdag;- en Zaterdagmorgen Abonnementsprijs per 3 maanden. Voor den Boko 30 Cts. Franco per post door ge heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere landen met verhooging der porto's. ABONNEMENTEN en A9VEETENTIEN worden aangenomen Advertentiën vóór acht uur op den dag; der uitgave Prijs der Advertentièn. Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Ct Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 3 Cts. per nummer. Firma LAN GE VELD DE R 0 O IJ, Parkstraat, Burg opTkxji. MELK. De Burgemeester der gemeente Texel brengt ter openbare kennis, dat de Minister van Land bouw, Nijverheid en Handel heeft bepaald, dat voor den verderen duur van het winterseizoen 1916-1917 de consumptiemelk voor verbruikin deze gemeente niet duurder mag worden ver kocht dan a. voor 9 cent per liter bij levering aan slijters en b. voor 10 cent per liter bij levering aan verbruikers. Texel, 27 December 1916. De Burgemeester voornoemd, W. METS Tz, Aaugifte ter inschrijving voor de Militie. De Burgemeester der gemeente Texel brengt ter kennis van wie het aangaat, inzonderheid van de in het jaar 1898 geboren mannelijke personen, dat de bepalingen der Militiewet betreffende de inschrijving voor de Militie, aan de gemeente-publicatieborden in de verschil lende dorpen zijn aangeplakt. De aangifte ter inschrijving moet geschieden tusschen 1 en 31 Januari 1917 ter gemeente secretarie. 1 Voor het doen der aangifte zal meer oepaald gelegenheid worden gegeven op Zaterdag 6 januari 1917, van des voormiddags 9 tot des namiddags 2 uur. Texel, 20 December 1916. De Burgemeester voornoemd, BUYS1NG DAMSTE. Tusschen hoop en schromen «Verslijt de tijd des levens quaet en goet Elk heeft zijn tijd om beurte Als eb en vloet. (Vondel.) Weer staan we aan het einde van het oude. aan het begin van het nieuwe jaar. En opnieuw gevoelen we do waaiheid van de woorden, dat ons leven is een staag verreizenn en vertrekken en dat de ge schiedenis van heel den rijken inhoud van het meDSchenleven uitloopt in twee woor den gehad en geweest. Dat reeds stemt tot weemoed. Maar dat niet alleen. In de laatste uren van het oude jaar is het, alsof de drukke gedachten een oogenblik behoette hebben iaa rust. De drukke handen zinken dan Ben oogenblik in den schoot en als dan in onze ooren doordringt het weemoedig gelui der OudejaarsavondklokkeD, dan is het. alsof er iemand staat te kloppen aan de deur van ons hart. 'lis de herinnering, die daar klopt. Voor je ouderen onderons moge zij een welkome gast zijn, voor de jongeren komt zij alleen gelegen in uren als deze, als alles hen stemt, om voor een oogenblik het drukke heden en de vragen voor morgen los te laten pn in te keeren tot zich zelf. Wij moeten afscheid nemen van bet jaar 5at ons wellicht? zoo veel te zeggen had, van het jaar, dat over enkele oogeublikken voor altijd voorbij zal zijn,van het jaar, dat een stuk van ons leven was. En de herinnering stelt voor onze oogen, wat het voor ods geweest is en diep in onze ziel dringt de vraag door, wat we gedaan hebb6n mèt dat stuk van ons eigen leven. Zoo wordt döor de herinnering in ons ge wekt de levensernst eh dan is er dikwijls ioo heel veel dat tot weemoed stemt. Meestal is het het leed, dat ons op Oude jaarsavond somber te moede doet zijn. ilisschien w rd in het jaar dat heenging ieu zwaar kruis gelegd op onze schouders aar ook, al was dat niet het geval al iracht het oude jaar ons ook geluk en ;egen, dan was er toch zeker wel leed in iQze omgeviDg, in onzen vriendenkring, bij nz6 buren wellicht, leed dat over onze [ankbaarheid en stille vreugde een waas au weemoed spreidt. O, er werden in het jaar, dat. heenging :ooveel gordijuen neergelaten, zooveel doemen werden er in den knop gebroken, ;ooveel forsebe eiken wa.'den neergeworpen. Is het riet daardoor, dat er in de laatste ren 'van het jaar meer geschreid wordt an gezongen De herinnering stelt ons ook voor oogen onze tekortkomingen. En dat stemt den ernstigen mensch W6l het diepst tot wee moed. Wat voelen we ons sterk en groot in het leven, wat huldigen we heerlijke principesmaar ach, hoe zwak toonden we ons dikwerf en hoe menigmaal voelden we ons meegesleurd.door klein-menschelijke Deigingen en begeerten. Als de Oudejaarsavondklokkén het oude lied van vergankelijkheid en sterven laten hooren, dan spreken ze misschien tot ons_ woorden die we geen ander zouden toe-' vertronweD. Gelukkig de mensch in wiens hart ze tevens wekken de diepe begeerte naar het betere, het hooge. o—o—o Het zijn niet alleen de gedachten aan en over ons zelf, die in de laatste uren van het jaar zich aan ons opdringen. Daar is ook het wereldgebeuren, dat in deze uren ernstiger dan ooit tot onze ziel spreekt. Het jaar dat heenging was een van on noemelijk veel leed, want Mars regeerde nog steeds met ongebreidelde macht. Mars de oorlogsdemon, die met zijn ijzeren vuisten het oude Euiopa beukt, dat het dreunt op zijn-grondvesten, eiken dag weer opnieuw, die schoone landouwen in woestenijen doet verkeereD, steden en dorpen in puinhoopen veranderen, die zijn kanonnen ook dit jaar dag en nacht hun gevloek deed uitbraken en van millioenen menschen alle levensgeluk vernietigde. —o—o—o— En toch gingen de dagen dikwijls langs ons heen zonder gedruisch. Wij leefden als gewoon ons nietig leventje, met zijn kleine begeerten en kleine ruzietjes dik wijls, alsof er niet een halve wereld in vuur en vlam stondOorlog, ach die ver velende oorlog Maar toch zoo nu en dan werden we wakker geschud uit dien zwaren dommel. Dan trad plots voor onze oogen de werke lijkheid en het gevaar, dat ods altijd nog zoo dreigend blijft omringen. Hoe levendig berinneren we ons nog de angstwekkende gebeurtenissen van de eerste dagen van April, toen plotseling bet oorlogsgevaar dreigend voor ons trad. Intrekking der militaire verloven, buitengewone zittingen van den Ministerraad, comite-generaal der Kamer. Er waren meer van die oögenbljkken, waarin we als met'ruwe hand totde wer kelijkheid werden gebracht. Er kwamen schokkende tijdingen van de zeezijde: Tubantia - Katwijk Palembang Sommelsdyk en meer. En als we ons die bittere feiten voor den geest, halen, dan kan het niet anders of helder staat ons voor de oogen boe moeilijk en gevaarvol de positie is, waai in ons land verkeert. Maar bij dat alles kan er dankbaarheid, groote dankbaarheid zijn in ons hart. Hoe hoog ook de oorlogsvlammen oplaaiden rondom ons, wij bleyen bewaard bij den vrede. Dat is .een voorrecht, een geluk, zóó groot, als met geen pen is te beschrijven. o—oo Het jaar, dat heenging, was vooral een moeilijk jaar voor onze regeering, doch steeds wist zij 'met voorzichtigheid en be leid de bezwaren te boven te komen, een eerlijke neutraliteit te handhaven en op ge paste wijze onze rechten te verdedigen en meermalen ook te doen eerbiedigen. Naast de moeilijkheden naar buiten, waren er niet minder groote Daar binDen. Eo, ofschoon de volksvertegenwoordiging in het algemeen de Regeering trouw ter zijde stond, toch was er in het parlement meer dan eens een harde strjjd te voereD. Minister Treub, die nog maar pas de zorg voor 's lands financien op zich had genomen, viel bij eeD van die gelegenheden en zijn opvolger, minister Van Gijn, werd ter nauwernood eenzelfde lot bespaard." Op wetgevend gebied werden buitenge woon groote- werken ter hand genomen. Wij herinneren daarbij aan het nieuwe stelsel van Ouderdomsverzorging. Maar van nog veel grooter bsteekenis was zeer zeker de belangrijke Grondwetsherziening, die thans door de Tweede Kamer in eerste insta itie tot stand werd gebracht en dat aan het jaar, dat heenging, voorz over ons Staalkundig leven bereft zoo'n buiten gewone bettekenis geg6wn heeft. Denkende aan dat groote werk en aan de vele buitengewone bezwaren van ouze dagen, herdenken we "met weemoed, de stoere mannen, die als in volle wapenrus ting vielen in den strijd voor Neerlands belangen. ManneD, als Dr. Bos Ds. Talma Mr. Tydeman Met diepe eerbiod worden zij herdacht in deze oogenblikken van herdenkiDg van alles, wat ons gebracht of ODtnomen werd door het jaar, dat heen ging- —o o—o Het jaar, dat heeDging, bracht twaalf maaDden oorlog, 'een stuk wereldgeschie denis van de bitterste ernst. Er zou een lange reeks oorlogsfeiten zijn te vermelden, doch waar te beginnen, waar te eindigen We zouden moeten gewagen van de be dreiging van Verdun van Duitsche zijde in den aanvang van het jaar, van het tegen offensief der Engelschen en Franschen aan de Somine en bij Verdun, meldiDg maken van de aanvankelijke successen der Russen totdat Hindenburg de blaadjes deed keeren van de vorderingen der Oostenrijkers, die door de Italianen weer werden toDiet ge- daaD van het optrekken der Russen in de Kaukasus; van het geweldig gebeuren op den Balkan of van de verwikkelingen zonder eind met Griekenland. We zouden kunnen herinneren aan het treffep tusschen Duitsche en Engelsche strijdkrachten ter zee, aan de Zeppelin- tochten of het optredeD der duikbooteD, aan oorlogsleeningen en oorlogsverklarin gen, den öorlogsraad der geallieerden de opstand in Ierland de Eugelscbe dienstplicht verschillende kabinetswij zigingen oorlogsredevoeringen van de leidende Staatslieden in Europa het tragisch einde van lord Kitchener en zoo veel meer,onze ruimte is daarvoor te beperkt. Het was een verschrikkelijk jaar, bet jaar dat heenging. En oudaöks den verbitterdsten strijd bracht het geen beslissing. De oor logskaart werd met noemenswaard ge wijzigd, behalve dan op den Balkan. En nog steeds woedt de oorlog voort. Hoelang nog Of zal het einde van den vreeselijken broedermoord wellicht toch Dog spoediger komen dan algemeen wordt verwacht De Vierbond heeft het eerste woord van toenadering gesproken en president Wilson bood zijn bemiddeling aaD. Het is het teekeD, dat de vrede nadert. Misschien Dog niet meer dan het eerste zoele zuide- windje, dat de lente aankondigt, maar toch hoop wekkeDd in het hart. Als maar eerst het lentewindje waait, dat zal ook de lente weldra komen. Wij staan aan het begin van bet nieuwe jaar en in millioenen harten leeft slechts een groote wenscb dat het vrede moge worden, dat het jaar 1917 voor de wereld geschiedenis moge worden, het jaar van deD grooten, duurzamen vrede. Wij weten niet of die wenschen in ver vulling zullen gaan. Niemand is er, die ons zeggen' kan wat 1917 voor ons ver borgen houdt in haar schoot. Wij weten niet of die groote wenscb, waarbij alle per soonlijke wenschen in liet niet verdwijnen zal worden vervuld. Maar de hoop leeft in het bart en daarnaast, door de ernst der tijden als opnieuw versterkt, de begeerte om in het leven te doen wat de hand te doen vindt en het den menschen te zeggen iloor woord en daad, dat achter de wolken de zon schijnt. TEXEL, 30 December'1916 Alg. Middeiistandsvereeniging. Vrijdag 23 dezer vergaderde de Texelsche Algemeene Vergadering in algemeene vergade ring in café den Burg. In z'n openingwoord deelde de voorz. de heer P. C. Koorn, dat de vergadering door allerlei omstandigheden, o.a. ongesteldheid van den secretaris was verlaat en heette de aan wezigen welkom. De notulen werden gelezen en vastgesteld, waarna door den secretaris de heer M. A. Kuijper een uitgebreid en zaakrijk verslag werd gelezen, waarvoor hem door den voorz. en de vergadering lof en dank werd gebracht. Volgde rekening en verantwoording van den penningmeester, den heer T. Buijs, over het vereenigingsjaar 1915-1916, die met een batig saldo, van f40,75 sloot en na onderzoek bij acclamatie werd goedgekeurd. Tot bestuursleden werden met groote meer derheid herkozen de aftredende leden, de heeren Boeket en van Ketel. Bij de rondvraag werden allerlei zaken ter bespreking ingeleid, de vergadering droeg een hoogst gezellig en toch zakelijk karakter. Met instemming van alle aanwezige leden werd door een der leden het bestuur hulde ge bracht vdor de onvermoeide werkzaamheid waarvan het in het afgeloapen jaar»had blijk gegeven, lof voor de betoonde vasthoudend heid het bestuur daarbij opwekkend om ongeacht de teleurstelling die zij van de laksen onder vindt op den ingeslagen weg voort te gaan. een vereeniging komt niet in eens, een ver- eeniging moet groeien. Besloten werd een spreker 'uit de practijk van elders uit te noodigen en onderzoek in te stellen naar allerlei zaken die in het belang van den middenstand kunnen worden geacht. Te rnim 10 ure werd de vergadering ge sloten. Uitreiking medailles. Op een tweetal na waren de redders, voor een deel vergezeld van hunne vrouwen, die mede waren uitgenoodigd, Zaterdag 24 Dec., in de Zeevaartschool present, om uit handen van het plaatselijk bestuur alhier, der Noord en Zuid-Hollandsche Reddingsmaatschappij de hen toegekende medailles te ontvangen. Een kleine groep van belangstellenden was mede tegenwoordig en wij gelooven dat die groep zeker merkelijk grooter zou zijn geweest indien het Texels ingezetenen bekend ware geweest, dat het de bedoeling van het plaatse lijk bestuur was, die uitreiking in het openbaar te doen plaats hebben. Wij hadden dat ook niet begrepen, anders hadden wij met de ver melding van tijd en plaats, ook daarvan mede- deeling gedaan. Bij afwezigheid van den voorzitter, onzen burgemeester, die verhinderd was tegenwoordig te zijn, had de uitreiking door het oudste lid van het bestuur, den heer W. Mets Tz., plaats, die de redders, hunne vrouwen, zoomede het publiek van harte welkom heette. De heer Mets voerde de aanwezigen in ge dachten terug naar den 15den October j.l., hoe de bemanning van de reddingsboot zich op den eersten oproep naar de strandingsplaats begaf, schetste het tooneel van de redding, de zelfopoffering van de mannen, de angst van de thuiszittende vrouwen, maar liet óok niet na te gewagen van de zelfvoldoening, die de bemanning zal hebben genoten toen ze, na drie vergeefsche po'gingen, er eindelijk in slaagde de schipbreukelingen uit de kaken des doods te redden. Het plaatselijk bestuur was eenstemmig van oordeel geweest de hoogste belooning voor deze kloeke redding bij het Hoofdbestuur te moeten aanvragen en het hoofdbestuur der N. en Z. Holl. Redding Mij. was het met die meening geheel eens geweest, thans rustte op spr. de vereerende taak het eeremetaal uit te reiken, het eeremetaal, van te meer waarde, omdat het is een belooning voor het behouden van menschenlevens, in stede van, zooals in de ons omringende landen tegenwoordig zoo vaak gebeurt, voor het verwoesten van men schenlevens. Aan den bootsman werd daarop uitgereikt, de zilveren medaille van de Mij., aan de roeiers de bronzen medaille, allen voorzien van eene inscriptie ve*neldende het feit der redding van zeven man van den logger Engelina en vergezeld van een getuigschrift in lijst gevat. De namen der redders laten wij hier onder nogmaals volgenC. C. Koopman, bootsman, Jb. Boon Jbz., R. Schagen, H. Bakker, G. Krijnen, K. Krijnen .Cz., A. de Jong, C. Kooiman, Jan Kooger, B. Houtwipper, J. Hoogerwerf, L. v. d. Vlies en P. j. Bedk, roeiers. Uitvoering Alg. Bewaarschool. De zaal van hotel Texel was op den avond van den 2den Kerstdag meer dan gevuld, ze was tjokvol zooals wij het hooren noemen en afgezien van hetgeen ten tooneele werd ge voerd was dus de avond een groot succes, een belahgrijke afdracht toch aan de kas van

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1916 | | pagina 1