MLJ Mp
Tegen bianspJAee/ien
Tègen stukJU^ofven
%gen Ve/imoeudheid
JACHT.
De Burgemeester der gemeente Texel
brengt ter kennis van belanghebbenden',
dat de Minister van Landbouw en Vis-
scherij toeft bepaald, dat de jacht in de
provincie Noordholland geopend zal zijn
als volgt:
Klein wild.
Patrijzen van 29 Aug. '361 Jan. 1937.
Korhanen van 3 Oct. '36—26 Jan. 1937.
Korhennen van 3 (Oct. '368 Nov. 1936.
Fazantenhanen van 3 Oct.'3631 Jan 1937
Fazanteiilnennen van 3 Oct.'36-1 Jan. 1937
Houtsnippen van 3 Oct. '3631 Jan. '37.
iHazen van 3 Oct. '361 Jan. 1937.
Waterwild:
Watersnippen van 27 Juli'36-11 April'37,.
Ganzen van 27 Juli '36—11 April 1937.
Eenden, alle soorten, behalve berg
eenden en eideneenden van 27 Juli 1936
tot 7 Febr. 1937.
Meerkoeten van 27 Juli '36-7 Fiebir. 1937.
Goudplevieren van 29 Aug. '36-7 Feb. '37
De jacht op wilde eenden (anas boschas,
anas boschas boschas, anasplatyrïiynoha
platyrhyndha) zal op het eiland Texel ge
opend zijn van 20 Juli '367 Febr. 1937.
Eendenkooien
Het vangen van de hieronder genoemde
waterwildsoorten door middel van eenden
kooien zal in de provincie Noordholland
zijn toegestaan als volgt:
Eenden, alle soorten, behalve bergeenden
en eidereenden van 15 Aug. '36 tot 1
Maart 1937.
VI. DE KOOG.
39. GEZICHT OP DE KOOG, J. Stel
lingwerf, O.I. inkt, le helft 1 Se eeuw.
Jacobus Stellingwerf tee-
kende steden, dorpen en kasteelen. 1724
—1756 was hij werKzaam voor een
uitgever.
40. DE VROEGERE KERK VAN DE
KOOG, J. Stellingwerf, O.I. inkt.
Deze teekening moet Stellingwerf naar
een oudere prent gemaakt hebben, want
in zijn tijd was de tegenwoordige kerk
(eenste kwart 18e eeuw) er al,
41. GEZICHT IN DE KOOG, H. Ta-
vernier, gekleurde penteekening, 1790.
Zoo rustig was voor een tiental jaren
De Koog nog. Dezelfde stemming hing
er toen, als op deze teekening. i
VII. DE WESTEN.
42. Ruïne van de kerk van de Westen,
C. Pronk, O.I. inkt, 1728.
Deze plaat en de volgende (nrs. 4345)
zijn van groot belang voor de kennis van
de verdwenen kerk van de Westen. Deze
toren (gesloopt in 1859) was het Iaat*
Ste wat over was van het vroegere. De
Westen (het Wambuis, bet Wanunes of
Westereinde), eens het belangrijkste dorp
van Texel. Reeds voor de hervorming
was de kerk in verval geraakt.
43. WESTERKERKHOF MET TOREN,
P. v. Cuyck, O.I. inkt, 1759.
Hoog verheft zich de zware Gothische
toren in de lucht. Geen wonder, dat hij1
lang als baken werd gebruikt. De tonen
staat op een heuvel met een eigen,aardig
soort grafteekens. Een boerin zit er bij
te melken, terwijl een paar ruiters voor
bij komt.
44. TOREN VAN DE WESTERKERK,
H. Tavern ier, gekleurde penteeke
ning, 1790.
De toren, nu met de boerderij er bij:,
die er, naar ik meen, nog is.
45. REST VAN DE WESTERTOREN
C. W. Bruinvis, conté, 1843.
Als men deze 4 tee ken in gen (nrs. 42—
45) met elkaar vergelijkt, ziet men duide
lijk, dat de vier teekenaars, ieder, de
toren op eigen wijze weergeven.
PRESIDENT ROOSEVELT.
Met algemeene stemmen door de Demo
craten weer candidaat gesteld voor de
presidentszetel. (V.S.)
T' - -
Netten.
Het vangen van de hieronder genoemde
waterwildsoorten door middel van net
ten, waarvan het gebruik is geoorloofd
zal in de provincie Noord hol land toege
staan zijn als volgt:
Watersnippen van 27 Juli '36-11 April '37,.
Ganzen van 27 Juli '3611 April 1937.
Eenden, alle soorten, behalve berg
eenden en eideneenden van 27 Juli 1936
tot 7 Febr. 1937.
Meerkoeten van 27 Juli '36-7 Febr. 1937.
Goudplevieren van 31 Aug. '36-3 April '37
In het geheele Rijk zal de jacht niet
worden geopend op: zwanen, bergeenden,
eidereenden, duikers, kemphanen, wul
pen, scholeksters, grutto's, tureluurs e|n,
waterhoentjes.
Texel, 26 Juni 1936.
De burgemeester voorn'>enid
KAMP.
VIII. DEN HOORN.
46. GEZICHT OP DE DORPS
STRAAT, C. Pronk, aquarel, 1731.
Deze prachtige, fijne aquarel geeft 'n
aardig dorpsstraatje weer. Een reiziger
zit voor een kroegje, zijn wagen staat er
uitgespannen bij.
47. GEZICHT OP DEN HOORN, P.v.,
Cuyck, O.I. inikt, 1759.
Een gezicht van int 'het oosten op het
dorp. De kerk, van achter gezien, geeft
een eigenaardig silhouet. Links van de
kerk staat een molen. Het is zomer, die
boeren zijn bezig op de voorgrond bij:
leen hek de schapen te schenen.
48. DE KERK VAN DEN HOORN,
G. v. Arkel, O.I. inkt eind 19e eeuw.
IX. DE COCKSDORP EN EIERLAND.
49. HET LANDSHUYS OP 'T IJER-
LAND, P. v. Cuyck, O.I. inkt, 1784.
Het uiterste puntje van Texel. Benige
huizen staan dicht tegen de duinen. Op
een duin staat ©en baak-uitkijkpost, waar
juist een man inklimt. Half op een duin
zijn mannen bezig hooi op een stulp
te leggen. Jagers met jachthonden trek
ken voorbij. Groot waren de verdiensten
van het Landshuys in deze dagen. Duizen
den eieren wierden hier geraapt, en ver
zonden naar de Amsterdamsche koeken
bakkers.
50 HEERENHUIS IN EIERLAND, C.
W. Bruinvis, potlood, 1843.
51. GEZICHT OP DE COCKSDORP,
C. W. Bruinvis, potlood, 1843.
Over de Roggesloot, waarin een paar
waterhoentjes zwemmen, ziet men op het
dorp.
52. GEZICHT OP DE COCKSDORP
BIJ DE DIJK, C. W. Bruinvis, pot
lood, 1843.
Links ligt de kerk, midden „magazijn.
Dijkzicht" en geheel rechts de herberg,
„Het ei van Columbus".
53. HET E1ERLANDSCHE HUIS, v.
Groningen, naar een houtsnede, einde
19e eeuw.
X. DE ZEE.
54. GEZICHT VAN DE DIJKBREUK
AAN DE DOUK, OP TEXEL, H. K o-
bell fen S. Fokke, kopergravure, 1775.
Een woeste storm doet die dijk scheu
ren, schapen vluchten weg voor het wa-i
ter, met zeilen probeert men het gat te
stoppen.
Hendrik Kobe II, zee-schilderen
teekenaar, leefde van 17511779 te
Rottendam. Hij werkte in Engeland en
Frankrijk en was in 1778 te Batavia.
55. HET STRANDEN VAN DE KAAG,
van schipper Klaas Ringels bij de Vlieter,
bij Texel, H. Kobe II en Saillieth, ko
pergravure, 1778.
Door een zware December-storm wondt
het sdhip van zijn ankers losgeslagen
en naar de ondiepte gedreven.
56. DUIKERS ONTLADEN EEN GE
STRAND ENGELSCH SCHIP, steendruk,
1S48.
De lading spoorrails wondt op het
strand gelegd.
57. VOORBEREIDING VAN DE DUI
KERS, steendruk, 1848.
De duikers zijn bij schuurtjes in de
duinen bezig.
SCHEEPSONGEVALLEN
23 FEBRUARI 1897.
Het Engelsche s.s. DUCHESS ot York,
met Lading aan boord, strandt op de Pan-
nekoek. Spoedig zijn eenige Texelsche
visschersvaartuigen op de strandingsplaats
aangekomen. Men komt tot overeenstem
ming om de lading gedeeltelijk te lossen,
's Middags wordt de boot door vier
sleepbooten vlotgebracht.
3 MAART 1897.
De blazerschuit TX 55, schipper C.
Stark Jz., stoot bjj hevige storm lek in
|de gromden bezuiden Vlieland en begint
te zinken. De schipper W. Griek, die zich.
met zijn schuit op groote atstand van de
zinkende boot bevindt, zet met een plat-,
boomd vaartuigje, bijgestaan door ande
ren, koers naar de plaats, waalr menschen
in levensgevaar verkeer©n. Dank zij hun
helfdhaftig pogen, weten zij, ondanks de
kokende zee. de drie schipbreukelingen
te bereiken, aan boord te nemen en be
houden aan wal te brengen. Eenige da
gen later wordt de schuit vlot gebracht.
26 MAART 1897.
De blazerschuit TX 9, schipper Jb,
Brouwer Pz., slaat in het Nieuwe gat op
het strand. Schippers, die naar de strany
dingsplaats uitzeilen om te trachten bet
schip vlot te brengen koeren onverrichter
'zake terug, daar niets meer dan een|
stuk van de mast en het roar gevonden)
worden. De opvarenden wisten zich te
redden.
30
In strooibussen 1gld-60en A5ct.
:Ls:: vr
f
DE HERTOGIN CECILIE.
Engeland. Hierboven een foto van
's werelds grootste zeilschip, de Hertogin
Gecilie, de Finsche 4-master, welke aan
de Zuidkust bij Salcombe strandde, maar
na twee maanden kou worden vlotge
bracht.
Er werd een contract gesloten met een
Nederlandsche firma voor het verwijde
ren van 't zout uit tot doorweekte graan
aan boord van het schip. Van de oor
spronkelijke lading van 4242 ton bevindt
zich nog ongeveer 1800 ton tarwe aan
boord. Bij onderzoek van de tarwe, weTfce
zich nog in bet ruim' bevindt, is geble
ken, dat bij ©en scheikundige behandeling
het graan kan worden verwerkt tot een
verhandelbaar product. Al het tot dusver
verkochte graan was bestemd voor Euro
pa en zou hoofdzakelijk te Rotterdam en
te Kopenhagen gelost worden.
OOSTEREND.
ZANGVEREENIGING „HOSANNA"
OP REIS.
Naar de Vel uwe.
Dinsdagmorgen 23 Juni, kwart over 5
vertrokken we van Oosterend naar de
boot. Het was prachtig weer. In Den Hel
der stond de autobus klaar, om ons naar1
Amsterdam te brengen. Van Amsterdam
zouden we met de boot naar Harderwijk
gaan en dan de Veluwe over. We dach
ten eerst, .dat het lang zou dunen, drie en!
©en halt uur op de boot van Amsterdam
naar Harderwijk, maar wat viel dat mee.
Geen minuut hebben we ons verveeld.
Wat ligt Harderwijk daar aardjg, als men
zoo met de boot aankomt. In Harderwijk
bekeken we eerst de oude Vischpoort,
daarna wandelden we naar Ds. Kok's
vader, bij wie we koffiedronken. Dat
smaakte. Ook de Harderwijkerkruidkoek
Vervolgens gingen we de kerk bezichti
gen, waarin Ds. en mevr. Kok in de echt
wenden verbonden. Daarna wandelden we j
naar de Vakschool, waar we heerlijk ge- I
geten hebben. Vooral het „stekelvarken"
VAN 1887 HEDEN.
17 APRIL 1897.
Een Heldersche vlet, met 7 koppen
bemand, wordt door schipper Nanniryjs
van de TX 186 in lekke toestand en met
gebroken mast op het Marsdiep aange
troffen. De bemanning wordt gered.
11 MEI 1897.
De blazerschuit TX 124 slaat 's mor
gens vroeg bij Vlieland om. De opvaneiW
den, M. Daalder, B. Vlaming Pz. en P.
Vlaming Mz., allen ongehuwd, verdrin
ken. De schuit, eigendom van G. de Vries,
komt op het Vliestrand aan en wordt at-
gebracht.
21 JULI 1897.
De blazerschuit TX 59 wordt door een
torpedoboot zoodanig aangevaren, dat zij
begint te zinken. Dank zij vier pompers,
weet men haar nog juist naar de scheeps
verf „De Hoop" te N ie u wed iep te bren
gen.
7 OCTOBER 1897.
De Belgische stoomtrawler QUARTA,
Oostende 204, krijgt vier uur uit de wal
ter hoogte van de Eierl. vuurtoren door
machinebneuk, een gat in de kiel. Spoedig
wordt het schip zoo lek, dat pompen het
zinken niet meer verhinderen kan. Geluk
kig bemerken schipper C.L.Duimker en A.
Kuiper van de TX 152 de in nood ver-i
keerenden. De tien schipbreukelingen wor
den aan boord genomen en veilig te
Nieuwediep gebracht. De trawler, voor
138.000 verzekerd, zinkt. Ter herinnering
ontvangen de redders later een medaille.
31
viel in de smaak. We mochten de school
bezichtigen, ©n vonden het leuk, tot lo
kaal te zien, waar mevr. Kok 9 jaar les
gegeven heeft. Wat is die sohool mooi
en practisch ingericht. Boven had je een
prachtig uitzicht over de zee. We reden
naar het Leuvenumsche bosch en wandel
den daardoor naar Hulshorst, 'n Prachtige
wandeling onder de hoornen, langs de
beek was liet. En wat hebben we fijn
„pootje gebaad". In Hulshorst stapten we
in de trein naar Nun&peet. Onderweg za
gen we de mooie zandverstuivingen. Van
Nunspeet wandelden we naar Saxenheim,
waar we zouden slapen. In de fantine
gebruikten we wat, daarna beklommen
we nog even de uitkijktoren. Zoo ver je
zien kon, was alles bosch met hier en
daar ©en kerktorentje er boven uit. We
wandelden nog even het bosch in en daar
hield Ds. Kok een korte dagsluiting met
ons en zongen we enkele liederen. Het
klonk mooi door het stille bosch. Het
was ©en goed slot van deze heerlijke dag.
En lekker geslapen, dat we hebben! De
volgende morgen waren we om 8 uur weer
beneden. Een paar heeren waren 's mor
gens oin 4 uur al gaan wandelen.
Voor het ontbijt begaven we ons naar
buiten, waar Ds. Kok de dag met ons be
gon met ©en korte lezjng en gebed. Ook
zongen we een paar liederen.
Om tien uur begon een tocht per auto
bus over de Veluwe. Wat hebben we
daarvan genoten. We reden door prach
tige lanen, midden door de bosschen,
door kleine dorpjes. Soms ging de weg
omhoog, zoodat je, boven gekomen, ©en
prachtig uitzicht had. Op 't Loo bezich-|
tigden we tot paleis van H.M. de Konin
gin. „We moesten er maar om ©en koppie
gaan", stelden de jongens voor. Maar
dat ging niet. Daarna reden we door de
mooie parken van Apeldoorn. Op de
markt stapten we uit, en kochten we
brood, boter, kaas en worst om straks'
onze honger te stillen. Toen gingen w©
naar speeltuin „Julianatonen". Wat een
pret! Vooral in het varen met de 2-per-
soons motorbootjes- hadden we zin. Als
we eenige kwartjes rijker waren geweest,
waren we zeker de heele middag blijven
varen.
Toen paar het Uddelermeer. De Echo
put zijn we voorbijgereden, waar we nu
allemaal spijt van hebben. Maar volgend
jaar |doeu we de reis oyer en gaan ws
daar ook heen. Bij het mooie kasteel
„Staverden" stapten wij uit om het van,
buiten te bekijken. In het bosch, dicht bij
Ermelo, mochten we nog een halt uurtje
rust nemen. Wat lagen we daar heerlijk
onder de boornen ondanks de groote mie
ren. Maar al te gauw moesten we weer
verder, terug naar Harderwijk. Bij de heer
Kok Sr. gebruikten we nog een kopje
thee en een bisChuitje met aardbeien.
Heerlijk! Toen werd het tijd om de boot
weer op te zoeken. Prachtig was het op
zee op die terugreis. Rustig dachten we
nog ©ens na over onze mooie tocht. Wat
hadden we veel gezien en genoten, die
twee dagen. Wat was het weer buitenge
woon mooi geweest. Halt 10 waren we
weer in Amsterdam, waar de autobus al
klaar stond. Ongeveer halt 1 kwamen we
bij het Geheelonthoudersgebouw, waar we
zouden overnachten. We dronken nog 'n
kopje thee en gingen daarna lekker sla
pen. Oni half 7 de volgende morgen wan
delden we weer frisch en vroolijk naar)
de Texelsche boot. Toen nog een half
uurtje varen, een halt uurtje fietsen en
daar waren we weer in Oostetnend. Voor
bij waren ze., die twee heerlijke dagen.
Maar we zuilen ze niet gauw vergeten.,
M. Brouwer.