GROOTE KAART VAN TEXEL BLANKE TABAK R000WAPEN 6 40 cent per half pond Hobaho. Hobaho, Hobaho. Hobaho. BOLLENVERVOER per WUYS en BAYS "iëiHiwliT Besteedt uw geld goed fe en koopt bij TE> Texelsche Zakenmenschen.^ Prentbriefkaarten van Texel Juweeltjes van Fotokunst. Boekhandel Parkstraat. Voor 28 ct. per ons FOCKE S. KLEIN Vraagt uw winkelier eigen belang veiling van de Hobaho. JOH. PARLEVLIET, feuilleton LEKKERBEK*1 DING 1 EEN HEERLIJKE THEE Wsderverkoopers genieten reductie, leder hotel en pension Boekhandel Parkstraat. S. TROMP Azn. HARLINGEN Iedere Maandag en Woensdag n.m. 4 uur. Lading voor de geheele bollenstreek. P.S. Bollen worden de volgende dag direct aan veiling of geadresseerde afgeleverd. 's LEVERT (Ook van 32 en 30 ets. per ons en goedkooper). VRAAGT UW WINKELIER. met bijkaart van de Dennen. Geteekend door J. Visman. Prijs 30 ct. Franco per post 35 ct. (giro 652). schafte zich minstens één exemplaar aan. Het is in het welbegrepen van de Texelsche bloembollenkweeker zijn producten aan te bieden op de Daar maakt gij voor uw goede bollen de hoogst mogelijke prijs Inlichtingen verstrekt gaarne onze vertegenwoordiger Den Burg, Tel. 62. Beleefd aanbevelend, 17 Dat zou beter voor jou geweest zijn. En voor jou. Ik ben met een groot plan bezig, en ik duld geen enkele inmen ging of last. Een groot plan? Heb je je daarom op Bronson's Spite verborgen? Ja, dat mag je gerust weten. Die wetenschap zal jou geen voordeel en mij geen nadeel bezorgen. Maar dat is dan ook de reden, waarom ik door een be moeial als jij niet gehinderd wensch te worden. O, ik zal je niet hinderen. Ik zal je alken een paar blauwe oogen bezorgen: daarna kun je terugkeeren tot je viool spel en nieuwe gemeenheden verzinnen. Ik vermoed, dat je dat laatste des nachts doet, als je op het dak wandelt. Heb je me gezien? klonk het scherp. Ja, en gehoord', je viool. Ik merk wel, lachte Munger scherp, dat je ondernemender bent, dan ik ge dacht had. Dus je hebt me des nachts' bespionneerd. Je bent 'n dwaas. Je bent zoo mqgelijk een nog grooter idioot dan die sentimenteele ezel van een vader van je. En jij Verder kwam hij niet. Op de klank van de stem afgaande, was Junius naar voren gesprongen. Zijn vuist had, met de kracht van een jarenlange ingehouden woede, doel getroffen. Iets, dat warm en kleve rig aanvoelde, maakte zijn hand vochtig. Hij hoorde een kreet van pijn en woede, en tegelijk ontspande zich Junius lichaam. Een gneep, ais van een stalen schroef, omklemde zijn arm. Jij lafbek, klonk Munger's ge smoorde stem. Vermoorden zal "ik je. Toen, nog voor hij goed en wel begreep, wat er gebeurde, werd Junius met enorme kracht tegen de grond geslingerd. Ben oogenblik lag hij als verdoofd. Tegelijk voelde hij een knie neerkomen op zijn borst met een kracht en een ge wicht als in een nachtmerrie, die je doet stikken en waarvan je je onmogelijk be vrijden kunt. Nu ga je er aan, beet Munger hem toe en er voer een ijskoude huivering door Junius' lichaam. Tot op dit oogen blik had hij nog niet aan de dood ge dacht. De gedachte aan de mogelijkheid, in dit duister vertnek te moeten sterven, vervulde hem met ontzetting. Doch plotseling voelde hij de greep, die hem vasthield, verslappen. Waarom? Het scheen ook, alsof het menschelijk gewicht, <dat hem omlaag hield, minder> zwaar werd. Munger zat nu, hoewel nog altijd met zijn eene knie op Junius'borst, -rr\jzX oCq. s-nvcxaJ^f Zeer groote keuze. Hoog-glanziend zwart en mat chamois. OOK VOOR WEDERVERKOOPERS. (afname ook bij kleine hoeveelheden mogelijk en uiterst vocrdeelig.) Vraagt onze mapjes met 10 kleine foto's van TEXEL. (Foto's van J. P. Strijbos, Van Agtmaal, Tepe, Ir. Van Dijk, enz., enz.) VOOR DE JEUGD. MET DE POPPENKAST OP REIS. Tekst en illustratie van H. KANNEGIETER. 17. Maar toch durfde ze niet te gaan Hun ruggen deden nog leelijk pijn. Piet veegde het angstzweet van z'n gezicht. En ja hij moest komen, de baas had het gezegd. Maar Jan zei kordaat„Ach, jon gen, kom mee, als hij ons slaat, gooi ik de poppenkast om." En met die wraak voornemens stapten ze op de poppen kast af. 18. Nou toen ze bij de baas kwamen viel hun dat erg mee. De baas was al zijn boosheid kwijt. Hij zei„Ja, ik was erg geschrokken, dat snap je. En zoo doende heb ik jullie een beetje harder geslagen, dan mijn bedoeling was. En jullie hebben het alleen maar als een grapje bedoeld nietwaar?" „Ja, baas", zeiden Jan en Piet onschuldig. recht overeind. Hij hield het hoofd opge heven; (hij was als een dier, dat onraad speurt. Junius maakte van de gelegenheid gebruik om diep adem te halen; het was nu, of een nieuwe stroom leven zijn lichaam gracht gaf. Hij wendde zijn hoofd een vweinig terzijde. Hij bespeurde een zwakke luchtstroom en waar de deur was, zag [hij een wig van zwak grijs licht in de kamer [breken. Vaag zag hij een gestalte in (de schemerige opening. Ongetwijfeld was diet deze gestalte geweest, die de bochel bij zijn doodelijk werk had op gehouden. Een oogenblik was verwondering bij Junius; toen een uiterste krachtsinspan ning. Het gewicht gleed van zijn lichaam. Wild sprong Junius overeind en staarde naar de deuropening. De gestalte was verdwenen. Vijf dagen en nachten verliepen, zon der dat er ook maar iets in het huis aan de overzijde zichtbaar of hoorbaar werd. Maar hoewel Napoleon Brown steeds sceptischer werd, keerde hij toch elke nacht opnieuw naar de uitkijkpost bij Ju nius Brown, terug. Nu nog een keer, placht hij te zeg gen, en dat is dan absoluut de laatste.' 13e zesde nacht verscheen zijn vriend niet, gn Junius bracht lange, vervelende uren door alleen met zijn verrekijker. Niets gebeurde er, niets bewoog in het huis aan de overkant. Junius ,s'liep die dagen diep in de och tend gn gebruikte zijn tweede ontbijt in een pabijge'Iegen restaurant. Hij onder hield geen verbinding met Oakhult, daar hij besloten was, de advokaat niet lastig te vallen, voor hij hem iets definitiefs kon mededee'len. Gedurende .dje zes dagen had hij Lau rel Courtleign met haar roode hoedje nog verschillende keeren uit de verte ge zien. Hgt behoorde schijnbaar tot haar gewoonte elke morgen tegen elf uur uit wandelen te gaan; gewoonlijk bleef zij dan een purtje weg. Elk meisje, meende Ju- mus, ,moest in dit duffe, verschrikkelijke huis wel behoefte krijgen aan versoha lucht. De gevende morgen, juist toen hij het restaurant verliet, zag hij Laurel uit de tegenovergestelde Richting komen. Haan gang was niet zoo veerkrachtig als deze geweest was. Ook zij scheen aan de neer drukkende atmosfeer van Bronson's Spite niet ontkomen te zijn. Laurel bleef staan. Hallo, trachtte zij te lachen, maar het klonk gedwongen. Haar glimlach trachtte een heimelijke zorg te verbergen. (Wordt vervolgd.) IUnds J=> UDD1NOJFABRIEK- cA.-?-PO!.=Ai<-GRONINGEN

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1935 | | pagina 4