GEZICHT OP „MIDDENMEER".
Dit dorp zal in de toekomst de hoofdplaats zijn.
HET EERSTE VEE.
Een historisch feit: de „joyeuse entree" van het vee, waar eenmaal de zee
golfde.
Foto's Zuiderzeewerken.
De cliché's, in dit nummer afgedrukt,
werden ons voor zoover op de Zui
derzeewerken betrekking hebbende wel
willend in bruikleen afgestaan door de di
rectie van de Wieringer Courant (tevens
uitgeefster van Wieringermeerbode en
Polderbode).
Uit ons Zondagsblad.
Vandaag bevat het o.m. een mooi kiekje
van de Cocksdorp, ons toegezonden door
de heer T. Reuvers. Vorige week een aar
dige opname van het echtpaar Troost, te
de Cocksdorp, dat zijn gouden bruiloft
vierde en gekiekt werd bij hoeve De
Krim, waar de heer en inej. Troost al
46 jaar wonen.
Tegen betaling van 50 ct. per kwartaal,
zijt ge abonnee op ons Zondagsblad. Per
post zenden we het toe tegen f0.70 per
kwartaal. We hopen wederom eenige
abonnees te mogen boeken. Een ander
zoo aardig geïllustreerd en redactioneel
goed verzorgde weekblad verschijnt er in
ons land niet tegen zoo'n zeer lage prijs.
ALLERLEI.
De directie van De Jong's Bioscoop
vestigt de aandacht op de film, welke
o.m. op de Texelsche lammerenmarkt
werd opgenomen. (Zie adv.)
De heer C. Keijser, exploitant van de
danstent aan de Koogerstraat, verzoekt
ons de aandacht te vestigen op de bie-
zondere attractie, welke hij aan zijn Ca
baret Dancing verbond. Boven de dans
vloer is n.l. een groote bal aangebracht,
rondom met geslepen glaasjes bezet. Vaiï
twee kanten wordt de bal door enorm
sterke schijnwerpers beschenen. Wanneer
we bedenken, dat voor de schijnwerpers
langs zich een schijf met gekleurde glaas
jes beweegt en ook de bal wordt rondge
draaid alles electrisch kan het niet
anders of er wordt een sprookjesachtig
effect bereikt.
In verband met de toegezegde steun
aan de varkensfokkerij, komt de afd.
Texel van de L.T.B. in dit nummer met
een voor de leden belangrijke advertentie.
o—
Mogen we uw aandacht vestigen op de
adv. „Opening nieuwe Boekhandel Park
straat" We komen er op terug.
OUDESCHILD.
Keurmeester Zeegras.
Naar de Wieringer Crt. meedeelt, is
Donderdag door de raad van Wieringen
tot keurmeester der zeegras-exploitatie ter
standplaats Texel benoemd de heer W.
Vlas, alhier, met 10 van de elf stemmen.
No. 2 op de voordracht was de heer
Jb. Boon Jbz., alhier.
De watertaxi gestrand.
De watertaxi, welke nogal eens bakken
sleept naar de werken aan de steenglooi-
ing, geraakte Vrijdagmiddag op de stee-
nen. Zij had een bak op sleeptouw,
raakte onklaar en strandde. De motorvlet
TX 26, schipper Pool, kwam te hulp en
bracht de taxi in de haven. Aan de schroef
en het roer scheen iets te haperen. In de
haven werd een strop van kettingen om
het achterschip van de taxi gelegd, de
kraan der havenwerken heesch het
scheepje uit het water, zoodat kan wor
den nagegaan wat er aan de hand is.
ffiffifflffifflfflfflfflfflffl U fflfflfflffifflfflfflfflfflffl
ffl m
ffl BRIEVEN VAN TEXELAARS ffl
ffl IN DEN VREEMDE. ffl
ffl ffl
ffifflfflfflfflfflfflfflfflffl y ffifflffifflfflfflfflfflffiffl
Uit Langoan (Celebes).
We hadden het genoegen een brief te
ontvangen van de heer J. de Jager, vroe
ger hoofd der school te de Cocksdorp,
thans bij het onderwijs werkzaam in de
Minahassa (N.O.I.). Hij beschrijft daarin
de aardbeving, welke 14 Mei 1.1. het N.O.
deel van Celebes trof. We danken de
schrijver voor de moeite, welke hij zich
gaf door het opmaken van dit ooggetuige-
verslag en geven hem hier gaarne het
woord.
De aardbeving in de Minahassa.
Zaterdagavond, 14 Mei, zaten we ge
zellig met een paar oud-Texelaars van hier
te bridgen, toen we plotseling weiden
opgeschrikt door een ratelend geluid, als
of talrijke karren in razende vaart nader
den. Onmiddellijk stond ik op, en riep
de huisgenooten toe, zoo spoedig moge
lijk naar buiten te gaan. Op 't zelfde
oogenblik begon het huis geweldig heen
en weer te schommelen en hoorden wij
de kerkklok heftig luiden. Mijn vrouw en
ik spoedden ons zoo snel als wij konden
naar de bedden van de kinderen om die
zoo spoedig mogelijk naar buiten te bren
gen. Toen wij ons met de kinderen naar
buiten begaven, schudde 'het huis reeds
zoo geweldig, dat we van de ééne naar
de andere karit werden gesmeten. Ik be
reikte, met mijn dochtertje op de arm<,
als laatste man de trap en halverwege
gekomen hoorde ik reeds van dichtbij en
verre huizen met hevig geraas instorten.
Op de weg voor het huis waren we voor-
loopig veilig. Staan blijven konden we
echter niet. Als dronken slingerden we
over de weg heen en weer.
Ons huis slingerde geweldig en dreigde
elk oogenblik in te storten. De lamp in de
voorgalerij slingerde van de eene zijde
naar de andere, 't Was een angstig ge
zicht. Ik begreep, dat, als het huis zou
instorten, het groot gevaar liep in brand
te geraken, daarom liet ik mijn dochtertje
bij mijn vrouw achter en besloot ik het
huis binnen te gaan, om de lamp (gaso-
line-installatie) uit te draaien. Op dat
moment leek de aardbeving iets in kracht
te verminderen, doch halverwege de trap
gekomen, kwamen er opnieuw geweldige
schokken, de trap ging heftig op en neer,
en ik keerde oogenblikkelijk naar veiliger
plaats terug.
Dit waren de laatste schokken, de tril
lingen van de aarde werden minder; wel
kreunde en steunde het oude houten huis
nog, waarin we wonen, doch dit was na
enkele oogenblikken ook voorbij. We
waren er genadig afgekomen. De dames
waren allebei bij de vlucht van de trap
gevallen, en hadden zich eenigszins be
zeerd. In huis lag het bezaaid met scher
ven, doch toen we de schade gingen
opnemen, bleek die niet zoo groot te zijn.
Omdat we aan slapen voorloopig niet
konden denken, gingen we allen de straat
op, en merkten we al spoedig, dat niet
allen er zoo gelukkig waren afgekomen.
In onze nabijheid kregen we al dadelijk
verschillende, ingestorte huizen te zien,
doch wonder boven wonder hoorden we
van geen enkel doodelijk ongeluk. De
meeste menschen, die geen tijd meer had
den otn het huis uit te komen, hadden
zich onder het bed verstopt. Wij arri
veerden bij één ingestort huis, waarvan
de bewoners, ouders van eenige kinderen,
tijdens de aardbeving afwezig waren. Al
leen de kinderen waren thuis. Ze lagen
nog ongedeerd te bed en zoo haalde
men ze uit het huis. De balken lagen over
het bed heen, doch hadden nog een
plaatsje opengelaten voor de kinderen. Ik
wil niet al de biezonderheden verha
len, van de talrijke keeren, dat menschen
als door een wonder aan de dood ont
snapten, het verhaal zou te lang worden
Al spoedig vernamen we, dat er hier in
het dorp tusschen de 40 en 50 huizen
waren ingestort, zonder dat er één en
kele idoode te betreuren viel.
In het dorp Kabas, dat van hier 5 K.M.
verwijderd ligt, was het echter veel ern
stiger gesteld. Het geheele dorp is één
groote ruïne. Toen we daar de volgende
dag een bezoek brachten, deelde men ons
mee, dat er ruim 600 huizen waren in
gestort, waaronder een kerk en twee scho
len. Alle ellende, die we daar zagen, is
niet te beschrijven.
Toch is het daar in zooverre nog goed
afgeloopen, dat er slechts zes dooden zijn
te betreuren. Uit alle deelen van de Mina
hassa bereikten ons berichten over de
vreeselijke aardbeving. Nergens echter
had die zoo huisgehouden als te Kabas.
Te Amoerang waren plm. 90 huizen inge
stort, bovendien was daar een stuk van
het land van 300 bij 60 meter in de zee
weggezonken. Gelukkig was dat gedeelte
niet bewoond.
Ik heb met velen, die door de ramp
getroffen waren, nog gesproken, doch bij
allen zonder uitzondering merkte ik de
groote berusting op, waarin ze hun lot
droegen. Niemand klaagde of was bitter
gestemd. Allen waren éénstemmig van
oordeel, dat het de wil van God was, of
dat God zijn macht had willen toonen.
Toen ik in het gesprek met één van
deze menschen 'eenigszins ondoordacht
zei, dat de palen onder het huis (waar
het huis op rustte) misschien te lang wa
ren geweest, -en dat anders het huis mis
schien niet was ingestort, was het ant
woord: „Niet de palen, toean, en ook
niet omdat het huis oud is, maar omdat
God het zoo wilde". Ik zweeg met ge
paste eerbied.
Illllllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
llllllllllll Van de Boekenplank.
lllllllllllllllllllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllll
Boeken leenen?
De lezer, wie een geleend boek niet
bevalt, geeft het terug en zoekt een ander
uit; wie zich een boek aanschaft, zal
zich meer moeite geven om zich te oriën-
teeren, hij zal ook in het algemeen met
meer aandacht en belangstelling kennis
omtrent boeken trachten op te doen. Hij
zal zich rustiger en met meer vrucht in
het boek kunnen verdiepen, hij zal het
ook na jaren nog kunnen herlezen. Zoo
zal het litteraire kunstwerk, dat zijn ma
terieel bezit is, beter en vollediger ook tol
zijn geestelijk bezit worden. Wie er zelf
iets voor over heeft, boeken in zijn bezit
te hebben, zal meer eerbied krijgen voor
de boeken van anderen, die hij ter leen
mocht ontvangen. De kwaal van het lee
nen en met teruggeven van boeken, alsof
een boek een bezit van de tweede orde
ware, heeft in alle kringen der maatschap
pij -een ontstellende omvang aangenomen.
De eenige remedie tegen dit euvel is
de mensch het genot te leeren, zelf boe
ken te koopen, ook waar dat slechts
in bescheiden mate mogelijk is.
Mogen velen doordrongen worden van
het uitnemend belang, dat er gelegen is
in de geregelde omgang met de geesten,
die hun innerlijk leven verrijken en tot
bezmning brengen, zonder welke omgang
elke werkelijke zielsbeschaving onmogelijk
blijft.
„Boeken koopen" en niet leenen zij de
leus.
Illlllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllll
llllllllllll HYGIENE en VEILIGHEID, llllllllllll
lllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllillllllilll
Het gevaar van kortsluiting.
De electrische stroom ondervindt in
lange en dunne kabels een grootere weer
stand, dan in korte dikke stroomgeleiders.
Wordt dus de stroom geleid door een
lange kabel van vrij groote weerstand,
dan zal die stroom veel zwakker zijn
bij gelijke spanning, dan waneer hij ge
voerd wordt over een korte weg van ge
ringe weerstand. Nu is de warmte-ontwik-
keling van een electrische stroom afhanke
lijk van de tweede macht van de stroom-
sterkte. Als dus b.v. een stroom door
een korte kabel (tusschen de beide polen
van een dynamo) 100 maal zoo sterk is
als die door een lange, met allerlei appa
raten er in geschakeld, dan zal de warmte
ontwikkeling 10.000 maal zoo groot wor
den. Stel b.v. dat een huis-installatie vóór
de vertakking door een spijker zóó wordt
gesloten, dat de beide aanvoerende ka
bels door die spijker geleidend worden
verbonden, dan ontstaat een kortsluiting
met zooveel warmteontwikkeling, dat die
spijker in een oogwenk gloeiend wordt,
smelt en verbrandt, zoodat er dan brand
kan ontstaan. Daarom worden de kabels
bij het binnenkomen in een huis in een
sterke buis gelegd en dan verbonden aan
de meter, en een stel „veiligheden"; dit
zijn porseleine stukken met fijne draadjes
binnenin, die bij een bepaalde sterkte
van de stroom smelten. Is men dus in
huis ergens onvoorzichtig, doordat men
een te geringe weerstand inschakelt of
een te sterke stroom (in totaal) wil
hebben, dan smelt die draad door en kan
men geen stroom meer krijgen, aleer
men een nieuwe stop heeft ingedraaid,
vergissingen zijn hierbij uitgesloten, om
dat een stop, die een sterker stroom
verdraagt dan de veiligheid toelaat, niet
erin gedraaid kan worden (d.w.z. geen
contact maakt.) Een goed aangelegde
huisleiding is bij normaal gebruik zeker
geheel ongevaarlijk. Het gevaar voor
kortsluiting is dan zeer gering en menig
maal wordt dit als brandoorzaak opge
geven, als men niets anders kan vinden.
Er is wel eens kortsluiting ontstaan, door
dat een rat beide kabels doorknaagde,
maar dergelijke dingen komen uiterst zel
den voor. De leidingen in huis worden
bijna altijd gelegd in ijzeren buizen, om
beschadiging en dus kortsluiting te voor
komen. De Electrische Centrales houden
toezicht op de aanleg der huisleidingen
en dit toezicht dient streng te zijn en
periodiek herhaald te worden, daar velen
ervan houden om ook aan leidingen te
knutselen.
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHI
llllllllllll OVER OPVOEDING.
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
Het eigendom van uw kinderen.
Eerbiedig het. Laat u nooit
spottend uit over hun soms won
derlijke verzamelingen.
Het klinkt misschien een beetje over
dreven en toch, wij moeten het bezit van
onze kinderen respecteeren, dat is hun
goed recht. Doen wij dit niet, dan kun
nen wij niet verwachten, dat de kinderen
een anders rechten leeren eerbiedigen.
Een der grondslagen onzer maatschappij
is het eigendomsrecht en dit recht zal
dan ook voor de jeugd gelden, daar deze
een voorbereiding tot het verdere leven
vormt. Kinderen hangen aan hun speel
goed, al is het vaak door liet vele ge
bruik oud en vies geworden.
Een pop zonder armen of beenen lijkt
ons waardeloos en het liefst zou men
zoo'n overblijfsel naar de vuilnisemmer
laten verhuizen. Maar, pas op. De kleine
is er door een massa samen ondervonden
gebeurtenissen, nauw mee verbonden en
geen nieuwe pop, hoe groot en mooi ook
zou ooit de oude lieveling geheel kun
nen vervangen.
Ik heb een kleine jongen gekend, die
troost zocht bij zijn pop, een oude
met stuk geknuffelde wang als vader
of moeder hem beknorde. Wat die pop
voor dat kind beteekende, konden wij
niet weten.
Nu als groote jongen, terwijl de pop
voor jaren geleden voor goed opgebor
gen werd, vond hij het heel naar toen de
oude vieze „Marietje" weggegooid moest
worden, omdat de mot er in was geko
men. Moet men om een of andere reden
opruiming houden in de speelgoedkast,
ga dan met de kleine bezitters te rade
om te zien, wat weg kan. Men staat ver
steld, welke prullen soms hun liefde heb
ben. Dat is maar niet voor niets, wel
neen. Die houtjes met spijkers stuntelig
en krom er in, zijn juist zoo iets gewel
digs.
Ziet U nu niet, dat 't een boot of
een of andere ingewikkelde machine is
Wij volwassenen zullen er ons dan
toch vooral rekenschap van geven, dat,
wat voor ons waardeloos lijkt, voor het
kind dikwijls wonderlijk veel kan be-
teekenen.
Wij schatten de waarde van iets naar
O
O