TEXELSCHE COURANT „ï2,te Jaargang Zaterdag 4 Mei 1940 Eerste blad No. 5442 VOOR DE LANDBOUW Zomersproeten SPRUTOL Uitgave N. V. Boekhandel en Drukkerij v. h. Langeveld en De Rooij Den Burg Telefoon 11 ||||||lllllllllllllll!!lllllllllllllllllll"lll""l""""""""l"""ll,lll,ll"'lll""llllll HUW ter overdenking, iiii iiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimm BEWEREN. Het is leerzaam eens de gesprekken en redetwisten in cafes, trein, familie- kring en elders te volgen. Spreek niet, maar kijk en luister. Wanneer de gemoederen ook maar een beetje verhit worden dan redeneert f men niet, maar beweert. Let eens op, hoe weinigen zelfs zich de moeite geven werkelijk naar een i ander te luisteren! Men laat de tegenstander niet uitspre ken maar valt hem midden in zijn be toog in de rede. Vóór men kan weten, wat de andere precies had willen uiteenzetten, gaat men te keer tegen hetgeen men denkt, dat die ander heeft willen beweren. Zoo twist men tenslotte met zichzelf. De meeste menschen verstaan het niet ook eens naar een ander te luiste ren. En daaiom weten ook zoo weini gen werkelijk een ander te overtuigen! ||||||llllllllllllllll!ll!!llllllllllllllllllllllllllllli:illlllllllllllllllllllllllllllllllllilllll llllllllllll VOOR HOOFD EN HART. |||||||!|l!lllllllllllll!lllllll!lllllllll!llllinilllll!lll!!lllllllllllll!l!ll!llllllllllli:|||||| ZONDAG. Wie geleerd heeft te gehoorzamen, weet ook te leiden. MAANDAG. De grootspreker is als een geschilderd Et sard: geen van de twee is bruikbaar. DINSDAG, eel te veel waarde hechten aan wat u ieren zeggen is een algemeen heer- sehfende fout. r WOENSDAG. Wij moeten de menschheid hergeven rfèt licht, dat haar oogen verguldt, 5n maken het donkere leven an heilige vreugde vervuld. DONDERDAG, n van de meest algemeene zwak- hJfen van de mensch is deze, dat ieder - een- zich verbeeldt, dat hij op een of op meer menschen een bijzondere in vloed uitoefent. VRIJDAG. In de eeuwige natuur, in de ongerept heid waar geen sporen van menschen meer zijn, ondergaat de ziel een loute ring zooals nergens anders. ZATERDAG. Die zegepraal moet goddelijk zijn Als zelfs de dood van wie gesneuveld zijn En 't groot verlies, de oudersmart, m Nog troost kan geven aan het hart. DE ZIEKTE VAN HET WIER Aan de andere kant van de Oceaan. I Gedurende mijn verblijf op Wieringen sprak ik dikwijls met allerlei visschers over de ziekte van het wier of zeegras. Het kostte mij altijd moeite hen er van te overtuigen, dat die ziekte niets te ma kken heeft met de drooglegging en dat f'e het moeten opvatten als een inter- ationale ramp en niet als een nationaal erschijnsel. Nu ik hier in Amerika zelf getuige ben van de verwoestingen, die de ziekte hier heeft aangericht, kan ik niet nalaten m'n indrukken op deze plaats weer te geven De oostkust van Amerika is rijk aan ondiepe baaien en zeegaten. Het water is daar brak, net als in onze Waddenzee en zeegras vond er een ideale plaats om zich te ontwikkelen. Tot 1931 bedekten machtige wiervelden de oevers en de banken in die baaien. Er leefden vele visschen en visscherlui verdienden er 'n goed daggeld. Vooral in de zomer kwa men er waardevolle vischsoorten om er t te paaien. In de winter leefden duizen- 1 den rotganzen van de wortelstokken 1 van het gras. In tegenstelling met in Ne- 1 derland en Denemarken werd het gras weinig vergaard voor matrasvulling, enz 1 Na enkele waarschuwende sympto men in 1929 en 1930 volgde hier in de zomer van 1931 plotseling het optreden van massale sterfte. De bladeren kregen vlekken en stierven af. Nieuwe bladeren werden ziek, kort nadat ze ontloken. Evenals in ons land dachten de visscher lui aan een plaatselijke oorzaak. Sommige vangers van steurkrabben hadden de gewoonte het zeegras met hun motorbootjes over groote afstand uit te kammen, zooals men dit noemde. Po gingen werden gedaan om deze visch- methode te verbieden, maar een verbod i mocht niet baten, want de oorzaak moest i elders gezocht worden. Th1932 nam de ziekte zoo'n groote ^invang aan, dat geen plekje aan de f 'kust voor haar vernielende invloed ge- spaard bleef. TT ele oppervlakten, die sedert men- sctienheugenis elke zomer frisch en v- gioèn zagen, veranderden in kale grau we ihodderige plekken.. Enkele andere ^v jterplanten, onder andere een dwerg- MjvHjfm van het zeegras, die ook in de „waddenzee voorkomt, namen een deel van de plaats van het echte zeegras in, mt/ar groote stukken bleven kaal en zij zijn sedert dien kaal gebleven. De visch- stand leed er geweldige schade en voor veel visschers werd het bedrijf niet meer loonend. Ook de rotganzen waren „broo deloos" en leden zware verliezen. Er leven in Amerika twee soorten rot ganzen. Een lijkt precies op onze rotgans maar de andere, de Canadeesche rot gans is minstens zoo qroot als onze ||||||iillllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllilllllllillllllllllllllilllllllli|||||| ACTUEELE VRAGEN. ||||||llllllll!lllllllllllllllllllllllllllllllllll!llllllll!llllllllllllllllllllllllllllllllll|||||| VRAGEN VAN ABONNEES worden hier voor zoover mogelijk beant woord. 34. HOEVEEL INWONERS hebben De nemarken, Zweden en Noorwegen? Antw. Er zijn 3.7 millioen inwoners in Denemarken 2,9 millioen inwoners in Noorwegen 6.3 millioen inwoners in Zweden. 35. HOE GROOT zijn die landen, bij Nederland vergeleken? Antw.: Denemarken 1.3 maal Nederland Noorwegen 10 maal Nederland Zweden 14 maal Nederland 36. HOEVEEL MAAL is Nederland dichter bevolkt dan die landen? Antw.: Nederland is driemaal zoo dicht bevolkt als Denemarken, 30 maal zoo dicht als Noorwegen, 20 maal zoo dicht als Zweden. 37. WELK LAND heeft de grootste uit voer van boter, varkensvleesch en eie ren van de heele wereld Antwoord Denemarken, vóór de oorlog 38. HOEVEEL VLIEGTUIGEN hebben Denemarken, Noorwegen en Zweden Antwoord: Denemarken 65, Noorwegen 70 en Zweden 260 (getallen van vóór de oor log) 39. HOE GROOT IS DE LEGERSTERK TE VAN DIE LANDEN (oorlogssterkte) Denemarken /100.000 man Noorwegen 134.000 man Zweden 623.000 man (getallen van voor de oorlog.) grauwe gans. Een enkele maal wordt die Canadeesche rotgans bij ons wel ge houden als siervogel in parken. In Bar- negat-Bay (nog een naam uit de Hol- landsche tijd!) ten zuiden van New-York overwinterden in de winter van 1927-'28 bijna 7000 Canadeesche rotganzen en ruim 30.000 rotganzen. In de winter van '32-'33 waren slechts 2000 Canadeezen en 2320 rotganzen over. Sedert dien is het er niet beter op geworden. Dezer da gen nam ik er zelf een kijkje. Er waren nog enkele honderden Canadeezen maar er was geen enkele rotgans! De echte rotganzen zijn blijkbaar meer dan hun grootere collega's, aangewezen op zeegras voor hun voeding. Over de eigenlijke oorzaak van de ziekte bestaat nog altijd geen zekerheid. U moet niet vergeten, dat het voor het eerst is in de wetenschap, dat zij te vechten krijgen met een plantenziekte van een dergelijke omvang en met der gelijke gevolgen. Net als de geneeshee- ren in de middeleeuwen machteloos stonden tegenover ziekten als pest en pokken, staan nu de plantenziektenkun- digen machteloos tegenover de wier ziekte. De grootste moeilijkheid is, dat wij niet weten, wat de ziekteverwekker is. Het eenige wat we kunnen zeggen is, dat het een of andere microscopische ziektekiem moet zijn. Hiervoor pleiten 't plotselinge optreden en het snelle ver breiden van de ziekte. Ook weten we, dat dergelijke microscopische ziekten soms plotseling een ongemeen kwaad aardig karakter kunnen aannemen. Een bekend voorbeeld hiervan is de griep, die rium twintig jaar geleden vele duizenden ten grave bracht. Een moeilijkheid is vooral, dat het zieke wier miegeit van de microscopi sche organismen. Welke is nu de ziek teverwekker? Hij, die in 't grootst aan tal aanwezig is of hij die alleen op treedt als de plant ziek is? Over het algemeen houden de Fran- sche onderzoekers een bacterie er voor. Maar de Amerikanen daarentegen zwe- aan een schimmel, evenals de Denen. De Amerikaanschen daarentegen zwe ren bij een eencellig diertje. Geen van deze partijen is in staat zijn tegenstan ders volledig te overtuigen. En zoolang er geen zekerheid bestaat over de aard van de ziekteverwekker, kan aan geen genezing gedacht worden. Het wier zelf tracht zich ook hier plaatselijk te herstellen, vooral in de winter, als het ziekteproces trager ver loopt. Maar de jonge plantjes sterven spoedig weer af. Tenslotte wordt nu wel gepraat van een Virusziekte, dat wil zeggen, dat de ziekteverwekker geen echt levend organisme is, maar iets an ders, waar we nog niet zoo best raad mee weten en waar alleen met veel ge leerde omhaal over gepraat zou kunnen worden. Als dat het geval is, zit er ver moedelijk niets anders op, dan de ziekte te laten uitrazen en te hopen, dat er dan nog zeegras over is, dat wel tegen de ziekte bestand is. De wierziekte heeft zich tot nu toe be perkt tot de oevers van de Atlantische Oceaan. In Amerika werden pogingen gedaan om gezonde wierplanten van de Westkust te importeeren naar de nu schier wierlooze Oostkust. Deze pogin gen hadden toe nu toe geen resultaat. Het ziet er naar uit, dat ook het wier van de Stille Zuidzee vatbaar is voor de ziekte. Laten we hopen, dat geen schip ziektekiemen zal dragen naar de Oce aan, want in dat geval krijgt de ziekte eerst recht het karakter van een inter nationale ramp. J. I. TER PELKWIJK. New-York, Maart 1940. (Uit: de Wieringer Courant.) ||||||>iillll:llllllllilllllllllilllllillllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll|||||| GEMEENTE TEXEL. ||||||iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii:iiiiii!Iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii:iiiiiiiiiiJi|||||| DISTRIBUTIE De Burgemeester der gemeente Texel brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de navolgende wijzigingen en aan vullingen in de distributie-voorschriften zijn aangebracht: Winkeliers en instellingen, die van een aan hen verstrekte toewijzing voor suiker of peulvruchten geen gebruik maken, dienen deze ongebruikte toewijzingen bin nen éen week na het verstrijken van den geldigheidsduur, bij den plaatselijke dis- tributiedienst in te leveren. Degene, die van een aan hem verstrekte toewijzing van de Meelcentrale of Akker- bouwcentrale geen gebruik maakt, dient deze zoo spoedig mogelijk na het verstrij ken van den geldigheidsduur bij de Meel centrale of Akkerbouwcentrale in te le ren. Blauwe grossiersbonnen en toewijzingen zijn in den vervolge strikt persoonlijk. Dit brengt mede, dal een winkelier de toewij zingen, welke hij van derden ontvangen heeft, niet meer door mag zenden aan zijn grossier, doch deze toewijzingen (B- helften) dient in te wisselen voor een blauwe grossiersbon bij den plaatselijken distributiediens t. Deze inwisseling van B-helften dient uiterlijk te geschieden op den 21sten dag nadien, tot welken de toewijzingen gel dig zijn. Na verloop van dezen termijn komen B-helften niet meer voor inwisse ling in aanmerking. Deze inwisseling is mogelijk voor toe wijzingen van elke hoeveelheid. Hotels, café's, enz., en suiker- of peul vruchten verwerkende industrieën mo gen geen goederen, welke hun zijn toege wezen voor het verbruik of de verwer king in hun bedrijf, aan derden verkoo- pen, afleveren of te koop aanbieden. Winkeliers en grossiers mogen geen goederen, welke hun voor den verkoop zijn toegewezen, bewerken of verwerken. Ieder vervoer van meer dan 5 kg. sui ker of peulvruchten dient gedekt te zijn door een geleide-biljet. Vrijstelling van het vervoerverbod van den detaillist naar den uiteindelijken ver bruiker blijft gehandhaafd. Winkeliers, die geen toewijzingen ont vangen, wegens te geringe omzet, kun nen bij andere winkeliers suiker of peulvruchten betrekken op de gangbare consumentenbonnen, tot een maximum hoeveelheid van 20 K. G. per distributie periode. Het is den detaillist in den vervolge niet toegestaan, de consumentenbonnen, waar op wordt afgeleverd, reeds van te voren dan wel achteraf nog in te nemen. Texel, 30 April 1940. Het Hoofd van den Distributiedienst, KAMP. LAMMERENMARKTEN. Burgemeester en Wethouders der ge meente Texel brengen belanghebbenden het volgende in herinnering. De groote lammerenmarkten zullen hier dit jaai worden gehouden op de Maandagen 20 Mei, 27 Mei, 3 Juni, 10 Juni, 17 Juni, 24 Juni De toelating tot deze markten ge schiedt, bijzondere gevallen uitgezonderd, alleen wanneer vooraf, hetzij mondeling, of schriftelijk de noodige hokken zijn besproken. Daartoe zal gelegenheid be staan: a. ter gemeente-secretarie op alle werk dagen, uitgezonderd marktdagen, gedu rende de gewone bureau-uren van 9 uur voormiddags tot 1 uur namiddags; b. op de marktdagen van 9 uur voor middags tot 2 uur namiddags aan de kiosk op of nabij het marktplein; c. ten gemeente-huize des Zaterdags avonds van 79 uur. Zij, die lammerenhokken bespreken, worden dringend uitgenoodigd, daarbij het verschuldigde marktgeld onmiddellijk te voldoen en gepast geld mede te bren gen. Aangiften, hetzij mondeling of schrifte lijk, ter secretarie of door den markt meester ontvangen na Zaterdag 9 uur na middags voor de markt van Maandag d a v. worden niet meer ten uitvoer ge bracht. Hel vee mag ter markt enkel worden aangevoerd voorm. tusschen 6 en 10 uur. De aanvoer van alle vee behoort te ge schieden door de Parkstraat, met dien verstande, dat de Parkstraat niet an ders bereikt mag worden dan door den ingang bij de Weverstraat. De aanvoerders zijn verplicht: zoowel op den openbaren weg als op het markt terrein zich te onderwerpen aan de be velen omtrent orde en regelmaat, het rij den in een bepaalde richting, het oprij den, drijven en stilhouden, welke worden gegeven door den marktmeester of de po litie in het belang van een geregelden aanvoer, de geldelijke controle of ter voorkoming van opstoppingen of wel door de met de keuring belaste personen met het oog op den eisch van een deug delijk veeartsenijkundig onderzoek. Alvorens vee op het marktterrein wordt toegelaten, zal het bij den toegang van gemeentewege veeartsenijkundig wor den onderzocht. Het is verboden, de met dit onderzoek belaste personen in de uit oefening van hun taak te belemmeren. Zonder daarmede van gemeentewege belast te zijn, is het verboden: a. de namen of nummers, voorkomende op de hokken, boomen of palen, staande op het marktterrein uit te wisschen, te veranderen, om te wisselen, of op die hokken, boomen of palen, namen of num mers bij te schrijven. b. strooisel, op het marktterrein te brengen, te hebben of daarvan weg te voeren; c. strooisel in de hokken te verwisse len, uit de hokken te verwijderen of in eenig of in een ander hok te brengen. Zonder vergunning van Burgemeester en Wethouders is het verboden met het wegvoeren der op het marktterrein aan wezige lammeren vóór 10 30 uur voor middags een aanvang te maken. Tijdens de groote lammerenmarkten mag het marktterrein met rij- of voertui gen of vee niet worden verlaten door de Parkstraat Ter voorkoming van stagnatie is het noodzakelijk, dat de aanvoerder der lam meren met het nummer van het hok bekend is. Texel, 1 Mei 1940. Burgemeester en Wethouders voorn. De Secretaris, De Burgemeester, JONKER. KAMP. v«rdwi|nen spoedig door een po» Bi] alle Drogisten ||||||llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll|||||| ZOO SCHREEF... ||||||iiiiiii:iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii*llllll POLITIEK EN CULTUUR: De politiek van de Sovjet-Unie is een vredespolitiek. NEBELSPALTER, Duitschland: Op school vraag ik mijn achtjarige leerlinge- tjes- En, kinderen, vertel mc eens: Wat hebben we zoo al noodig om te leven Annie: Eten Elsje: Kolen en hout Elisabeth: Vrijheid YORKSHIRE POST, Engeland. Neutra liteit houdt in: Afstand doen van elk open lijk uitgesproken oordeel en openlijke voorkeur. Een neutrale regeering kan zich niet als rechter over de oorlogvoerende partijen opwerpen, de wettelijkheid en de menschelijkheid van haar methoden ver gelijken en zich dan ten gunste van één van de twee uitspreken. DE „NEW YORK TIMES" over de in Nederland afgekondigde pers verordening: Wanneer dit beteekent, dat de militairen met het blauwe potlood het oordeel der redacteuren moeten schrappen en wan neer de officieele vrees voor Duitschland de Nederlandsche bladen moet beletten het oorlogsnieuws te publiceeren, zonder vrees één der partijen te bevoordeelen, dan zal opnieuw een licht in Europa uit gaan en zal de heele wereld de verliezer zijn. VEREENIGING VOOR BEDRIJFSVOORLICHTING. OP TEXEL. RUNDERIIORZELBESTRIJDING Iedere veehouder weet ongetwijfeld, dat de runderhorzel als een der plagen van het vee bekend staat. Runderen, welke be zocht worden door de horzel, krijgen de z.g horzelbulten, ook wel groeibulten ge naamd. De schade, die door deze plaag veroorzaakt wordt, is voor de veehouder zeer aanzienlijk. Verwonderlijk is 't daar om, dat nog altijd een goede bestrijding dezer ziekte, die vooral op ons eiland met succes is door te voeren, op zich laat wachten. Reeds eerder werd in dit blad op de aard der ziekte, de schade, welke zij veroorzaakt en de wijze, waarop zij bestreden kan worden, gewezen. Ik her inner er aan, dat destijds zelfs de moge lijkheid werd geopperd om een persoon bij de boeren te laten rondgaan om de die ren te behandelen. De kosten zouden niet meer bedragen dan tien cent per behan deld dier. Men ging met een lijst bij alle veehouders rond, maar slechts enkelen wenschten aan de bestrijding deel te ne men. En toch: hoe vaak verneemt men bij de bezoeken op de boerderij niet de klacht, dat de jongere dieren „er onder zitten". Want de horzel zoekt vooral zijn slachtoffers onder de jonge dieren, alhoe wel ook oudere dieren worden bezocht. Naast de bovengenoemde verhandelingen in de Texelsche Courant over de horzel- bestrijding kan men in vele afleveringen van deze courant, tot op de jongste dag toe, nuttige wenken betreffende deze be strijding aantreffen. Op vele vergaderin gen van de plaatselijke landbouworgani saties werd meermalen op de noodzakelijk heid van bestrijding gewezen. Ondanks al deze pogingen om tot een goed georgani seerde bestrijding te komen, waarbij men met zekerheid op een snel succes kan rc-kenen, is tot nu toe niets bereikt. Hoe geheel anders is het met de TBC-bestrij- ding gegaan. Na tien jaar van georgani seerde bestrijding, waarbij vrijwel iedere veehouder zijn onontbeerlijke steun ver- STEMPELS VOOR IEDER DOEL Wij kunnen u diverse modellen toonen en staan met prijsopgave gaarne ten dienste. BOEKHANDEL PARKSTRAAT - Tel. 11 WAT WE VAN WOL WILLEN WETEN. ZUID-AFRIKA, laatste veilingsbericht: Sterke concurrentie. Prijzen belangrijk hooger. Koopers in hoofdzaak Frankrijk en Engeland, goed gesteund door Italië, België e a ENGELAND. De Wolcontrolecommissie dringt er op aan geen grondstoffen naar Scandinavië te verschepen, wel naar an dere landen. ARGENTINIË voerde de eerste helft van het seizoen 1939-1940 minder uit dan in dezelfde periode van het vorige seizoen maar door de prijsstijging nam de waarde aanzienlijk toe. Verscheept werden Oct. 1938-April 1939 291 duizend balen Oct. 1939-April 1940 173 duizend balen (balen van 420 kg.) Door de blokkade kon aan Duitschland en Polen niet geleverd worden; vorig sei zoen was deze export rc-sp. 28000 en 10000 balen. Engeland en Frankrijk namen min der af wegens aankoop in Australië, N.- Zeeland en Zuid-Afrika. Italië nam 13000 in plaats van 5000 balen. Daarvan ging vermoedelijk wel een deel naar Duitsch land. Nederland nam 8700 balen af (vo rig seizoen 1700) HET SPELLINGSDRAMA. Het blijft met de spelling onzer taal, wat de (wettelijke) regeling daarvan be treft, een ware lijdensgeschiedenis; aldus de Haagsche Post. Dit blijkt opnieuw uit do Memorie van Antwoord in zake zijn begrooting, door minister Bolkestein aan dc Eerste Kamer gezonden. Omtrent het oorontwerp, dat aan de spelling een wet telijke grondslag moet geven, is „aan ver scheidene instanties advies gevraagd". Na kennisneming dezer adviezen heeft de mi nister het voorontwerp ietwat gewijzigd. Zoodra de Minister van Koloniën met dit gewijzigde voorontwerp zijn instemming heeft betuigd, zullen nieuwe adviezen moeten worden gevraagd, o a. aan de ver tegenwoordigende lichamen in Oost- en West-Indic. Wanneer deze adviezen bin nen zijn, gaat de minister van zijn kant weer overwegen, en dén zal het wetsont werp bij de Staten-Generaal worden in gediend. Maar vergis u met: dit ontwerp bevat niet de spelling zelf; het wil er al leen een wettelijke grondslag aan geven. Nadat dit is geschied zal de spelling zelf in een algemeene maatregel van bestuur worden geregeld, en de inhoud van die maatregel zegt de minister van On derwijs ijskoud „staat uiteraard nog in geen enkel opzicht vast". Op dit alles past maar één bescheid: welterusten! Het be gint te lijken op een tachtigjarige oorlog tusschen de spellingkampioenen. leende, is Texel thans practisch vrij van deze ziekte, terwijl de TBC-bestrijding niet zelden met financieele opofferingen van de zijde der veehouders gepaard gaat en teleurstellingen vaak voorkwamen en in de toekomst nog wel eens zullen voor komen, gingen de Texelsche veehouders recht op hun doel af. Waarom dan ook niet zoo gehandeld ten opzichte van de runderhorzel bestrijding De moeilijkheid schijnt te zijn: iedere veehouder te overtuigen van de schade, welke hij door de horzel in zijn porte- monnaie voelt. Vaak hoort men de op - merking, dat de veehouder er geen cent voordeel van heeft of de huid van een dier gaaf is of dat ze sporen van horzels vertoont. Doch het is niet alleen de min dere waarde van de huid, ook langs an dere wegen wordt er schade veroorzaakt. Zoo staat vast, dat een dier, dat ernstig door de runderhorzels bezocht is, minder vleesch en minder melk produceert dan een dier, dat er vrij van is. Wanneer de dieren de horzellarven een keer kwijt zijn, gaan zc immers groeien en men noemt de bulten daarom ook wel „groei bulten". Deze naam wil dus allerminst zeggen, dat een dier, dat met horzelbui ten is bezet, dus behept is met de z. g. groeibulten, daardoor zou gaan groeien. Integendeel: Er blijkt slechts uit, dat wan neer de larven uit dc bulten verdwenen zijn, het dier pas gaat groeien. Het is dus de weg ER VOOR TE ZORGEN, dat er IN HET GEHEEL GEEN GROEIBUL TEN voorkomen. Op de laatstgehouden vergadering van dc afd. Texel van de H. M. van Land bouw is deze kwestie weer ter sprake gekomen. Op de eerstvolgende bijeen komst van oud-leerlingen van de Land bouwschool zal getracht worden tot een georganiseerde bestrijding te komen. Hierbij zouden wellicht de oud-leerlingen mooi werk kunnen verrichten. Wanneer een aantal hunner zich voor dit werk be schikbaar stelt, waarbij Texel in verschil lende kringen is ingedeeld en iedere kring de beschikking krijgt over één of twee der oud-leerlingen, kan zonder twijfel met succes de strijd gevoerd worden. Dan kan het eiland in weinige jaren „horzel- vrij" zijn. Over de verschijnselen der ziekte, over de wijze van bestrijding en over de schade, die de horzel veroorzaakt, wel licht een andere keer. N.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1940 | | pagina 1