J
No 4298
Zaterdag 26 Januari 1929
42s,eJaargang
t
Mil Luidspreker,
Voor de Zondag.
m-
EERSTE BLAD.
Voor hoofd en hart.
Texelsche Berichten
Gemeenteraad
van Texel
ABONNEMENTEN:
ADVERTENTIÊN:
INRICHTINGEN
welke gevaar, scjhade of hinder kunnen
veroorzaken.
Burgermester en Wethouders der Ge
meente Texel brengen ter openbare
kennis dat ter Gemeentesecretarie ter
inzage ligt eeD verzoek met bylagen van
de Bataafsche Import Mij. te 's Graven-
hage om vergunning tot het oprichten
van een benzine installatie met een
oudergrondsch reservoir en bovengrond
sche aftap inrichting in (bij het perceel
gelegen aan de Koogerstraat te Den
Burg, kadastraal bekend in sectie K,
No. 1580.
Op Woensdag, den 6en Febr. 1929 des
middags te 12 uren zal ten Raad-
huize gelegenheid bestaan om bezwaren
tegen dit verzoek in te brengen en deze
mondeling en schriftelijk toe te lichten
Zoowel de verzoeker, als zij, die be
zwaren hebben, kunnen gedurende drie
dagen, vóór het bovengemelde tijdstip,
op de Secretarie der Gemeente kennis
nemen van de terzake ingekomeD
schrifturen.
0e aandacht van belanghebbenden
wordt er op gevestigd, dat volgens
de bestaande jurisprudentie eventueel
niet tot beroep van de beschikking van
het Gemeentebestuur bevoegd zijn zij,
die niet voor het Gemeentebestuur zijn
verschenen, ton einde hunne bezwaren
mondeling toe te lichten.
Texel, den 23 Januari 1929
Burgem. en Weth. voornoemd,
De Secretaris. De Burgemeester,
JONKER, W B. OORT
Door de strijd gesterkt.
Door het vuur gestaald.
Door de ervaring wijs.
Derde Russische Avond.
J.GRÜNO'S
SAAI -TABAK
MIJNHARDT's
Hoofdpijn-Tabletten 6o ct.
Laxcer-Tabletten 6o ct.
Zenuw-Tabletten 75 ct.
Staal-Tabletten 90 ct.
Maag-Tabletten 75 ct
Bij Apoth. en Drogisten.
TEXELSCHE COURANT
DEN BURG: 50 ct. per drie Maanden.
Franco p. post door geheel Nederland 75 ct p. 3 maanden.
Losse nummers: 3 ct
DE TEXELSCHE COURANT VERSCHIJNT
WOENSDAG. EN ZATERDAGMORGEN
UITGAVE;N.V.v/h LANGEVELD DE ROOIJ DEN BURG OP TEXEL
Van 1-5 regels: 50 ct. Iedere regel moer: 10 ct.
Dezelfde advertentie 4 maal geplaatst wordt 3 maal borokond.
BI] abonnement lagere regelprljs.
ADVERTENTIÊN
MOETEN DAAGS VOOR 'T VERSCHIJNEN
4 UUR NAM. IN ONS BEZIT ZIJN
TELEFOON: N°.11 POSTGIRO: N°. 652 POSTBUS: N°. 11
„Wie zich aan een ander spiegelt
spiegelt zich zacht."
Bovenstaand woord zou een woord van
groote beteekenis zijn indien er niet één ding
aan ontbrak: dat het voor de praktijk luttele
waarde heeft. Want de mensch in doorsnede
spiegelt zich niet aan een ander; hij denkt
er niet aan. Waar is de jongen die zijn lust
bedwingt om zich op onzeker ijs te wagen
omdat misschien een jaar geleden een
zijner schoolmakkers is verdronken? Waar is
de reiziger, die met uitstappen geduld oefent,
omdat zoo menige overmoedige zijn sprong
miste en zijn haast met verminking of dood
moest bekoopen?
Neen, de menschen spiegelen zich niet, al
thans hoogst zelden aan elkander. Toch zou
't niet zoo moeilijk zijn; want gelijk in'n spie
gel 't eigen beeld weerkaatst, zouden we, wel
niet bij allen, maar toch bij velen, trekken van
onze eigen beeltenis kunnen herkennen. Zelfs
die moeite geven we ons meestal niet, althans
niet in voldoende mate om met de opgedane
kennis ons voordeel te doen; daarvoor staan
eigenwijsheid en een overdreven mate van
zelfvertrouwen de meesten onzer in de weg.
Laten wij het ons even indenken hoe het zijn
zou als het anders ware. Hoe gemakkelijk,
hoe spoedig zou de vooruitgang der wereld
te bereiken zijn. Elk ongeluk zou maar een
maal in dezelfde omgeving behoeven te ge
beuren; de strijd van de vader zou voldoende
zijn om de zoon te houden op het goede pad,
elk volgend geslacht zou wijzer zijn door de
lessen, die het geslacht, dat was voorgegaan,
gegeven had. Welk een voorbeeldige wereld
zou dat weldra zijn!
Voorbeeldig misschien! Maar oppervlak
kig krachteloos. Het gebouw zou niet op
hechte grondslag zijn opgetrokken en de
minste windstoot zou het ineen kunnen doen
storten. De leerschool van het leven mag niet
worden doorgemaakt als in een spiegelbeeld;
niet het dienen van de oudste zoon van het
gezin maakt zijn broeders van dienstplicht
vrij. Ieder moet zelf zijn ervaring opdoen
aan eigen lichaam, aan eigen ziel, vóórdat hij
de les goed heeft begrepen. In het vuur
moet zijn kracht gestaald, in de storm zijn
moed beproefd en vermeerderd worden.
Slechts datgene, wat hij zich op die wijze
heeft kunnen veroveren, is zijn persoonlijk
eigendom, waarnaar zijn hand zal grijpen en
waarop zijn voet zal steunen, in tijd van
nood. Een zachte spiegeling aan het lot van
een medemensch kan hem een aanwijzing
zijn, een waarschuwing om tot zich zelf in,
te keeren; maar hem vormen, hem opbouwen,
hem opnieuw doen geboren worden, dat
kan zij niet.
O—
Toets het bovenstaande aan de praktijk
uws levens en trek er uw voordeel uit.
Zondag 27 Januari.
MAANDAG.
Wij moeten rekenschap geven van elk on
nut woord, maar even zeker ook van elk laf
hartig zwijgen.
Augustinus.
DINSDAG.
Er behoort veel beschaving toe om het
eenvoudige te begrijpen. De kern van
alle beschaving is zich in anderer toestand
te kunnen verplaatsen. F. L.
WOENSDAG.
De blindheid des harten is de eenigc,
waarover men zich bijna niet beklaagt en
waarvan men nauwelijks verlangt verlost te
worden. Quesnel.
DONDERDAG.
De weg der menschheid is niet die van het
paard in een tredmolen maar een schroef
draad die met zeer fijne windingen omhoog
klimt wel langzaam -maar zeker.
VRIJDAG.
Men werpt zich niet plotseling in de on
deugd; men daalt langs een sierlijk slinger
paadje en is beneden, bijna zonder het te
weten. Jean Paul.
ZATERDAG.
Onze ergste vijanden achten wij hen, die
wij hebben beleedigd, omdat valsche schaamte
ons weerhoudt schuld te bekennen.
ZONDAG.
Het geluk dat wij anderen bereiden, is het
zaad van ons eigen geluk, dat vroeg of laat
met een rijke oogst ons loont.
Z s c h o k k e.
De Troonafstand van de Czaar ei
de dood van Raspoetin.
Voor de derde lezing van Ds. Raabe als
vervolg op de twee reeds gehouden „Rus
sische avonden", werd wederom groote be
langstelling aan de dag gelegd. Het zaaltje
van „Eben Haëzer" was Woensdagavond na
genoeg geheel gevuld met aandachtige luis
teraars.
Omstreek half acht opende ds. Raabe de
bijeenkomst met een kort woord ter inlei
ding, daarbij speciaal verwelkomend de heer
burgemeester en ds. Groenenberg, van Oos
terend, op wier aanwezigheid spr. hooge
prijs zeide te stellen.
Zich verder'tot het onderwerp van deze
avond bepalende, wees spr. op het treffend
staaltje van de macht van de „Cham"
zooals spreker zich uitdrukte, dat Grootc-
gast te aanschouwen heeft gegeven als een
voorbeeld van de mogelijkheden, waartoe het
lezen van bolsjewistische lectuur zou kunnen
leiden.
Vervolgens kwam spr. tot Krasnow's boek
„Van de dubbele adelaar naar het roode
vaandel", dat reeds voor een belangrijk deel
behandeld werd.
De schrijver verplaatste ons thans aan het
front in October 1916. Sablien, de heldhaf
tige hoofdpersoon, zagen we aan het hoofd
van een nieuw legercorps, geyorrnd uit rege-
menten van naam noch traditie en slecht
uitgerust. Evenwel vol vertrouwen in
zijn manschappen, trad hij hoopvol de toe
komst tegemoet. Een bittere ontgoocheling
zou echter niet uitblijven.
Aan het Westfront waren de namen van
Pétain en Joffre op aller lippen. Men scheen
er succes te hebben, beschikte er over een
front ter lengte van 400 K.M. en voerde er
een „doodstille oorlog", in de grond, te
midden van ijzer en beton. Het Russische
front besloeg een lengte van 2000 K.M.,
waarvoor het noodige prikkeldraad, laat staan
zooveel ander materiaal, ontbrak. Van de
soldaten was het beste deel gesneuveld,
het grootste deel in oorlogvoeren niet be
dreven. De dicipline was verre te zoeken.
Het dreigend gevaar, waaraan zijn vaderland
bloot stond, vervulde Sablien met groote
bezorgdheid. Een revolutionaire geest maakte
zich van steeds meerderen meester. Inmid
dels nam in de kringen van het Keizerlijk
hof de invloed van Raspoetin, een onguur,
schurkachtig, mysterieus individu nog steeds
toe, maar het ontbrak tocli niet aan perso
nen, die op middelen zonnen om hem, „de
heilige duivel", uit de weg te ruimen. Moge
lijk had de Czaar succes kunnen boeken, toen
hij zijn onderdanen opriep tot de strijd om
te Konstantinopel het Russische kruis de
plaats te doen innemen van „de halve maan"
en de Dardanellen in bezit te krijgen. Maar
de vonken, waaruit de vlam der revolutie
oplaaien zou, werden talrijker en lieten zich
niet dooven.
Een samenzwering, gesmeed tegen het
leven van de „hoveling"Raspoetin bleek haar
uitwerking niet te missen. In een hinderlaag
gelokt, moest hij de laatste adem uitblazen,
nadat een poging om hem te vergiftigen
en met pistoolschoten te dooden, niet het
gewenschtc gevolg bleken te hebben. Hij
vond zijn einde door verdrinking.
Wie meende, dat het gevaar hiermee be
zworen was, vergiste zich. Het groeide bij
de dag. Het groote offensief, dat op half
Januari 1917 was bepaald, werd afgelast in
verband met groote gebeurtenissen, welke in
de hoofdstad hadden plaats gegrepen. De
Czaar werd gedwongen de troon te verlaten
en stond bloot aan de wreedste kwellingen),
waaraan zelfs de keizerin en de kroonprins
niet ontkwamen. Met de dood bedreigde men
de familie, wanneer ze de bevelen der
nieuwe machthebbers niet opvolgde. Er was
n.l. een nieuw bewind aan het roer gekomen;
bestaande uit afgevaardigden van arbeiders
en soldaten, die zich tot taak stelden con
tact te zoeken met de proletariërs in an
dere landen om met te meer succes de
strijd te kunnen aanbinden tegen vorsten
huizen en kapitalisten.
Sablien wenschte het roode vaandel niet
te erkennen en dacht een oogenblik het ver
standigst te doen, als officier ontslag te
vragen, maar gaf hieraan tenslotte toch geen,
gevolg.
Eenige tijd ging alles in het leger nog
zijn oude gangetje. De groote massa gat
zich van de groote gebeurtenis, welke had
plaats gehad, nog onvoldoende rekenschap.
Onder de reservetroepen echter groeide het
zaad der revolutie welig op. Van de daar
heerschende toestand geeft de schrijver een
weerzinwekkend beeld. We maakten in ge
dachten mee een aanval met gas en bommen
van de zijde der Duitschers en waren ge
tuige van een muiterij, waarbij je een ril
ling door de leden voer. De gloeiende haat
en de meedoogenlooze wreedheid van sol
daten jegens hun meerderen maalt Kras-
now (die weliswaar als oud-generaal en
vriend van de Czaar door een gekleurde bril
"moet hebben gekeken) ons in zoo schrille
kleuren af, dat men onwillekeurig huiverde.
Sablien wist op het nippertje aan moordzieke
handen te ontsnappen. Inmiddels koos een
steeds grooter deel - van het leger de zijde
der revolutionnairen. Te Petrograd won Ke
renski meer en meer aan macht. Men ver
heerlijkte hem en ook de pers zwaaide hem
alle lof toe. De keizerlijke familie werd naar
Siberië verbannen en stond bloot aan spot
hoon, aan wreedheid en laster.
Aan het front viel het leger aan steeds
grooter wanorde ten prooi. Sablien zou
trachten zich naar Rostow te begeven om
van daaruit een poging tot een contra-revo
lutie te wagen. Op weg daarheen werd hij
evenwel door een troep vijanden overvallen,
onder wie hij herkende Victor, zijn zoon,
het kind van Maroesja. Er ontstond tus-
schen vader en zoon een heftige worsteling,
doch bij het einde van het zesde boek
waartoe ds. Raabe zich deze avond be
paalde verkeerden we nog in het onzekere
omtrent de afloop van de strijd.
Het slot van deze lezingen volgt over
drie weken.
In de pauze werden op het „His Mas
ters Voice"-apparaat ten gehoore gebracht
eenige nummers Russische muziek en zang,
Het Lied van de Zwarte Huzaren,; Grief,
van Chopin, een duet; Black Eyes, een staal
tje van Russische zigeunertnuziek en zang,
Wolga-lied uit „Der Czarewitsch", gezongen
door Richard Tauber. Vooral verdient ver
melding de Slavische marsch - het bekende
monumentale muziekwerk van Tschaykowski.
Omstreekshalf twaalf kon ds. Raabe,
wiens uirnemende voordracht bij de behan
deling der vele tragische voorvallen in het
biezonder de' aandacht trok, de bijeenkomst
sluiten.
huldigt zyn roohapparaat
en naluurlyh met lof over z'n
BAAI-TQBAft praat,
hoera! voor öfiUPOs Tabaksfabriek
ujant.^
ECHTE FRIESCHE
is uuaariifk
manjef/eh!
10 12-15'en 18 cl per 'A. ona
Zitting van Woensdag 23 Januari 1929,
aanvangende te ruim drie uur.
Voorzitter: de heer W.B.Oort, burgemee
ster.
Secretaris: de heer C.Jonker, gemeente
secretaris.
Afwezig, met kennisgeving, de heeren Boon
en Pisart.
De voor. opent.
De secr. leest de notulen, welke onveran
derd worden goedgekeurd.
Hierna houdt de voorz. zijn nieuwjaars
rede, zeggende
Zonder herinneringen aan het verleden
en zonder idealen en plannen voor de toe
komst, zou het leven vlak en kleurloos zijn.
Dit geldt voor het huisgezin, waarin men
op de oudejaarsavond stilstaat bij hetgeen
voorbij is en hetgeen komen zal, dit geldt
ook voor de gemeente en de staat.
Geldt dit in het algemeen al, in deze eer
ste dagen van het jaar 1929 geldt het
extra, nu het Nederlandsche volk in dank
baarheid de dag herdacht, waarop 50 jaar
geleden de Koningin-Moeder de vaderland-
sclie bodem betrad. Hoe groot die dankbaar
heid is, spreekt niet alleen uit het gedenk
boek, dat te Harer cere uitgegeven werd,
maar meer nog uit de huldiging op 10 de
zer, waaraan zulk een groot deel van het
volk deelnam. Het is mij een voorrecht om
uiting te mogen geven aan dit gevoel van
dankbaarheid door met deze enkele woorden
hulde te brengen aan hetgeen door Hare
Majesteit voor volk en land werd gedaan.
Wat bracht 1928 aan de gemeente Texel
wat zal 1929 ons te zeggen hebben?
Bevolking.
De bevolking ging in zielental voorui';
ultimo Dec. 1926 7279, '27 7311, '28 7378,
n.l. 3843 mannen en 3535 vrouwen, niette
genstaande het geboortecijfer wederom iets
daalde: dc laatste drie jaar resp. 152, 133
en 124. Het aantal huwelijken bedroeg 64
tegen 59 in 1926 en 42 in 1927.; vichtschei-
dingen vijf en het aantal sterfgevallen 79;
in 1926 85 en in 1927 68.
Landbouw en veeteelt.
De lammerenprijzen weken niet veel af van
die van het vorige jaar. Van 14 tot 18 gld.
werd voor een lam gemaakt. De aanvoer op
de markt was groot, n. 1. 37799 lammeren
tegen 32397 in het daaraan voorafgaande
jaar. Van de eerste markten gingen echter
vele dieren onverkocht terug, die op vol
gende markten opnieuw aangeboden werden.
Voor het rundvee werden matige prijzen
gemaakt, de melkprijzen waren goed. De
resultaten van de vetmesterij lieten te wen-
schen over.
Het houden van varkens was in het eerste
halfjaar niet loonend, het 2de halfjaar gaf
verbetering.
Besmettelijke veeziekten waren er veelvuldig.
Van mond- en klauwzeer, waarvan 6 Augus
tus het eerste geval werd geconstateerd)
werden 90 gevallen aangegeven. Op ultimo
December waren nog 7 gevallen ingeschre-