N°. 3221, Woensdag 4 September 1918. 81st" Jaargang.
leuws- en
Van week tof week-
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagmorgen
Abonnementsprijs per S maanden1.
Voor db» Boks 40 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 55 Cts. Na.nr Amerika en andere
Unden met rerhooging der porto's.
Ad vertent iën daags voor de uitgave vóór A nur nam.
Prys der Advertentièn.
Van 1 tot S regols 40 Cts. Iedere regel meer Ct
Groote letters on Vignetten worden naar plaatsrnimto
berekend. Bow^snummera S Cts. per nummer.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIEN worden aangenomen bij de Uiig. Fiêma LANGEVEL3& DE ROOIJ, ParkstraatBono
op T E X E Xj.
Spoor- en Bootdienst.
^Beperkte dienstregeling.
Vertrekuren van de boot van Texel
9,30 v.m.
ertrekuren van de boot van Helder
1,00 n.m.
Vertrek en aankomst van treinen
van den Helder naar Amsterdam.
Vertrek. Aankomst.
Helder. Amsterdam.
6,45 9,12
11,45 2,34
4,12 6,21
6,47 9,41
Bovendien loopt een trein op Donder-
igmorgen van Helder naar Schagen,
in Helder 8,- te Schagen 8,40
Van Amsterdam naar den Helder.
Vertrek. Aankomst,
msterdam. Helder.
5,28 8,47
9,20 11,34
2,32 5,31
9,20 12,05 -
10,40 12,30
Niet op Zon- en feestdagen,
i alleen op Zondag.
RAADSVERGADERING.
De Burgemeester der Gemeente Texel
Belet op art. 41 der Gemeentewet;
Brengt naar aanleiding daarvan, ter
muis van de ingezetenen, dat eene ver-
dering van den Gemeenteraad ie belegd op
Zaterdag 7 September a. s.
is voormiddags to half elf ure in de
«rvoor bestemde zaal ten Raadkuize dezer
emeente.
Texel, den 3 Sept. 1918.
De Burgemeester van Texel,
BÜYSING DAMSTE.
Onderwerpen ter behandeling:
Ingekomen stukken.
24—31 Aug.
Als deze regels in druk verschijnen
'hrijven we September. De herfstmaand
er weer en onwillekeurig stemt dit tot
'eemoed. Nog enkele dagen en de zomer,
ie zoo weinig zon en warmté bracht, is
oorbij. Nu kan een mooie herfst nog heel
eel goed maken, maar als de r toch een-
1 in de maand is, dan gaan we met
aastige schreden het gure jaargetijde tege-
ioet.
September is in het land en. onwillekeu-
ig denken we er ook aan dat deze maand ons
opening van het Parlement brengt,
een paar weken slechts ende op
ging van de Kabinetscrisis laat nog steeds
P zich wachten. Dr Nolens heeft zijn taak
moeten neerleggen, Jhr. de Savornin Leh
man dorst haar niet overnemen, de heer
Coljjn weifelde maar verzocht toch ook te
mogen bedanken. Na deze gebeurtenissen
werd algemeen verwacht, dat getracht zou
worden, te komen tot een nationaal ot een
zakenkabinet. Toch schijnt men aan de
rechterzijde den moed nog niet opgegeven
Le hebben. Er hadden in de afgeloopen
week weer conferenties op het Loo plaats
met de rechtsche leiders en Donderdag
bracht de telegraaf het bericht, dat H. M.
aan Jhr. mr. Ruys van Beerenbrouck, oud
lid der Tweede Kamer en Commissaris der
Koningin in Limburg had opgedragen een
Kabinet te vormen en dat deze die opdracht
had aanvaard. Jhr. van Beerenbrouck be
hoort tot de R. K. partij en de veronder
stelling ligt voor de hand, dat hij zal trach
ten een Kabinet samen te stellen uit de
rechterzijde. Mogelijk is bemjden weg daar
toe wel in mindere of meerdere mate ge
ëffend door Dr. Nolens, die zelf geen mi
nistersportefeuille weDScht, maar toch een
voorstander is van een rechts Kabinet.
Zal de oplossing nu spoedig komen We
zouden haast durven voorspellen van wel,
als voorspellen maar niet ietwat gevaarlijk
ware. Niemand kan met zekerheid zeggen,
wat de toekomst in haar donkeren schoot
verborgen houdt.
De crisis, die zoolang aanhoudt, begint
hoe langer hoe meer belangwekkend te
wordenf Alles wijst er op, dat Rechts we)
gaarne wil maar niet al te best durft. En
ook, dat bet heel wat inspanning kost om
te komen tot de vóór alles noodige over
eenstemming tusschen de Rechtsche partij
en.
Men heeft aan die zijde nog een zaak die
zeer de aandacht bezig houdt. Webedoelen
het niet aannemen door mr. Th. Heems
kerk van zijn benoeming tot Kamerlid.
Een broer van den oud-minister zalnu zijn
zetel krijgen.
In eenige rechtsche bladen wordt ge
vraagd, wat mr. Heemskerk bewogen heeft
voor zijn zetel te bedanken. Ze meenen,
dat hij zeer zeker wel geldige redenen zal
hebbeD, maar dat bij deze dan zoo spoedig
en zoo duidelijk mogelijk moet publiceeren.
Men mag benieuwd zijn of Theo aan deze
wenken gevolg zal geven.
o—o—o
De geallieerden blijven in Noord-Frank
rijk onverpoosd voortbeuken tegen het
Duitsche front tusschen Atrecht en Reims.
Generaal Foch heeft nog steeds het initiatief
in handen en bij geeft Hindenburg geen
gelegenheid om op adem te komen en zich
in het terrein vast te zetten. Onvermoeid
worden de aanvallen voortgezet. En de
Duitechers moeten terug. Wei bieden ze
dapper tegenstand en betwistten ze den
aanvaller ieder dorp, ieder gehucht, iedere
loopgraaf met stijgende verbittering, doch
de hevige telkens herhaalde aanvallender
geallieerden oefenen een al tezwarendruk
uit. Telkens moeten ze weer een stukje
van h6t veroverde gebied prijs geveD, tel
kens is Hindenburg genoodzaakt tot parti-
eele terugtochten over te gaan. Waarschijn
lijk zal dit zoo doorgaan totdat de oude
Hindenburglinie bereikt is.
Dit laatste kan men zelfs door Duitsche
bladen hooren voorspellen in de laatste
dagen. Wel hebben de Duitsche legerbe-
richten in den laatsten tijd voortdurend
den indruk trachten te wekken, dat alles
volgens een vast plan geschiedt en dat de
terugtocht der troepen een onderdeel is
van den bewegingsoorlog dien Hindenburg
thans in het westen bezig is te voeren,
maar dat wordt blijkbaar in Duitschland
niet al te grif meer geloofd. Integendeel,
men kon in den laatsten tijd in meer dan
'één Duitsch blad lezen, dat hel leger in het
westen tbans met ernstige tegenslagen
heeft te kampen. Trouwens, de verlies
cijfers spreken voor zich zelf en ook al
komen de opgaven daaromtrent enkel van
de zijde der geallieerden, ze blijven in
Duitschland niet onbekend en vinden er
ook nog wel eonig geloof.
Maar toch kan allerminst gezegd worden
dat onze Oostelijke buren den moed ver
liezen. Wel willen sommige Ententebladen
ons dat doen gelooven, doch zij die een
beetje met de stemming aan de overzijde
der grens op de hoogte zijn, weten wel
beter. Trouwens ook uit den toon der bladeD
spreekt kalme rust. Al moge thans ook de
overwinningsgedachte ietwat op den achter
grond zijn gekomen, dat rneo zich bevreesd
maakt voor een nederlaag blijkt allerminst
het geval te zijn. Men stelt volkomen ver
trouwen in het veldheerstalent van Hinden
burg en de gevechtskracht van het Duitsche
leger. De Duitsche pers blijft het dan ook
voorstellen alsof Hindenburg de wilde slagen
der geallieerden op zijn schild opvangt en
voetje voor voetje volgens een welover
wogen pl?n terugtrekt naar betere stellingen
desnoods naar de oude Hindenburglinie.
De geallieerden brengen duizenden mannen
ten offer en de door hen behaalde voor-
deelen wegen daartegen lang niet op. Der
gelijke beschouwingen kon men in den
laatsten tijd herhaaldelijk lezen in Duitsche
bladen, mede als een bewijs dat men den
moed nog niet verloren heeft.
Bij die persbeschouwingen heeft dezer
dagen ook de Duitsche minister van oorlog
de zfjoe gevoegd, geheel in denzelfden ge
ruststellenden tooü. De minister liet zich
over den militairen toestand interviewen
door een vertegenwoordiger van de „Mor-
genpost". Daarbij wees hij er op dat twee
jaar geleden de geallieerden in Frankrijk
100 divisies meer hadden dan de Duitschers,
zonder dat ze er iets mee konden b6reik6n.
Het voornaamste achtte de minister thans
wel, dat de geallieerden in weerwil van
hun verbitterd vechten ia maanden van
zware verliezen, Diet in staat zijn gebleken
dat te bereikeD, wat de Duitschers in
weinige dagen tot stand brachten. De minis
ter erkende volmondig, dat de Duitschers
met hun laatste operaties niet bereikt heb
ben, wat zij er van hadden verwacht. „Wij
hebben' tegenslagen gehad, zelfs nederlagen
geleden", verklaarde hij, „maar we houden
er rekenschap mee, dat we ook tegenslagen
kuncen verdragen." Er ligt in de gebeurte
nissen echter een waarschuwing n.l. deze,
dat de oorlog nog niet geëindigd is en wij
al onze krachten zullen moeten inspannen
om hem tot een goed eiöde te brengen.
Het komt er nu op aan de aanvallen van
den vijand af te slaan en onze krachten
te sparen."
Natuurlijk zullen er wel zijn in Duitsch
land, wier vertrouwen niet zoo groot is eD
die begrijpen, dat er nog een lange weg
van leed en beproeving voor ben ligt. De
suecessen der geallieerden hebben hun hoop
op een spoedigen vrede den bodem inge
slagen. Zij hebben van het groote offensief
van Hindenburg de beslissing verwacht,
den vrede liefst nog dit jaar, en het offensief
is mislukt. Daardoor zijn ze teleurgesteld
en dreigen ze moedeloos te worden. Ook
al achten zij den Duitschen soldaat onover
winnelijk, ze hebben in de laatste dagen
wel geleerd, de kracht der geallieerden
niet te gering te achten.
Het is in verband met deze omstandig
heden dan ook zeer verklaarbaar, dat men
in Duitsobland in den laatsten t(jd weer
allerlei pleidooien kan hooren voor een
vrede door overleg, een Volkerenbond en
wat dies meer zij. De conservatieve pers
houdt zich heel koest, ondanks de vieds-
lievende stemmen, die van verschillende
kanten gehoord worden. Nog de vorige
week heeft de Duitsche minister van kolo
niën een redevoering gehouden, die zoo
tegemoetkomend en in een zoo waardigen
toon gesteld was, dat de al-Duitschers er
wel kippenvel van hebben moeten krügen.
Dr. Solflf heeft nog eens weer verzekerd,
dat Duitschland alleen voor zijn bestaan,
voor een eervollen vrede vecht, niet om
veroveringen in wat opzicht ook. Een paar
dagon later sloot kroonprins Max van Baden
zich bij deze beschouwing aan. In een
redevoering over het program der Duitsche
politiek riep hij zjjn hoorders op, om het
geloof in de broederschap der volken niet
te verliezen, maar het vast te houden.
Dergelijke stemmen worden meer ge
hoord. Men hoort weer gewagen van een
nieuwen tijd, een betere wereld en open.
lijk verkondigen, dat de politiek van
Hohenlohe en Bulow, zooals die destijds
bij de Haagsche conferenties tot uiting
kwam, als afgedaan moet worden be
schouwd.
Dergelijke klanKen moeten tot hoop r-n
vreugde stemmen,
Daar staat echter helaas tegenover, dat
men van de zijde der Entente in de laatste
dagen niets anders hoort, dan ovorwin-
ningsfaDfares. De successen op het weste
lijk front 'hebben de overwinningsgedachten
weer verlevendigd en bet praten over vre
de door overleg wordt niet geduld. Men
kan weer lezen van vredesvoorwaarden,
die de Centralen zullen worden opgelegd.
Inzonderheid slaan de Amerikanen tbans
een hoogen toon. De hulde hen in den
laatsten tijd vamiit Londen on Parijs toe
gezwaaid, werkt na. Zoo kon men den
Amerikaanschen Senator Lodge dezer da
gen hooren uiteenzetten, dat met Duitsch
land niet over den~-vrede mag worden
onderhandeld. Men moet het den vrede
voorschrijven, want zoo zei de spreker
Duitschland moet tot een zoodanige
positie in d6 wereld worden teruggebracht,
dat het nooit weer den wereldvrede kan
verstorën. En vervolgens las Lodge een
vredesprogram voor. waarbij het herstel
van België en de afstand van Elzas Lotha
ringen als eerste eisch werden gesteld,
naast tal van andere verregaande eisctnn.
Hot is wel bet bedenkelijke in den hui-
digen toestand, dat de oorlogspers en de
voorstanders van het voortzetten van den
oorlog tot de overwinning is bebaa'd, on
middellijk de leiding krijgen wanneer de
oorlogskansen zich wijzigen. Toen Hinden
burg zijn offensief begon en succes bad,
waren het de al-Duitschers, die een hoogen
toon aansloegen en nu de geallieerden
merkbare voordeelen behalen, laten de
oorlogsschreeuwers van die zij ie zich het
luidst hooren. En het staat maar al te zeer
te vreezen, dat het zoo nog een langen
tijd zal gaan, totdat men ten slotte tot de
erkenning zal moeten komen, dat een oorlog
als deze niet door het zwaard kan worden
beslist. Als het dan maar niet te laat is,
om lfct ontredderd Europa nog voor totale
iozinking te behoeden.
—o—o—o
De du'kbootactie duurt nog stee ls voort
en e'ko week stijgt het amtal scbepi n>
da- naar den bul.ra der zee gezonden werd
6=2E3
Goedkeuring rekening weeshuis dienst
1917.
Goedkeuring rekening armbestuur dienst
1917.
Voorloopige vaststelling gemeente-reke
ning dienst 1917.
Financieele regelingen dienst 1918.
Ontslag aanurage onderwijzeres Bol-
dingh.
Voorstel tot het aangaan eener geld-
leening uan f120 000,—.
Belegging restant legaat wijlen F. Keijser.
jaarwedde klokkenisten.
jaarwedde hulptelegraaf- en hulptele-
foonkantoorhouders.
Vaststelling suppletoir kohier Hoofde
lijke Omslag ouer 1918.
Belasting-reclames.