hw
terdag 27 Maart 1920.
338t* Jaargang.
I H S
.Advertentieblad.
Spoor- en Bootdrenst.
WITTE KOZEN.
Burn en la ad.
;n§
FETJÏIiLKÏOK
vM
J*U8 "-ï
-r.ÖimjH «V# '«.few
ft-ÏTÏ
Dit felsd verseitgai Woensdag- enZater ^yworgen
Adverteatiëu daags voor de uitgave vóór 4 uur nam
ABOi. IEMENTEN ea ABVERTENTIEN worden aaageuomsa bQ CA Uiig. Fiska LANHEVELS DE ROOIJ, Parkstraat, Boa® or Taxit,
LICHT OIM
HOOGWATER Reede van Texel.
Donderdag 25 Maart v.m. 11,55
Vrijdag 26 12,19
Beperkte dienstregeling
van 18 Februari I9'20
Vertrekuren yan de Boot.
van Texel7,45 v.m. 2,45 n.m.
X 26 Maart i - 20.
Nationale Vrijwillige Landstorm.
Voor dc arme kinderen in Weeneu.
ft
-?%x
Sx "5 Tï -Vvr fit i
v ïv Ik Vr: O'
AbonnenietUsprvs per S naanden.
Voor den Burg 50 Cts. Franco per post door geheel
Nederland 65 Cts. Naar Amerika en andere landen
met verhooging der porto's. Losse nummers 3 cent.
C ÜRANT,
Prijt der Advertenlièn.
Van 1 tot 5 regels 50 Cts. Iedere regel meer 10 Ct. Qroote
letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Van Woensdag 24 Maart tot en met Dinsdag
30 Maart
voor rijwielen 6.45 uur, voor rijtuigen 7.15 uur
_^..iir..i«».«nmWTV»CTr»«CT..»rwi-\i'«ii»- --rrr t—j»
Zaterdag 27 1,12
Zondag 28 2,18
Maandag 29 3,43
Dinsdag 30 5,14
Woensdag 31 6,25
Des namiddags is het ongeveer een half uur
later hoogwater.
van Nieuwediep9,15* 4.15
Zondags v.m. 8,45.
Vertrek en aankomst der treinen
van den Helder naar Amsterdam.
Vertrek Helder. Aankomst Amsterdam
6,24 9,14
7.29 sneltrein 9,14
10,246 1,07
12,20+ 3,28
1.56++ 4.46
4,11** 8,25
6,54 9,39
Bovendien loopt op alle werkdagen een trein
van Helder naar Alkmaar
van Helder 4,26 te Alkmaar 6,15
Van Amsterdam naar Helder.
Vertrek Amsterdam. Aankomst Helder
5,25§ 8,35
9,17 11,39
12,28§ 3,07
3,05 6,02
6,09§ 9,18
8.30 10,36
10,45+ 12,36
Niet op Zon- en feestdagen.
Alleen op Zondag,
ff Alleen op Zaterdag
Niet op Zaterdag, Zon- en Feestdagen.
Stiereukcuriug
De Burgemeester der gemeente Texel
maakt bekend, dat door de Provinciale
Regelings-commissie is bepaald, dat te den
Burg op Zaterdag 3 April a.s., des middags
12 uur een stierenkeuring zal worden ge
houden.
Texel, 24 Maart 1920.
De Burgemeester voornoemd,
BUYS1NG DAMSTE.
Naar b.et Hoog-Duitseh van
Gravin S. von Adiersfeld-BalleatrerD.
107.)
„Ia diea toestand van twijfel en ver
driet, geleidde mijn goede ster mij ia hej
bitterste uur mijns levens naar een wijs
en heilig man, den broeder-overste van
het Kspucijnerklooster op Fiescle en hij
bestreed mijn twijfel. Hos gelukkig was
ik, en nooit heeft do gedachte,, dat ik toch
van je had moeten afzien, zich van mij
meester gemaak. En hoe jij hierin zult
beslissen, dat zegt mijn hart. Amen."
Hochwald had uitgesproken, maar reeds
van te voren was Iris opgestaan en aaa
zijn zijda getreden.
„Vandaag eerst ben ik waarlijk je vrouw
geworden, omdat je mij in de diepte van
je ziel hebt laten zienzeide zij esnvou-
„Zal het mij ooit gelukken, de diepe
wonde geheel te genezen? Het hart van
den mensch ie niet te doorgronden, zegt
men, en het bedriegt zichzelf nst gemak
kelijkst voor jou hart ata ik evenwel
in. Satan zelf moot haar die uitleg ging van
je woorden hebben ingegeven, Bat»», die
baar eeuwigen dood heets gewild
Diep geschokt zweeg zij.
De vergadering op Woensdag in hotel Texel
gehouden was niet druk bezocht, misschien had
de omstandigheid, dat de publicatie eerst in het
nummer van dien dag plaats vond, daaraan
schuld.
Na een inleidend woord van den heer Ploos
van Amstel was het woord aan den heer Lobel,
die begon met te zeggen, voornemens te zijn
de aanwezigen aan te sporen, zich als lid van
den vrij willigen landstorm op te geven en
overtuigd daarin te zullen slagen, wanneer het
hem maar gelukken mocht, ze van het nut van
den landstorm, als middel om revolutie te voor
komen, te overtuigen.
Spr. stelde zich voor daarbij drie vragen te
beantwoorden.
1. Is de revolutie zoo'n groot gevaar als men
zegt
2. Bestaat er gevaar voor revolutie in ons
land
3. Wat is het beste middel om dat gevaar
te voorkomen
Aan de hand van verhalen van gezanten,
consuls, zendelingen en andere personen, die
van uit Rusland naar hier zijn gekomen en van
citaten uit geschriften, boeken en couranten
uit binnen- en buitenland, beschreef spr. de
gruwelen, die tijdens de revolutie in Rusland
zijn gepleegd.
De banden van godsdienst, beschaving en
cultuur zijn gebroken, het dier in den mensch
is losgebroken, godsdienst, zedelijkheid en
eigendomsrechten hebben afgedaan.
Of het wel zoo erg is geweest Als bewijs
daarvoor haalde spr. citaten aan uit „Het Volk",
het orgaan van de S.D.A.P.
Over de revolutie in Oostenrijk ontleende
spr. een en ander aan het orgaan van de
Communisten in ons vaderland, „de Tribune",
dat naar zijn meening, de zaken toch zeker
niet dopkerder zal voorstellen dan ze zijn, en
hij komt ten slotte tot de conclussie, dat de
revolutie is een groot gevaar.
Of er gevaar voor revolutie bestaat in ons
land? Spr. meent van wel, hij wijst op de be
weging. van deze dagen in Duitschland en is
ten opzichte van de communisten, maar ook
van de S.D.A.P.ers, in ons land niet gerust,
op grond van uitlatingen en gedragingen van
de vooraanstaande personen in die partijen,
door hem gen.oemd.
Het middel om revolutie onmogelijk te maken
is volgens spr. organisatie van alle welgezinden.
Wanneer de communisten weten, dat zij een
goed georganiseerden landstorm tegenover zich
zullen vinden, zullen zij zich nog wel tweemaal
bedenken, meent spr.
Als gij mij gelijk geeft, eindigt spr. voelt gij
U verplicht aan te sluiten, tot bescherming
van uw vrouw, uw kind, uwe geestelijkheid
en uwe godsdienstige instellingen, geeft gij het
antwoord, dat uw regeering, koningin en al
wat U heilig is, van U vraagt.
Na de pauze was het woord aan den heer
luitenant van Rees, die onder aanhaling van
de woorden van onze regeering in 1903„Aan
„Zij stierf ia vrede met God, stand vaetig
en a: t een berouwvol hart," viel Hoch
wald .at ia de rade. „Wij mogen hopen
dtst zij hierboven ook genade heelt gevon
den. Ee toch, IrÏ3 jij hebt haar dikwijls
ia je droorc .gezienik hecht geen
geloof aaa geesten oi geestverschijningen
cn bea, naar ik hoop, vrij van spiritiatï-
sohe denkbeelden en toch, Iris, ia zij
is. ;<'ö3, ongeveer op dit uur, voor mijn
„eest komen staan, zooals ik haar tijdens
haar 1 ven heb gekend, het lange blonda
haar ea den ruiker van witte rozen, die
door fc sar bloed rood waren gekleurd, in
da hand en ik heb haar slem gehoord, die
mij zeide: „Red mijn kind!" Ongeveer
een uur later kreeg ik een telegram van
den professor, waarin hij mij verzocht, ter
wille vaa jou dadelijk terug te komen."
Diep geschokt boog Iris zich over de
zwarte, eenvoudige doodkist heen en hare
tranen vloeiden er rijkelijk op neder.
Hoohwald stoorde haar niet cn liet haar
uitweenen met deze tranen verdween
ook do ziekelijke spanning, die haar bet
jongs hart zoo had toegenepen, eu mis
schien groeide nit deze tranen wel het
bloempje op, waarvan de oude dame haar
die hier een gewijde rustplaats had gevon
den, rast zoo' uorg v'oal bad gesproken
Ea uit csze tranen kon Hochwald ook
Z! 3 zij nu o. k do huivering bad over
wonnen vo„-r de gedaaufe van hare moeder
die z.j rooit bad gekend, cte nare hand
reactie denkt hier niemand," verklaart, dat met
den landstorm niet de bedoeling voorzit, het
militarisme te versterken, evenmin om als sta
kingsbrekers op te treden, ook niet om te
stijven de voorstanders van een hard milita
risme.
De bedoeling zit zelfs bij spr. voor, om niet
door te gaan met een legqr als tot nu toe,
waar men slechts heeft te zwijgen en zich
neer te leggen bij hetgeen een ander beslist,
maar om te trachten te komen tot een zoo
kort mogelijken oefeningstijd en zoodoende de
kosten en de persoonlijke lasten tot een mini
mum terug te brengen.
De kazerne, zegt spr. is voor menigeen ge
weest het kerkhof van zijn beter ik, daarom
zoo min mogelijk dc jonge mannen weggehaald
van hun werk, voor het oefenen In de hande
lingen van den krijg.
Het is slechts de bedoeling te beproeven
door de oprichting van den vrij willigen land
storm ons vaderland te behoeden voor den
burgerkrijg.
Reeds hebben zich 45.000 mannen aangemeld,
spr. meent daarmede reeds veel te kunnen be
reiken. Het percentage dat de revolutie wil is
zeer gering. In Hongarije, in Rusland en in
Beijeren was dat ook het geval, toch kwam er
de revolutie, het volk liet. zich opzweepen door
de leiders.
De regeering kan de lichtingen niet oproepen,
want daarmede roept zij ook op de aanhangers
van Wijnkoop c. s. Het is daarom noodig dat
een aantal mannen zich bereid verklaren om
zich te geven om het wettelijk gezag te steunen
tegen een eventueele revolutionaire beweging.
Wanneer gij bereid zijt daar aan mede te
werken, zegt spr., hebt gij slechts uw naam
en adres op te geven, zoomede o( gij in zekeren
rang hebt gediend, voor het overige zorgen
wij.
Oefeningen behoeft gij niet mee te maken,
zij die gediend hebben kennen de bediening van
den snaphaan. Wanneer gij rnocht worden
opgeroepen, blijft gij zoo dicht mogelijk bij
uw woonplaats, onder eigen onderofficieren en
luitenants. De regeering geeft een toelage van
f4,— per dag, terwijl den burgemeesters uit
drukkelijk is medegedeeld, dat bij de vergoeding
voor kostwinnerschap met die f28,per week
geen rekening mag worden gehouden. Bij
invaliditeit of dood is bij wet -/3 van uwe in
komsten gegarandeerd, tot een maximum van
f 3000,—.
Tot slot deelt'spr. nog mede, dat ook niet-
kerkelijken de zaak voorstaan. Spr. noemt
daarbij mannen als Melchior Treub en Mr.
Marchant. Hebt gij nog bezwaren zegt 'spr.,
spreekt ze vrij uiten hij eiudigt met declamatie
van het Wilhelmus van Nassouwe.
Voor de gelegenheid tot stellen van vragen
of het wisselen van gedachten melden zich aan
de heerenj. C. v. d. Poll, Tholman en Ds.
Visser.
De heer v. d. Poll meent, dat ieder recht
geaard Nederlander als het noodig blijkt zal
voldoen aan de oproeping. Waarop knoopt
men Roland Holst en Wijnkoop niet op
vraagt hij.
De heer Tiiolman vraagt wat bij algemeene
werkstaking zal worden gedaan en of men
wanneer de revolutie uit Duitschland overkomt
durfde opheffen tegen haar echtgenoot en
haar misdaad moest boeton op het schavot.
Hier stond de reine, vlekkelooze dochter
en wpende heote tranen van medelijden en
vergiffenis op de kist Yan hare lietdeloozo
schuldige moeder.
Hoe Jlochwaid tot de overtuiging was
gekomen, dat Maria voa Ravensberg hem
iet lief gehad, icaar de ongelukkige daad
alleen had begaan, omdat zijn rang es zijn
ryicdom baar hadden verlokt, omdat de
eerzucht haar de vorstenkroon als hoogste
doel had getoond, dat Iris te vertellen
stelde hij tot later uit.
Ia die dagen, toen hij zoo vrijwillig ia
eenzaamheid leefde, waa hem veel ter oore
gekomen, mecig gebrek in het karakter
der jonge vrouw kwam aau het licht en
hij gevoelde nu zijn schuld tegenover haar
geboet. Bijna twintig jaar had hij noodig
gehad om van den schok, dien zijn ziel
had ondergaan, te genezenbij had haar
lichaam eea waardige rustplaats gegeven
ea voor haar ziel den troost en de voor
spraak van de kerk weten te verkrijgen
was dat niet reede het loon waerd, dat
hem ton deel viel, toen haar kind in baar
reii.e onschuld, toegerust met de schoonheid
der moeder en hut beminnelijk karakter
van den vader, in zys leven trad ea hom
een geluk braout, dat hij op aarde met
me voor mogelijk bad gehouden
Sigrid was al lang ut dea post vau de
deur verdwenen en do avoudaceemering
denkt met de 45.000 man, die zich hebben
aangemeld, die vloedgolf te keeren.
Spr. stelt in staat van beschuldiging de re
geering, die door onvoldoende vergoedingen
voor gemobiliseerden, afschepen zonder ver
goeding van lien, die in dienst ziek zijn ge
worden en anderen, die hun zaken in hunne
afwezigheid hebben zien vcrloopen, ontevreden
heid heeft gekweekt en toelaat dat door minis
ters contracten worden aangegaan, die het land
millioenen kosten.
De heer Ds. Visser informeert of het in de
bedoeling ligt ook op de andere dorpen op te
treden, voor hen toch is z. 1. dc vergadering
te laat gepubliceerd.
De voorz. licht de heer Ds. Visser toe, dat
door noodlottige omstandigheden de publicatie
niet reeds Zaterdag geschiedde, doch dat liet
in de bedoeling ligt ook de andere dorpen op
Texel te bezoeken.
De heer luitenant van Rees, als spreker, ant
woordt de heeren v. d. Poll en Tholman.
Met eerstgenoemde is spr. het eens, dat ieder
zich moet aanmelden, doch wat het opknoopen
van Roland Holst cn Wijnkoop betreft, dat zou
z. i. niet getuigen van wijs beleid, spr. wil vrije
uiting handhaven.
Tot de heer Tholman zegt spreker, dat de
regeering zicli niet zal laten plukken. Bij een
gewone staking zal zij zich geen partij stellen,
doch wanneer de voedselvoorziening in gevaar
komt, zal zij weten wat te doen.
Betreffende de millioenen zegt spr., er zullen
door een regeering altijd dingen gedaan worden,
die achteraf bezien, beter niet gedaan waren,
men zal ecliter niet één persoon in de regeering
aanwijzen, die de gelden ten eigen bate heeft
aangewend.
Op de uitlating van den heer Tholman over
de zieke soldaten, wenscht de heer v. d. Poll
nog in het midden te brengen, dat de soldaten
in den regel de ziekte aan zichzelf hebben te
danken. Spr. heeft in indië gediend, is thans
65 jaar maar nog geheel gezond, heeft zijn
leven dan ook nooit verslingerd.
Nadat de heer Tholman nog heeft gezegd,
dat het niet in zijn bedoeling lag de beweging
van den vrijwilligen landstorm te bestrijden,
doch slechts op enkele feiten te .willen
wijzen, spreekt de heer luitenant van Rees nog
een aanbevelend woord, waarna de vergadering
door den voorz. wordt gesloten, met bijzonderen
dank aan de heeren Lobel en van Rees.
Of het optreden succes heeft gehad, zouden
wij niet kunnen zeggen, van aangilften voor
den landstorm vernamen wij niet.
Het dames-comité hier ter plaatse, dat zich
tot taak had gesteld, ook van hier uit iets te
doen, om den nood te Weenen te lenigen,
heeft hare taak voleindigd.
De ingezamelde gelden zijn besteed, de stof
fen daarvoor aangekocht zijn in kledingstuk
ken omgezet. Achttien, voor het meerendeel
jonge dames, hebben iederen Woensdag, ge
durende 10 weken, in een der lokalen van de
openbare school, meegewerkt om de kleeding-
stukken te vervaardigen, die door de dames
van het comité naaiklaar waren gemaakt.
Een koffer, van flinke afmetingen, vol onder
goederen, bestemd voor kinderen vanaf zuige-
begon roede te vallen, toen Hoohwald zijn
vrouw uit hare overpeinzing wakker
schudde.
„Kom, lria, het ia tijd," zeide, terwijl hij
haar zacht net blonde naar streelde. „Je
kent nu de plaats waar het roode licht
brandt en je kunt komen, zoo dikwijls je
hart behoefte gevoelt, om hier te bidden.
ZQ stond op, maar voordat hij het loo-
den deksel er weder bp deed, legde zij het
bouquet rozea, dat zij had meegenomen,
op de zwarte arme-zoadaarskist eeae
handeling, zoo eenvoudig) en natuurlijk en
toch hier zoo treffend en grooteeh, dat
Hochwald zijn beide armen uitbreidde en
Iris op deze ernstige plaats aan zijn hart
drukte, ouder stomme, heilige beloften.
Zorgvuldig sloot by toen weer den in
gang naar den grafkelder. „Want,* zeide
hij, „wij moeten het een geheim laten
bleven, wegens de bevolking en de be
dienden van het slot. Beter dat hun bijge
loof rondom het roode licht allerlei sagen
spint, ais dat het mogelijk de ongelukkige
die hier rust, als geest laat wandelen en
daarmede onberekenbare schade aannioht."
Toea zij boven kwamen, gevoelde Iris
hoezeer zij behoeite aan rust had en hoe
de gang naai' beneden haar geprikkelde
zenuwsu nog meer had gesohokt. Hoohwald
bracht huar dadelijk weer naar zyue kamer
en vonu daar den professor met den dokter
op hen wachtende.
Wordt vervolgd