Praatavond
Texelsche Berichten
Waarom niet via Texe!
men zonder hoofdelijk stemming.
B.enW. wordt voor deze steunverlee-
ning een crediet verleend van f6500, welk
bedrag wordt bestreden uit opbrengst der
plaatselijke belastingen over 1929, die
hiervoor verhoogd dienen te worden.
De voorz. licht toe, dat indien Qed.
Staten deze uitgaaf van 1 1600 voor de
eerste week te hoog mochten achten, de
raad het risico op zich moet nemen.
De verschillende raadsleden nemen dit
op zich.
Dhr Epe vraagt, of de raming van 200
niet te gering is voor het aantal wierki
loozen.
Dhr Lap: Als het te kort is, vragen we
meer.
De voorz. zegt: De raming zal wel on
geveer goed blijken. Voorloopig wordt
voor 4 weken steun bepaald. Mocht deze
langer noodig zijn, dan kan de raad weer
een besluit nemen.
Vervolgens wordt de begrooting 1929
gewijzigd met een post van f6500 aan
beide zijden.
Dhr de Graaf brengt hierop naar voren
de treurige familieomstandigheden, waar
in de familie van Weth. Keijser thans
verkeert en stelt voor, dat de raad en
bloc zijn deelneming betuigt met dit droe
vig sterfgeval.
De voorz. dankt dhr de Graaf voor dit
voorstel.
Blijken van instemming der raadsleden.
Rondvraag.
Bij de rondvraag brengt dhr Kikkert 't
staken van de dienst der gemeentereini
ger, wat betreft het ophalen der faeca-
liën-emmers ter sprake. Spr. verzoekt
hieraan attentie te willen schenken.
De voorz. zal van deze wenk nota ne
men.
Dhr Epe informeert, naar aanleiding
van de brand in het stadhuis te Leiden,
waarbij het geheele archief ten gronde is
gegaan, hoe het met 't archief van Texel
gesteld is.
De voorz. zegt: 't Wordt hier wel zoo
goed mogelijk bewaard, doch in dit raad
huis kan er niet afdoende in voorzien
worden.
De secretaris, dhr Jonker, licht toe, dat
de Burgerl. Stand vrijwel tegen brand be
veiligd is in een kluis met houten deur,
die met ijzer beslagen is (een ijzeren deur
was wel beter). Doch als de Burgerl.
Stand zou verbranden, was dit niet de
grootste ramp, want deze wordt in duplo
gehouden en een exemplaar berust bij de
Griffie.
Wat de bevolkingsboeken betreft, deze
zouden bij brand totaal verloren gaan, en
het archief, dat boven de burgemeesters
kamer ligt, zou zeker geheel verbranden.
Dhr Lap stelt voor, over deze zaak la
ter maar eens te praten.
Dhr Epe zou gaarne zien, dat dit punt
eens in studie genomen werd. Spr. is
hierover niet gerust.
Dhr Kikkert zegt: Toch is aan deze
zaak een zonnekant. Het Raadhuis te Lei
den verbrandde eerst na 600 jaren; daar
zijn we nog niet aan toe.
Daar niemand meer het woord verlangt,
sluit de voorz. de vergadering met dank
voor de welwillende medewerking.
De Leden der Steuncomité's.
Tot leden der diverse comité's, welke
inzake het verstrekken van steun aan hen,
die tengevolge van de aanhoudende vorst
werkloos geworden zijn, advies zullen uit
brengen, zijn benoemd de heeren
den Burg Jb.KikkertNz., J.G.Ph.Pisart,
J.C.Visser, G.WittePz., Joh. Keijser Dz.,
Jn.Kortenhoeve en C.Buijsman.
Den Hoorn W.H.Lap, J. C. Bakker en
B. Sz. Lap.
Oudeschild A.Blotn, J.Henkes, F. Blom,
A.Kees en P.Hoogerheide.
Oosterend K.Vlaming, A.Vonk, A.Bakker
J.Jz., R.v.d.Vis Rz., S.Keijzer, Jb.Drijver,
Jn. Brans Jz. en D. Slik.
De Cocksdorp M.W.deGraaf, P. Dros,
H.Leber, C.Stoepker en C. Blom.
De Koog en de Waal A.Epe, C. Kuip,
D.Bruin, L.Keijser en Jn. Kelderhuis.
GIFTEN VOOR HET WITTE KRUIS.
J. G. den Burg f 4.
EEN ZILVEREN JUBILEUM.
De heer J.S.Dijt 25 jaar dijkgraaf.
Begin Maart zal het 25 jaar geleden
zijn, dat onze plaatsgenoot, de heer J. S.
D ij t, tot dijkgraaf van het waterschap
De Dertig Gemeenschappelijke Polders
werd benoemd. De eed als zoodanig werd
door de heer Dijt op 16 Maart 1904 af
gelegd.
Het zal de jubelaris straks niet aan be
langstelling ontbreken.
We komen op dit feit te gelegener tijd
terug.
Holl. Ma3tsch. van Landbouw afd. Texel.
Over de wenschelijkheid van een
gemengd bedrijf en over contan
te betaling op de markt.
Ook de tweede praatavond der afd.
Texel van de Holl. Maatsch. van Land
bouw verheugde zich in zeer groote be
langstelling. De zaal van „de Oranje
boom" was Woensdagavond geheel bezet.
Na het openingswoord van de voorz.
de heer C.KeijserHz., die zijn volle te
vredenheid uitsprak over zulk een groote
opkomst, verkreeg het woord de heer H.
Klimp, directeur onzer landbouwschool,
tevens adviseur der vereeniging, die ook
deze avond de moeilijke, maar overigens
toch zeer dankbare taak op de schouders
had genomen de vergadering voor te
lichten op ieder punt, het boerenbedrijf-
betreffende.
Toen de vraag van de voorz., of er
wellicht gegevens omtrent de rentabili
teit van het schapenbedrijf door een der
leden konden worden verstrekt, onbeant
woord bleef, trad de heer Klimp (gelijk
de voorz. het schertsend uitdrukte) „als
gangmaker" op.
Met behulp van een schoolbord wordt
de aandacht der vergadering eerst bij
deze berekening bepaald:
o—
Het Schapenbedrijf.
Op een bunder worden acht schapen
gehouden. Ze werpen 12 lammeren elk
opbrengende f 17.5U. Ieder schaap brengt
vier Kg. wol van f 1.75 op. De melkop-i
opbrengst van de schapen, waarvan men
er zes melkte, wordt op 5 gld. van elk
geschat.
Aidus totaalopbrengst f 296.
Uitgegeven werd aan pacht f120, voer
f112, loon f60, mest f20, afschrijving
en rente f 15.
Totaal aan uitgaven f327.en dus een
tekort van f31, ongerekend eventueel ver
lies van een schaap of andere stroppen.
Bij de hierop volgende bespreking
wordt opgemerkt, dat de melkopbrengst
te hoog en het aantal schapen per bun
der te laag is geschat.
Een uitzonderingsgeval.
Hierop zet de heer Klimp ter vergelij-i
king deze berekening voor: 110 schapen,
loopende op 15 bunders, werpen 183
lammeren, waarvan er 152 tegen f 18.90
werden verkocht.
Met nadruk zij er op gewezen, dat hier
van een uitzonderingsgeval sprake is, daar
de verkoopprijs al ver boven het gemid
delde uitgaat. Van 143 vachten werd de
wol, wegende 565 Kg. tegen f2.25 ver
kocht. Nog werden van de hand gedaan
vier oude schapen van f30 en vijf van
f32. De boteropbrengst bestond in 300
pond van 90 cent, de melkopbrengst in
7500 Liter, (ondermelk) verkocht voor
f 112.50. De karnemelk, 600 L. bracht
f 12.50 in het laadje.
Totaal aan ontvangsten f5119.50. Aan
veevoer werd f 1260.80 uitgegeven. Dan
rest nog f3859.of omgeslagen per
bunder, f257 per bunder. Wanneer per
bunder nu nog worden uitgegeven aan
pacht, loon, mest, afschrijving en rente
de bovengenoemde bedragen, valt een ba
tig saldo te constateeren van nauwelijks
f40 per bunder.
Bij de koe-boeren.
Vervolgens komt ter sprake het koeien-
bedrijf. Inkomsten: melk f300, kalf f 15.
Totaal f315.Uitgaven: pacht f120.
krachtvoer f125, bieten f40, loon t80>
en risico 10 gld. Totaal f375.
Schertsend laat de voorz. bij het hoo-
ren van deze berekening zich ontvallen:
Een koeienboerderij is ook al niets.
De heer Klimp is er ook niet best over
te spreken en adviseert het lid, dat met
deze gegevens op de proppen kwam, de
koeien, die bij zoo'n hoeveelheid voer
niet beter resultaat gaven, maar spoedig
op te ruimen.
De opmerking, dat jaarlijks twee of
drie koeien worden vericocht, werpt ech
ter een beter licht op de zaak.
Verbeter uw veestapel.
Ook wordt nog deze berekening ge
maakt: Drie koeien op 2 H.A. 40 A. Op
brengst 17469 Kg., of, de wei er bij,
f 1637,61. Opbrengst per koe f545.—.
Ook hier is van een uitzonderingsgeval
sprake. Dit toont echter hoe het kan
en mag voor onze veehouders een aan
sporing zijn om hun melkvee te verbete
ren. Het bedrag van f 545 moet nog ver
minderd worden met de kosten van voer,
pacht, loon, enz. Voor krachtvoer
wordt in dit geval f 125 te gering geacht.
Voor hooi wordt een hoeveelhied van
2500 Kg. per koe genoemd, kostende
f 100.—.
Een der leden merkt op, dat het voor-
deeliger zou zijn hooi te koopen dan te
telen.
De heer Klimp wijst op de noodzake
lijkheid het vee te verbeteren. Te den
Hoorn, vervolgt hij, wordt goed „ge
boerd''. Niet alleen omdat men daar goed
land heeft en een fabriek, welke goed
werkt, maar ook de Stierenvereeniging
aldaar komt een deel van het succes toe.
Tenslotte geeft de heer Klimp nog deze
berekening: Op 30 H.A. 30 koeien, elk
opbrengende 4500 L. melk van S.5 ct.
netto, buiten de wei. Een kalf van f 16.
Opbrengst per koe f398.—.
Uitgaven per koe: stalvoer 100, voer in
het land 15, loon (2 pers.) 86, mest 25,
extra loon in de hooitijd 4, afschrijving
machines 4, nota's van smid, enz. 4,
strooisel 3, rente 17.50, pacht 120, dek-
geld 2.50 en risico 10 gld. Totaal f391.
Netto winst f7.
Hier is met gemiddelde bedragen ge
rekend en aangenomen dat de boer met
één knecht kan volstaan. Hij verdient
dus zijn loon, f1300, vermeerderd met
30 maal 7 gld., totaal f1510 over 30 H.A.
Deze winst moet, gaat de heer Klimp ver
der, veel te gering worden geacht. Niet
alleen moet een spaarpotje voor slechte
jaren worden gemaakt, maar ook voor de
oude dag moet jaarlijks wat kunnen wor
den weggelegd. De post, waarop alleen
bezuiningd kan worden is: de pacht.
Opgemerkt wordt, dat de post nota's
veel te laag is genomen.
Anderen oordeelen het hebben van een
stukje bouwland gewenscht of zouden wat
varkens er bij willen houden.
Het bouwbedrijf.
De heer Klimp stapt dan met nog eens
op het nut eener melkcontrolevereeniging
te wijzen van dit onderwerp af om zien
dan tot het bouwbedrijf te bepalen; op
gemerkt wordt, dat alleen gesproken zal
worden over goed bouwland, niet over
land, dat ompeprutst is in plaats van
omgeploegd; niet over onvoldoende ont
waterd land; niet over land, dat werd
mishandeld inplaats van behandeld; niet
over land waar onkruid en graan elkaar
de voorrang betwisten.
Als men haver verbouwt.
Allereerst komt de haververbouw ter
sprake:
Uitgaven: pacht 125, zaad 20, kali 18,
super 18, stikstof 40, paardewerk 75, wie
den 35, oogsten 40, rijden, enz. 20, dor-
schen 30 en persen 18 gld. Totaal f440.
Opbrengst: 80 H.L. van f5,5 en 600Q
Kg. stroo van f25. Totaal f590. .Netto
winst f150.—.
Voor gerst uitgaven f425. Opbrengst
van 50 H.L. voor f455 en f125 stroo, to
taal f580. Netto winst f155.
In alle hier besproken gevallen wordt
gerekend met een perceel nabij den Burg.
Met toestanden als in Eierland wordt
geen rekening gehouden. Ook stelt men
zich bij de berekening op het standpunt
dat de landbouwer alle werk laat ver
richten.
Sommigen oordeelen een opbrengst van
80 mud naver per bunder te hoog.
Voor tarwe worden de uitgaven ge
raamd op f474, de ontvangsten opff650:
50 mud van 12,5 ct. en 6000 Kg. stroo
van f25. Netto winst f176.
Opgemerkt wordt, dat Eierland aan een
opbrengst van 50 mud niet steeds toe
komt.
Het bedrag voor paardewerk uitgetrok
ken, groot 75 gld., wordt te gering ge
acht. Evenwel wordt niets aangemerkt op
deze berekening: ploegen (per bunder)
f 12.50, eggen t9, diepploegen f30, nog
eens eggen 19, zaaien f10 en rollen
f5.—, totaal f75.50.
Voor aardappelen wordt de berekening:
pacht 125, poters 75, landwerk 75, kali
24, super 18, stikstof 52, wieden 50,
oogsten 140, kuilen, rijden, enz. 50, sor-
teeren 50 en transport 50 gld. Totaal
f710.—.
Opbrengst: 275 ELL. van f2.75 en 75
H.L. poters en kriel van f 1.50. Totaal
f868.Netto winst f158.—.
Wanneer de pacht op f 150 en landwerk-
op 1100 moet komen, daalt de winst op
f 10S per bunder.
Voor bieten worden de getallen aldus
geraamd: pacht 125, zaad 15, landwerk
100, kali 36, super 18, stikstof 78, wieden
75, oogsten 60, kuilen en rijden 70 gld.
Totaal 1602.—.
Opbrengst 70.000 Kg. van f 10. Totaal
f700. Netto winst f9S. Het loof kan,
ondergeploegd, nog dienst doen.
Welke les ligt hierin?
Op uitnoodiging van de voorz., zet de
heer Klimp uiteen, waartoe men op grond
van het bovenstaande thans moet beslui
ten:
Alhoewel meerdere gegevens hem wel
kom zouden zijn geweest, meent hij wel
te kunnen concludeeren, dat men naast
schapen wat koeien dient te houden en
verder er goed aan zal doen; een deel van
het land in bouwland om te zetten, om
door de verbouw van granen, bieten en
aardappelen de totale bedrijfsresultaten
op te voeren.
In Eierland f150 pacht?
Een opmerking dat in Eierland wel
f150 pacht kan worden betaald, geeft spr.
aanleiding in het licht te stellen, dat ou
dere bouwlanden daar zwaarder bemest
moeten worden en sommige deelen uit
minderwaardige grond bestaan. Boven
dien mag nimmer uit het oog worden ver
loren dat misgewas of ziekten onder het
vee de boer kunnen bedreigen.
Bezwaren.
Uit de vergadering wordt opgemerkt,
dat het wel gaat van schapenboer tevens
koeboer te worden. Voor de overgang
naar het bouwbedrijf ontbreekt het hem
veelal aan de noodige ervaring. Boven
dien kan gebrek aan werkkrachten te
juister tijd zich dan wel eens nijpend doen
gevoelen. Vandaar dat de opmerker zou
raden vooral niet veel land om te zettenj.
Van andere zijde wordt naar voren ge
bracht, dat men door hulp van buiten
(Friesl. Gelderl., enz.) in de behoefte
toch wel kan voorzien.
Ook wordt de aandacht gevestigd op 't
feit, dat de kosten, waarmee de overgang
tot een gemengd bedrijf door aanschaf
fing van machines en andere werktuigen
gepaard gaat, velen konden weerhouden
hiertoe te besluiten.
Nochtans: algemeen geeft men aan een
gemengd bedrijf de voorkeur.
Kennis is macht.
Met een opwekking van de heer Klimp,
in het biezonder tot onze boerenzoons ge
richt, om zich vooral ook de noodige
kennis van het landbouwbedrijf eigen te
maken, wordt de discussie over dit on
derwerp gesloten.
Behandel de dieren met
zachtheid.
Nu moet ik komen met een mededee-
ling, vervolgt de heer Klimp, die voor
een van onze leden geen aangename is.
Over het geheel draagt de Texelsche boer
zijn schapen een goed hart toe, maar bij
een wandeling in de omtrek van den Burg
is mij gebleken, dat een koppeltje scha
pen op gruwelijke wijze wordt mishan
deld. Ik geef dan ook het bestuur met
nadruk in overweging met de eigenaar
van die arme dieren in overleg te treden
opdat aan die schandelijke toestand een
einde wordt gemaakt.
De voorz. zegt alle medewerking toe
en vertrouwt, dat het verzoek het ge-
wenschte resultaat zal hebben.
„Boter bij de visch."
Tenslotte wordt de wenschelijkheid van
contante betaling der lammeren bespro
ken. Het bestuur stelt voor in overleg met
de andere Texelsche landbouworganisa
ties een persoon aan te stellen, die te
Oudeschild bij de verscheping der lam
meren voor de fokker de koopsom in
ontvangst neemt. Deze maatregel is be
doeld met het oog op het risico bij de
handel met vreemde kooplui, van wier
financieele positie men hier niets weet.
Ais bezwaren worden genoemd: de
kans op minder koopers, met als gevolg
minder concurrentie; de financieele on
macht van koopers om de lammeren te
betalen, vóórdat zij een deel der lamme
ren voor een deel elders te gelde hebben
gemaakt.
Het bestuursvoorstel vindt ten slotte
echter algemeen instemming, daar de voor
deelen toch overwegen. De nadere uit
werking wordt aan het bestuur overge
laten.
Omstreeks twaalf uur sluit de voorz.
hierop de vergadering, dank brengend
voor de zeer prettige besprekingen, in het
biezonder aan de heer Klimp voor zijn
bereidwillige uiteenzetting, en verder aan
allen, die door het verstrekken van ge
gevens deze avond aan zijn doel deden
beantwoorden.
de postdienst van de vastewal
op Vlieland gedurende deze
strenge winter tijdelijk hersteld?
In aansluiting op het bericht van onze
Cocksdorper correspondent, onder het
hoofdje „Van Texel naar Vlieland" en
„Als Vlieland gebrek heeftin het
vorig nummer opgenomen, schrijft een
Vlielander het volgende:
Eén van de meest onaangename gevol
gen van deze late, maar strenge winter
is wel het isolement der eilanden. Dat
er op een van deze biergebrek kwam
(de schrijver zal het eiland Urk bedoelen
Red.) is o.i. minder erg dan brand-
stoffennood en tekort aan levensmiddelen.
Gelukkig zijn voor ons Vlielanders de
vooruitzichten te dezer zake niet al te
somber.
Maar wat ons hier de last der isolatie
verzwaart is de wetenschap, dat het an
der had kunnen zijn.
In de lange winter van 1890—'91 was
het anders: toen is de verbinding met de
vaste wal hoogstens drie dagen verbroken
geweest (toen de winter inviel), maar
overigens had de overtocht via Texel en
het Eierlandsche gat elke dag plaats met
de regelmatigheid van een uurwerk, ter
wijl de postboot Terschelling—Vlieland—
Harlingen een halve maand de dienst
heeft moeten staken. En niet alleen de
brievenpost, maar sleden en wagens vol
levensmiddelen bereikten langs die weg
het eiland.
Zoo had het nu weer kunnen zijn, als
niet de postdienst Texe 1—Vlieland, mis
schien de oudste van ons land ter wille
van de zuinigheid was opgeheven
Dat er geen motieven waren om die
dienst op te heffen, beweren we aller
minst. Maar het sprak vanzelf, dat het
gemeentebestuur van Vlieland en anderen
zich tegen de opheffing verzetten. Eén
argument, dat meer dan andere vóór het
behoud van de postdienst pleitte, was het
groote belang van de postverbinding juist
in tijden van strenge vorst. Door de voor
standers van opheffing kon dit argument
niet worden ontzenuwd en op grond daar
van werd in uitzicht gesteld, dat ingeval
de verbinding met Harlingen verbroken
zou zijn onmiddellijk een tijdelijke post
verbinding via Texel in het leven zou
worden geroepen.
Waarom nu die toezegging niet in een
daad omgezet Het kan zoo gemakkelijk.
Het Eierlandsche gat is iedere dag ook
nu bij vloed te bevaren. Menig Cocks
dorper visscher is gaarne bereid per