FT QF HlilOv 3464 Woensdag 5 Januari 1921. 348t< Jaargang. Nieuws- en A dvertentieblad. Iptor- §n lootdienst. Binnenland. Van week tot week \"d ölt blad verschijnt Woensdag en Zaterdagmorgen Abennemenltprije per 3 maanienl Voor den Burg 50 Cts. Franco per post door geheel Nederland 65 Cts. Naar Amerika en andere landen met verhooging der porto's. Losse nummers 3 cent. idvertenttön daags voor de nitgave vóór t nar nain. Prfci der AdeertentiSni Van 1 tot 5 regels 50 Cts. iedere regel meer 10 Ct. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. ABONNEMENTEN en A9VERTENTIEN worden aangenoaea bfl ds üitg. T«ma LANG1SVIL» A DE ROOIJ, Parkstraat, Boa» ofTixii. LICHT OP! Van Zaterdag 1 Jan. tot en met Vrijdag 7 Jan. voor rijwielen 4,25 uur, voor rijtuigen 4,55 uur HOOGWATER Reede van Texel. Donderdag 6 Jan. v.m. 6,54 Vrijdag 7 7,43 Zaterdag 8 8,22 Zondag 9 8,58 Maandag 10 9,30 Dinsdag 11 10,02 Woensdag 12 10,35 Des namiddags Is het ongeveer een halt uur later hoogwater. Post- en telegraafkantoor Den Burg geopend. Op Zon- en feestdagen Vm. 8 tot 9 uur n.m. 1 tot 2 uur Op werkdagen voor Telegrammen Vm. 8 uur tot n.m. 8 uur. voor Postzaken Vm. 8 uur tot n.m. 7'/» uur. Voor postwissels, kwitantién en Rijks verzekeringsbank Vm. 8.30 uur. tot n.m. 3 uur Voor Rijkspostspaarbank Vm. 9 uur tot n.m. 7,30 uur Voor postcheque- en girodienst Vm. 9 uur tot n.m. 3 uur. Beperkt* dienstregeling van 6 December 1920 Vertrekuren van de Boot. Op Werkdagen Vertrek Texel 7,45 v.m. 11 v.m. 2.45 n.m Nieuwediep 9,15 12,10 n.m. 4,— Op Zon- en Feestdagen van Texel: 7,45 v.m. 2,45 nm. van Nieuwediep: 8,45 4.— Vertrek en aankomst der treinen van den Helder naar Amsterdam. Vertrek Helder. Aankomst Amsterdam 6,30 9,06 7,28 sneltrein 9,06 10,25§ 1.30 12,37 3,25 1.54ft 442 4,08** 0.30 4,29§ 8,45 7,25 9,40 Van Amsterdam naar Helder. Vertrek Amsterdam. Aankomst Helder 5,28§ 8,36 8,011 9,47 9,15 11.40 12,24§ 3,11 3,03 6.01 6,079,04 8,57 10,48 11,11+ 12,54 Niet op Zon- en feestdagen, t Alleen op Zondag, ff Alleen op Zaterdag Niet op Zaterdag, Zon- en Feestdagen. 25 Dec—1 Jan. Het nieuwe jaar is begonnen. We hebben by de jaarwisseling even stilgestaan, om een biik achterwaarts te werpen en de vraag te stellen, wat het nieuwe jaar ons zal breDgen. En als altijd zijn we het antwoord op die vraag schuldig ^gebleven, omdat we zelfs geen tipje vermogen op te heffen van den sluier, die het heden van de toekomst scheidt. En toch, ais we zoo om ons zien en het oor te luisteren leggen naar de geluiden, die om ods op klinken. dan zien we'niet zoo hoopvol de toekomst tegemoet. De verschijnselen op economisch gebied zijn waarlijk niet be moedigend. Er is malaise te constateeren op menigerlei gebied. Vooral in de industriestreken, weet men daarvan mee te praten. Aan den beurshemel teekenen zich donkere schaduwen af en men voor spelt, dat 1921 wel eens het jaar der bankroeten kan worden. Inderdaad ernstige verschijnselen en die niet van plaatselijken aard zijn. Er schijnt voor de heele wereld een crisis op komst, te zijn, die haar schaduwen reads vooruitwerpt op de zaken wereld. Wel renerzijis een daling van verschillende pr(jz60, die de consumenten hoopvol zal kunnen stemmen, maar aan den anderen kant, toenemende werkloos heid en slspte in de bedrijven. Mogelijk dat het jaar hetwelk thans be gonnen is, ons op economisch gebied ernstige schokken zal doen beleven en dat er van regeering en volksvertegenwoor diging, ja, van ons heele volk, buitenge wone inspanning zal worden gevergd, om den wagen in het goede spoor te houden. Als daartoe echter het eenswillende streven gevonden wordt, zal men ook de onzekere toekomst met gerustheid onder de oogen mogen zien. Vinde het nieuwe jaar ons allen daartoe bereid I —o—o-o— „Met 't nieuwe jaar weer nieuwe hope" Dit geldt ten opzichte van het vraagstuk der ontwapening. De oorlog, die door den waanzinnigen wedstrijd in bewapening werd gecultiveerd, is nu al twee jaren voorbij de vredesklokken hebbqn geluid scboone redevoeringen in tal, waarin geprofeteerd werd, dat nu weldra de spietsen tot spaden zouden zijn geslagen, werden gehouden maar in werkelijkheid is er nog zoo goed als niets verandord. De schoone droom van eeheele, of gedeelte lijke ontwapening, is nog een droom ge bleven. Thans echter schijnen de Vereen. Staten een poging te willen ondernemen om het vraagstuk der ontwapening opnieuw aan de orde te stellen. Te Washington is een speciale zitting bijeengeroepen van de Senaatscommissie voor .buitenlandsche zaken, want er is een voorstel ingediend, om president Wilson te verzoeken, onder handelingen te openen met Engeland en Japan, teneinde een beperkiDg der bewape ning tot stand te brengen. Het denkbeeld is uitgegaan van den Amerikaanscben staatssecretaris van ma rine. Diens bedoeling is, een internationale conferentie byeen te roepen, ten einde de mogelijkheid van een vermindering van de uitgaven voor de bewapening te over wegen en zoo mogelijk tot een overeen komst te komen. In de Engelscbe pers is het denkbeeld van een conferentie betreffende dé ontwa pening met instemming ontvangen. Wel behoort eigenlijk de beweging daartoe uit te gaan van den Volkenbond, maar nu de Vereen. Staten daarvan geen deel uitmaken ia een afzonderlijke conferentie noodig. Mag men de Engelscbe bladen gelooven, dan is de Engelsche regeering tot alle medewerking bereid. gNu de Duitscbe vloot van de zee verdreven is, kan Enge land het vraagstuk met des te meer ge rustheid onder de oogen zijn. Ook de Eerste Lord der Britsch6 Admiraliteit, Long, acht het oogenblik gunstig, om te komen tot een verstandige en wederzijdsche be perking der bewapening. En wat vooral van belang wordt geacht, is de verklaring van den Japanschen gezant te Londen, dat Japan zich gaarne over de zaak met de andere mogendheden wil verstaan. Zoo zal dan nu de eerste poging worden gewaagd, om woorden in daden om te zetten. De Amerikaansche Senaat zal zich stellig met 't voorstel om de eerste stappen te ondernemen, vereenigeo. President Wilson kan natuurlijk ala een vurig voorstander worden beschouwd en van Harding, den nieuweD president, weet men, dat hij een voorstander is van bezuiniging op militaire uitgaveD. Met 't nieuwe jaar dus weer nieuwe hope. In ander opzicht echter kan niet van nieuwe hoop worden gesproken. We be doelen do verhouding tusschen de gealli eerden en Duitpcbland. Er was in den laatsten tyd bepaald nieuwe hoop gewekt, dat in die verhouding de gewensohte ommekeer gekomen was. Duitschlands goeden wil en openhartigheid werden ge- prezeD, het wantrouwen, dat steeds zoo in erge mate de verhoudingen had be- heerscht, maakte gaandeweg plaats voor vertrouwen. Dat a'les echter is nu weer uit en m6n schrijft in de pers der gealli eerden en vooral in de Fransche bladeD, weer op den oudeD, verbitterden en kleineerenden toon al3 vroeger. De oorzaak van een en ander ia te vin den in de kwestie van Duitschlands ont wapening, de oude kwestie, waarover weer nieuwe nota's gewisseld werden en die met het begin van bet nieuwe jaar weer in verscherpte mate aan de orde is ge komen. Twee omstandigheden treden bij deze kwestie voojal naar voren. In de eerste plaats de groote vrees in de leidende Fransche kriDgen voor een mogelijke Duitscbe revanche. De afgetreden minister van Oorlog Lefèvre heeft daarover in de Kamer dingen gezegd, die de Franschen wel den schrik om het hart moet doen slaan. Met des te sterker klem eischt Frankrijk daarom een uitlegging van het tractaat van Spa, waardoor Duitschland vrijwel weerloos wordt gemaakt en alle burger wachten, veiligheidspolitie, of hoe de Duitsche schutterijen ook meer mogen heeten, op staanden voet ontbonden worden verklaard. Engeland erkent, dat Frankrijk hetwelk van een Duitschen revancheoorlog stellig wel het eerst het slachtoffer zou worden, er recht op heeft, dat Duitschland niet meer mannen onder de wapens heeft dan het verdrag toelaat. Daarom steunt Engeland de Fransche regeering, nu dé kwestie der burgerwachten aan de orde is gesteld, temeer waar de Franschen ii die burgerwachten niets anders dan verkapte legerorganisaties zien. De tweede omstandigheid die naar voren treedt is, dat Duitschland reeds te Spa tegen de bepaling tot ontbiudiDg der burgerwachten heeft geprotesteerd, De Duitsche regeering legt daarbij het verdrag van Spa zóó uit, dat zij volkomen in haar recht meent te zijn. Zjj oordeelt en waarschijnlijk zeer terecht dat als de burgerwachten worden ontbondeD, Sparta- cus het hoofd veer zal opsteken en de met zooveel moeite verkregen orde en rust weer op het ernstigste bedreigd en verstoord zulleD wordeD. En op dien grond heeft zjj dan ook geweigerd aan de nota's uit Parijs, waariD die ontbinding werd ge- eisebt, te voldoen. De geallieerden hebben daarop nog een wat krasser nota naar Berlijn gezonden ec daarop heeft de Duitsche minister van buitenlandscbe zaken, von Simon, de gezanten der geallieerde mogend heden te Berlijn opgezocht, om dezen mede te deelen, dat ja wat eigenlijk Zie daarover tast m6n nog eenigszins in het onzekere. Reuter en Havas hebben gezegd dat de Duitsche minister gedreigd had, dat als de Entente den eisch tot ontbinding der burgerwachten met geweld mocht- doordrijven, Duitschhnd ds tegemoetko mende boudiDg, die het aanvankelijk op de conferentie te Brussel, inzake de schade vergoeding heèft aanganomen, zal laten varen. Waarschijnlijk heeft von Simon dat zoo niet gezegd, maar heeft hy de bedoeling gebad de Ent&Lte voor de gevol gen te waarschuwen, De burgerwachten beteekenen orde en rust en arbeid en als die niet verstoord worden kan Duitschland zich er weer boven op werken en zal het zyn schulden aan de geallieerden kunnen betalen, terwijl het verdwynen der burger wachten zou kunnen beteekeneD, het ver dwynen van den kans op een behoorlijke schadevergoeding. De geallieerden schijnen Intusschen van plan, om hun eiscben door te zetten en de Fransche regeering heeft op den Oudejaars dag al aan den Duitschen gezant teParys een nota overhandigd, waarin verklaard wordt, dat Duitschland een aantal bepa lingen van het verdrag te Spa niet nage komen is. De Duitsche regecring is begonnen de nota's te beantwoorden, m^ar daarmee zal zy wel niet klaar komen. Het laat zich aanzien, dat ze met de geallieerden ernstige moeilijkheden zal krygen. Het jaar zet voor Duitschland niet best in en inzake de verhouding van de gealli eerden tot den overwonnene kan nog niet van „nieuwe hope" worden gesprokeD. —o—o—o— Voor wien zich hot jaar ook al heel slecht heeft ingezet? Voer d'Annunzio. 'tls uit met de pret te Fiume.De Italiaansche regeering heeft aan het tartend optreden van den dichter-avonturier ten slotte met sterken arm een einde moeten maken. Waarschijniyk heeft de vrees, dat Zuid- Slavie zelf voor het nakomen van de over eenkomst van Rapollo zorg zou dragen, als nog langer getalmd werd, haar tenslotte gedwongen, alle andere bezwaren op zy te zetten en met kracht tegen d'Annunzio op te treden. Generaal Oaviglia kreeg bevel de blokkade te verscherpen, toen alle tot p'Annunzio gerichte vertogen vruchteloos bleken te zyn. En toen daarop de legioen soldaten van den dichter den aanval op de Bersaglinie begonnen was de strijd spoedig in vollen gang. Al had d'Annunzio ook alle straten met prikkeldraad afgezet, en overal nesten voor machinegeweren laten bouweD, toch moesten zyn legionairen voor de overmacht bukken, vooral toen het Italiaansche scheepsgeschut ingreep en het regeeringsgebouw te Fiume en de ver sterkingen van d'Annunzio vernielde. De geregelde Italiaansche troepen drongen Fiume binnen en weldra kwamen gedele geerden uit de stad schorsing der vyande- lijkboden en opening van besprekingen vragen. Men is met hot accoord klaar geworden en de stad is thans in handeü van de Italiaansche troepen, d'Annunzio, die in zyn dichterlijke buien, zoo dikwijls den dood voor het vaderland verheerlijkt heeft, vend een vrygeleide en ballingschap toch nog schooner. Hy is niet gesneuveld, maar uit Fiume vertrokken. Zijnoorlogs- spot is uitgespoeld, maar bet heelt misschien meer dan 400 slachtoffers gevraagd. TEXEL, 4 Jac. 1921, De heer A. Lap, vroeger hoofd der school te Midden-Pierland, thans onder wijzer te Amsterdam, behaalde vorige week te 's öravenhago akte U Handels kennis L. O. De heer L. Mallekote, hoofd der school te do Cocksdorp is in gelijke be trekking benoemd te Noordscharwouda en heeft, naar wij vernemen, die be noeming aangenomen. Lichtloos. Werkeloos en broodeloos is veel erger, maar lichtloos is in onze tegenwoordige maatschappij toch ook al heel erg. Do lichtlooza dagen lagen al zoö ver achter ons, wij waren dat leed, ais alle lo d van den mobilisati8-Ujd, weer zoowat vergeten, toep wij er Maand tg weer wreed aan herinnerd werden. COURANT. 0—0—3

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1921 | | pagina 1