S° 3478 Woensdag 23 Februari 1921. 348U Jaargang.
Nieuws- en
Advertentieblad
Ipttr- §n BootdUnit.
Binnenland.
Van week tot week
i^§ 3$
S M5
URANT,
f) It blad vtrschQnt Woenidar- en Zaterdagmorgen
Abannemcntsprü» per 3 maandeni
Voor den Burg 50 Cts. Franco per post door geheel
Nederland 65 Cts. Naar Amerika en andere landen
met verhooging der porto's. Losse nummers33 cent.
Advertentlön daan voor de uitgave vóór 1 uur nam.
Priji der Ainrtentiin
Van 1 tot 5 regels 50 Cts. leder, regel meer 10 Ct. Oroot.
letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
ABONNEMENTEN en ABVERTENTIEN worden aangenomen b$) de Uiig. Puma LANGEVILB& BE R O O IJ, Parkstraat, Buna or T«xat
LICHT OP!
Van Zaterdag 19 Febr. tot en met Vrijdag
25 Febr.
voor rijwielen 5,50 uur, voor rijtuigen 6,20 uur
HOOGWATER Reede van Texel.
Donderdag 24 Febr. v.m. 10,—
Vrijdag 25 10,42
Zaterdag 26 ,11,23
Zondag 27 12,—
Maandag 28 12,24
Dinsdag 1 Maart 1,06
Wo.nsdag 2 .1,54
Dts namiddag. I. het ong.veer een half uur
later hoogwater.
Poit- en telegraafkantoor Den Burg
geopend.
Op Zon- en feestdagen
Vm. 8 tot 0 uur n.m. 1 tot 2 uur
Op werkdagen
voor Telegrammen
Vm. 8 uur tot n.m. 8 uur.
voor Postzaken
Vm. 8 uur tot n.m. 7'/, uur.
Voor postwissels, kwitantiën en Rijks
verzekeringsbank
Vm. 8.30 uur tot n.m. 3 uur
Voor Rijkspostspaarbank
Vm. 0 uur tot n.m. 7,30 uur
Voor postcheque- en girodienst
Vm. 0 uur tot n.m. 3 uur.
Zaterdagavond na 6 uur voor postdienst gesloten
Beperkte dlenitregeling
van 6 December 1980
Vertrekuren van de Boot.
Op W.rkdag.n
Vertrek Tex.l 7,45 v.m. 11.- v.m. 2.45 n.m
Niauwcdlep 0,15 12,10 n.m. 4,-
Op Ion- en Feestdagen
van Texel7,45 v.m. 2,45 nm.
van Nleuwadiep: 8,43 4.—
Vertrek en aankomat der treinen
van den Helder naar Amsterdam.
Vertrek Helder. Aankomst Amsterdam
7,28 aneltreln 9,06
l-54+t g'og
7',25 9,40
Van Amsterdam naar Helder.
Vertrek Amsterdam. Aankomst Helder
5,28§ 8,36
s.QiI
9,!5
12.24§ 3,1
3,03 6'01
607§ 9,04
857 10,48
ll'.llf 12,54
Niet op Zon- en feestdagen,
t Alleen op Zondag,
ff Alleen op Zaterdag
Niet op Zaterdag, Zon- en Feestdagen.
13—19 Febr.
De parlementaire arbeid is ten onzent
thans in vollen gang, Eerste zoowel als
Tweede Kamer waron in de afgeloopen
week bijeen. De Eerste Kamer behandelde
verschillende wetsontwerpen, waaraan zij
haar goedkeuring hechtte. Zoo was aan
de orde de wijziging der Militie- en Land
stormwet, waarover niet veel werd gezegd
en waarbij ook de minister zich niet over
z(Jn nadere plannen uitliet. De thans aan
genomen ontwerpen zijn slechts van zeer
ttjdelijken aard, maar hoe de regeering
staat tegen over het defensievraagstuk in
het algemeen, x^alt nog niet met stelligheid
te zeggen. Alleen deed de Minister de
toezegging, dat hij overleg met het parle
ment zal plegen, waaruit zou mogen worden
afgeleid, dat hij zelf nog niet met zijn
programma voor de eerstkomende jaren
klaar is.
De wijziging der Postwet had in de
Kamer meer voeten in de aarde en zij heeft
zich er, voor haar doen, nogal warm over
gemaakt.
Maar de wJjz'giDg der tarieven zullen
we binnenkort wel in de portam ennaie
gevoelen. Verder nam de Kamer ook de
ontwerpen inzake de Huurcommissiewet
aan, waarna ze een paar dagen vacantie
nam.
De Tweede Kamer zette het debat voort
over de kwestie der werkloosheid, door de
interpellatie-van der Tempel aan de orde
gesteld. En hierbij bleek alweer: zooveel
hoofden, zooveel meeningen.
Het is met deze interpellatie dan ook
gegaan zooals te verwachten was. EeD
dagenlang debat en geen ander resultaat,
dan de regeering nog eens haar belofte
herhaald heeft, zooveel mogelijk te zullen
doen, om de gevolgen van do malaise voor
de arbeiders te verzachten. Intusschen
heeft de minister reeds eenige maatregelen
aangekondigd, om de ongeorganiseerde en
z.g. uitgetrokken werkloozen te steunen,
niet rechtstreoks maar via de gemeente, die
beter dan het R\jk de steunregeling kunnen
uitvoeren. Toch wordt ook door de beste
verzachtende middelen voor de gevolgen
daarvan, de werkloosheid zelf niet de wereld
uitgeholpen. De malaise, die er in ons land
geconstateerd wordt, is niet een landelijk
verschijnsel, maar een stukje van de groote
internationale malaise, die men gerust op
rekening van den oorlog kan schrijven,
—o—o—o
De Engelsche arbeiders zeggen echter,
dat het niet de oorlog, rmar de vrede, is
die al de economische ellende op zijn
geweten heeft. Door de parlementaire
commissie van het congres der Engelsche
vatvereeDigingen en het uitvoerend
comité van de Britsche arbeiderspartij is
dezer dagen een manifest uitgevaardigd,
waarin gezegd wordt, dat de heerschende
werkeloosheid hoofdzakelijk toegeschreven
moet worden aan de vredesvoorwaarden,
waardoor, indien ze niet worden gewijiigd,
de gerulueerden is belet en zal worden
belet hun koopkracht te herstellen. Inder
daad, de Britsche arbeiders zien het wel
goed in, dat het feit, dat centraal Europa,
om van Rusland nog maar niet te sprekeD,
niet koopen kan en gebrek ljjdt aan veel,
een der groote oorzaken is van de malaise.
Zelfs Lloyd George is niet blind voor deze
waarheid. Dat blijkt uit hetgeen hij in
de afgeloopen week in het Lagerhuis heeft
gezegd, bij do behandeling van de kwestie
der werkloosheid. Ook in het Engelsche
parlement heeft men, evenals bij ons, de
aandacht aan de malaise gewijd,de oorzaken
trachten aan te geven en de middelen
trachten te vinden, om verbetering in den
toestand te verkrijgen. En b|j die gelegen
heid heeft Lloyd George gezegd, dat de
algemeene verarming, door den oorlog
ontstaan, niet de eenige oorzaak van de
crisis is. De vredesoplossing droeg er ook
het hare toe bij. De vrijheid aan de nieuwe
naties veilsend, verstoorde de industrieele
en commerciëele machine van Europa. Er
is een buitensporig nationalisme ontstaan,
dat zich op allerlei agressieve wijzen uit.
Een overmatig en hebzuchtig nationalisme
trad aan den dag. Zoowel in Engeland,
Frankrijk, ais Amerika heeft men het ge
voel, dat men hooge tariefmuren moet
bouwen en niet de minste hulp aan de
naburen moet verleenen. Dat is de reden
van de verlamming van Centraal Europa
en wanneer men voor centraal Europa
niet wat meer nabuurschap gaat toonen,
zal h6t verleenen van credieten aan de
handeldrijvenden nog moeilijker worden,
Centraal Europa moet zich thans verlaten
op het gewone handelsverkeer en dat is er
thans niet. Daarom is het do taak van
Engeland, den weg daartoe te banen.
Dit alles is niet gezegd door den een
of anderen Duitschen econoom, maar door
Lloyd George, eerste minister van het
Britsche R|jk en.... leider van den Oppersten
Raad.
De komende conferentie te Londen zal
moeten uitmaken, of Lloyd George werke
lijk meent wat hij zeide.
o—o—o
Als deze regels in druk verschijnen, zal
de conferentie te Londen, tot de regeliDg
van den toestand in het dichtbije Oosten,
een aanvang hebben genomen. De Turk-
sche en Griekeche delegaties zijn te Londen
aangekomen, maar voordat z(j tot de con
ferentietafel toegelaten werden, hebben de
Opperste Raadsh6eren een onderlinge be
spreking vooraf noodig geoordeeld. Intus
schen is aan de afgezanten van Kemal
pasja medegedeeld, dat zij niet afzonderlijk
kunnen worden gehoord. Zij zullen zich
met de delegatie uit Konstantinopel moe
ten verstaan. De Turksche regeering vaar
digde, met het doel de nationalisten tot
verzoening te bewegen, Ahmed bey af voor
het houdeD van besprekingen met de dele
gatie uit Angora.
Ook Karegolopoelos, de Griekeche premier
is van zijn raadslieden vergezeld, te Londen
aangekomen. Op zijn reis daarheen heeft
hij een bezoek aan Parijs gebracht om
verschillende Fransche staatslieden de
groeten van zijn regeering over te brengen
en te zeggen, .dat niemand meer van de
geallieerden houdt, dan Griekenland, Naar
luid der berichten is de Grieksche premier
zeer teleurgesteld uit Parijs vertrokken.
Blijkbaar heeft men daar niet veel notitie
van hem genomen en hem tevens te ver
staan gegeven, dat Griekenland een heel
stuk van de Turksche buit weer zal moeten
afstaan. We zullen er spoedig wel meer
van hooren.
o—oo
De conferentie te Londen zal zich ook
b6zig hebben te houden met den toestand
in Oostenrijk. De Oostenryksche regeering
heeft een verzoek tot de geallieerden ge
richt om een bespreking over de middelen,
waardoor Oostenryk uit de ellende kan
komen. En daa liefst zoo spoedig mogeiyk,
eer het te laat is.
—o—o-o—
In de Engelsche troonrede werd de
levendige hoop uitgesproken, dat binnen
kort óe handelsbetrekkingen tusschen Enge
land en Sovjet-Rusland mochten worden
hervat. Die hoop staat blijkbaar verwezen
lijkt te v/orden, want Lloyd George heeft
in het Lagerhuis medegedeeld, dat de
Sovjetregeering amendementen heeft inge
zonden op de Britsche voorstellen, dat deze
thans door do regeering worden onderzocht
en dat Krassin weldra te Londen zal
terugkeeren om de besprekingen te her
vatten.
—o—o o—
In het Engelsche Lagerhuis is ook aan
Lloyd George gevraagd, of de Engelsche
regeering niet voornemens was zich met
Japan en de Vereen. Staten in verbinding
te stellen, teneinde een definitieve over
eenkomst te verkrijgen, betreffende de be
perking van bewapening. Lloyd George
deelde mede, dat de zaak de aandacht
der regeering had, doch dat het voorbarig
zou zijn mededeelingen te doen.
Intusschen heeft Amerika reeds zyn
goeden wil tot beperking van den vloot-
bouw getoond, door een 6-tal kruisers van
het vlootprogramma af te voeren en het
contigent met 40.000 man te verminderen.
Qjk h-:eft het, zooais men weet, een uit-
noodiging tot Japan gericht, om bespre
kingen te houden over beperking op
militair gebied.
De Japanscbe Kamer heeft echter met
groote meerderheid dit verzoek van de
hand gewezen. Japan zet zijn oorlogstoe
rustingen onverzwakt voort.
TEXEL, 22 Febr. 1921.
Kiescollege.
Bij de vorige week in de Ned. Herv.
Gemeente alhier gehouden stemming,
kerkeraad of kiescollege, is ten gunste
van een kiescollege beslist.
Feestavond 'L. V. S.
Zooals vroeger telken jare de feest
avond van de Texeleche IJsclub het
glanspunt van de wintervermakelijk
heden placht te zijn, zoo is dat nu „de
Zeevaartavond" telkens weer.
Reeds weken te voren nemen de voor
bereidingen een aanvang, de stemming
rijst, hoe meer de dag nadert en ze be
reikt haar hoogtepunt op don avond zelve.
Er ligt iets heerlijks in, gezamenlijk
en met benutting en ontplooiing van
alle krachten, die eigen kring bevat, te
werken aan een en dezelfde zaak. Want
benut zijn de krachten en ontplooid
hebben zij zich ook. Zitten in het gewone
leven zoo vaak de vierkante jocgens in
ronde gaten en de ronde jongens in vier
kante, hier ia dat niet het geval. Elk
heeft zijn plaats, die hom krachtens zijn
talenten toekomt. De een vult den ander
aan.
Noemen wij dan eerst den vaardigén
teekenkunstenaar, die door ons heele
dorp, ja zelfs daarbuiten, door middel
van zijn keurige en kleurige affiches de
aandacht op het groote feest vestigde.
Die tevens als regisseur, niettegen
staande zijn minder goede gezondheid
zijn beste krachten gaf, die bovendien
nog de ballade „Ada van Holland" ver
zorgde en voor het voetlicht bracht en
laatst, niet bet minst, het lied op de
uniformen, met het onvergetelijk refrein
„Wie zou het wagen
Waarlijk hij dient eerst genoemd en
direct daarna moet volgen de muziek
van het Z. V. S. Jazz-Band, die zeker
Zaterdag geen gering aandeel in het wel
slagen van het feest had.
Tot dat welslagen droeg mede bij do
muziek van het trio. De bloemenhulde
aan de medewerkende dames gebracht
was verdiend.
De muziek van het kwartet mag made
met eere genoemd.
Van de muziek naar de zangnummers
is maar één stap. Zeer verdienstelijk
gezongen werden de levensliedjes „Haar
kleinkind" en „Als de tros wordt los-
gesmeten". De guitaarbegeleiding gaf er
cachet aan.
Groot succes hadden de liedjes „Nou,
tabeh dan" en „O, 't is toch zoo heerlijk"
en een gepaste hulde, door den popu-
lairen zanger zeer gewaardeerd, werd
hem tot groote vroolijkheid van het
publiek gebracht.
Met gevoel gezongen werd de drama
tische voordracht van Pierrot.
Meesterlijk van uitbeelding en voor
dracht was voorts „De bioscoop-portier."
En de aankondiging van de pauze daD?
Ze was bepaald geestig te noemen en
voer ons „nieuw".
Maar laat ons bij hot begin beginnen.
Do voorzitter van den feestavond, den
heer de Boer opende met een gepast
woord, waarbij hij de beteekenis van den
dag het zesjarig ba-taan van het
nieawe schoolgebouw memeree.de.