HARTEN VROUW.
N°. 3085.
Zaterdag 24 Februari 1923;
36ata Jaargang.
Nieuws- en
Advertentieblad.
Spot- en Bootdienst.
Hinnenlan d.
Uementfd Meuws.
FEUILLETON.
DU klad verschijnt Woensdag- utaterilapnortei
ABONNEMENTEN ABVIRTENTIEN worden aangenomen bQ de Ditg. Tnun LANG1EVIL1 k BI R O O IJ, ParkstraatBund or Tim
Licht op
3.11 S'A?
TEXEL, 23 Februari 1928.
Waal, 21 Febr.
De laatste winterdagen zijn voor de
IJsclub van de Waal geen rooskleurige
geweest. Ze gaven geen voordeelig, maar
een nadeelig saldo. Een kleine nalatig
heid heeft ernstige gevolgen gehad. Een
woord van dank aan het bestuur en het
werkvolk, die met alle kracht hun best
hebben gedaan, om nog zooveel mogelijk
een goed stuk ijs te maken. Het mocht
hen niet gelukken. Met leede oogen zag
het bestuur de vele schaatsenrijders naar
het Kanaal in Eierland gaan, om daar
de zoo gewilde sport te beoefenen. De
autobus maakte goede zaken, doordat de
baan aan de Waal onberijdbaar was.
Een goede kijk op de komende winter
is wel gewenscht.
in het Drentsche landschap meer vindt.
Een van deze reuzen, die meer dan een
meter dik was, is door een paar Gro-
ningsche meubelmakers aangekocht voor
f222. Andere exemplaren brachten
tegen de f200 op.
Die inspanning was te groot.
De 70-jarige J. de Graaf, uit Nieuw
Weerdinge (Drente) werd Vrijdag j.l.
dood gevonden, zittende op zijn rijwiel,
een driewieler. De man is vermoedelijk
door een beroerte getroffen.
Ieder een zitplaats.
De directie der Nederl. Spoorwegen
heeft bepaald, dat geen grooter aantal
reizigers een zitplaats in de rijtuigen
mag worden aangewezen, dan, voor
iedere atdeeling is voorgeschreven. Bij
plaatsgebrek mag dit alleen geschieden
wanneer de overige reizigers in het com
partiment hiertegen geen bezwaar heb
ben. V a d.
Lentebode in de kou.
Bij een snerpenden Oostenwind en een
strenge vorst, vlogen Vrijdag twee ooie
vaars over Steenwijk.
Vee voor België l
Waren er verleden week geen Bel
gische veehandelaren ter weekmarkt te
Gorinchem, Maandag waren er weder
een 14 tal, die een 100-tal kalfbeesten
kochten voor flinke prijzen. Deze beesten
worden steeds voor Belgische rekening
aangekocht, wijl in België, de veestapel
nog niet genoegzaam aangevuld is.
Een langsnavel.
Bij iemand te Overveen komt den laat-
sten tijd geregeld een musch op het
voerbakje, die, wat zijn snavel betreft,
nogal van zijn soortgenooten afwijkt. De
bovensnavel steekt n.l. een paar c.M.
over den ondersnavel heen. Dit snavel-
gebrek doet evenwel aan den eetlust van
het diertje geen afbreuk. Bij het eten
blijkt het aanpassingsvermogen van het
schepsel aan gewijzigde levensomstan
digheden. Evenals een haai, die zich
bij het grijpen van zijn prooi op den rug
wentelt, draait ook dit dier bij het eten
den kop geheel opzij, omdat het pikken
op de gewone wijze geheel onmogelijk
is.
TEXELSCHE COURANT.
Abtnnemenltprf per 8 maanden.
oor den Burg 50 Cts. Franco per post door geheel
Nederland 75 Cts. Naar Amerika en andera landen
met verhooging der porto's. Losse nummers 3 cent.)
TELEFOON INTERCOMMUNAAL No. II.
Advertenttën daags voor de uitgave vöór t uur nam.
Prji* der Adrertentiint]
Van 1 tot 5 regels 50 Cts. Iedere regel meer 10 Ct. Qroote
letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
POSTCHEQUE- en QIRODIENSTJNo. (552.
Van Zaterdag 24 Februari tot en met Vrij
dag 2 Maart.
voor rijwielen 6,— uur, voor rijtuigen 6,30 uur
HOOGWATER reede van Yexel.
Donderdag 22 Febr. v.m. 12,17
Vrijdag 23 12,53
Zaterdag 24 .1,35
Zondag 25 2,29
Maandag 26 3,43
Dinsdag 27 5,11
Woensdag 28 6,25
Des namiddags is het ongeveer een halfuur
later hoogwater.
Post- en telegraafkantoor den Burg
geopend.
Op Zon- en feestdagen
Vm. I tot 9 uur n.m. 1 tot 2 uur
Op werkdagen
ivoor Telegrammen
Vm. 8 uur tot n.m. 8 uur.
voor Postzaken
IVm. 8 uur tot n.m. Tl, uur.
Voor postwissels, kwltantiSn, Rijks
verzekeringsbank, postcheque en girodienst.
Vm. 8.30 uur tot n.m. 3 uur
Voor Rijkspostspaarbank
Vm. 9 uur tot n.m. 7,30 uur
Zaterdagavond na 6 uur voor postdienst gesloten
Dienstregeling 8 October 1922.
Vertrekuren van de Boot
Op Werkdagen
Vertrek Texel 7,45 vm. 11.—vm. 2.40 nm.
Helder 9,15 12,—midd. 4,15
Op Zon- en Feestdagen
van Texel: 7,45 vm. 3,15nm.
van Helder: 8,45 4,15
Vertrek en aankomst der treinen
van den Helder naar Amsterdam.
Vertrek Helder. Aankomst Amsterdam
6,32§ 9,04
6.49? 9.04
7,31 sneltrein 9,04
10,04§ 12,10
12,41 3,23
2.03tt 4.39
3,52** 5.59
4,17§ 6,41
7.20 9,29
Donderdag naar Schagen een markttrein, ver
trek 7,45 aankomst 8,35.
Van Amsterdam naar Helder.
Vertrek Amsterdam. Aankomst Helder
5.21 8,36
7,56§ 9,40
9!l3 11.21
12,28§ 2,44
5.52S 8.04
8,54 10,49
11,211 12,59
Niet op Zon- en feestdagen
t Alleen op Zon- en Feestdagen,
ft Alleen op Zaterdag
Niet op Zaterdag, Zon- en Feestdagen.
Novelle van HELLMUTH MIELKE.
Nadruk verboden.
5.)
Een zachte kreet van een vrouwelijke
stem in zijn nabijheid leidde Alsens op
merkzaamheid van den wilden schreeuwer
af, die maar steeds voortgiDg zijn „wilden
troep" aan te prijzen.
Op korten afstand van hem stonden
twee jonge meisjes, die door twee jonge
lingen aangeklampt waren wier wijde broe
ken, korte jasjes en wandelstokken, en
bovendien met een lorgnet op hun dikke
neus en de eerste teekenen van een aan
staand kneveltje daaronder, zichzelf heel
parmantig voorkwamen, terwijl deze com
binatie op anderen heel weinig indruk
maakte. Een van hen had reeds voort
durend de kleinste der beide meisjes met
lispelende stem allerlei zoete woordjes in
het oor gefluisterd en had het zelfs gewaagd
zijn arm om haar middel te leggen. De
kleine had een kreet van schrik geslaakt
„Jij verwaande vlegel, dat wil ik van jou
niet hebben."
.e omstanders lachten. Haastig fluister
de de grootste der meisjes haar vriendin
iets toe, waarop beiden trachtten zoo snei
Een ziener in het Möhnetal.
Westfalen is rijk aan sagen en aan verhalen
over voorspellingen. Nog leeft hier het woord
„Spökenkiekern", waarmee dan bedoeld worden
menschen die niet speciaal spoken of geesten,
maar voornamelijk de toekomst zien.
Een van hen was Peter Schlinkert van het
Möhnetal. Het Möhnetal was, vroeger als nu,
voornamelijk aan de eene zijde bebouwd. Daar
had men, als nu, de vette kleigronden, de boer
derijen. Aan de overkant het romantische Arns-
berger Wald, wild en woest. Zoo stroomde de
Möhne als op de grens van werkelijkheid en
romantiek. En zoo ligt nu de Möhnetalsperre.
Peter Schlinkert was een tijdlang soldaat bij
de keurvorst van Keulen. Eens, toen deze uit
rijden wilde, waarschuwde Peter, dat een schot
door het rijtuig zou gaan. De keurvorst liet
Peter voorloopig in verzekerde bewaring bren
gen, nam echter een ander rijtuig en liet het
eerste rijtuig leeg voorop rijden. De voorspelling
kwam uit, een schot ging door de leege wagen,
dus was de keurvorst Peter dankbaar. En Peter
werd uit de gevangenis gehaald, kreeg 25
thaler lijfrente en mocht heengaan uit de mili
taire dienst, terug naar zijn geliefd Möhnetal.
Daar leefde Peter nog lang gelukkig en tevreden
voorspelde het afbranden van huizen en schuren,,
soms met treffende bijzonderheden.
Zoo zijn de verhalen, die uit de aard der zaak
niet meer te controleeren zijn. Zijn de voor
spellingen inderdaad gedaan, of zijn de verhalen
van later?
Een voorspelling is er, die nog te controleeren
zal zijn. Omdat de verwerkelijking nog komen
moet. (Of laten we hopen niet komt).
Peter heeft voorspeld, dat men een groote
weg zou bouwen door het Möhnetal. Deze weg
is er gekomen, betrekkelijk pas voltooid. In
Peters tijd was het vrij onwaarschijnlijk, dat
die weg komen zou. Want deze groote weg
houdt verband met de aanleg van de Möhnetal
sperre. En de Möhnetalsperre is een van de
onderdeelen van de technische vooruitgang
van het Ruhrgebied in de laatste tijd.
De weg is er, Peter voorspelde verder, dat
dan de krijgers uit het Westen zouden komen.
Daarna de strijders uit het Oosten. Naar de
beschrijving zullen het Franschen en Russen
zijn. De Duitschers schijnen geen rol te spelen
(als soldaat tenminste niet). De beslissende
slag zal wezen bij de beroemde Berkeboom op
de Haarstrang. Het gehucht Rune zal in brand
worden gestoken. De bewoners van de dorpen
bij de Möhne moeten dan allemaal vluchten in
het Arnsberger Wald.
Er zal nog een groot gevecht zijn bij Oberei-
mer (bij Armsberg) maar dit zal voornamelijk
een artilleriegevecht zijn. De laatste groote
slag zal zijn bij het dorp Schmerlich.
Ruiters in witte mantels zullen in Stockum
een dronk waters vragen. Maar voor de huis
vrouw hun die toereikt, zullen ze weer weg
zijn, achterna gezeten door de vijanden uit het
oosten.
Toch zullen de legers uit het oosten verslagen
worden en sléchts enkele mannen zullen terug-
keeren in hun vaderland om daar de droeve
tijding te brengen. In Soest (het voornaamste
stadje op de Haarstrang) zal een straat tot de
oude Kerk afbranden en het bloed zal als een
rivier door de Jacobipoort vloeien.
mogelijk uit den kring van menschen voor
de tent te geraken.
Bo deze poging kon Alsen haar gezichtjes
nauwkeuriger gadeslaan. De kleinste was
een brunette, nog een halve bakvisch, had
een kort, pikant neusje, overigens niet
bjjzonder knappe gelaatstrekken; haar kleine
oogjes, die thans van toornige opwinding
fonkelden, schenen intusschen meer aan
vroolijke schelmschheid gewoon te zijn.
Geheel anders daarentegen de grootste en
oudste. Alsen was verrast, bij een meisje
uit het volk hij hield ze beiden naar
haar kleeding te ooideelen, voor winkel
meisjes, die van een vrijen Zondag genoten
zulke fijne, ja met geest vervulde en
voorname gelaatstrekken te aanschouwen
Zij had een hooge gestalte, had weelderig,
blond haar en in den blik, van haar groote,
grijze oogen ontwaarde hij eeu fierheid,
die door haar fijngevormde mond tot be-
minl\jkheid bedwongen scheen te kunnen
worden
Alsen gevoelde al gauw een levendige
belangstelling voor dit meisje. De beide
jongelingen naast hem waren een oogen-
blik onthutst blijven staan, toen herstelden
zij zich en volgden de zich snel verwijde
rende meisjes met niet minder snelle schre
den Alsen hoorde bij hun overhaast ver
trek den aanvaller lispelen: „Kom maar
Sjohn de kleinste is te vroolijk
Hij zag hoe hij achter de jonge meisjes
aanrenden, en verhaastte onwillekeurig
Na al deze ellende zal er voor Dultschland
een tijd van opbloei komen. Maar In de eerste
jaren zullen de vrouwen achter de ploeg moeten
gaan.
Deze laatste voorspelling Is wat vreemd in
verband met het feit dat in de verdere voor
spelling slechts Russische en Fransche soldaten
bedoeld schijnen,
Of de voorspelling uit zal komen Laten
we hopen van niet. Maar, nog eens leg ik er
de nadruk op, de voorspelde groote weg is
aangelegd. En dat was menschelijker wijs
gesproken, niet te voorzien, want aan de Möhne
liggen slechts vrij onbelangrijke dorpen (Delecke
Köibecke, Stockum).
De weg is aangelegd. En de Franschen
staan aan de Ruhr. En dat de Russen hier ook
nog een rol zullen spelen, welke dan ook, schijnt
niet buitengesloten.
't Geheel kan natuurlijk ook geïnspireerd zijn
geweest door Napoleons tocht naar Rusland.
En toch.
Och, laten we maar geen commentaar leveren.
Dat Is met voorspellingen toch altijd nog maar
het veiligste.
En toch, in me komt het verlangen om te
gaan naar die beroemde berkeboom op de
Haarstrang. Het is zoo dichtbij. De slag zal
zich tot hier uitstrekken en we zullen allemaal
moeten vluchten in het Arnsberger Wald.
Als de voorspelling uitkomt.
NINE MINNEMA.
Delecke, an Möhnetalsperre, Westfalen.
Dikke boomen.
Te Valthe zijn eenige reusachtige
eiken geveld, zooals men ze bijna nergens
zelf zijn schreden, teneinde getuige te zijn
der verdere gebeurtenissen In de allee
hadden beiden de meisjes spoedig inge
haald en zetten het oude spel hunner lie
felijkheden voort.
„Maar lieftallige schoone, waarom zoo
preutsch
„Mogen wjj de dames niet inviteeren voor
een kopje koffie bij Steinecker?
Vanavond :s er vuurwerk dat zal
schitterend zijn meende de lispelaar. „De
dames moeten niet zoo angstig zijn. Wjj
zijn gentlemen. Op ons woord van eer 1"
Ondanks haar opwinding barstte de kleine,
die zich niet meer kon inhouden, in een
luid gelach uit De jongeling nam dat
klaarblijkelijk als een goed teeken op en
wilde zijn lispelende welsprekendheid op
nieuw voortzetten, toen de grootste der
meisjes plotseling bleef staan.
„Mijne Leeren, ik verzoek u, ons niet
meer lastig te vallen, indien u niet wilt
dat ik den eersten den besten voorbijgan
ger aanroep om ons te beschermen
Zij zei het toornig, met een verachteljjken
blik op de beide „gentlemen" neerziende,
zonder hen evenwel daarmee af te schrikken
„Maar sta nu ons toch toe, mejuffrouw-
„Neemt u onze bescherming aan," lispel
de de andere geestig „wij zjjn de allerbeste
hier onder de voorbijgangers. Mag ik u
mijn arm aanbieden
„Voor de laa ste maal wilt u ons met
rust laten Met bliksemende oogen keek
het grootste meisje de beide jongelingen
vastberaden aan.
„De weg hier is even goed voor ons als
voor u," verklaarde de eene Don Juan
hoonend. „En wij moeten nu eenmaal den
zelfden kant op."
Wanhopig keek het groote meisje om
zich heen. Op dit oogenblik kwam Alsen
tusschenbeide. Hy had alles gehoord.
„M\jne Heeren, ik raad u aan, vrjjwilig
en zoo spoedig mogelijk een anderen weg
in te slaan, anders zal ik U dezen anderen
weg toonen,"
„Wat wie bent U dan wat gaan
U toch deze dames aan, wier gezelschap
wij zoeken Twee pince nez richtten
zich zoo onbeschaamd mogelijk op den zoo
plotseling opgedaagden Alsen, terwijl de
jongelingen strijdlustig hun wandelstokken
zwaaiden. „Zoekt U Uw eigen weg."
Alsen bezat ondanks zjjn slanke, middel
matige gestalte een niet geringe lichaams
kracht. Zonder zich verder te bedenken,
pakte hij beide studenten bij den kraag,
duwde ze met de hoofden tegen elkaar en
slingerde ze zelfs een heel eind van het
trottoir af, waarbij zjj bijna onder een voor
bijgaande tram belanden.
„Gaat U maar mee, dames 1" zei bij toen,
rustig verder gaande Achter hem aan
weerklonk het schelden der beleedigde
gentlemen, die er echter den voorkeur aan
gaven, de zich verwijderende niet te volgen.
(Wordt vervolgd