thans
m,W@^©L
No. 4955 48"eJaargang Zaterdag 22 Juni 1935 yTStrj;llXr
al£R w
Voor de Zondag.
Jrfooie witte landen,'
3S(t. 30 et. 2
PER HALF POND
EERSTE BLAD.
EIGEN IK.
Brieven van Texelaars
in den Vreemde.
Texelsche Berichten
Sommige menschen maken meer dan
anderen de indruk, dat ze alles op zich
zelf conoentreeren en niet in staat zijn
personen en dingen te bezien, afgeschei
den van de verhouding, waarin deze
staan tot hun eigen persoon. We kun
nen liet geen gewoon egoisme noemen.
Dit toch, hoewel ons allen aangeboren,
is bestemd zich te wijzigen naar gelang
van de staat van zedelijke ontwikkeling
die we vermogen te bereiken. Een kind
is geheel egoist; maar de natuurlijke
gang van zaken is, dat zijn kring zich
van lieverlede uitbreidt en dat meer en
meer een gezichtspunt zijn deel wordt,
waarblij (hooger drijfveeren dan het
eigenbelang zich doen gelden.
Nog een hooger soort egoisme, de
mensch ingeschapen, is de drang naar
verwezenlijking Van zijn innerlijke aspi
raties, het streven naar inwendige har
monie, waardoor zich het vooruitzicht
opent op vrede en geluk. Maar ook dit
laten we voor 'het oogenblik ter zijde.
Elk 'mensch vindt in zichzelf een we
reld in het klein. Het is dus niet meer!
dan natuurlijk, dat hij inwendig de kern
zoekt, die zich naar alle kanten moet
ontwikkelen en dat die ontwikkeling dan
liet meest betrouwbaar is, als zij van die
kern is uitgegaan. Een kind zal het gron
digst in de aardrijkskunde worden inge
wijd wanneer men het doet aanvangen
op de plek, waarop het staat en de lerin
gen, daaromheen getrokken, langzamer
hand grooter maakt. Gu'oote sprongen
zijn uit den booze, want zij verwarren
meer dan dat zij verduidelijken. We mo
gen het danook een fout noemen, wan
neer we van kinderen op het gebied van
opoffering meer eischen dan ze voorals
nog kunnen geven. Doen we dit, dan loo-
pen we op de tijd vooruit en ontstaat het
gevaar, dat ze tegenzin krijgen in datgene
wat zij later als het hoogste moeten be
schouwen. In dit alles zit echter een
element, dat bij een egocentrisch per
soon ontbreekt: het element van vooruit
gang. We denken bij deze laatste veel
eer aan stilstand, aan beperktheid, aan
onvermogen. Hij beneemt zich zelf het
vrije uitzicht; en evenals men in een
besloten ruimte alle begrip van verhou
ding kwijt raakt en het verleert, de din
gen bij onderling*? vergelijking te schat
ten, zoo bestaat voor hem geen andere
maatstat dan het eigen aanvoelen en het
daarnaar taxeenen. Hoe die taxatie in
staat is te bedriegen, behoeft hier nau
welijks te worden betoogd. Het ongeluk
kigste is ,dat zij het veelal niet aan zich-i
zelt bekennen maar zich onbevredigd
voelen zonder recht te weten waardoor.
Het eenige doeltreffende geneesmiddel
wordt door hen niet begeerd en dienten
gevolge ook niet gevonden. Steeds zijn
z)ij geneigd zich verongelijkt te voelen
en de schuld bij anderen te zoeken. Hoe
veel gelukkiger zouden zij kunnen zijn.
ZONDAG, 23 Juni 1935.
llllllllllllinilllllllllllillilllllllllllllllllinilllKKIHlllI
llllllllllll VOOR HOOFD EN HART.
iiiiiininiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
ZONDAG.
Als datgene, wat wij aanvatten, niet
geregeld en met krachtige hand wordt af
gedaan, hoopt zich alles zóó op, dat geen
mensch meer orde kan brengen in di.e
chaos.
MAANDAG.
Wees onder de menschen een doove,
die hooren, een blinde, die zien, en een
stomme, die spreken kan.
DINSDAG.
Niet ieder genoegen moet men najagen;
slechts het genoegen, dat tot iets goeds
leidt.
WOENSDAG.
Ook bij het slechtste wezen ontwaakt
bet hart, als men het roept.
DONDERDAG.
Men wordt nooit gelukkig als men het
geluk van een ander met voeten treedt.
VRIJDAG.
Er loopt veelal een groote lijn door ons
bestaan, maar toch zijn het kleinigheden,
die de som des levens uitmaken.
ZATERDAG.
Wanneer gij u niet naar uw geweten
voegt, zal uw geweten zich naar u
voegen. En dan zijt ge verloren.
Catholic Mission Giriama P.O.
Mariakani, Kenya Colony, Br. E.
Africa.
Geachte heer redacteur.
Sinds mijn laatste schrijven heb ik re
gelmatig uw krantje mogen ontvangen en
Ik behoef u niet. te zeggen, hoe dankbaar
ik er voor ben. Iedere Texelaar, vooral'
in den vreemde, zal zijn regelmatig toe
gezonden Texelsch nieuws niet graag
willen missen temeer naarmate men
verder „van honk" is. Lang leve het
„Texelaartje!"
Verschillende lezers, binnen en buiten
Holland waar liet krantje al niet ge
lezen wordt! vroegen me sindsdien een
vervolg te schrijven op mijn eerste ar
tikeltje. Zoolang ik er de tijd. voor kan
vinden natuurlijk graag. Want als ik hier
aan de armsten onder de armen eenig
goed kan doen, is het grootendeels dank
zij de Texelsche edelmoedigheid, waarvan
de herinnering me nog week maakt.
Vooreerst heb ik een correctie te ma
ken op wat ik schreef: mijn volksstam
telt geen 30.000 koppen, maar heel dicht
aan 100.000. Verders kan er niet aan een
slangen-leer-handtaschjes en damesschoe
nen-industrie worden gedacht, want alle
slangen, die ik hier dagelijks zie, zijn
groen of zwart, grauw of leelijk bruin en
allemaal effen geteekend. Vervolgens was
de groote hitte, die ik beschreef ik
arriveerde in de zwoele tijd vóór het
groote regenseizoen abnormaal, en
kwam ik sindsdien tot de ontdekking, dat
het gemiddelde klimaat hier „koel" kan
worden genoemd en althans met een
beetje goede wil en vergeleken met
de kust in het algemeen.
Nu had ik eigenlijk graag willen aan
vangen met over m'n Radio te spreken.
Edoch, toen .ik verleden week na een
paar maanden afzondering Mombasa be
zocht (daarvoor had ik vier uren te tippe
len naar het naaste station), vertelden
m'n Hollandsche vrienden daar op het
kantoor van de Twentsche Overzee Maat
schappij, dat het niet de moeite waard
was een bestaand ultra-korte-golf radio,
op batterijen te koopen, maar dat ik beter
kon wachten, totdat over eenige maanden
het geperfectionneerde Philips' toestel zou
uitkomen. Waartoe werd besloten.
En zoo ben ik dan weer terug in Giri
ama, na onderweg, bij gemis aan radio
een oude ossenkar te hebben gekocht voor
20 pop. De volgende week, op een extra
koele dag, gaan m'n vier ossen hun eerste
les krijgen.
De maïs begint al langzaamaan te
rijpen (3 maanden tusschen zaaien en
oogsten) en de voedselnood wordt nij
pender bij de dag. In het begin van de
week liep ik door de „school" en zag
twee jongens van misschien acht en tien
jaar rechtuit op de grond liggen, terwijl
de overige scholieren naarstig op hun
leitje zaten te krassen. Ik vroeg m'n
zwarte meester, die de rekenlessen diri
geert, of ze ziek waren. Neen, was 't
antwoord, ze hebben alleen maar hon
ger. Natuurlijk ging ik eens gauw naar
hun hut kijken (een soort ovale bijen
korf, overal met gras bedekt), en jawel:
vader en moeder slap bij het vuur ge-v
hurkt (in Holland zou dat heeten: ziek
te bed) en nog drie kinderen met de vin
ger in de mond. Sinds twee dagen had
den ze niets gegeten.
Dezelfde dag vroegen me de school
kinderen „mapera" te mogen plukken,
d.i. een soort Afrikaansche peer, vol
pitten, waarvan ik eenige boomen rondom
huis heb staan en die me heel weinig be
koren. Ik verbeeldde me, dat er nog maar
een paar vruchten rijp waren, maar gaf
hun graag verlof er de eetbare uit te zoe
ken. Na een half uurtje kwam ik tot m'n
schrik tot de ontdekking, dat al m'n boo
men kaal gestroopt waren: rijp en onrijp,
alles met huid en haar verslonden. Je
moet maar honger hebben! Het gekste
was, dat er niemand last van scheen te
"hebben i n z'n buik. Het van alles eten,
rauw en gekookt, van het veld en in het
wild, heeft de negermaag zeker met een
soort oementlaagje gepleisterd. Nog
geen twee dagen geleden kwam een echt-
werkzame man, wiens veel beter bewerkt
veld ik dikwijls bewonderd heb, me met
een hongerig gezicht zeggen, dat 's nachts
al zijn cassava-wortels tot naast z'n huis
gestolen waren. Hij had het wel ge
hoord, maar durfde z'n huis niet uit,
uit vrees voor 'n knoetslag op z'n knik-/
ker, of nog erger: een laffe vergiftigde
pijl. PATER M. J. WITTE.
(Wordt vervolgd.)
Een slecht humeur is verkoud-
|||j||+ beid der ziel.
IIHIIIIIIIIIlllllllllillllllllilllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllHI
llllllllllll Medcdeclingen llllllllllll
iliilillllil van Texels Bioscoop-Theater llllllllllll
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
DE PATROUILLE DES DOODS.
Korte inhoud:
Een patrouille der Engelsche cava
lerie doolt eenzaam en verloren door de
woestijn van Mesopotamië. De comman
dant wordt neergeschoten en de sergeant,
een oude veteraan, neemt bet commando
over. Ze komen aan een kleine oase, waar
ze besluiten, voorloopig te kampeeren.
Arabieren sluipen om het kampement,
schieten de schildwachten neer en stelen
de paarden. Het kamp wordt belegerd
door een onzichtbare vijand, waarvan men
de aanwezigheid alleen maar merkt, door
de met noodlottige zekerheid afgegeven
schoten. Eén voor één worden de solda
ten neergeschoten, als ze zich maar even
buiten de dekking wagen. Twee soldaten,
Cook en Mackay, willen trachten hulp
te halenen enkel hun verminkte lijken,
op hun eigen paarden gebonden, komen
terug. De laatste, die het waagt het kamp
te verlaten, is Brown, die er de voorkeur
aan geeft vechtende te sterven. Drie zdjii
er nu nog maar over: de sergeant, Mo-
nelli en de krankzinnig geworden San
ders. De redding schijnt nabij, als een
vliegmachine over het kamp zweeft. Als
de vliegenier uit zijn machine stapt, wordt
hij door de onzichtbare vijand neerge
schoten. Als de avond daalt, steekt Mo-
relli het vliegtuig in brand om het als
hulpsignaal te laten dienen. Sanders grijpt
een brandend stuk hout en loopt daar
mee de woestijn in. Morelli holt naar
voren om hem terug te halen. Beiden wor
den neergeschoten.
Nu is nog alleen maar de sergeant
over en als de Arabieren eindelijk tot
een aanval overgaan, maait hij ze grijns
lachend weg met een licht machinegeweer,
dat hij uit het vliegtuig heeft gered.
Als eenzame overwinnaar wordt hij ten
slotte gered door een escadron cavalerie.
Als tweede hoofdnummer een dol-ko-
mische show-openette-film met pittige mu
ziek en weelderige ensceneering. Een
film om te gieren, in tegenstelling met
de bovengenoemde, welke van een ernstig
karakter is en de toeschouwer van begin
tot eind in spanning houdt door de ont
stellende avonturen, waarin de man
schappen van de Patrouille des Doods
worden meegesleept.
GEBRUIK GEEN KOOKPLATEN
0 e.d. ZONDER deugdelijke
0 aardverbinding. 0
KOOKT ELECTRISCH
0 Gemakkelijk, zindelijk en goed.
Vrijdagavond speelde een Texel-comb.
tegen een elftal van De Mok; uitslag 7-5
voor de Mok. Het M-elftal zat goed in
elkaar, vooral spil, keeper en rechtsbin
nen vielen op. Handig wisten ze te pro-
fiteeren van het soms minder goed op
zetten der tegenpartij, terwijl snelheid
en meer enthousiasme in het spel werden
gelegd. Bij T. minder goed harmonieeren
en minder hard werken dan soms noodig
was. Intusschen een goede oefening,
welke herhaling verdient.
Zondagavond: Texel-comb. tegen een
Scholierenelftal, (Texelsche jongens, die
in den Helder op school gaan), werd een
dcelpuntennegen, met 124 wisten onze
jongens te verliezen. Van de aanvang af
lukte bij de eene aanval alles en bij
de andere niets. Met 92 kwam de rust.
Daarna maakten de gasten 3 en T. 2
goals. Het verschil was wat groot.
Zondag om 12 uur waren door de re
gen enkele jongens weggebleven. Dit
belette de anderen niet om een goede
oefenpartij, te spelen, waarbij de kennis
Van zuiver plaatsen en opstellen zeer goed
werd benut.
Van de training wordt nog steeds door
veel leden, met veel animo gebruik ge
maakt. Dit zal ons spelpeil zeker opvoe
ren, maar blijft de wenken van Mr. Lae-
vey opvolgen.
Men schrijft ons:
Door wijziging Arbeidswet is kinder
arbeid nu, behalve in fabrieken, werk
plaatsen, winkels, enz., ook verboden voor
het in loondienst verrichten van huise
lijke diensten. Deze kinderen mogen dus
ten behoeve van een huishouding geen
boodschappen doen, nóch arbeid ver
richten als dienstbode, kindermeisje, enz.
Hoewel jongens beneden 14 jaar of nog
leerplichtig practisch niet in aanmerking
komen voor dergelijke werkzaamheden,
geldt het verbod ook voor hen. Het ver
richten van huiselijke werkzaamheden in
en ten behoeve van "het gezin, waarin het
kind wordt opgevoed, blijft toegestaan.
(Hé! Red.)
TEXELSCHE COURANT
j.KB^SflBRVEK
^HHQOORUS VttEMEUER
CiROHVWGEN
DOOS 20CT. TUBE 40 EN 60 CT.
m
A
SPORTNIEUWS
VOETBAL.
ARBEIDSWET.