iV 3507, Woensdag 8 Juni 1921; 84rt# Jaargang .Nieuws- en Advertentieblad. Spoor- en Bootdienst. Van week tot week. Dit blad verschJJnt Woensdag- en Zaterdagmorgen Advertentiëu daags voor de uitgave vóór 4 aar nam. ONNEMENTEN en ABVERTENTIEN worden aangenomen bij de üitg, Fkua LANGEVEL1& BE R O O IJ, Parkstraat, Boa» of T i x a a AbonnemenUpri}» per 3 maanden'. Voor den Burg 50 Cts. Franco per post door geheel Nederland 75 Cts. Naar Amerika en andere landen met verhooging der porto's. Losse nummers 3 cent. AB URANT. Prv» der Advertentiinf Van 1 tot 5 regels 50 Cts. Iedere regel meer 10 Ct. Qroote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Duitschlands draaekracht ia". Daai LICHT OP! Van Zaterdag 4 Juni tot en met Vrijdag 10 Juni voor rijwielen 9,47 uur, voor rijtuigen 10,17 uur HOOGWATER Reede van Texel. Zomertijd. Donderdag 9 Juni v.m. 11,45 Vrijdag 10 12,36 Zaterdag 11 1.02 Zondag 12 1,57 Maandag 13 2,56 Dinsdag 14 3,59 Woensdag 15 5,08 Des namiddags is het ongeveer een half uur later hoogwater. Post- en telegraafkantoor Den Borg geopend. Op Zon- en feestdagen Vm. 8 tot 9 uur n.m. 1 tot 2 uur Op werkdagen voor Telegrammen Vm. 8 uur tot n.m. 8 uur. voor Postzaken Vm. 8 uur tot n.m. 7'/j uur. Voor postwissels, kwitantiën, Rijks verzekeringsbank, postcheque en girodienst. Vm. 8.30 uur tot n.m. 3 uur Voor Rijkspostspaarbank Vm. 9 uur tot n.m. 7,30 uur Zaterdagavond na 6 uur voor postdienst gesloten Dienstregeling 1 Juni 1921, Vertrekuren van de Boot Op Werkdagen; Vertrek Texel 6,- vm 11-vm 2.45nm 5.15 nm Nieuwediep 9,15, 12,10 nm 4,- 6,35 Op Zon- en Feestdagen van Texel: 6,v.m. 5,15nm. van Nieuwediep8,45 6.35 m Vertrek en aankomst der treinen van den Helder naar Amsterdam. Vertrek Helder. Aankomst Amsterdam 6,30 9.H 7,28 sneltrein 9.11 10,27§ 1.31 12,37 3,24 1.52ft 4.42 4,12** 6,36 4,25§ 8,39 7,30 9,44 Van Amsterdam naar Helder. Vertrek Amsterdam. Aankomst Helder S-20! 8,36 7,52§ 9,45 9:i5c H'n 12,19§ 3,11 3,06 6,06 6,°7§ 8.47 8,56 10.58 11,15+ I"03 Niet op Zon- en feestdagen. ■f Alleen op Zondag, ff Alleen op Zaterdag Niet op Zaterdag, Zon- en Feestdagen. INRICHTINGEN welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken. Burgemeester en Wethouders der Ge meente Texel brengen ter openbare kennis, dat het verzoek van J. Omis te Oosterend om in het perceel, kada straal bekend in Sectie B, No. 1795, een smederij te mogen oprichten, door hen voorwaardelijk is ingewilligd. De aandacht wordt er op gevestigd, dat volgens de bestaande jurisprudentie eventueel NIET tot beroep van de be schikking bevoegd zijn zij, die indertijd niet voor het Gemeentebestuur zijn ver schenen, om hunne bezwaren mondeling toe te lichten. Texel, den 2 Juni 1921. Burgem. en Weth. voornoemd, De Secretaris, De Burgemeester, JONEER. BUYSING DAMSTE. De Burgemeester der gemeente Texel maakt bekend, dat het kohier No. 2 der Personeele Belasting over het belastingjaar 1921 door den Directeur der Rijks Directe Belastingen te Amsterdam is executoir verklaard en op heden aan den Rijks Ontvanger alhier ter invordering is ter hand gesteld. Texel, 4 Juni 1921. De Burgemeester voornoemd, BUYSING DAMSTE. Staat der Gemeente-eigendommen. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Texel brengen ter openbare kennis, dat een afschrift van den staat van hetgeen naar het burgerlijk recht eigendom der Gemeente is, tegen betaling der kosten, ter Gemeente-secre tarie verkrijgbaar is. Texel, den 3 Juni 1921. Burgemeester en Wethouders voornoemd. De Burgemeester, BUYSING DAMSTE. De Secretaris, JONKER. MILITIE. Jaarlijksch onderzoek. De Burgemeester der gemeente Texel brengt ter kennis, dat, nu de mobilisatietoestand een einde heeft genomen, voor de verlofgangers der militie te land voortaan weder elk jaar een onderzoek zal plaats hebben. Het onderzoek wordt gehouden in de maand Juni. Daarbij moeten de verlofgangers ver- toonen de in hun bezit zijnde wapens en kleedings- en uitrustingstukken, benevens hun zakboekje en hun verlofpas. Tijdig voor den dag van het onderzoek zullen bij openbare kennisgeving worden be kendgemaakt, de lichtngen, die in het loopende jaar aan het onderzoek moeten deelnemen. In die kennisgeving zullen tevens worden ver meld de datum, het uur en de plaats van het onderzoek. De verlofgangers, die toestemming wenschen hetzij tot verblijf buitenslands, hetzij tot uit oefening van de buitenlandsche zeevaart of de zeevisscherij buitenslands, kunnen bij hun hiervoor in te dienen verzoekschrift tevens vragen om geheel vrij te zijn van het jaarlijksch onderzoek, of wel, indien aan algeheele vrij stelling geen dringende behoefte bestaat, om het onderzoek eerst te mogen ondergaan in November of December. Uitstel van het onderzoek tot November of December kan op aanvrage ook worden ver leend aan de overige verlofgangers, indien hun beroep of bedrijf deelneming aan het Juni- onderzoek groot ongerief zou veroorzaken. Voor uitstel om deze reden komen in aanmer king schippers, landbouwers, grasmaaiers, enz., kortom allen, wier beroep of bedrijf in de maand Juni bijzondere toewijding vordert. Hij, die uitstel van het onderzoek wenscht, kan zich per gefrankeerden brief wenden tot den Commissaris der Koningin. Inlichtingen kunnen worden verkregen ter gemeentesecre tarie, waar men, desgewenscht, ook zal zorg dragen voor de opzending van het verzoek schrift. Aan de verlofgangers, die tijdelijk vertoeven buiten de gemeente, waar zij in het verlofgan- gersregister zijn ingeschreven, kan worden toegestaan het onderzoek elders, bijv. in of nabij hun tijdelijke woonplaats, te ondergaan. Deze vergunning moet bij gefrankeerd schrijven ge/raagd worden aan den militiecommissaris, die de inspectie zal houden voor de gemeente, waar belanghebbende in het verlofgangers- register vermeld staat. Texel, 3 Juni 1921. De Burgemeester voornoemd, BUYSING DAMSTE. 38 Mei—4 Juni. Meer dan een jaar scheidt ons nog van de nieuwe Kamerverkiezingen, maar toch werpen deze hun schaduw vooruit. Ook het schrijven van het Episcopaat, dat in de algemeene vergadering van den algemeenen bond van R Kath. Kieskring organisaties in Nederland, dezer dagen te Utrecht gehouden, werd voorgelezen, wijst daarop. In dat schrijven wordt verlangd, dat de tot nu toe in de politiek gevoerde samenwerking met de christelijke partijen zal worden bestendigd, omdat dit zal zijn in bet belang van kerk en staat, terwijl het Episcopaat zich beslist verklaart teg9n het samengaan van de katholieken met de sociaal-democraten. Dit is stellig een machtige stem tot behoud van de rechteche coalitie. Ver wacht mag worden, dat de katholieken zich zullen gedragen naar deze wenk „van hooger hand" en dat hiermede de strooming van Z6k6re vooruitstrevende katholieke groepen om de scheidingslijn van rechts—links te verleggen naar conser- tief—vooruitstrevend, zal worden gekeerd. Wellicht, dat we nu ook weldra hooren hoe men in de beide andere rechtscbe coalitiepartijen denkt over de bestendiging der coalitie. Er is in den laatsten tijd nogal eens wrijving tusschen de partijen geweest en vooral van Cbnst. historische zijde heeft men af en toe stemmen tegen een vorder samengaan met Rome kunnen hooren. In verband hiermede mag b.v. ook worden gewezen op de actie van de confessioneels vereeniging en denkerkeraad der Herv. Gem. te Amsterdam tegen de aanhangig zijnde grondwetsherziening, speciaal wat betreft het vrijelijk toestaan van het houden van processies in ons land waardoor naar de meening van de genoemde tegenstanders zal worden gehandeld in strijd met ons protestantscbe volkskarakter. Hoe meer de periode van de stembus actie nadert, hoe meer we gelegenheid zullen hebben daarover te schrijven. Het is thans aan de orde gesteld. —o—o—o— Niet door belangrijke gebeurtenissen, maar wel door lange redevoeringen heefc zich de buitenlandsche politiek in de afge- loopen week gekenmerkt. De parlementen der groote Btaten waren bijeen en menig een uit den kring der leidende staatslieden van Europa voerde het woord. Inzonderheid hebben daarbij besprekingen in de Belgische Kamer en den Duitschen Rijksdag de aandacht getrokken. De laatste waren wel het meest belangrijk, maar als we Belgie den voorrang geven, dan is dat omdat ons laDd bij de beprekingen in de Belgische kamer eenigszins betrokken was. De Belgische minister van buitenlandsche zaken, de heer Jaspar, heeft n.l. bij de behandeling van de buitenlandsche politiek in de Kamer, ook eens weer zijn aandacht gewijd aan de verhoudingen tusschen Belgie en Nederland. Daarin was nog niet veel of liever haelemaal geen verandering gekomen. De minister betreurde dat en h|j verklaarde het wenschelijk te achten, dat vooral thans, na een oorlog, gedurende welken Nederland gastvrijheid aan de Belgische vluchtelingen verleende,hartelijke betrekkingen bijzonder gewenscht zijn. Verder herinnerde Jaspar er aan, dat de Wielingenkwestie de twistappel is gewor den en in beleefde woorden richtte hij, over de Kamer heen, het verzoek tot de Nederlandsche regeering, om een stap te doen tot bijlegging van bet geschil. Het mag bevrediging wekken, dat de toon van den neer Jaspar heel wat sympathieker was, dan die bij zijn vroegere redevoering over de Wielingenkwestie. Hjj had zelfs eenige vriendelijkheden over voorde noor delijke buren, die van de Franschgezinde Belgische pers zooveel te hooren hebben gekregen. Maar dat neemt niet weg, dat om tot vrede te komei?, door Belgie de eerste stap moet worden gedaan, Het is de Belgische delegatie geweest, die geheel ongemotiveerd, de onderhandelingen afbrak, sterk beïnvloed als ze werd door de nationalistische pers. En over de rol, die het vorige Belgische Kabinet, inzonderheid minister Hymans, heeft gespeeld en over het persoonlijk ingrijpen van den Belgischen koning, is voldoende licht gekomen, om met onze zuidelijke buren extra voorzichtig te zijn. o-o—o— Belangrijker waren de redevoeringen te Berlijn gehouden. De nieuwe regeering heeft zich gepresenteerd en Dr. Wirth heeft daarbij het regeeringsprogram uiteengezet, Er was bijzonder veel belangstelling voor de rede van den kanselier en het is inderdaad ook een belangrijke redevoering geweest. Een nieuw geluid, mag men wel zeggen. Hij zei, dat het regeeringsprogram in drie woorden kan worden samengevat elkaar begrijpen, wederopbouw en ver zoening. De kanselier onthield zich van gelamenteer over de moeilijke positie van Duitschland en de hardvochtigheid der geallieerden. Hij stelde vast, dat Duitsch land eenvoudig door het ultimatum ge dwongen wordt zijn uiterste best te doen en al zijn krachten in te spannen. Men kan wel lang en breed praten over de onmoge lijkheid van de aan Duitschland gestelde eischen, maar daar komt men niet verder mee. Duitschland moet betalen tot aan de grens van zijn prestatievermogen en als dat nagelaten wordt, weet men waar men aan toe is. Duitschland moet betalen bet eerste milliard is betaald, maar op 15 Augustus moet reeds het tweede er zijn. Daar is groote inspanning voor nooüig, maar de regeering zal in elk geval „met daden trachten te bewijzen, hoe groot Duitschlande draagkracht is". Daartoe moeten de belastingschroeven opnieuw zwaar worden aangedraaid, al steviger on steviger, want als Duitschland's invoer blijft als ovor 1920, dan zal het volgend jaar 31/* millard, moeten worden betaald. En daarom zal er bard moeten worden aangepakt, zal het Duitsche vaderland wor den gered. Alle uitgaven voor weelde moeten worden nagelaten. En naaBt het betalen klinkt ook de eisch van de ont binding der burgerwachten. Reobtmatig of onrechtmatig er moet aan worden voldaan. De rede van Dr. Wirth kon slechts matige instemming wekken, maar toch zal het Kabinet niet naar huis worden gezonden, want de Rijksdag weet al te goed, dat het standpunt van Dr, Wirth ten slotte nog slechts het eenige vertrouw bare is. Te Londen en Parijs heeft men met instemming kennis genomen van de rede van Dr, Wirth. Ze heeft bet vertrouwen van de geallieerden in het nieuwe Duitsche Kabinet versterkt. Vooral ook is dat het gevolg geweest van de maidenspeech vau Rathenau, den Duitschen minister van herstel. Die was in zijn uitlatingen nog heel wat positiever dan de kanselier. H(j verklaarde niet alleen, dat Duitschland betalen moet, maar hij zeide, ook overtuigd te zijn, dat het zulks kan. Er moet bard worden aange pakt on men moet zware offers brengen, maar de vervulling van de eischen van het ultimatum is niet onmogelijk. Hij wees er o.m. op, hoe groot de in Frankrijk aangerichte verwoesting is en bracht de Fransche regeering lof voor het reeds verrichte werk van den opbouw, dat groo- ter is dan iemand had durven denken. Dat luidt wel heel anders dan de klacht van Von Simons destijds, dat de Fransche regeering systematisch den opbouw tegen hield. De eischen van het ultimatum zijn vervulbaar en Rathenau verklaarde, het voor noodzakelijk te acht9n, dat Duitsch land den plicht vervult, dien de wereld ervan verlangt. Men kan zeggen, dat er nieuwe geluiden in den Rijksdag gehoord zijn. Het nieuwe Kabinet is bezield met den besten wil en het ziet de mogelijkheid zjjn taak te vol brengen. Het kan niet anders, of deze nieuwe koers moet te Londen en Parijs een goeden indruk maken. —o—o—o— De Opper Silezische kwestie is in de afge- loopen week niet veel verder gekomen. Er is echt6r wel hard gevochten in Opper- Silezië, waar de Engelsche troepen het bewijs leveren, dat ze er niet voor terug deinzen, desnoods met geweld, de Poolsche opstandelingen tot rede te breDgen. Lloyd George en Briand zijn het intusschen nog laDg niet eens over de vraag wanneer de conferentie van den Oppersten Raad zal worden gehouden. Er zijn reeds eenige nota's over gewisseld, maar de wensch van Lloyd George om zoo spoedig mogelijk, den Oppersten Raad, bijeen te roepen, om over Ópper-Silezië een beslissing te nemen, vindt nog altijd tegenstand bij Briand, die eerst een commissie van experts naar Opper-Silezië wil zenden. —o—o—o De Engelsche mijnwerkersstaking duurt nog altijd voort en de pogingen van Lloyd George om een einde te maken aan net conflict, hebben opnieuw schipbreuk ge leden. De leiders der m|jn werkersfederatie hebben zijn voorstellen verworpen. In tusschen hebben thans de mijneigenaren nieuwe voorstellen aan de mijnwerkers gedaan. Naar gemeld wordt zullen beide partijen thans de onderhandelingen her openen. Er dreigt echter in Engeland alweer een nieuwe groote staking en wel in de katoen industrie, welke 600,000 arbeiders omvat. o—o—o— In Ierland blijft de toestand nog bij het oude. Id de afgeloopen week hebben de extremisten zich weer zeer geroerd. Naar luid der geruchten zal de openiDg van het Ulster parlement eerstdaags plaats hebben en zal ,deze plechtigheid geschieden door niemand minder dan den koning vau Engeland zelf.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1921 | | pagina 1