Jkfooie. unite tanden.
No. 5055 49ste Jaargang Zaterdag 6 Juni 1936 Q
Voor de Zondag.
EERSTE BLAD.
IN DE STILTE.
De Pers-excursie over Texel
KIJK
Uw advertentie in dit blad wordt
op Texel huis aan huis gelezen.
TEXELSCHE COURANT
Onze twintigste eeuw kon de inaam dra
gen van de eeuw van het razend tempo,
de eeuw van het daverend rumoer. Schuilt
er-geen gevaar in de te groote verheerlij
king van die steeds meer opgevoerde snel
heid-verbetering hier van een wereld-
snelheidsrecord, daar races, wedstrijden
op elk sportgebied gevaar, dat we ons
zelt verliezen, dat we ons zelt voorbij ren
nen? In veel woningen dringt dagen nacht
het groote stadsgewoel door: de radio
van de buren dreunt haast zonder ophou
den door de muren van veler huizien.
Wij behoeven de stilte steeds meer, en
misschien onbewust hunkert ons hart naar
de stilte. De stilte is niet leeg, maar vol!
gerucht, waardoor de stilte niet verbroken
wordt, maar geaccentueerd en verdiept.
O, ik denk aan de grootsche stilte van
het hooggebergte der Dolomieten, waar
de wind zijn lied zingt in de toppen der
lorken; een lied fijner en hooger gestemd
dan dat, hetwelk er ruisoht door onze den-
nenbosschen; aan het vredige liefelijke
klokgetingel, dat opstijgt uit een granende
kudde; aan het gesiepel, gedrup, getik-
kel alom van waterstraaltjes; die hun weg
omlaag zoeken en 't aanschijn geven aan
die onbeschrijfelijke bloemenweelde. „Als
de ziele luistert, heeft liet al een taal dat',
leeft
Daar is de suizende stilte in de zieken
kamer: wij zitten er werkeloos terneer
aan een zwaar ziekbed, de handen open
im de schoot, en er is maar één bede in
de ziel: „Neem onze handen en houd ze
omsloten tot de spanning wijkt". In bange
worsteling leeren wij afwachten en aan
vaarden in de stilte.
En daar is de nog diepere stilte aan
het sterfbed; en weer zitten we werkeloos
terneer, maar nu zijn onze handen gei
vouwen, want ze houden omsloten tal-,
looze herinneringen aan wat dit leven ons
gebracht heeft. Wij blikken neer op die
gestalte, die daar uitgestrekt ligt in bo.-:
venaardsclie rust, op dat moede gelaat,,
waarover de goede hand van de Dood
heeft heengestneken, en waaruit alle rim
pels zijn weggevaagd, dat verjongd is met
eenjzlimlach om de lippen.
En hoe stil, hoe stil is het op onze;
doodenakker. Als ik toef tusschen de
graven van velen, die wij gekend hebben,
en velen die in het leven aan ons voorbij
gingen, dan hoor ik in gedachte het jui
chende kinderstemmetje'van het jongetje
Myltil uit Maeterlincks „De blauwe vogel
van het geluk". Hij is niet z'n zusje ge
zeten op een kerkhof. Zij willen weten
wat het grat verbergt en na lange aarze
ling draait hij aan de diamant op zijn
toovermutsje. Ze durven niet opblikken;
stijt gesloten zijn hun oogen. De graven
openen zich en* bloemen rijzen er uit op.
Dan kijkt Myltil door een kiertje van
zijn oogen en jubelend klinkt zijn stem-'
metje: „o zie toch. zie, er zijn geen doo-i
den".
Het leven kan zwaar zijn, zoo zwaar,
dat we haast bezwijken, maar nooit ge
heel, want daar is altijd de stilte, waarin
wij kracht vinden en moed en nieuwe
hoop in de stilte.
ZONDAG, 7 Juni 1936.
VOOR HOOFD EN HART.
ZONDAG.
Veel beloven verzwakt het vertrouwen.
H ora ti u s
MAANDAG.
Het innerlijke, het wane geluk moet ge
zocht worden door innerlijke volmaking.
DINSDAG.
Wie niets bemint is zelt niets.
PI a u t u s
WOENSDAG.
Wie ontrouw is aan plicht, recht en
rede, brgekt drie draden in het weef
getouw en zal de gevolgen van zijn fout
ondervinden, als hij wellicht aan de oor
zaak niet meer denkt.
DONDERDAQ.
Beleedigingen zijn argumenten van wie
ongelijk hebben. Rousseau.
VRIJDAG.
Door beleid brengen we meer tot stand
dan door geweld. Tacitus.
ZATERDAG.
Hoe veel moeten we beleven om te lee
ren leven. Anna D i x.
DOOS 20CT. TUBE 4-0 EN 60 CT.
met
WIJ TEXELAARS BIJ
„JONGE HARTEN".
(Ingezonden.)
Het kan zijn, dat er Texelaars bestaan,
die principieel nooit naar een film gaan;
in dat geval zal wel het eenige om hen,
van dat beginsel te doen afwijken zijn
een film, waarin veel over Texel voort
komt.
Zoo zijn er zeer velen van ons eiland,
naar „Jonge Harten" geweest en onge
twijfeld waren er evenals de schrijver
dezer regelen die er nog eens over na
willen praten. Eu terecht. Want een film
kan besproken worden en becritiseerd in
krant en weekblad, in vaktijdschrift en
door de radio, een feit is, dat de re oen-,
senten zich bepalen tot een oordeel over
spel en spelers, draaiboek en intrigue,
muziek en regie.
Door die beroepsmenschen is „Jonge
Harten" over het algemeen geprezen en
aan die lof zou ik niets willen afdoen.
Maar tenslotte wacht de „wereld" nog
op een speciaal oordeel over deze film,
namelijk van.... een Texelaar.
Wij hebben het heele voorprogramma
door gepopeld en toen in de pauze van
ongeduld al getrappeld. Daar jjwam dan
eindelijk de blanke top der duinen op
ons toeloeien ende film begon
Na Oudeschild als achtergrond bij de
spelersnamen, zagen wij Texel op een
bijna verscheurde, welbekende prentbrief
kaart. Het is bekend, dat het kampement
verleden zomer bij de Slufter was en dat
daar ook veel opnamen zijn geschied.
Daarom zou wat vaker ,een overzicht van
dit unieke gebied kunnen zijn genomen.
Wi| herinneren ons tenminste slechts één
•moment, n.l. bij het weghollende paard,
de Slurter in zijn geheel te hebben gezien.
Het breede strand, de zuivere duinen-
reeks.... dat is wel weer echt ons eiland.
Ook de Vuurtoren en het kustwacht-
gebouwtje, de weg van Oudeschild en
de havendat is Texel.
Doch daarnaast bestaat er nog zoo
heel veel, waarvan geen gebruik werd ge
maakt: Wij denken aan de Deunen, net
bekende contrast met zee en duinerg de
groote rijkdom van Texel. Ook herinne
ren we ons niet één schaap te hebben ge
zienen evenmin een vogel. Het zijn
alles dingen, die ons pas bewust worden
als de film uit is. Want het werk is
boeiend, de luchten zijn hetooverend, de
speelscbe sfeer van het geheel lokt een
glimlach om onze lippen, bijna voortdu
rend.
Bij de vele vragen, die tocli nog naar
voren komen om ze die regisseur voor te
leggen, is de sterkste deze: Waarom
moest dit soort muziek, zoo ingewikkeld
en weinig aansprekend, zoo gekunsteld
en vaak zoo vlakwaarom moest dit de
begeleiding zijn bij een kunstwerk, dat in
zijn beelden en opzet, in zjjn entourage,
en sfeervrijheid, natuur, eenvoudige
schoonheid wilde geven?
Het is misschien even vreemd voor ons,
die de ware afstanden op Texel kennen,
dat een jongedame, kennelijk in strand-
costuum en volgens de voorschriften hui
ten adem, van om en nabij de Slufter in
één ren naar de haven te Oudeschild komt
geloopen. Intusschen mag men zich wel
afvragen, ot het de gewone toeschouwer
EEN JAPANSCHE PRINSES..
Prinses Teru van Japan, de oudste
dochter van het Japansohe Keizerpaar,
op het station te Tokio, op weg naar het
Keizerlijk zomerverblijf.
De prinses wend 6 Dec. 1923 geboren.
Zij heeft nog twee zusjes en een 22 Dec.
1933 geboren broertje (troonopvolger).
j. v>' s>' tl
WULP
TEXELSCHF. COURANT
duidelijk genoeg is, waarheen de auto
met Annie en cle bijna bedrogen echtge
noot rijdt, wanneer deze voor het eerst
is opgenomen. Een close-up van het
A.N.W.B.-bord ,,,den Helder" en ni
het aan boord rijden een beeld van
de wegstoomemde boot uit de Nieuwediep-
sche haven, al is de aanlegsteiger nu
niet bepaald in een staat om vereeuwigd
te worden zouden nog wel wat verdui
delijkt hebben. Doch dit alles zijn kleine
bijkomstigheden, in het geheel niet van
belang. Want wij mogen niet vergeten,
dat Texel In dit geval slechts was
décor. Het ging er immers niet in de
eerste plaats om een film te maken van
het Texelsche landschap en liet feit, dat
men de naam Texel wel genoemd heeft in
de film brengt niet zonder meer de ver
plichting met zich, dat met de locale af-i
standen moet worden gerekend. Intus
schen moeten wij erkenteljjk zijn tegen
over de makers van dit werk, omdat men
niet met coulissen heeft willen volstaan,
doch juist ons Texel wilde kiezen om te
dienen als achtergrond bij veel jeugdige
onbezonnenheden onder een zomersche
zon.
Maar toch mag men ons niet kwalijk
nemen, dat juist door dit werk in ons
hart de wensch opkomt, naar een film,
waarin het wél begonnen is om al Texel's
schoonheden en charme's vast te leggen.
En dit is zeker geen gebrek aan waardee-
ring voor het vele, verricht door en voor:
het Texelsche Filmarchief, waar smalfilm
wordt gebruikt, en het in de handel bren
gen ervan niet beoogd wordt. Ons ver
langen gaat uit naar een werk, waarvan
geheel ons land en ook het buitenland
genieten kan; met vechtende kemphanen
en jonge vogels, die de eierschaal open
pikken, met lammeren in hun eerste kod
dige jonkheid, met de wjjdheid van de
Slufter en de stilte van de Muien, met de
blik over de Dennen van de Fonteinsnol,
het spitsje van Den Hoorn en Ooster-i
end's stompe toren, met dat alles en
alles, waarom ons eiland ons liet is, waar
om wij het eens voor al gesloten hebben in
onze Texelsche eeuwig „jonge harten".
X.
Het was niet voor de eerste maal, dat
een „pers-iexcursie" werd georganiseerd
met het doel Texel in nog meerdere mate
in den lande bekendheid te verschaften,
en hieraan meenen we danook te moeten
toeschrijven, dat aan de vriendelijke uit-
noodiging daartoe, uitgaande van onze
Burgermeester, slechts door de vertegen-
wpordigers van acht bladen en een van-
de Veneenigdie Persbureau's te Den
Haag werd deelgenomen.
Vertegenwoordigd waren de Bussum-
scbe Crt., Gooische Post, Handelsblad
(door drie leden van de Redactiestaf),
Heldersche Crt., Residentiebode, Texel
sche Courant, De Tijd, Toeristenkampi
oen en Zwolsche Crt.
Ons gemeentebestuur werd volledig ver
tegenwoordigd door Burgemeester Kamp,
weth. Vlaming, wetb. Kager en gem.-secr.
C. Jonker, terwijl de heeuen W. H. Lap,
en P. Dros T.E.S.O. vertegenwoordigden.
Omstreeks elt uur had ten raadhuize
de officieele ontvangst plaats. Burge
meester Kamp hield een vlotte speech,
waarin hij, voor zoover noodig, het doel
van de excursie uiteen zette en ons eiland
in aller welwillende belangstelling aan
beval.
Nadat een kopje koffie was gedronken,
werd een kort bezoek gebracht aan Texels
Museum, waar de heer H. Kraai de gas-
NIET TE VEEL ACHTERUIT.
Het is gevaarlijk, aan het stuur van
auto ot fiets, te veel achter zich te zien.
Zoo is het ook in ons leven. We moteten
op het oqgenblik letten en naar yoreni
kijken. Natuurlijk moeten we óók rekening
houden met liet verkeer achter ons en het
is noodig zoo nu en dan in liet verklei
nend spiegeltje te blikken om te zien wat
we zijn gepasseerd en wat er misschien,
npg achter ons dreigt. Doch onze hoofd
aandacht, onze oplettendheid moet op
de weg vóór ons gericht zijn en we die
nen volop onze gedachten te coneentnee-
nen op onze daden van het oogenblik eu
op hetgeen straks komen zal. Laten we
niet roekeloos omkijken en onze aandacht
niet doen afleiden door hetgeen eens
was. Mijmeren is goed, maar niet iu clc
vaart van liet volte leven, En maar het
verleden is 't alleen goed terug te blik
ken om onze weg naar de toekomst des te
beter te kennen.
„Gedane zaken nemen geen keer", zegt
een oud spreekwoord. Kijk niet te veel
om in liet leven.
WALTER ELLIOT
Britsch Minister van Landbouw.
ten met alle inlichtingen ten dienste stond.
Vervolgens werd per autobus naar Waal
enburg gereden. Daar werd een der meeu
wenkolonies bezocht. We troffen het bie-
zonder goed, want we zagen er heel wat
jonge vogels, pas uit liet ei gekoj<
men, en nesten, nesten je moestf
goed uitkijken, om niet keer op keer
schade aan te richten. Vogelwachter Boot
en zijn zoon leidden de bezoekers rond
en maakten hen attent op vele biezoncler-.
den, die hun anders zeker zouden zijn
ontgaan. De natuurvriend kon hier zijn
hart ophalen; niet alleen wegens de hier
zoo rijk vertegenwoordigde avi-fauna met
vaak listig verstopte nesten, (dat van een
kemphaanpaar b.v.), maar ook wegens
de flora, welke zoo groote verscheiden-,
he id te zien geeft.
Op de Westerboersweg werd nog even
halt gehouden nabij de kemphanen-kamp
plaats. Nu de paartijd voorbij is, is de
strijdlust gebluscht, maar niettemin heeft
het gezelschap deze biezoncler aantrekke
lijke vogels, welke zich tot op enkele
meters lieten naderen, met belangstelling
gadegeslagen.
Via Oosterend en Oost werd naar de
Slufter gereden, een voor bezoekers van
elders altoos bezienswaardig gedeelte van
ons eiland, en vervolgens naar Badhotel
Prinses Juliana, waar geluncht werd. De
gasten deden de welverzorgde tafel alle
eer aan. De goede naam van het Badhotel
op dit gebied werd wederom bevestigd.