De Groote Kerk te Den Burg. EEL TEXEL WEET HET door C. S. PONGER. Tenslotte voerde de heer E. Govers nog het woord. Spr. deelde mee, dat de heer Stapel, voorz. H.M. v. L., verhinderd was hier aanwezig te zijn. Namens de Holl. Mij. bracht spr. een woord van hulde voor de organisatie van deze dag, mogelijk dank zij de eendrachtige samen werking van de diverse corporaties. Niet ten onrechte, zei spr., wees eens oud minister Ruys bij de opening van een landbouwtentoonstelling elders op de sa menwerking van diverse landbouworgani saties, welke hoezeer op andere gron den ook gescheiden één lijn trekken, waar het de behartiging geldt van het al- gemeene belang en erkennen, dat melk van de koe „wit" en de wol van het schaap „wit" is. Moge deze samenwerr king van lange duur zijn. Moge destaart van het programma afvallen (spr. bedoel de de rubr. ongeregistreerd) en de ru briek geregistreerd in aantal toenemen als een bewijs, dat het eiland zijn oude roem wil handhaven. Steeds moet het programma meer gegevens bevatten om trent het ras, dat ons zoo lief is en aan welks opbouw wij allen deel moeten ne men. DE KEURING VANGT AAN. Hierna deelde de voorz. aan heeren keurmeesters de lijsten uit. Bij wijze van proet was het aantal keurmeesters dit jaar niet zoo groot als anders. Voor het toekennen van de extra prij zen werd een commissie gevormd, be staande uit de heeren Ir. L. de Vries, rijksveeteeltconsulent. J. Zijp, Insp. Tex. Schapenstamboek. G. Brak, Burgerbrug. IDE UITSLAG. Er gingen eenige uren met de beoor deeling heen. Dat was te voorzien. Er was veef 'en best wolvee, dat beoordeeld moest worden en pas na veel wikken en wegen viel in vele gevallen de beslissing HOOFDPRIJZEN. De groote medaille van Z.K.H. Prins Bernhard werd toegekend aan de heer Joh. Roeper Johz., Oosterend, voor een viertal gereg. oudere schapen, geb. in 192 9— 1932 1934 1934. De zilveren wisselbeker van T.E.S.O. werd dit jaar toegewezen aan de heer Jb. Eelman Gz., met de ram F 1618. De drie premies van f 25 vielen ten deel aan B. C. Lap, Zeewijk, voor de 9398 B., geb. 20 Maart, tweeling. J. Kikkert Nz., de Westen, met ram 0244 B, geb. 25 Maart, tweeling. De derde premie viel mede ten deel aan de heer J. Kikkert Nz., de Wiesten, en wel voor de ram 0258 B. PRIJZEN VAN f5.-, f4.-, f3.-. AFD. GEREGISTREERD. 1. Eenjarige rammen (29). 1. Jb. Eelman Gz., Oosterend. 2. Jb. Eelman Dz., Oosterend. 3. P. Brans Az., Oost. Eerv. vermelding: C. Keijser Sz., Den Burg; C. de Wit, Eierl.; B.C.Lap, Zee wijk. 2. Tweejarige rammen (21). 1. P. Brans Az., Oost. 2. P. Breen, Oosterend. 3. P. Lap Kz., Den Hoorn. E.V.H.J.Keijser Dz., Molenhoeve; Jb. Lap Kz., Den Hoorn; J. Eelman Dz., Oosterend. 3. Oudere rammen (19). 1. P. Brans Az., Oost. 2. Jb. Lap Kz., Den Hoorn. 3. Joh. J. Roeper Johz., Oosterend. E.V.W. S. Keijser, De Waal. 4. Schapen, die gemiddeld minstens 1 3/5 lam hebben geworpen met 1 ram- lam geboren voor 1 April 1937 (15). 1. B. C. Lap, Zeewijk. 2. C. W. Goeman du Porto, Spang. 3. J. M. Bakker, P.H.Polder. E.V.C. W. Goeman, H.J. Keijser Dz., Molenhoeve; Jb Zuidewind, Kerkeplaats; jb. Eelman Gz., Oosterend. 5. Schapen, die gemiddeld minstens 1 3/5 lam hebben geworpen met 1 ram- lam, geboren na 31 Maart 1937 (15). 1. en 3. T. Bakker, Spijk. 2. C. A. Witte, Zuidhaffel. E.V.P. Lap Kz., Den Hoorn; Wed. C. van Heerwaarden, Eierland. 6. Schapen met twee ramlammeren (41) 1. J. Kikkert Nz., De Westen. 2. H. J. Keijser Dz., Molenhoeve. 3. B. C. Lap, Zeewijk. E.V.- J. Kikkert Nz., De Westen; D. Brans, Spang; K.Vlaming, N'schild; Joh. Roeper Johz., Oosterend; Jb. Lap Kz., Den Hoorn (tweemaal.) tl Kwaad gerucht neemt altijd gj B5 toe. Goed gerucht wordt spoe- ffi Eg dig moe. (Slot.) De muren worden gesteund door zware beeren met schuine afdekking. In de Zuidzijde is in ae derde tra vee (d.i. de ruimte tusschen twee zui- len of steunbeeren) een eenvoudig par taal aangebracht, gedekt door een spitsej boog. Boven dit portaal is een raam, dat de halve hoogte heeft van de overige vensters. De twee oostelijke traveeën van Zuid en Noordgevel springen iets naar binnejn, en vormen een soort koor, dat vroegen wellicht door een ronde absis in het Oos ten afgesloten zal zijn geweest, hoewel de oostmuur met het spitsboograarp en vier zware steunbeeren, geen breuk in de baksteen vertoont. De absis zal' lager zijn geweest dan het puntgeveldak! van de oostgevel. Het dichtgemetselde) spitsboograam, hoog in de top van de| achtermuur stak boven de absis uit. i De Noordgevel verschilt niet van de zuidmuur. Hier is geen portaal, maan het metselwerk in de derde travee wijst er op, dat ook daar vroegier een deu^ geweest moet zijn. Zeer belangrijk is, in het meest oostelijke raam van de Noordmuur ,dat nu dichtgemetseld is, de verdeeling van het onderste deel in drie spitsboognissen door uitstekende baksteenbanden. Deze oude tracee-i ringen zijn resten van de oorspronker lijke steenvatting van het glas. Ook het bovenidee. van het raam zal zoo gevuldi zijn geweest. De traceeringen waren oor spronkelijk in alle raamopeningen, in plaats van hout. Van binnen wordt het schip door twee rijen zuilen met achtkantige base menten en eenvoudige lijst - k a p i tee- Ien, waarop sober geprofileerde spits- bogen rusten, in drie beuken ver deeld. De zijbeuken aan de oostzijde die het koor vormen, zijn iets smaller. Het middenschip wordt gedekt door een houten tongewelf, de twee zijschepen door kwart-tonnen. De con structiemethode van deze houten gewel ven, die in onze noordelijke provincies) de steenen gewelven vervangen, sluit ge heel en al aan bij de scheepsbouw. Door 7. Schapen met 1 ooi en 1 öt meer ramlammeren, geboren voor 1 April 1937 (25). 1. en 3. Jb. Lap Kz., Den Hoorn. 2. L. Koppen, Spang. E.V.Jb. Eelman Gz., Oosterend; A. Eelman Dz., Harkebuurt; P. C. Hin Az., Spang; Jb. Lap Kz., Den Hoorn; A. J. Keijser, Den Burg. 8. Schapen met een ooi en een ot meer ramlammeren, geboren na 31 Maart 1937 (33). 1. J. Kikkert Nz., De Westen. 2. Jb. Eelman Gz., Oosterend. 3. K. Vlaming, N.-Schild. E.V.: H. J. Keijser Dz., Molenhoeve; J. Kikkert Nz., de Westen; K. Vlaming, N'schild; W. S. Keijser, De Waal (twee maal.) 9. Viertallen oudere schapen, die in 1937 lammeren hebben grootgebracht (8) 1. Joh. J. Roeper Johz., Oosterend. 2. Jb. Lap Kz., Den Hoorn. 3. IJ. Lap, Den Hoorn. E.V.: H. J. Keijser Dz., Molenhoeve; T. Bakker, Spijk. 10. Viertallen éénjarige schapen (lam meren van dezelfde vader (12). 1. Jb. .Lap Kz., Den Hoorn. 2. T. Bakker, Spijk. 3 Joh. J. Roeper Johz., Oosterend. E.V.; P. Lap Kz., Den Hoorn. 11. Viertallen ooilammeren (lammeren van dezelfde vader) (13). 1. C. Keijser Sz., Den Burg; 2. T. Bakker, Spijk. 3. J. Kikkert Nz., De Westen. E.V.Jb. Lap Kz., Den Hoorn; Joh. J. Roeper Johz., Oosterend. 12. Schapen met twee ooilammeren (11) 1. IJ. Lap, Den Hoorn. 2. Jb. Lap Kz., Den Hoorn. 3. J. Kikkert Nz., De Westen. E.V.: C. de Wit, Eierl.; Jb. Zuidewind, Kerkeplaats. AFD. NIET-GEREGISTREERDE SCHAPEN. A. Eenjarige rammen (8). 1. A. Dros Dz., Eierland. 2. Niet toegekend. 3. P. Kooij, Den Burg. B. Oudere rammen (6). 1. Jac. Hin, Nes. 2. L. Roeper Pz., Het Noorden. 3. Gebr. Vermeulen, Bargen. C. Schapen met twee ooilammeren 3). Geen prijzen. de zwakke bodem was een steenen af dekking onmogelijk. In de koormuren vormen door segment bogen afgedekte spaarnissen zit banken. Na deze globale beschrijving nu zal geprobeerd worden een datum vast te stellen, voor de verschillende deelen, op grond van de bouwstijl. Men moet daarbij in aanmerking ne men, dat Texel steeds een verre uithoek! is geweest, die wellicht wel 100 jaarl ten achter was. Voor de dateering wil ik drie deelen, onderscheiden: het koor, het schip en dq toren. Het koor moet omstreeks 1470 geda teerd worden. Het schip zou men een vijf of tien jaar later daarbij kunnen aansluiten. Koor en schip vormen een eenheid. Maar welk een contrast vormt het onder ste deel van 'de toren daarmee. Het ge- déelte noven de blinde arcade sluit bij de overige 'kerk aan. "Het schijnbare verschil' hier komt door de restauratie van de to ren. Maar duidelijk is er een breuk tus schen de rest van de toren, zoowel in,et de gevel, waar de tor^n in geplaatst is, als met de overige kerk. Wanneer de geheele westgevel ver sierd was geweest met groote baksteen in kleurcontrasten van rood en geel, dan was daarin niets biezonders geweest. Im- mers steeds gaf men bij mïddeleeuwsche kerken groote zorg aan de westgevel: voor de geloovige de poort tot de he mel, voor de ongeloovige een voorspie geling van de in het geloof te verwachten hemelsche pracht. Dat dus de toren en het portaal rijker zijn uitgfevoend hoeft ons niet te verwonderen of op een groo- tere ouderdom te wijzen. Wel is vreemd het Verschil met de rest van de voorgevel: de puntgevel, waar- tusschen de toren geklemd is. Veilig kan gezegd worden, dat deze gevel niet oorspronkelijk is. Daarop wijst de losse constructie van de linker- en rechterzijde van de puntgevel, ten op zichte van de toren. De toren staat ste vig gefundeerd op eenige groote zwerf keien; de gevel is verzakt, losgebroken van de toren. Verder zijn de profielen van de twee ramen in de Westgevel ge heel verschillend van die van de overige vensters. Ze zijn echter wel gelijk aaf. het raam boven het zuidportaal en het raam in de derde travee aan de Noord zijde, waarvan ik al opmerkte, dat er iets mee gebeurd moest zijn. Tenslotte wijst een stukje muur, van dezelfde structuur in roode en gele baksteen als de toren, 10 cM. breed en enkele meters hoog, een strookje, dat rechts onder tegen de toren aansluit, in de muur van de puntgevel, er op, dat er vroeger een andere West gevel inoet zijn geweest, die een eenheid met de toren vormde. Het is moeilijk te zeggen, wanneer de Westgevel en ook de reeds genoemde deelen aan Z. en N. gevel veranderd zijn. Na mijn oordeel zal dat na 1539 ge beurd zijn; immers, toen „viel de vroegere toren onder de voet", aldus het reeds ge noemde handschrift. Men zal dat niet al te letterlijk moeten opvatten; bedoeld zal zijn, dat toen het bovenste deel van de toren, de spits, instortte. De balustrade en de spits, die de toren afsluiten, beide uit 1604, wijzen er op, dat men toen pas tot een definitieve voltooiing kwam. Een andere mogelijkheid zou zijn: na de hervorming. Dit acht ik niet waar schijnlijk. Want hoewel bericht wordt, dat in 1571 de Watergeuzen „spolieerden de kerck van den Burch", toch zullen dit slechts kleine beschadigingen aan het; houtwerk zijn geweest. Zeker zullen zij niet in die ééne dag van hun verblijf de westgevel hebben kunnen sloopen. Uit het voorafgaande bleek, dat er in- inderdaad groote overeenkomst bestaat tusschen de jaren die het handschrift opgeeft en de dateeringen, die men op grond van de stijl aan het gebouw zou geven. Vele punten, die hier onopgemerkt ble ven zijn nog twijfelachtig. Ik noem slechts de afsluiting van het koor. De spade zal hierbij misschien licht brengen. Het zat te hopen zijn, dat, nadat nu de meest noodige herstellingen aan dit mooie bouwwerk zullen zijn aangebracht on der de onmisbare adviseerende leiding van het Rijksbureau voor Monumentenzorg, later een restauratie ook het minder nood zakelijke zal herstellen. D. 4 eenjarige fokschapen (1). Geen prijzen. E. Schapen met twee ramlammeren (11). 1. C. Keijser Sz., Den Burg. 2. C. Witte Pz., het Noorden. 3. P. Verberne, Spang. E.V.C. P. Eelman, huize Frans; K. Eelman Dz., Harkebuurt. F .Schapen met 1 ooi- en 1 ramlam (9) 1. C. P. Eelman, Huize Frans. 2. Jb. Mantje, Den Burg. 3. P. Kooij, Den Burg. E.V.C. P. Eelman, Huize Trans. G. Viertallen ooilammeren (6). 1. en 2. Wed. G. Zijm, De Hal. 3 T. Bakker, Spijk. GEPRIMEERD. tr werden 39 premien van f 10 voor ge registreerde rammen toegekend. Om hier voor in aanmerking te komen moesten de halfjarige rammen op de keuring hier be- hooren tot een groep, die met een prijs of een eervolle vermelding is bekroond. De dieren werden zoowel beoordeeld wat afstamming betreft als wat aangaat hun exterieur. Geprimeerd (bekroond met een premie van f 10) werden van C. W. Goeman du Porto, Spang, ram no. 0068 en 0073. H. J. Keijser Dz., Molenhoeve, no. 0457, 03(86, 0387 en 0400. Jb. Zuidewind, Kerkeplaats, 0095. B. C. Lap, Zeewijk, 9398, 9100 en 9401. J. M. Bakker, P.H.Polder, 9554. C. A. Witte, Zuidhaffel, 9286. T. Bakker, Spijk, 9508 en 9498. J. Kikkert Nz., De Westen, 0244, 0245, 0234 en 0258. D. Brans, Spang, 0619. K. Vlaming, N.-Schild, 0537, 0538, 0536 en 0541. Joh. J. Roeper Johz., Oosterend, 9959 en 9960. Jb. Lap Kz., Den Hoorn, 9640, 9653, 9654, 9644, 9657 en 96S7. Jb. Eelman Gz., Oosterend, 04S2 en 0495. L. Koppen, Spang, 0555. A. Eelman Dz., Harkebuurt, 0588. P. C. Hin Az., Spang, 0058. A. J. Keijser, Den Burg, 0206. W. S. Keijser, De Waal, 0355 en 0346. Bij het bekend maken van deze uitslag hoorden .we herhaaldelijk: „Die is bin nen". Wanneer de geprimeerde rami echter naar elders verkocht bleek te zijnt en dat gebeurde nogal eens kwam' de premie te vervallen. IAIs het staat in de Texelsche Courant. OORDEEL VAN DESKUNDIGEN. We hebben eenige deskundigen op het gebied van de schapenteelt naar hun oor deel gevraagd Allen waren eenstemmig van oordeel, dat deze Schapenfokdag in ieder opzicht een succes mag worden ge noemd. Alle factoren, welke daartoe die nen mee te werken, waren aanwezig. Welk een voldoening voorde voormannen onzer organisaties, die zich zooveel' moeite hebben getroost om deze dag voor te bereiden. De heer E. Govers Dz., gaf ons op onze vraag naar zijn meening over deze fokveedag dit antwoord: Gelijk het weer was de stemming op deze fokveedag bui tengewoon. Niet alleen bleek de aanvoer in kwantum zoo toegenomen, ook de kwa liteit van het aangevoerde materiaal gaf een duidelijk beeld van de opleving in het schapenfokdistrict Texel. Voor de in gewijde was het een verheugend feit, dat uit de combinatie van N. Holl. ep en Tex. fokmateriaal producten te voor schijn kwamen, welke een ieders belang stelling vroegen. Ook verheugden velen zich om het feit, aldus de heer Govers, dat het ongereg. materiaal in aantal be gint af te nemen. Dat dit ook van offi- cieele zijde wordt toegejuicht, bleek bij de opening gesproken woorden. Het jonge rammen-materiaal, 1-j. rammen, gaf hoop op een goede toekomst. Vooral kop en huid waren daarbij beter dan 'in de ou dere collectie. Bij de ramlammeren was bij een dergelijke groote aanvoer onwil lekeurig nogal wat, dat meer voor ver koop dan voor expositie was bestemd.. Dat dit niet ten onrechte geschiedt, was te zien aan het aantal koopers, die in eerste instantie zich uitsluitend op het betere materiaal werpen. Ik hoorde veel vuldig van prijzen van f 100 en iets daar; beneden en zag koopers uit Groningen en Z.-Holl. terwijl ook een gezelschap. F,anschen, dat vorig jaar onverrichter zake naar huis ging, thans in de concur rentie om het goede materiaal aardig mee deed. De minimaal gestelde exportprijzen bleken thans door hun biedingen in het geheel geen bezwaar op te leveren. Over» het algemeen waren de bedongen prijzenj in overeenstemming met de conjunctuur verbetering en de daarvan het gevolg zijnde verbetering van de schapen- en schapenvleeschprijzen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1937 | | pagina 2