St. NICOLAAS
10 pet. korting.
Op
a
onze reeds lage prijzen 10 pet. extra korting
contant, ook op Heeren- en Damesconfectie.
Ziet de Uitstallingen.
Pk. YLESSING - .DEN BURG.
De tweede November-storm.
No 4282
Woensdag 28 November 1928
42ste J aargang
TWEEDE BLAD
Texelsche Berichten
ABONNEMENTEN:
UITGAVE: N.V.v/h LANGEVELD&DE ROOIJ DEN BURG OP TEXEL
ADVERTENTIÊN:
TELEFOON: N°.11 POSTGIRO: N°.652 :s POSTBUS: N°. 11
BINNENLAND.
TEXELSCHE COURANT
DEN BURG: 50 ct. por drie Maanden.
Franco p. post door geheel Nederland 75 ct p. 3 maanden.
Losse nummers: 3 ct
DE TEXELSCHE COURANT VERSCHIJNT
WOENSDAG- EN ZATERDAGMORGEN
I
Van 1-5 regels: 50 ct. Iedere rogol meer: 10 ct.
Dezelfde advertentie 4 maal geplaatst wordt 3 maal berokend.
BI] abonnement lagere regelprlj9.
ADVERTENTIÊN
MOETEN DAAGS VOOR 'T VERSCHIJNEN
4 UUR NAM. IN ONS BEZIT ZIJN
Gisteren is te Den Haag voor het examen
octrooi-bezorger geslaagd de heer ir. E. Dijt,
onze vroegere plaatsgenoot, thans woonachtig
te Scheveningen.
HET ADRES AAN DE
NED. SPOORWEGEN.
Men verzoekt ons te willen meedeelen, dat
het initiatief tot het richten van een adres
aan de directie der Ned. Spoorwegen in
een vorig nummer besproken van de heer
Stompff, dir. TESO en niet van de Midden-
standsvereen. is uitgegaan. Evenwel heeft
deze vereeniging, in 't bizonder de heer
C. Oude, secr., zich alle moeite gegeven om
het adres te doen onderteekenen.
Eerder dan men verwachtte heeft opnieuw
zich een storm ontketend, juist een week na
die, waarover we Woensdag allerlei be
richten moesten opnemen. Wederom is hij
losgebroken in de nacht van Vrijdag op
Zaterdag en woei op de dagen daarop nog,
een krachtige wind. Wederom heeft hij of
fers geeischt, ja, hij heeft erger huisgehou
den dan de eerste van November.
De zwaarste windkracht te den Helder
geregistreerd, bedroeg plm. 30 M. en wel
Vrijdagavond omstreeks half twaalf.
De wind woei voornamelijk uit W.
en WZW-richting en bracht onze kust in niet
te groot gevaar. De windkracht evenwel mag
niet uit het oog worden verloren.
We willen trachten u een volledig beeld
te geven van wat de storm onder T e x e 1s
kust en noordelijker teweeg heeft gebracht.
DE ZWEEDSCHE HOUTBOOT „GARM"
bevond zich Zaterdagmiddag boven de Eier-
landsche gronden in nood en vroeg dringend
om hulp. De „Doris Rijkers" verliet hierop
de haven van den Helder en keerde 'sav.
te kwart voor elf in de haven terug.
Na een zeer zware en moeilijke reis was
de boot te ongeveer vijf uur des middags
aangekomen bij het schip, dat om assistentie
verzocht had. Het bleek te zijn de 2500 ton
groote Zweedsche houtboot Garm, kapitein
H. Persson, met een lading hout op weg
naar Antwerpen.
Het schip lag voor twee ankers en met
werkende motoren, slechts 800 M. boven de
gronden en had zware slagzijde en de schip
per van de Doris Rijkers meende dan ook
te kunnen voorspellen, dat het schip in de
Eierlandsche gronden terecht zou komen. Hij
oordeelde het ook hoog noodig, dat de be
manning het schip zou verlaten.
Na vijf pogingen gelukte het langszij te
komen, doch de kapitein wenschte het schip
niet te verlaten, verbood dit ook aan de be
manning en verzocht sleepboothulp. Een lid
lid van de bemanning, de 20-jarige licht
matroos Kappelin echter sprong in het net
van de Doris Rijkers. De overige 16 leden
der bemanning gingen niet van boord, zoodat
de reddingboot weder naar den Helder
terugkeerde.
Zaterdagavond werd door de heer J.Maas
een reddingsboei van de Doris Rijkers bij
de strandvonderij aangebracht.
Inmiddels was de sleepboot „Oceaan"
uitgevaren, die na veel moeite met de Garm
verbinding kreeg en er Zondag met behulp
van de „Texel" en de „Volharding" in
slaagde het Zweedsche schip, dat inmiddels
ernstig gehavend werd, te Terschelling bin
nen te brengen.
HET ZWEEDSCHE S.S. „MALMö", dat
op Ameland is gestrand en waarvan de ber
ging is opgedragen aan de bergingsmaat
schappijen Doeksen en Dros, is door de
zware stormen der laatste dagen vol water
geslagen, terwijl de geheele deklading hout
is weggeslagen en op Ameland is aange
spoeld. Het personeel der bergingsmaatschap
pijen alsmede de heer Doeksen, de lieer
Taylor Kraaij (agent van de firma Dros)
en de kapitein van de Malmö bevonden zich
aan boord van de Malmö in nood en kon
den met veel gevaar door de reddingboot
van Ameland van boord worden gehaald.
Omtrent de redding van de opvarenden en
het bergingspersoneel aan boord van de
Malmö, kunnen we nog mededeelen, dat,
nadat de „Brandaris" er niet in geslaagd
was het schip te bereiken, de Reddingscom
missie van Hollum besloot de bemanning van
de Hollum-reddingboot te alarmeeren en
aangevuld met drie leden der bemanning van
de Nesser reddingboot, werden de pogingen
aangewend het schip te bereiken. Onder lei
ding van schipper H. Visser heeft de boot
zee gekozen en nadat twee pogingen, tenge
volge van de liooge zeeën en de storm, waar
door de reddingboot yoorbij de Malmö werd
geslagen, mislukt waren, gelukte liet de
derde maal de boot langszij te krijgen.
Alle schipbreukelingen, die zich aan boord
bevonden, werden overgenomen. Allen had
den de geheele nacht op de brug doorge
bracht, daar het schip verder geheel onder
water ligt en waarschijnlijk als verloren kan
worden beschouwd. 1
Zoodra het weer gunstig wordt, zal een
onderzoek van de Malmö worden ingesteld.
HET DEENSCHE S.S. „DANIA" verkeerde
in de stormnacht van Zondag in nood nabij
vuurschip „Terschellingerbank" en seinde
evenals het AMERIKAANSCHE s.s. WABAN
om hulp. De Waban sloeg over de Terschel-
linger gronden en kwam weer slaags, maar
de Dania strandde hoog op de Jacobsruggen:
bij Terschelling.
Met de Maatschappijen Dros en Doeksen
is voor de berging van deze schepen en de
ladingen gecontracteerd.
De NOORSCHE motorboot „TARTAR"
De stoomtreiler Johanna IJm. 12 is Maan
dagmiddag te IJmuiden aangekomen met de
uit 13 man bestaande bemanning van de mo
torboot „Tartar",afkomstig uit Oslo, groot
677 ton en met een lading hout van Sunds-
vall op weg naar Antwerpen. Het schip ver
keerde Zondagmiddag te twee uur in nood
op 15 mijl ten N. O. van liet lichtschip Ter
schellingerbank. Schipper D. Glas van de
Johanna snelde ter hulp en heeft daarbij
een schitterend staaltje van zeemanskunst
vertoond. Hij nam de heele bemanning over,
heeft daarna het lichtschip gepraaid en mee
gedeeld, dat hij de heele bemanning van de
Tartar gered had en verzocht om sleepboot
hulp voor het schip, dat geheel op zijn dek
lading dreef. Er was echter op Terschelling
geen sleepboothulp beschikbaar, zoodat schip
per Olas de geheele nacht in de nabijheid
van de Tartar bleef ,die zonder licht, zeer
gevaarlijk voor de scheepvaart lag.
Maandagmorgen heeft men de Tartar in
de steek gelaten, omdat liet door de hooge
zee onmogelijk washet schip op sleeptouw
te nemen.
DE NOORSCHE SCHOENER HöLDAYL.
Zondagmorgen hebben we ons, op liet be-
richt van de stranding van een schip voor
de Koog, onmiddellijk derwaarts begeven.
En wij niet alleen, want in korte tijd had
het nieuws zich als een loopend vuurtje
verspreid en waren tientallen auto's en in
weerwil van regen en heftige wind, zelfs
wielrijders en voetgangers op weg naar het
Koogerslag.
Daar aangekomen werd het oog geboeid
door een ontredderde en blijkbaar onbe
mande schoener, welke juist tegenover het
badpaviljoen reeds over de eerste zandbank
was heengeslagen en nu, geheel ten prooi
aan stroom en wind en golven, meer en meer
naar het noorden werd gejaagd en weldra
bij opkomende vloed tegen de duinen zou
liggen.
Met begrijpelijke belangstelling vroeg men
zich af, of zich ook personen aan boord kon
den bevinden, maar, gewapend met de beste
kijkers, nam men daar geen enkel teeken van
leven waar. De naam, met kleine letters
aan de boeg geschilderd, kon niet worden
onderscheiden. Wel kon worden vastgesteld
dat het schip gedeeltelijk nog met nieuw
hout geladen en de deklast in de storm
verspeeld was. Het moet een driemast
schoener zijn geweest. De achterste mast
was afgeknapt. Van de voorste twee ont
braken de toppen. Noodvlaggen, gehcsclien in
het want van de voorste mast wezen op de
moeilijke positie, waarin de schepelingen zich
moeten hebben bevonden. Omtrent het lot
der bemanning verkeert men ook thans nog
in het onzekere. -Men neemt aan, dat ze meli
eigen boot de schoener heeft verlaten en
door een of ander schip is opgepikt. Oeen
enkel bericht in de groote bladengeeft ech
ter ook maar eenig licht.
In de loop van de dag is de schoener
over de zandruggen heengeslagen, niet zon
der belangrijke schade op te loopen. Thans
zit het schip hoog op het strand, 200 M.
bezuiden paal 20. Bij eb kan men het ge-i
makkelijk bereiken, van welke gelegenheid
men dan ook gebruik maakt tot het lossen
van de lading, grootendeels bestaande uit
prima grenen schroten, grootendeels gemerkt
H,G,H, met tusschen de letters een kroontje.
De schoener is gebleken genaamd te zijn
„Höldayl" en afkomstig uit Bergen in Noor
wegen.
EEN SLÉEPBAK van de lir. van Bekkum,
geladen met stroo, geraakte op drift doon
het breken van de paal waaraan ze gemeerd
lag. De zich aan boord bevindende schipper
wist echter door uitwerpen van een anker
stranding op de dijk te voorkomen.
Van de Eierlandsche vuurtoren was bericht
gekomen, dat een stoomschip voor anker was
gegaan ten Noorden van de Eierlandsche
Gronden. Later had het echter kans gezien
het ruime sop te kiezen.
HOOG WATER.
DE DIJKEN BEDREIGD.
Onze Cocksdorper corr. schrijft:
Zooals te verwachten was na de hevige
storm van Zondagavond die de geheele nacht
aanhield, steeg het water Maandagmorgen tot
buitengewone hoogte. Hoewel de Eierland-
landsche dijk geen oogenblik ernstig bedreigd
werd, vond de opzichter het toch gewenscht
enkele personen als dijkvvacht aan te stellen
gedurende de nacht.
De dijk van de polder Eendracht had het
kwaad te verantwoorden. Hier en daar sloe
gen de golven er over heen. Ook op het
strand ten Noorden van het voormalige pol-
dertje „De Volharding" was de toestand
critiek. Door de hevige golfslag kwam ook
daar zeewater binnen, doch tot een door
braak kwam liet gelukkig niet.
Onze Oudescliildcr correspondent schrijft;
Door het aanhoudende stormachtige weer
komt het zeewater de laatste dagen her
haaldelijk op de havenkade. Vooral de boot-
dienst TexelHelder ondervindt hiervan zeer
veel hinder, ook te den Helder. Als het zoo(
is, als de laatste dagen, dat er ongeveer
40 h 50 cM. water op de steiger staat, kan
de boot niet op zijn gewone ligplaats meren
en moet uitgezien worden naar een andere,
om passagiers en post te kunnen lossen.
Zaterdagmiddag ging dat al heel ongemak
kelijk en moest de boot bij een andere op zij
liggen. De passagiers moesten door 't water
worden gedragen.
De coupure aan de haven is al enkele
dagen gesloten. In de nacht vaii Zondag op
Maandag was het water bizonder hoog: het
stond 70 cM. op de kade. Bij zeilmaker Kruit-
lioed stond het tot ongeveer 20 cM. in huis.
Ook het binnenwater achter Oudeschild
was verbazend hoog. Bij enkele bewoners
kwam liet 2 dM. op de vloer. Die moesten
dus de vlucht nemen. Het land achter Oude
schild staat zoo goed als blank, de kippen
hokken op de hooge plekjes lijken wel kleine
eilandjes. De golven waren in de nacht van
Zondag op Maandag zoo hoog, dat zij over
de boot, welke op de Helderschc steenen zit,
heensloegen. Een andere boot, welke op de
reede voor anker lag, was opgestoomd en
onder Texel nabij Oudeschild geankerd, hier
lag hij veiliger.
BEDREIGDE DUINEN.
De duinen hebben er weer geducht van
langs gekregen, op Texel zoowel als op de
de andere waddeneilanden. Op verscheidene
plaatsen aan de kust zijn ze over aanzienlijke
breedte weggeslagen en rijst de strandreep
steil op: van Ameland vernemen we, dat de
duinen over een groote lengte tot 20 M.
diep werden weggeslagen.
WAAR IS DE BEMANNING
VAN DE HöLDAYL
Naar eenig bericht omtrent het lot van de
bemanning van de schoener, die Zondag bij
paal 20 ongeveer aan strand is gezet, zal
de lezer in dit nummer vergeefs zoeken.
Noch bij Lloyds, noch bij de reederij te
Bergen is iets daaromtrent bekend. Ook dc
Noorsche consul kon geen enkele inlichting
verschaffen.- Bij het Westerslag zijn planken
van de schcepssloep en verder aan het
strand reddingsvesten aangespoeld, hetgeen
het vermoeden doet rijzen, dat de beman
ning, vermoedelijk bestaan hebbende uit 6
man, is omgekomen.
De houten schoener is thans grootendeels
vernield en moet als verloren worden be
schouwd. Ook de beide ruw-olieinotoren,
waarmee het schip was uitgerust, zijn waar
loos geworden.
Bij Hoek van Holland is het Noorsche
2300 ton metende s.s. Christin Michelsen ge
strand. Door de „President van Heel" wer
den 24 man gered, drie vielen tusschen beide
schepen en vonden de dood, onder wie
Vlissinger loods. Op de dijk te den Hel
der zit hoog en droog, juist achter het post
kantoor, het Grieksche s.s. Eugenia, metende
7600 ton, op weg van Rotterdam naar Am
sterdam, doch door de storm afgedreven.
De heele bemanning is behouden langs een
lijn aan wal gekomen. (Zie aan ons bureau
de duidelijke foto's, welke kort na de ramp-
werden genomen. Red.)