BIJBLAD van de TEXELSGHE COURANT
van ZATERDAG 10 JANUARI 1920 No. 3361.
VERGADERING
van Hoofdingelanden van het Waterschap
„De Dertig Gemeenschappelijk Polders-
op Texel op Zaterdag 27 December 1919.
Tegenwoordig de heeren Jb. S. Keij-
ser, K. T. Bakker, S. J. Dijksen, Jb. Kik
kert PPz., J. D. Roeper, D. J. Bruin, P.
S. Koning, L J Roeper, J. J. Bakker, Jb
Kikkert Nz. IJ. Lap, G. P. Witte, Jb.
Boogaard en A, Eelman Jbz.
Afwezig de heer C. Keijser Sz.
J. S. DIJT, Dijkgraaf, Voorzitter.
C. J. ROEPER, Secretaris.
Na opening der vergadering wordt aan
de orde gesteld het onderzoek der ge
loofsbrieven van de herkozen leden L.
J. Roeper en Jb Boogaard en het nieuw
gekozen lid A. Eelman Jbz.
Het onderzoek geeft geen aanleiding
tot het maken van op of aanmerkingen,
weshalve die geloofsbrieven worden goed
gekeurd en tot toelating van genoemde
heeren wordt besloten.
De Voorzitter feliciteert de heeren Roe
per en Boogaard met hun herbenoeming
en hoopt, nu ook de kiezers hunne aan
wezigheid in het bestuur hebben waar
dig gekeurd, dat zij hunne betrekking
wederom met belangstelling zullen ver
vullen; de heer Eelman wordt ook door
den Voorzitter gefeliciteert en hoopt ook
van hem, dat hij de belangen van het
Waterschap naar zijn beste weten zal
behartigen.
De heeren Roeper, Boogaard en Eel
man bedanken den Voorzitter voor de
installatie, waarna zitting wordt genomen
De Voorzitter spreekt nu een waar-
deerend woord over den heer P. J. Witte
die steeds eene goede belangstelling heeft
getoond in de polderzaken en door zijn
goed humeur altijd een aangename ver
schijning in de vergadering is geweest;
Spreker betreurt het, dat Witte om ge
zondheidsreden ontslag moest vragen.
Daarna worden de notulen van de vo
rige vergaderingen voorgelezen en on
veranderd vastgesteld.
De Voorzitter deelt mede dat den
2den October j.l. eene vergadering is ge
houden door een commissie uit Gedepu
teerde -Staten met afgevaardigden van
verschillende polderbesturen, ter bespre
king over het bemalingsvraagstuk van
den polder Waal en Burg.
Ten einde hoofdingelanden op de hoogte
te stellen van hetgeen op die vergadering
is verhandeld geworden, wordt een door
den Voorzitter, den heer Ketelaar, goed
gekeurd verslag voorgelezen.
Naar aanleiding van dit verslag ont
spint zich eene discussie over electrische
bemaling, die volgens den Voorzitter voor
Texel finamieei onmogelijk wordt geacht
omdat verschillende plannen reeds onder
zocht zijn geworden met het gevolg dat
de kosten, die aanvankelijk voor de Der
tig polders geschat werden op f3.per
H.A. bij eene prijsstijging van materialen
etc. van 40 pCt. bij voor den oorlog,
later cijfers gaven aan van f7.50, f 10 en
f 13 per H.A, terwijl het laatste onder
zoek tot uitkomst gaf „te du u r".
De heer P. S. Koning kan met de
eischen die de ingenieurs van het elec-
trisch bedrijf aan de vergravingen stellen
niet accoord gaan; de kosten zijn veel
te hoog geraamd, omdat voor wateraf
voer naar de machine, zijns inziens, zeer
weinig behoeft gegraven te worden. De
toestand van de verschillende polders is
treurig en eischt verbetering.
De Voorzitter is het met den heer
Koning eens dat de tegenwoordige toe
stand niet bestaan kan blijven en wil
daarom onderzoek laten instellen naar de
kosten van verschillende bemalingen om
daarna een keuze te doen. Reeds in eene
vorige vergadering is daarover met enkele
hoofdingelanden gesproken, de daarbij
tegenwoordige heeren Bakker en Roeper
vonden het nu geen tijd om tot stichting
van een gemaal over te gaan.
Het p ovinciaal electrisch bedrijf heeft
een kaart gemaakt waarop graphisch de
regenval, windkracht en getijhoogten zijn
aangegeven, met het doel ons te laten
zien dat windbemaling voor het Water
schap onvoldoende isdeze kaart gaat
echter een voet foutief. De opzichter van
't Waterschap heeft daarna een nieuwe
kaart gemaakt en daaruit blijkt dat wind-
bemaling zeer zeker voldoende is.
De Koning verklaart zich tegen wind-
bemaling en wijst op den waterstand in
het Noorden, die toen de motor defect
was, ondanks malen met den molen nog
5 c.M. gerezen was.
De heer ij. Lap zegt dat de bemaling
met den stermolen in het Hoornder
Nieuwland, dat toch in veel ongunstiger
conditie is dan het Noorden, uitstekend
voldoet, zoodat ook eigenaren van Hoorn
en Burg hebben besloten, het voorbeeld
van het Nieuwland te volgen.
De heer Koning, een polder van 100
H.A. kan niet vergeleken worden met het
Waterschaphij geeft de voorkeur aan
electrische bemaling en zegt daarop te
willen wachten.
De Voorzitter zegt voor clectriciteit
I1/* maal zooveel te willen geven als de
buren, doch gelooft niet, dat electrische
bemaling ooit werkelijkheid zal worden.
De discussies worden hiermede geëin
digd en besloten wordt een onderzoek
te laten instellen naar de kosten van
motor- en windbemaling.
Aan de orde, ingekomen stukken.
a. Van Gedeputeerde Staten houdende
toezending van een goedgekeurd exem
plaar besluit tot verkoop van een per
ceel grond aan den heer S. Keijser Jbz.
en mej. A. K. Keijser den Burg.
b. Van Ged. Staten houdende goedkeu
ring tot overneming van den onderhouds
plicht van ongenummerde wegen in de
buurtschap Oosterend op Texel en van
den eigendom van een perceel weiland
aldaar ter grootte van 2.20 Are.
c. Van Ged. Staten houdende terug
zending van een goedgekeurd exemplaar
besluit tot nadere vasstelling der huis
houdelijke kosten.
d. Van Ged. Staten houdende bericht
van goedkeuring voor aanvul ing Keur.
e. Van Ged. Staten houdende afschrift
uittreksel uit het Koninklijk Besluit van
21 October 1919 no. 26 houdende benoe
ming van den heer Jb. Keijser Sz. tot
Heemraad van het Waterschap.
De stukken a b. c. d. en e. worden
voor kennisgeving aangenomen.
f. Van A. Visser, .opzichter, houdende
verzoek zijn salaris te herzien en in over
eenstemming te brengen met het duurdere
levensonderhoud.
De Voorzitter ligt het verzoek nader toe
en sommeert de werkzaamheden aan de
betrekking verbonden.
Besloten wordt het salaris voor 1919
onveranderd te laten en de duurte toeslag
op f 500 te brengen.
Voor het dienstjaar 1920 wordt het sa
laris vastgesteld op f 1500 en de duurte-
toeslag op f 250.
De Voorzitter stelt voor om ook de
jaarwedde van den Secretaris en den Pen
ningmeester voor 1920 te regelen.
Na eenige discussie stelt de Voorzitter
voor de jaarwedde van genoemde amb
tenaren met 50 pCt- te verhoogen.
Overeenkomstig het voorstel wordt met
algemeene stemmen besloten. De Secre
taris bedankt den Voorzitter voor zijn
voorste\ en hoofdingel. voor hun besluit»