No. 4696 46ste Jaargang Zaterdag 24 Dec. 1932 EERSTE BLAD. VOOR MOEDER. Fantasie en Werkelijkheid. VALLEN EN OPSTAAN. Uw advertentie In dit blad wordt op Texel (huls aan huls gelezen. ffiffiffiffiffiffiffiffiffiffi V fflfflffifflfflffiffiffiffiffl ffi ONZE KERSTWENSCH. ffi ffi m ffifflffifflfflffiffiffifflffi ffiffiffiffiffifflffiffiffiffi 't Is 't feest van de Vrede, dat telkens ontroert door't heerlijke, dat het wil ge ven; dal ons naar de volheid van 't leven voert, hoe zwaar of er soms wordt mis-, dieven. De Vrede, het grootc, het sterke bezit, dat kracht en vertrouwen wil schen ken, ook als in de landen, door goud dorst verhit, de twist en d' ontreddering wenken! Nu luistert de wereld, gebukt ouder leed van donkere, pijnende dagen, waarin ze geen licht en geen uitkomst meer weet en maar smeekend om vrede blijft vragen. O, Boodschap, die komt in oen wankele tijd, doordringt hen, die machtig regee- ren. Heft stralend uw fakkel der Eeuwig heid, opdat ze, door 't licht van Uw waar heid geleid, tot de wil tot liet goede, tot zegen bereid, in waarheid Uw Vrede begeeren Illlll+llllll Gij moet op uw pad letten om vooruit te kunnen komen, iiiiii+iiiiil Menigeen viel, doordat hij meer iiliij^iilili op dat van een ander lette dan llllll+IIIIH op het zijne. Illlll+llllll R. M. SCHUBERT. (Foto J. VREDE OP EIGEN ERF. Als een lichtpunt in diep duister, Als een baken in de zee, Een oase in 't woestijnzand Is het oude Kerst-idee. Als een rots, die nimmer wankelt, Als een heerlijk ideaal, Als symbool van rust en vrede, Staat in volle pracht en praal Onze Kerstboom en de lichtjes Met hun warme, zachte schijn, Doen ons heelemaal vergeten, Dat wij zorgenmenschen zijn. Een gevoel van rust, vertrouwen, Dankbare tevredenheid, STR1JBOS.) VREDE MET EIGEN IK. Wij begrijpen 't Vree op Aarde Op datzèlfde oogenblik: Wordt ons door de kleine Kerstboom) Landen-, Volken-, Menscheuvrede, In de kleine kring bereid. Vrede met ons eigen ik. VRIJDAG. Harde woorden zijn wanklanken in de muziek des lerens. Hardheid is somtijds noodig, maar nooit zij men hard zonder hart. ZATERDAG Als zelfs de smart ons verlaat is het met ons gedaan. Carmen S_y 1 va. Ze stonden tezamen met blijde gezichtjes en keken naar al de stralende lichtjes, naar alles waarmee de boom was behan gen en in hen leefde het groote verlan gen, dat moeder zoo'n boompje ook zou zienDan zou zij beter worden mis schien. Maar 't Kerstkindje kent de stille wen- schen van groote en van kleine menschen en hoe het eigenlijk is geschied, dat wis ten de kinderen later niet, maar plotseling was er een dame gekomen. Die had ze bij de hand genomen. Ze wisten niet wat er nu ging gebeuren. Ze stonden daar maar met hoogroode kleuren, ze zagen, hoe alles werd inge pakt en daarna heel stevig werd dichtge plakt. Toen, zonder te spreken, geluk kig, voldaan, zijn ze met 't Kerstboompje naar moeder gegaan. Ililll+illlli Het beste in ons dooft uit, als het niet wordt aangewakkerd. Illlll+llllll Er is een tondel in ons, die op illlllillllil vonken wacht. Ililll+llllll HERDER. De sneeuwbui daalt, de vlokken dalen, De avond daalt ('t is Wintertijd). De koersen dalen telkenmale Wij zijn op 't ergste voorbereid. Wat daalt daar allemaal nog mede, Door 't soortelijk gewicht bezwaard? Dat spreekt vanzelf: de Lieve Viede, Die daalt met Kerstmis op deez' Aard. De vrede en de vlokken dalen, In harmonie (welk unicum!) Op huizen en antennepalen Op Huizen en op Hilversum. De vrede daalt op veld en daken, De sneeuw bedekt nu kerk en boom. Nu kan 't ook geen verschil meer maken Ot men ook heiden is of vroom. De witte vlokken zie ik dalen: Tot op het Haagsche Binnenhof En zelfs in 's Lands vergaderzalen Zingt men in vree elkanders lof. De wereld gaat weer rustig slapend Een nieuwe tijd van vrede im, Daar ieder land terstond ontwapent En dat is nu nog maar 't begin. Dat ook zoo'n sneeuwbui neer kwam dalen Op 't heetgeschroeide Chaco-land, Waar tusschen heusche generalen Een heusche oorlog is ontbrand. Als 't leger van de Paragueezen Bolivia dan binnenvalt, Wie zou dan voor een bloedbad vreezen Dan wordt er enkel sneeuwgebald! KERSTVERSIERING. Hebben we een lampekap, die van bo ven vlak is,' dan kunnen we die heel mooi versieren. Bovenop, aan de buiten rand, leggen we rondom takjes hulst of klimopranken. Verder brengen we op kleine afstanden langs de heele rand ge kleurde kaarsjes aan, die we met knij pertjes bevestigen. Ook voor het ontbijt kunnen we iets feestelijks bedenken: een hord met vruch ten, takjes hulst of klimop er tusschen en langs de rand kaarsjes op knijpertjes, die we voor het binnenkomen aansteken. (Zie verder 2e pagina.) VREDE OP AARDE. ffiSEEisffiiisiffisa ffiffiffiffiffifflffiffiffiffi ffi LICHT NA DUISTERNIS. ffi ffi ffi fflffiffiffiffifflfflfflfflffl ffiffiffifflffifflffiffiffiffi De tunnel der duisternis is doortrokken. De halte van die kortste dag zijn we gepas seerd. De groene Kerstboo- men werden aan de sneltrein des tijds ontladen. Ze zijn of worden opgericht, ze worden getooid met glinsterende versierselen. We zijn genaderd tot het station, waar het licht) gehuldigd en de vrede geëerd worde, waar het welbehagen in het edele, het Teine, het goede en in de medemensch worde versterkt. We weten, dat in geestelijke en letter lijke zin het blijde Kerstfeest met jubel zangen over 'het herboren licht tegemoet wordt gezien. Het feest van Kerstmis is een feest van poëzie en vreugde. Het spreekt tot allen. Er is dan ook haast geen huis en geen huisgezin zoo prozaïsch ot de kerstgedaachte wordt er wel door het een of ander gekenmerkt. Al prijkt er geen kerstboom, dan is er op z'n minst toch wel eenige versiering meteen hulst tak, de misteltoe, een roode crocus, een) lichtend kaarsje, eenig extra-onthaal aan de disch of iets anders. Kerstmis is het feest van vrede en ver broedering. In de menschen een welbe hagen. Om die vrede en die vreugde te smaken, dient de viering van Kerstmis ook samen te gaan met 't betoonen van, naastenliefde en weldadigheid. Ziet om U. Er is ellende genoeg. Êr is te lenigen. en te schragen. Naastenliefde en weldadigheid jegens allen, die daarnaar hunkeren, openbare zich daarom niet enkel met een goed woord, maar ook met de daad. Men be ginne met zichzelf die vrede te verzeke ren, welke men ook begeert voor zijn huis, zijn dorp, de maatschappij, ja voor geheel de wereld. Opdat vervuld zal worden het woord, dat de zwaarden tot sikkels geslagen zijn en het lam bij de wolf kan nederliggen. Die vrede zal doen smaken de rechte vreugde, waartoe de kerstfeesten alles zins aanleiding geven. De jeugd zal weer zingen en jubelen om de stralende kerst boom, die daar schittert als een ster in donkere nacht. In de kerken zal in ver schillende toonaarden de schoone kerst gedachte worden vertolkt. Dat de ware kerstgeest een ieder moge bezielen bij alle uitingen van vreugde over het nieuw herboren licht. Dat ieder kenne zijn doel en zijn plicht en tot daden kome. Met deze wensch bieden we aan onze lezers onze oprecht gemeende Kerstgroet aan. KERSTMIS 1932. lllllllimilllllilllllllllllllllllllllllllilllljlllllllllllllllll lllllllllill VOOR HOOFD EN HART. llllllllllllllilllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll ZONDAG. De duisternis is soms weldadig, n.l. als zij, een lichte sluier gelijk, ons om geeft en, ons van de omgeving afslui tend, een blik in onszelf doet werpen. MAANDAG. Te veel ijver is een kwaad, dat temeer is te dudhten, naarmate het uit edeler beginselen voortvloeit. DINSDAG. Er is veel in het leven, dat men moet trachten te vergeten, opdat men niet een last krijge, die te zwaar blijkt om op de levensbaan te worden meegesleept. WOENSDAG. Vriendelijk hooren, zachtkens beoordee- len. Shakespeare. DONDERDAG. Het is goed te weten, dat de deugd een eenvoudig hulpmiddel is, uitgevonden door menschen, om gemakkelijk samen te leven. Anatole France. „Er is uit 's werelds duist're wolken een Licht der lichten opgegaan". Reeds eeuwen lang en nu misschien wel zeer sterk, ligt de wereld in de bange om sluiering van duistere wolken. Wie zal ontkennen, dat we nog altijd leven in een wereld van zelf zucht en afgunst, in een wereld waar het gouden kalf ten troon is geheven, waarom duizenden 'n satanische reidans uitvoeren. Wie zal ontkennen, dat we leven ineen wereld, waarin nog altijd geen blijvende plaats is voor de Vrede, maar geruchten van oorlogen, dreiging van oorlog druk ken op het leren als een looden last? Toch smachten de volkeren der aarde naar een gemeenschap, waarin wapenge weld niet meer mogelijk is. Toch smacht in zijn diepste innerlijk elke mensch naar verheffing, naar geestelijke waarden, die de begeerlijkheden van de wereld verre te boven gaan, naar groei in liefde en mede- doogen. Naar dit licht, dat door 's werelds duis tere wolken breken zal, zien wij allen uit. Op de moeizame, zware weg naar gees telijke en moneele ontplooiing gaat de mensdhheid langzaam, met vallen en op staan, vooruit. Maarer is een lidhte horizon. Zooals straks het licht over het win- terduister triomfeeren zal, zoo zullen ook de individueele mensch èn de menschheid naderen tot het licht, het licht van liefde en mededoogen. Maar ook alleen als wij de zin en de geest van het Kerstfeest verstaan. TEXELSCHECOURA •wM\\V» ttGL'Ot tO(H pp gg gj

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1932 | | pagina 1