SEIBERLING
SPECIAL SERVICE
SKIDLOCK
DE BAN!) Voor uw Luxe wagens,
Autobussen en Vrachtwagens.
s s, Texelstroom
naar Purmerend*
Een huis,
Be macht van het geld.
sterkste
Band
ter
wereld
Amsterdam (C.) - Telefoon 47992
min min m mm mm mm n mm b
Kijkt even
Stoffer's Sigarenmagazijn B
mm m mm m mm s mm m mm m mm m
Portret-atelier Jac. de Boer
Keizerstraat 75, den HeBder.
LEVERT UIISLUIIEKD Iste klas FOTOWERK
Moto's bruin ol zwart vanaf f 2,- p. 6 st.
Vereeniging tot Bestrijding
der Rundvee tuberculose
Veehouders, die als lid
wenschen toe te treden,
onder opgave van het
aantal dieren.
Notaris Mulder
publiek verkoopen
FEUILLETON
a
IMPORTEURS:
VAN HOUT Co., Heerengracht 73-75.
Verkrijgbaar bij iedere Garage.
vaart Maandag a. s.
"Vertrek 1 uur
naar de etalage van
Weststraat 57, b.d. Werfpoort
DEN HELDER.
U kunt ZONDER EXTRA kosten
in het bezit komen vanB
een pracht schilderstukje
een heeren horloge
een dames horloge gg
een flesch eau de cologne L)
een sigarenaansteker j=
een stereoscoop
een kistje sigaren 50 stuks
een doos sigaretten 50 stuks.
absoluut houdbare uitvoering
kunnen zich tot 15 NOVEMBER 1629 op
geven bij de besturen der verschillende
organisaties(Kaasfabrieken, afd. Texel H.
M. v. L., L. T. B., Fok- en Controlevereeni-
ging, bij den heer E. NOORDIJK, veearts,
en bij ondergeteekenden,
Het Bestuur
C. DE WIT, Voorzitter.
C. BRUIN Jac., Secretaris.
zal op Dinsdag 12 November a.s. des
avonds 8 uur in het café „den Burg"
voor de erven van de lieer J. Geus Az.
verdeeld in 2 woningen met erf in de
Weverstraat te den Burg, kadastraat ge
meente Texel, sectie K., no. 1S23 en 1826
beide geheel en 1827 gedeeltelijk, samen
groot ongeveer 3 aren 20 centiaren.
Te veilen in 2 perc. en gecombineerd.
Te aanvaarden dadelijk, de verhuurde
woning onder genot der huur.
Te Bezichtigen Maandag 11 Nov. van
25 en op den verkoopdag van 45 uur.
(Een boeiende roman naar het
Engelsch van Freeman Filden.)
42.
Zij smachtte er naar om hem te zeggen,
dat hij haar niet onherroepelijk belee-
digd had en dat hij het verlangen in haar
had opgewekt om haar terzijde te staan.
Hij had haar doen inzien, dat hij haar
hulp behoefde en wel terstond.
Doch Arthur schoof onrustig heen en
weer en mompelde een paar algemeenhe
den, terwijl hij half niet wist, wat hij zei.
Hij hield zijn oogen van haar afgewend,
doch eindelijk flapte hij er uit:
„Edith, ik geloof, dat ik een meisje als
jou niet verdien. 11< geloof dat ik nier veel
waard ben en ook nooit zal wezen. Ik heb
er in de laatste tijd vee! over gedacht,
sinds die avond, dat ik bij jullie kwam."
Daar had zij op gewacht. Zij legde
zachtjes haar hand op de zijne, die naast
hem op de sofa rustte en antwoordde
kalm:
„Daar moet je nooit meer aan denken,
Arthur. Dat was jij zelf niet. Het was
iemand anders. Het gebeurde in een ander
land, duizend jaren geleden. Ot liever,
het is nooit gebeurd."
Maar inplaats van door deze verklaring
verlicht te worden, scheen de jongeman
r.og minder op zijn gemak te geraken. En
in die korte poos onzeker zwijgen, dat
enkele oogenblik, waarin hij haar in zijn
armen had kunnen nemen, en haar kussen
■BQHBBEmB
in dat ééne oogenblik begreep Edith de
geheele waarheid.
Hij ging voort.
j,0, je denkt veel te goed over me,
Edith
Doch hij had beter gedaan niets te zeg
gen. Want er was een zekere dubbelzin
nigheid in zijn stem en houding, die hij
thans voor haar niet verbergen kon. Die
veroordeeling van zichzelf was maar een
voorwendsel. Hij vischte naar iets anders
dan sympathie. En zij kenden elkaar lang
genoeg, om beiden te weten wat de ander
dacht. Voor de eerste maal zag hij haar
in de oogen met de uitdrukking van een
bedelaar. Een oogenblik voelde Edith
haar hart samengeknepen. Zij sloot de
oogen. Toen zij ze weer openden, ston
den ze vol tranen. Haar lippen beefden.
i„Je bent vrij, Arthur", zei ze zacht. „Ik
begrijp je. Misschien is het beter zoo.'
„O, Edith, ik bedoel niet.... je verstaat
me verkeerd, Edith.... ik bedoelde alleen."
Zij glimlachte dpor haar tranen heen.
„Arthur, lieve, ik weet het en jij weet
het. Ik heb veel liever dat je er voor uit
komt als een man. Doe geen moeite om
mijn gevoelens te sparen, of om je eigen
gevoelens te sparen. Dat is de manier om
altijd goede vrienden te blijven. Je denkt,
dat het beter zou zijn, als wij ons engage
ment verbraken."
Zij had diep medelijden met hem. Zijn
oogen hadden een verschrikte en tegelijk
smeekende uitdrukking. Zijn gelaat was
bieeker dan het hare. Zij kon zijn hart
liooren bonzen.
„Neen, dat bedoel ik heelemaal niet,
Edith, op mijn woord niet, ik wil alleen".
'„Je denkt, dat het verstandig zou zijn,
als we er nog eens goed over dachten
De dankbaarheid straalde hem uit de
oogen.
„Ja, Edith, dat is alles wat ik wou zeg
gen. Zie je.... je wist niet zeker, of je m-ef
me trouwen wilde.... ik vroeg je telkens
om een datum vast te stellen... weet je
wel.... en nu
„,En nu weeet jij het niet zeker, Arthur.
Lieve jongen, kijk mij eens aan. Denk je
dat ik dat niet kan begrijpen? Denk je,
dat ik er kwaad om zal worden? Of dat
ik niet genoeg om je geef, Arthur, om
te probeeren, me in jou gedachten in te
denken
Zij was er in geslaagd, de ring van
haar vinger te nemen, zonder het minste
vertoon daarbij te maken, en met een
vluchtige blik op het kleinood gaf zij het
hem in de hand. Hij keek er onnoózei
naar. Dan zij hij wild:
„,0, ik wil hem niet hebben. Het is
heelemaal niet noodig zoo.... zoo precies
te zijn. Zoo bedoel ik het niet, Edith. Ik
bedoel alleen maar, dat ik er over wil
denken."
■„Maar je wilt toch niet, dat ik minder
vrij ben dan jij, Arthur?"
„O, neen, erkende hij. „Daar had ik
niet aan gedacht."
Thans, op het laatste oogenblik wei-
telde hij, en zij schoot een weinig van
hem af toen zij zag, dat hij op het punt
stond, om zijn armen naar haar uit te
breiden.
„Ik weet zelt niet, wat ik wil, Edith.
Ik ben.... mijn verstand is beneveld. Ik
houd werkelijk van je."
„O, zeg dat niet, Arthur."
„Ik houd van je. Ik zeg je immers, dat
ik van je houd. Maar ik heb het met me-
zelt uitgevochten. En ik kan niet zooals
ik wel zou willen. Ik voel niet, zooals ik
zou moeten voelen.. Ik weet wat je denkt.
Je denkt, dat ik... dat ik...." Hij raakte
hopeloos in de war.
„Ik denk dat Enoch Garbutt niet van
ons houdt, Arthur", zei Edith met ietwat
onvaste stem.
„Enoch...." De jongeman keek haar aan,
zonder te begrijpen.
>,Ilc heb je vader en de mijne juist
hooren binnenkomen, Arthur. Ach, tob er
maar niet meer over. Het is..., het is het
leven zoo. Hier! Lijkt dat er op, alsof
ik je verwijten maakte?"
Zij boog zich naar hem toe en kuste
hem op het voorhoofd.
(Wordt vervolgd.)
D. METS
te TEXEL.